Zakendoen met Thailand en andere Asean landen?
We schrijven het jaar 1979. Ik was juist als Export Manager aangenomen door een fabrikant van bouwmaterialen en mijn eerste “missie” was deelname aan een varende tentoonstelling, dat een rondreis ging maken in het Midden Oosten. Meer dan 140 Nederlandse bedrijven waren aanwezig op de Tor Hollandia, dat drie weken lang langs de havens van Jeddah tot aan Koeweit voer om het Nederlandse product te promoten.
Het waren hoogtijdagen voor de Nederlandse industrie, vooral in de bouwwereld, en de successen van deze tentoonstelling stapelden zich op.
Exportsamenwerking
Het was niet alleen een succes vanwege de massale toeloop van Arabische ondernemers en andere bezoekers, maar ook de saamhorigheid, het netwerken van de Nederlandse zakenmensen aan boord maakte van deze varende tentoonstelling een uniek gebeuren. De organisatie was in handen van het NCH (Nederlands Centrum voor Handelsbevordering), daarbij gesteund door het Ministerie van Buitenlandse Zaken en andere exportorganisaties, zoals Fenedex, NEC en meerdere Kamers van Koophandel.
Thailand
Niet lang daarna werd ik door hetzelfde bedrijf voor het eerst naar Thailand gestuurd om onderhandelingen te voeren voor een importproject. Nog steeds enthousiast door de onderlinge band aan boord van de Tor Hollandia en de steun, die de overheid bij het promoten leverde, ging ik toen ook op bezoek bij de Nederlandse ambassade in Bangkok. Ik kende het land nog niet en het sprak vanzelf dat vele deuren zich gemakkelijk zouden laten openen met de ondersteuning van de ambassade.
Teleurstelling
Dat was een misrekening. Thailand was – in vergelijking met de landen in het Midden Oosten – nauwelijks nog van belang om aandacht aan te schenken in de vorm van handelsbevordering. Ik ontmoette er een jongeman die net het diplomatenklasje in Den Haag had doorlopen en nu als “handelssecretaris” in Bangkok was geplaatst. De jongen had geen idee van het bedrijfsleven in Nederland en al helemaal niet van Thailand. Hij had ook niet de ambitie iets voor de handel te doen, waarschijnlijk droomde hij zo snel mogelijk uit Thailand te vertrekken om een belangrijke post op een grote Nederlandse ambassade te bekleden. Ik had toen al een behoorlijke ervaring met export in het algemeen en ik heb hem een paar uren van advies voorzien hoe hij zijn werk zou kunnen aanpakken.
Informatie
Maar als men dan de gewenste informatie niet op de ambassade kon krijgen, hoe moest men de export naar Thailand (en andere landen) dan aanpakken? Welnu, de eerder genoemde exportorganisaties beschikten over uitgebreide bibliotheken, waar van veel, zeer veel landen allerlei (adres)boeken, wettelijke voorschriften, (vak)tijdschriften en andere nuttige informatie beschikbaar was (en waarschijnlijk nog altijd is). Vele uren heb ik er destijds doorgebracht om mij voor te bereiden op een reis naar een nieuw te bewerken land.
NCH
Naast die beschikbare voorlichting in de bibliotheek, organiseerde de NCH – in samenwerking met het Ministerie van Buitenlandse Zaken en/of het Ministerie van Landbouw – Nederlandse paviljoens tijdens beurzen en ook wel zogenaamde handelsmissies. Ik heb voor verschillende bedrijven aan tentoonstellingen en handelsmissies in het buitenland deelgenomen, uiteraard de één met meer dan succes dan de ander. Ook tegenwoordig word volop deelgenomen aan die beurzen en worden er nog altijd handelsmissies georganiseerd. Ik kan deelname van harte aanbevelen want tijdens dat soort evenementen doet men interessante en belangrijke contacten op.
Handelsbevordering
Ik heb de Nederlandse activiteiten van handelsbevordering de laatste jaren niet meer zo gevolgd (want gepensioneerd), maar zeker is, dat de Nederlandse overheid veel meer dan voorheen (in mijn optiek) aandacht besteed aan export. Daarbij speciale sectoren als speerpunt inzet en bijvoorbeeld op meerdere ambassades een sterke economische afdeling van belang acht. Het voorbereiden van exportreizen wordt door internet uiteraard een stuk gemakkelijker dan vroeger, maar toch is in vele gevallen steun van een ambassade zeker aan te raden. Lees in dit verband het uitgebreide document “Wegwijzer Internationaal Zakendoen”, dat u kunt vinden op www.rvo.nl. Deze wegwijzer beschrijft heel veel mogelijkheden voor de beginnende en ook de alreeds exporterende zakenman hoe de overheid kan helpen de export te bevorderen.
Ambassade Bangkok
Ook voor Thailand geldt dat de Nederlandse overheid belang hecht aan de bevordering van de handel tussen beide landen. De ambassade heeft een goed bezette economische afdeling dat ook de volledige steun van de huidige ambassadeur Mr. Hartogh heeft. Waar nodig springt hij zelf in om als Nederlands ambassadeur acte de présence te geven, dat dan toch weer vaak extra cachet geeft aan bij voorbeeld een bedrijfsbezoek of ontmoeting met Thaise ondernemers of hoogwaardigheidsbekleders.
