Met de racefiets door Thailand

Door Robert Jan Fernhout
Geplaatst in Reisverhalen
Tags: ,
17 december 2011

Dit weekend gaan we fietsen in Thailand! En dan even niet georganiseerd met een groep toeristen langs typische bezienswaardigheden, wat overigens ook erg leuk is, nee we gaan vol gas op de racefiets dit keer!

Met een grotere focus op gezonder leven zit naast het medisch toerisme ook het sport toerisme in de lift, en ik kan me weinig plekken voorstellen waar het beter fietsen is dan in Thailand. Goede wegen, prachtig natuurschoon, eten en drinken ruim verkrijgbaar langs de kant van de weg, een lekker klimaat, een vriendelijke bevolking die farang fietsers enorm amusant vind (later meer hierover), en als je mazzel hebt een aantal fraaie dames op de scooter die een eindje met je oprijden! Dus neem die racefiets gewoon mee de volgende keer dat je naar Thailand komt!

We vertrekken

Voor deze weekend trip vertrekken we naar Laem Mae Phim (LMP), een klein vissersplaatsje aan de kust in de provincie Rayong. Of eigenlijk is het niet eens een echt plaatsje maar meer een strook asfalt met restaurants en strand aan de ene kant en hotels aan de andere kant. Dit is nog een stukje onontdekt Thailand – voor de meeste farangs althans – wat zich de komende jaren in sneltreinvaart zal gaan ontwikkelen. De farangs die er vertoeven zijn voor het merendeel Zweden op zoek naar zon en rust, maar als de als paddestoelen uit de grond schietende appartementen en hotels een maatstaf zijn zal het met die rust snel gedaan zijn. Vooralsnog hebben liefhebbers van het Thaise nachtleven hier echter bijzonder weinig te zoeken.

LMP ligt zo’n 25 Km ten oosten van Ban Phe. Dit laatste plaatsje geniet wellicht enige bekendheid bij de farang omdat hier de meeste boten richting Ko Samed vertrekken. De kustweg met het nummer 3145 loopt langs de kust met prachtig uitzicht op de Golf van Thailand en Ko Samed. Een op de meeste plekken brede gemarkeerde bermstrook voor langzaam verkeer zoals scooters en som-tam verkopers zorgt dat het fietsen hier redelijk veilig aanvoelt…met de nadruk op ‘redelijk’, want ik ken geen grotere verspilling van witte verf dan de wegenmarkeringen op Thaise wegen. Gelukkig kom je op een racefiets nog goed weg met normaliter belachelijk uitziend fel gekleurd lycra, dus zorg in ieder geval dat je goed zichtbaar bent!

In LMP zijn verschillende goedkope onafhankelijke hotels te boeken zoals Villa Bali en Tamarind Resort. In beide resorts heb je je eigen vrijstaande mini-bungalow. De prijs van de hotels schommelt tussen de 1,000 – 2,000 baht per nacht afhankelijk van geboden comfort. Voor de grotere budgetten is er eigenlijk alleen het X2 Rayong resort. Dit weekend hebben we ingechecked in het Tamarind Resort voor 1,200 baht per nacht, gerund door de vriendelijke en gastvrije Khun Tom en zijn vrouw.

Onontdekt Thailand

Na een vroeg ontbijt vertrekken we om 7 uur ‘s morgens in westelijke richting naar Ban Phe. Het strand ligt aan onze linkerhand, en sommige vissers zijn bezig de vangst van die nacht/ochtend te inventariseren en klaar te maken voor verkoop. Er is nauwelijks verkeer, en monniken van de nabijgelegen tempels halen een aalmoes op hier en daar. De weg breekt los van de kust na een paar kilometer en de omgeving wordt wat groener hier. We rijden langs verweerde wegwijzers die naar verlaten strandjes wijzen, fruitverkopers, tempels, hotels en hier en daar een kleine winkel. De omgeving straalt bovenal rust uit…dit is het echte onontdekte Thailand!

