Treinreis van Kanchanaburi naar Nam Tok
Hoewel ik over het algemeen tijdens mijn reizen door Thailand typische toeristenplaatsen probeer te vermijden, brengt het tiendaagse verblijf van een bevriend echtpaar uit Nederland, mij ertoe toch weer eens een keer de trip naar Kanchanaburi te maken. De River Kwai. Het enige aardige daar vind ik de treinreis van Kanchanaburi naar Nam Tok, vijftig kilometer richting Birma.
Een Thaise vriend, Thia, brengt ons met een gehuurde auto naar het station en zal ons aan het eindpunt weer ophalen. Vlak voor het stationnetje staat een tafeltje met folders en een vriendelijke meneer vertelt dat een ticket honderd baht per persoon kost. Zonder nadenken betalen we en de stationsbeambte vertelt dat hij ons plaatsen in de tweede wagon aan de linkerkant heeft gegeven, de beste die er zijn, in verband met de ravijnen aan die zijde.
Opgetogen lopen we het perron op en worden daar verwelkomd door een verscheidenheid van souvenirstalletjes. Een vrolijk T-shirt met een afbeelding van het War Cemetary lijkt me wel wat, maar ik houd me in. Inmiddels besef ik dat een ticket voor vijftig kilometer hooguit twintig baht kan kosten. We zijn kennelijk beetgenomen.
Het perron is stampvol avonturiers en bussen voeren nog steeds mensen aan. Opvallend veel Japanners, die kennelijk wel eens willen zien waarover vader of grootvader niet uitgepraat raakte. Eén ervan wil graag met zijn dochtertjes en mij op de foto. Vermoedelijk denkt hij dat mijn vader krijgsgevangene is geweest en dat zo alles weer goed komt. Glimlachend laat ik zijn vrouw begaan met de camera.
Redelijk op tijd arriveert de trein. De oude stoomlocomotief is in verband met Amazing Thailand vervangen door een moderne dieselwagen. In enkele wagons worden honderden mensen gepropt, maar de tweede wagon is gereserveerd voor de honderd baht klanten. Dat maakt wel iets goed. Wij hebben inderdaad prima zitplaatsen.
Nog maar nauwelijks vijf minuten later – we zijn de brug net met succes gepasseerd – komt er een vriendelijke knaap langs. Opgewekt roept hij ”free” en overhandigt de luxe passagiers een plastic doosje met twee koffiebroodjes. Ik bedank hem uitbundig. Even later komt hij met een grote plastic zak de lege doosjes weer ophalen. Ik overhandig het doosje en roep “free”. Nu kan het niet meer stuk. Steeds als hij langs komt, krijg ik een volle glimlach. Mijn vrienden zijn eveneens geroerd door de Thaise vriendelijkheid.
Een andere bediende maakt zijn opwachting. Hij serveert koude cola. Direct na hem komt een derde. Hij deelt enthousiast rietjes uit. Steeds weer een gulle lach. Wat kan een treinreis plezierig zijn. Vlak voor het eerste ravijn komt nummer één weer langs, nu met een flesje gekoeld water. Onderweg stappen bij diverse stations nog bussen vol mensen in, maar die worden gelukkig in onze luxe coupé geweigerd.
Na het ravijn stappen die mensen weer uit om in de bus verder te gaan. Wij krijgen van de stationsbeambte, die onze tickets verkocht, een officieel ogend papier waaruit blijkt dat we deze gevaarlijke reis met goed gevolg doorstaan hebben. Dit papier is zo officieel dat het niet opgevouwen mag worden, want nu blijkt dat de rietjesverschaffer nog meer kan. Hij volgt de ambtenaar en reikt elastiekjes uit. En dat allemaal voor slechts honderd baht.
Vervolgens krijgen we tissues. Uiteraard in de bekende plastic zakjes verpakt, die een normaal mens niet open krijgt. Geen nood. Op de terugweg houd ik de ober aan en vraag om hulp. Handig slaat hij het zakje open en weer krijg ik zijn aanstekelijke “free” te horen.
Aan alle reizen komt een eind. Als we in Nam Tok uitstappen, staat Thia keurig te wachten. Volgende keer zal ik zeker weer een luxe treinreis maken. Mijn vrienden begrijpen inmiddels waarom ik in Thailand woon.
Een kleine aanvulling, stap uit bij het stationnetje direct na het ravijn. Hier is de Cave te bezoeken waar krijgsgevangenen schuilde wanneer bommenwerpers hun lading bommen dropten. Tevens zijn er talloze souvenir- en eettentjes met een schitterend uitzicht over het ravijn en de rivier. Kortom, een plek waar het tijdens het wachten op de retourtrein goed vertoeven is. Blijf je zitten tot NamTok, het eindstation, dan kom je op een plek waar nauwelijks wat te zien en te beleven is.
Wanneer was deze reis? We reden er vorige week heen, maar geen broodjes hoor..;)
De grot is leuk. Ik heb mooie cliché foto”s kunnen maken van vier monniken in hun oranje gewaad in de grot en later toen ze achter elkaar over de spoorweg liepen. Voorop een flinke monnik met paraplu.
Het wa’s een leuk tochtje. Wat mij ook beviel waren de huizen aan de overkant van de rivier, even voordat je bij de grot aankomt. Prachtig en goed verzorgd.
Beste Dick,
Ik heb genoten van uw verhaal 🙂 Bedankt voor deze goede tip. Ook free 😀
Daniël
Het ticket op deze lijn, ongeacht de afstand, is 100 Bht. Dat betaalden wij van Bangkok naar Kanchanaburi en ook van Kanchanaburi naar Nam Tok in de reguliere trein.
Zullen we zeker doen thanks
Eigenlijk jammer, dat je het enige leuke de treinreis vindt. Ik ben al vier keer in Kanchanaburi geweest en telkens weer iets nieuws gezien. De eerste keer toen ik nog werkte, zo’n zeven, acht jaar geleden, met mijn dochter. We hebben toen ook het museum bezocht.
Later met mijn vrouw (de treinreis ook), maar ook mooie tempels bezocht (in de stad – ik weet de naam niet meer, een Chinese en Thaise tempel naast elkaar), verder zijn er grotten en zo’n 60 km noordelijk het Erawanpark met de gelijknamige watervallen. De moeite waard.