Het voetwerk op deze afdeling wordt gedaan door twee jonge Haagse diplomaten, Bernhard Kelkes en Martin van Buuren. Ik had recent een gesprek met deze heren waaruit ik een duidelijk beeld kreeg van de ideeën, die men heeft om de handelsrelatie met Thailand – maar ook met Laos en Myanmar – op een hoger plan te brengen.
De twee jonge honden hadden al wat ervaring opgedaan in de buitenlandse dienst (Bernhard in Vietnam en Martin in Iran) en nu zij beiden ongeveer vier maanden in Bangkok aan het werk zijn, is al te zien, dat zij met enthousiasme en toewijding het nodige doen om de Nederlandse exporteur van dienst te zijn.
Speerpunt
Eén van de door de Nederlandse regering vastgestelde speerpunten is de medische bedrijfstak. Nederland heeft voor de medische sector in Thailand heel wat te bieden en dat alles werd in zogenaamde “factsheet” samengebracht met de naam “Life Science and Health in Thailand”. Het werd inmiddels gepubliceerd op de website van de ambassade en op Facebook en het plan is die factsheet ook op grote schaal te verspreiden onder Nederlandse bedrijven, die in deze branche werkzaam zijn.
Laos en Myanmar
Beide landen horen vooralsnog tot de accreditatie van de Nederlandse ambassadeur in Bangkok. Myanmar zal waarschijnlijk een eigen Nederlandse ambassade krijgen met uiteraard een economische afdeling, maar tot dan zullen Bernhard en Martin zich met dit land bezighouden.
Laos is weliswaar geen economisch zwaargewicht, maar toch zijn er ook voor Nederlandse bedrijven mogelijkheden. De ambassade heeft voor dit land zeer terecht een factsheet samengesteld “Doing Business in Laos”, dat u wederom kunt vinden op de website van de ambassade. Voor geïnteresseerden in Laos een onmisbaar document.
De economische afdeling van de ambassade
Zoals boven aangegeven, kan het in sommige gevallen goed zijn als de ambassadeur zich aansluit bij allerlei bijeenkomsten, die de handel betreffen, al was het maar uit pure representatie om de belangrijkheid van de bijeenkomst te benadrukken.
Het “dagelijks werk” van Bernhard en Martin bestaat vooral uit assistentie aan Nederlandse ondernemers, die geïnteresseerd zijn in export naar Thailand. Thailand is een economische macht in de regio en de belangstelling vanuit Nederland is groot. Bernhard vertelde mij, dat er heel veel (hij noemde een getal van meer dan 500) aanvragen per jaar uit Nederland komen, die vooral betrekking hebben op relevante informatie over export en –regelingen, marktinformatie en assistentie bij het zoeken van een goed Thaise vertegenwoordiger.
Daarnaast mogen we verwachten, dat er komend jaar weer enkele beurzen in Thailand zullen zijn, waar Nederland mogelijk een paviljoen aanwezig zal zijn. Informatie daarover zal zeker op de website en op Facebook gegeven worden. Andere projecten, eventueel in samenwerking met de Nederland-Thaise Kamer van Koophandel en het MKB Thailand (Midden- en kleinbedrijf) zullen ook zeker opgestart worden.
Ten slotte
Het was goed om kennis te nemen van de activiteiten van de economische afdeling van de Nederlandse ambassade in Bangkok. Ik, als oud-“exportman” stel vast, dat de dienstverlening in het algemeen van de overheid in de loop der jaren heel wat verbeterd is. Ik juich elke verbetering uiteraard toe en nodig de Nederlandse ondernemers gaarne uit van die mogelijkheden tot steun gebruik te maken. Nederland heeft nog zo veel te bieden aan Thailand en omringende landen!
Over deze blogger
-
Bert Gringhuis (1945), geboren en getogen in Almelo in het mooie Twente. Later vele jaren in Amsterdam en Alkmaar gewoond, werkzaam in de export voor diverse bedrijven. Ik kwam in 1980 voor het eerst in Thailand en was meteen verliefd op het land. Vele malen sindsdien terug geweest en na mijn (vroeg)pensionering als weduwnaar naar Thailand verhuisd. Daar woon ik nu al 22 jaar samen met mijn ietwat jongere Thaise dame Poopae.
Mijn eerste ervaringen in Thailand als een soort nieuwsbrief aan familie, vrienden en kennissen gestuurd, die later onder de naam Gringo op Thailandblog hebben gestaan. Veel, heel veel artikeltjes hebben die eerste verhalen gevolgd en dat is uitgegroeid tot een vrijwel dagelijkse hobby.
In Nederland nog een verwoed voetballer en voetbalscheidsrechter, maar de jaren gaan tellen en in Thailand nog altijd verwoed, maar het poolbiljarten is echt van mindere kwaliteit, ha ha!
Lees hier de laatste artikelen
- Steden21 november 2024Chumphon: Rust en lekker eten!
- Cultuur18 november 2024Pua, Pua, Pua
- Achtergrond11 november 2024Bananen in Thailand
- Bezienswaardigheden11 november 2024Ban Chiang – Een juweel in de kroon van Udon Thani
Juist..op dit moment goede mensen op je juiste plaatsen bij de ambassade.
Graag word ik op de hoogte gehouden.
Iwan
Gringo, ik heb een persoonlijke vraag/advies aan u in verband met uw connecties. Is het mogelijk persoonlijk contact met u op te nemen?
Beste Bas,
Stuur uw vraag/advies naar de redactie, die zal het aan mij doorsturen!