Chiang Mai – Thailand op z’n best

Take Photo / Shutterstock.com

Chiang Mai, de bijzondere stad in het noorden van het land, ligt op 700 kilometer, ca. 1 uur vliegen van de hoofdstad Bangkok.

Diverse luchtvaartmaatschappijen bieden dagelijkse vluchten. Chiang Mai kan ook per trein bereikt worden; neem bij voorkeur de nachttrein vanaf het Hua Lamphong-station in Bangkok (reistijd ca. 12 uur) en ontdek deze bijzondere stad en de schitterende omgeving.

Verschillen

De verschillen tussen Bangkok en Chiang Mai zijn groot. Na Bangkok met zijn hectische verkeer, overvolle straten, slecht begaanbare trottoirs en drukkende hitte is Chiang Mai een verademing. Je merkt het direct bij aankomst; de sfeer is er anders, relaxed, het is er minder heet, wandelen in de stad is een stuk aangenamer, het verkeer is minder druk en er zijn volop gezellige terrassen. De afstanden in de oude, ommuurde binnenstad zijn betrekkelijk klein, maar als je geen zin hebt om te lopen kun je gebruikmaken van de vele songtaews en tuktuks die hier minder halsbrekende toeren uithalen dan hun soortgenoten in de hoofdstad.

Tempels

Chiang Mai was in een ver verleden hoofdstad van het Lanna-koninkrijk waartoe het hele noorden van het land plus grote delen van Birma (Myanmar) en Laos behoorden. Dat koninkrijk (1250-1860) leeft voort in de typische Lanna-bouwstijl waarvan in en rond Chiang Mai prachtige voorbeelden te vinden zijn. Chiang Mai is ook een stad van tempels; alleen al 100 in de binnenstad. Ze zijn doorgaans niet zo uitbundig met glas en bladgoud versierd als hun soortgenoten in Bangkok, maar zeker niet minder interessant en indrukwekkend.

Vanuit mijn kamer in het gloednieuwe boetiekhotel U Chiang Mai heb ik uitzicht op de oudste van alle tempels, de Wat Chedi Luang, gebouwd in 1391, zo’n 60 meter hoog, maar vóór de aardbeving van 1545 zelfs 90 meter hoog. De oude tempel, deels een ruïne, is alleen al indrukwekkend door de monumentale trap van de grote chedi. Vlakbij staat de Wat Phra Sing uit de 14e eeuw, de beroemdste van alle tempels in Chiang Mai.

Markten

Behalve tempels heeft Chiang Mai nog een belangrijke attractie: markten. Natuurlijk zijn er volop moderne, goed uitgeruste winkels, maar voor sfeervol (en goedkoop) shoppen ga je naar de markt. Er is de beroemde Night Bazar die elke avond massa’s volk trekt, maar het interessantst vond ik de zondagmarkt.

Elke zondagmiddag vanaf ca. 15.00 uur worden de hoofdstraat Ratchadamnoen Road en een handvol zijstraten verkeersvrij gemaakt, waarna tot in de nachtelijke uren een dichte, golvende massa langs de kraampjes, eetstalletjes en op de grond uitgestalde waar trekt. Het U Chiang Mai Hotel is daarbij een perfecte uitvalsbasis, want het gebeuren speelt zich pal voor de deur af.

Ping rivier

Dineren aan de Ping

Als het tijd is voor het diner besluit ik de Ping-rivier op te zoeken, die ten zuiden van de binnenstad stroomt, met op de oever gezellig uitziende restaurants. Mijn vrouwelijke tuktuk-chauffeur – een vrolijke kwebbel, die met haar schelle stem boven het gepruttel van de motor weet uit te komen – brengt me naar een adres dat volgens haar het allerbeste is: Good View Restaurant. Ze blijkt niet te veel te hebben gezegd; de gerechten die op tafel komen, vis, inktvis, vlees, groente, rijst, soep, zijn vers en smaken voortreffelijk. En het ijskoude Singha-bier smaakt hemels. Er waait een verkoelend briesje vanaf het donkere water waarin zich het licht van de stad weerspiegelt, een bandje speelt zachte Thaise muziek. Het leven is goed in Chiang Mai.

Uitvalsbasis

Wie Chiang Mai bezoekt moet zeker ook tijd uittrekken voor de omgeving. Grootste trekpleister is het tempelcomplex op de berg Doi Suthep, ca. 15 kilometer ten noorden van de stad. De gebouwen zijn adembenemend mooi, het uitzicht is overweldigend. Wie het hogerop zoekt kan een bezoek brengen aan het nationale park en de berg Doi Inthanon, met 2565 meter de hoogste van Thailand.

Veruit het populairst zijn meerdaagse trektochten naar de bergvolkeren, de zogenaamde hill tribes – Hmong, Karen, Akha, Lahu en Lisu – in het noorden, maar ook een ontspannen fietstocht door slaperige dorpjes en tussen de rijstvelden behoort tot de mogelijkheden. Op deze Chiang Mai Cycle Tour (www.chiangmaibicycle.com) maak je uitgebreid kennis met het Thaise platteland. Wat verder weg zijn er trainingskampen voor olifanten (o.a. in Mae Sa), dorpen waar keramiek, zilverwerk en parasols worden gemaakt. En als bekroning is er de Gouden Driehoek, het drielandenpunt waar Myanmar, Laos en Thailand elkaar raken. Een naam die sterk tot de verbeelding spreekt, evenals Mae Hong Son waar vrouwen en meisjes zich tooien met koperen ringen rond de hals, de zogenaamde long necks.

Auteur: Henk Bouwman