Een kleine vrachtwagen, compleet volgehangen met reeds opgeblazen luchtbedden en andere drijflichamen, rijdt in tegemoetkomende richting naar het strand. We zien de bestuurder niet eens zitten maar zien wel een van sigaret vergezelde hand tussen de luchtbedden uitsteken – we vragen ons af hoe de bestuurder nog iets kan zien.

Van loslopende honden hebben we niet veel last, en voor de weinige agressieve examplaren hebben we een zeer effectieve oplossing: even een ferme straal uit de bidon die kant op spuiten. Na zo’n 10 Km komen we langs het splinternieuwe appartementen complex Pupphatara en een aanliggend toekomstig Marriott hotel. Nog weer twee km verderop een eenzaam gelegen Novotel, het eerste grotere internationale hotel in deze regio.

De weg buigt terug naar de kust, en we vangen een glimp op van de zon die op het water van de golf van Thailand gereflecteerd wordt. Na het passeren van een ander nieuw appartementen- en villacomplex, Oriental Beach, rijden we door een klein plaatsje waar sinds jaar een dag een verroeste Trabant langs de kant van de weg geparkeerd is. De geur van gegrilde kip nestelt zich in onze neusgaten. Prachtig uitzicht op Koh Samed

Even later rijden we weer langs de kust, Suan Son beach. Een prachtige weg met veel groen, direct grenzend aan het strand. Terwijl we onder de begroeing door rijden hebben we geweldig uitzicht op Koh Samed. Vele restaurantjes en barretjes langs dit strand. Het is zeker niet het mooiste en schoonste strand van Thailand, maar het heeft een zekere onontwikkelde ruigheid die wel iets heeft.

We rijden langs een drukke vismarkt en met onze 35 km per uur is het nu even handen aan de remmen, want Thais kijken gewoon niet om zich heen als ze de weg oversteken, en zeker niet als er eten in het geding is. De snelheid van een racefiets inschatten is moeilijk voor degenen die dat wel doen. Een laatste stukje onder dichte begroeing door en zo’n drie kwartier na vertrek rijden we Ban Phe binnen.

Ook al is Ban Phe toch echt een klein en vriendelijk kustplaatsje, na de rustieke 25 km die we er net op hebben zitten voelt hier binnen rijden aan alsof we door een wereldstad overweldigd worden. Reizigers in transit, minivans, (disco)bussen, souvenirwinkels, markten en zelfs een heuse Tesco Lotus zorgen dat het relatief drukke verkeer zich vaak in onvoorspelbare richtingen begeeft, iedereen weer met een andere eindbestemming. Engelse opschriften bij restaurants, pensions en bars zijn de stille getuigen van de aanwezigheid van farangs, meestal op doorreis gaand naar of komend van Koh Samed. We rijden zo snel als we kunnen door dit plaatsje heen, nagestaard door motosai taxi rijders die zich waarschijnlijk afvragen waarom die ‘rijke farangs’ zich in vredesnaam op een fiets begeven.

Ruststop: Pai nai?

Een ruststop, of iedere andere interactie met de locale Thaise bevolking, levert mooie maar inmiddels voorspelbare conversaties op. De eerste vraag is steevast ‘pai nai?’ ofwel ‘waar gaan jullie heen?’. Als we vervolgens in gebroken Thai onze route van zo’n kleine 100 km voorleggen is ongeloof ons deel. Daarnaast willen de Thais er absoluut niet aan dat we op dezelfde plek eindigen als waar we begonnen zijn. ‘Thamaai?’, ‘waarom?’ ‘Okkamlangkaai’, ‘voor de sport’, proberen we nog. De Thai kijkt ons meewarig aan en haalt de schouders op. Vervolgens worden de fietsen aan een uitgebreid onderzoek onderworpen. Het begint altijd met even de bandjes te voelen. Die zijn altijd een stuk harder volgepompt dan verwacht blijkbaar, want onder het uitslaan van verraste kreten worden andere omstanders meestal ook uitgenodigd toch vooral even in de bandjes te knijpen.

Dan moet de fiets altijd opgetild worden. Ook hier is het resultaat onverwacht. ‘Carboooon Fibuuuuuur’ kennen ze meestal wel, met de typische Thaise nadruk op die laatste lettergreep. Nadat iedereen even heeft mogen voelen volgt nu uiteraard het moment supreme: ‘taorai?’, ‘wat kost ie?’ Dit is altijd een wat moeilijk moment. Geef ik nu de echte prijs, een onvoorstelbaar bedrag voor de gemiddelde Thaise toeschouwer die alle vooroordelen rond de ‘rijke farang’ zou bevestigen, of noem ik een fictief laag bedrag en stel ik ze mogelijk teleur?

Wetend dat het uiteindelijk altijd met de prijs van een motosai vergeleken zal worden kies ik voor de gulden middenweg. ‘Muen gan motosai’, ‘hetzelfde als een bromfiets’ wordt het dus. ‘Peng maak!’, ‘very expensive’ is het onmiddelijke antwoord. Die rare farangs toch. Geven al dat geld uit aan een fiets, terwijl ze voor dat geld een mooie brommer met alles erop en eraan hadden kunnen kopen!

En weer verder

We rijden verder via de voet van de heuvel die een natuurlijke scheiding vormt tussen Ban Phe en de volgende kuststrip, Mae Rumphueng. Niks aan de hand, een hellings percentage van slechts 3%, even schakelen en hop we zijn er al overheen. Met een scherpe bocht draaien we de 10 km lange kustweg langs Mae Rumphueng op. Dit strand staat bekend om gevaarlijke stromingen; regelmatig verdrinken er mensen hier.

We rijden langs nogal wat half leegstaand appartementen, een overblijfsel van de financiele crisis in Azie in 1997. De kuststrip doet wat desolaat aan, en een bevriende Nederlander met een restaurantje in Laem Mae Phim refereert dan ook aan dit gebied als de ‘Gaza strip’. Voor rond de 700,000 baht mag je jezelf de eigenaar van een appartementje aan het strand noemen hier. Het laatste jaar zien we ook hier meer ontwikkeling, net als in de rest van het kustgebied van Rayong. Dus wie weet een geweldige investering!

Wind tegen, maar mazzel

Aan het einde van de kustweg draaien we scherp naar het noorden bij een weerstation, richting de hoofdweg nummer 3 die Rayong met Chanthaburi verbindt. In het plaatsje Taphong kunnen we linksaf verder gaan richting de stad Rayong, slechts 8 km verderop. We hebben echter geen zin om langs de drukke weg te fietsen. We keren om richting kust en doen de route nog eens over, nu in tegenovergestelde richting. Laem Mae Phim, onze thuisbasis, ligt 42 Km naar het oosten vanaf hier. Met tegenwind!

Ik heb mazzel vandaag…2 dames op een motosai die rond de 45 Km/uur rijdt. Ik kruip in het wiel en gedurende een paar kilometer uit de wind lever ik een prachtige bijdrage aan mijn gemiddelde snelheid van vandaag. De dames vinden het enorm grappig dat ik ze bij kan houden, en willen uiteraard ook weer weten waar ik toch heen ga: ‘pai nai?’ Helaas draaien ze even later de weg af (pas op: Thais remmen eerst en geven dan pas al dan niet richting aan) en ik krijg de wind weer vol van voren. We stoppen even bij de pier in Ban Phe voor koffie, en zo’n 3 uur en 85 Km later rijden we in volle vaart Laem Mae Phim weer binnen, even een laatste sprintje om te zien wie de sterkste is vandaag.

Rust en vermaak

De rest van de dag vullen we met een massage, een uitgebreide lunch aan het strand, wat zwemmen en wat lezen. Ook al is er ‘s avonds niet zo heel veel te doen, er zijn genoeg goede restaurantjes en barretjes om je te vermaken. Een favoriet is het Italiaanse restaurantje La Capanna, waar je de beste pizza in Thailand voorgeschoteld krijgt. Liefhebbers van worst en zuurkool kunnen terecht bij Tequila garden, o.a. gerund door Harold, een Nederlander. Voor cocktails aan zee is het prachtige en trendy uit teakhout opgebouwde Phish Café een bezoekje waard.

Voor de echte feestbeesten is er een disco in het 16 km verderop gelegen Klaeng, waar je echt de enige farang bezoeker zult zijn. Een typisch Thaise ‘country style karaoke’ houten feesthut met de naam Sabai Sabai ligt zo’n 15 km de andere kant op, richting Ban Phe. Hier gaat het echt elke nacht helemaal los, al dan niet in aanwezigheid van de lokale ladyboy brigade. Ik hou het echter voor gezien voor vanavond…morgenvroeg is de volgende ‘etappe’.

Over deze blogger

Robert Jan Fernhout

20 reacties op “Met de racefiets door Thailand”

  1. Gringo zegt op

    Mijn complimenten, volgens mij is dit je debuut als schrijver voor het blog met een mooi verhaal, dat naar meer smaakt.

    • Robert Jan Fernhout zegt op

      Hallo Gringo, dank voor het compliment. Het is overigens niet mijn eerste bijdrage…heb ook al eerder over fietsen in Thailand geschreven.
      https://www.thailandblog.nl/toerisme/fietsen-door-de-bangkok-jungle/

    • Frank zegt op

      Geweldig verhaal, en zo herkenbaar.
      Wij komen nu al een paar jaat op LMP en genieten daar iedere keer weer van de nog aanwezige rust. Ik zag in april wel dat ook hier een high rise appartementen complex komt bij Mae Phim Beach Resort; alsof je dat hier nodig hebt. Weer zo n lelijke puist in het vlakke landschap. Een kennis van mij heeft ooit nog een beetje geholpen bij het opzetten van Eco Village (tegenover de benzinepomp), waar niets, maar dan ook helemaal niets met eco aan zit, maar het verkoopt wel op die manier.
      Eind deze maand gaan we weer naar Thailand. Ditmaal beginnen we bij mn schoonouders iets buiten Khon Kaen. Daarna trekken door naar Loei, Nan Petchabun Sukhothaien enTak. Maar aan het eind weer een paar dagen naar LMP en eten dan weer bij de Sunset bar.
      Jullie veel plezier met je blog

      Frank

  2. Robert Jan Fernhout zegt op

    Voor de wielrenners onder de lezers is dit blog wellicht ook leuk om te lezen. http://italiaanseracefietsen.wordpress.com/2011/10/03/de-pina-van-robert-jan/

  3. ruud zegt op

    Geweldig verhaal, vooral omdat ik zelf fietsgek ben, maar niet zo veel en zo lang, maar ook mijn hele familie.
    Ze zeuren me mn kop gek om leukde thaise wielerkleding mee te nemen naar Nederland. Helaas niets kunnen vinden in de buurt van Pattaya. Als iemand iets leuks voor me weet graag !!!.

    Maar op het fietsen terug te komen. Geweldig en mn complimenten, zou het zo ook willen proberen, maar laat het wel aan de jeugd over, die hjebben meer power. Ik wacht wel op de 65+ tour hahahha

    Ruud

    • Chang Noi zegt op

      In Pattaya zijn minimaal 3 echte fiets-shops, die ongetwijfeld fietskleding verkopen maar of dat “leuke Thaise” zijn weet ik niet. Een van die shops zit op Sukhumvit road, ter hoogte van Naklua tegenover de Siam Commercial Bank. De 2 andere die ik ken zitten in Jomtien.

      Chang Noi

    • dirk enthoven zegt op

      ik heb ooit wielerkleding gekocht in chang may.met echte thaise www reklame o.a trek. in ayuttaya heb ik mijn rabo shirt gewisseld voor een thaise clupteam shirt .er zijn foto,s van gemaakt. maar jammer nooit naar mijn mail adres verstuurt .maar was een leuk moment tussen de thaise nieuwelingen ?

    • Robert zegt op

      Fietswinkels in Thailand, een overzicht: http://bicyclethailand.com/bike-stores/

  4. henk zegt op

    mooi verhaal. maar je hebt dus niet langs drukke wegen gereden.
    vind het zelfs op de brommer in TH al dat snelle verkeer dat voorbij raast al niets.

    • Robert Jan Fernhout zegt op

      Ik rij regelmatig even door naar Rayong om de 100 km vol te maken, da’s even een druk stuk. Maar omdat je meestal vroeg rijdt en je een brede stroom hebt valt het wel mee.

  5. Harold zegt op

    Leuk verhaal, Robert Jan! Het leest lekker weg en is bovendien informatief 🙂 Lijkt mij ook best wat om een keer met de mountainbike wat meer off-road te gaan op een eiland daar.

  6. dirk enthoven zegt op

    ja het is een mooie belevenis maar heb je geen last van honden gehad.ik heb nog wel een hart moeten fietsen omdat ik door 1 of meerderen honden blaffent achter je aan komen dan is je fietspomp toch weer je grote vriend

    dirk

  7. marco zegt op

    ik ben net terug van een fietsvakantie van 6 weken in de omgeving van Pattaya.Ik heb er 2600 km gefietst en het was een geweldige ervaring.Volgend jaar wil ik naar Chiang Mai en Chiang Rai want het ik heb gehoord dat het daar nog mooier is om te fietsen.

    Marco

    • Robert Jan Fernhout zegt op

      Is erg mooi daar, wel minder vlak natuurlijk. Probeer voor een echte uitdaging Doi Inthanon eens te beklimmen, de hoogste berg van Thailand.

  8. Leuk artikel en een goede stimulans voor deze regio.
    Heb zelf een hotelletje net buiten Ban Phe in Kon Ao.
    Deze regio kan best wat promotie gebruiken als tegenhanger van Pattaya.
    Goed bezig!
    Ton

  9. Cornelis zegt op

    Leuk verhaal, goed om te lezen dat rijden op de racefiets wel te doen is daar. De route even opgezocht op Google maps – vooral het deel direct langs de kust lijkt me mooi!

    • Robert Jan Fernhout zegt op

      @Cornelis – prachtig rijden daar! Maar ook in de omgeving van Bangkok kun je goed rijden. Zo rijden er meerdere groepen tussen Pathum Thani (30 km ten noorden van BKK) en Ayutthaya in de weekends. Van Pathum Thani naar Ayutthaya en terug is een mooie route van 120 km langs de Chao Phraya rivier.

  10. eric zegt op

    Nog een vraagje Robert hoe heb jij je racefiets meegenomen naar Thailand?

    • Robert Jan Fernhout zegt op

      Ik vlieg regelmatig met de fiets naar evenementen/wedstrijden in de regio (Cambodia, Singapore, Indonesie, etc.) Gewoon een goeie bike-box aanschaffen en goed inpakken. Inchecken en de box afleveren bij ‘oversized luggage’, aansluiten bij de mannen met de golftassen 😉 Totaal gewicht van de ingepakte box is dan 20-25 kilo en ik gooi er alle wielrenspullen in, inclusief een fietspomp. Soms betaal ik, soms ook niet. Als ik moet betalen is het meestal zo’n 30-50 Euro per (regionale) vlucht.

    • Robert Jan Fernhout zegt op

      De juiste Nederlandse benaming is ‘fietskoffer’ zie ik net…ze zijn niet goedkoop maar je kunt ze ook huren in Nederland via http://www.wiel-rent.nl

      Daarnaast kun je ook gewoon een beschermende kartonnen doos op Schiphol krijgen. Zal ook best werken, maar ik vind zo’n koffer (die ik ook af kan sluiten) een fijner idee, daarnaast gooi ik zoals gezegd al mijn spullen in zo’n koffer. Zal er ook van afhangen wat voor fiets je hebt. Een gewone aluminium fiets of mountain bike zal beter tegen een stootje kunnen dan een superlichte carbon racefiets.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website