Haar aan drugs overleden zoon wordt herdacht in een bundel verhalen waaronder ‘het testament van een moeder’ als ware hij nog in leven. Aangrijpend.
Aan mijn lieve zoon Nampoe,
Omdat jij mijn enige zoon bent naast drie dochters, en voorts de enige man in huis, vertrouw ik op je, heb ik je anders opgevoed en hou ik jouw vorming anders bij dan bij jouw zussen.
Het verschil tussen een zoon en een dochter zie je rond de leeftijd van zes jaar. Dat geldt natuurlijk alleen voor mijn kinderen; deze waarneming is absoluut geen norm voor anderen. Ik merkte dit aan het andere woordgebruik van jou en de manier waarop je emoties toonde op die leeftijd. Als ik een dochter in een vlaag van moederlijke gevoelens vroeg ‘Liefje, hou je meer van vader of van moeder?’ dan antwoordden alle dochters ‘Wij houden meer van moeder!’ Maar jij zei dan ‘Weet ik niet.’ Jij had het nooit over zulke onbelangrijke dingen, ook niet als iemand aandrong.
Jouw schooltijd
Toen je groter werd en naar school ging wilde ik natuurlijk weten wie je vriendje was, hoe het op school ging en waarover kinderen het op school hadden. Van dat soort dingen vertelden mijn dochters iedere dag. ‘Dat kind heeft grote tanden; die andere heeft veel geld mee…’ Maar als ik dat jou voor de zoveelste keer vroeg dan vertelde je met tegenzin en heel langzaam ‘…Nou ja, één meisje heet Suwannie net als jij. Die vind ik wel aardig!’ Je keek me dan kort aan en zei heel onverschillig ‘Wie niet te dik is die vind ik wel aardig….’
Ik was er zeker van dat jij, eenmaal volwassen, niet zoveel zou wauwelen als al die domme vrouwen die ik ontmoet heb. Vrouwen die alleen maar onzin uitkraamden en die me vertelden van al hun ‘goede kwaliteiten’: ze zijn natuurlijk beter dan ieder ander en hun kinderen zijn echte schatjes. Of al die mannen die me vertelden dat hun vrouwen het knapste zijn, en eerlijk en braaf als een adellijke dame.
Dat soort mannen kom je vaak tegen. Maar ik wilde absoluut niet dat jij zo’n man zou worden. Aan de andere kant is het goed dat zulke kerels er zijn. Af en toe, als ik tijd heb, heb ik er gewoon lol in hun gebazel te aanhoren. Je beleeft hun ‘diepe’ gevoelens en gedachten mee. Je verliest er niks mee want ze vertellen alles vanzelf. Maar je moet met verstand luisteren.
Daarom wil ik je nog iets meegeven: iedereen laat zich graag horen maar iemand die echt luistert is moeilijk te vinden. Als jij leert hoe je goed moet luisteren en alleen op het juiste moment jouw mond open doet, dan word je een man met wie mensen graag praten.
Dit betekent niet dat ik je wil opvoeden tot iemand die niets zegt. Als je nooit iets zegt zal iedereen je voor dom uitmaken. Als het die kant op lijkt te gaan moet je het juiste antwoord zoeken en dat hoeft niet omstandig te zijn. Met dat antwoord kan jouw gesprekspartner niet meer verder en is het gesprek ten einde. Kijk, dat heb ik natuurlijk niet tegen mijn dochters gezegd.
Jouw zusjes groeiden zo snel als bamboescheuten in de moesson. Maar jij groeide heel langzaam alsof eerst kracht opgebouwd moest worden. Neem je een dochter aan de hand dan voelt alles zacht aan. Maar jij had stevige spieren, grote vingers en harde handen. Heel anders dan bij dochters: zowel in de aard van de persoon als in de ontwikkeling van jullie lichaam, alsof jullie planten zijn van een andere familie. Zo hoort het ook. Het bevestigt dat ik een echte zoon heb en niet drie dochters en een travestiet. Ik vind het een weldaad dat ik een zoon heb die mij later als maatje kan bijstaan.
Als ik je één ding mag meegeven: studeer zoveel mogelijk. Neem me niet kwalijk dat ik je voortdurend aanspoor veel te leren. Andere kinderen krijgen veel tijd voor spelen en lol maken maar ik zou bij jou de liefde voor regelmatig lezen willen inplanten zodat je de lol van het lezen leert kennen naarmate je ouder wordt. Daarop groeit vanzelf bij jou de wens om dingen echt te weten.
Nee, zelf weet ik niet veel. Met andere woorden, ik heb geen echte kennis. Mijn verstand is zo klein als een kikkervisje. Lach er later gerust om. Ik zal het je niet kwalijk nemen want iemand die veel weet heeft het recht te lachen om mensen die weinig weten. Maar lach niet te hard want er is vast nog iemand die meer weet dan jij. Daarom wil ik dat je veel leert en leest. Van lezen steek je ongelooflijk veel op.
Net als andere vrouwen ben ik bijgelovig. Ik geloof in voorspellingen, in astrologie en in handlezen. In jouw hand zie ik vage lijnen waar ik niet uit kan lezen of jij later het schrijven als beroep zult kiezen. Ik zou blij zijn als dat wel zo was. Maar ik zeg je nu al dat ik je niet zal vragen een beroep te kiezen naar mijn voorkeur. Kies straks maar wat jij wilt, of het nu arts is, advocaat, kunstenaar of koopman: ik ben nergens tegen.
Over schrijvers
Ik heb zelf ook al wat geschreven. Korte verhalen, en romans. Maar ik deed dat alleen om geld te verdienen om mijn kinderen eten te geven. Het belang van mijn boeken is de aandacht niet waard; ja, ik schaam me een beetje dat zo te zeggen. Ik heb namelijk verhalen van een jonge schrijver gelezen en al zijn verhalen waren goed geschreven. In een passage heeft hij het over ‘prostitutie-schrijvers’. Ik schrok toen ik dat las en dacht dat ik een draai om mijn oren kreeg. Dat komt omdat ik nooit het plan had schrijver of dichter te worden. Ik zei het al: kennis en hersens als van een dikkopje. Ik kan uiteindelijk de lezers niets anders geven dan een prostitutie-schrijfster: ik schrijf alsof ik mijn lijf en mijn ziel verkoop.
Had ik een keus dan zou ik willen dat jullie niet als mijn kinderen geboren waren omdat ik zo arm ben. Ik kan, om mijn kinderen te onderhouden, niks beters doen dan mijn ziel en mijn hele ik verkopen. Af en toe vraag ik me zelfs af: waarom schrijf ik eigenlijk? Nee, niet om roem te behalen maar gewoon voor geld; geld voor de kinderen zodat ze kunnen opgroeien, straks kunnen opbloeien door hun opleiding, door goed eten en nette kleren.
Zou ik alleen zijn, zonder kinderen, had ik me misschien ontwikkeld tot een schrijver die niet voor geld schrijft. Zou ik proberen ware kunst te scheppen ofwel: l’Art pour l’art. Zou ik dan niet te eten hebben dan verhongerde ik op mijn eentje. Met die armoe zou ik dan om kunnen gaan en geen mens zou me dat verwijten. Maar ik zou het niet kunnen verdragen als mijn kinderen honger moesten lijden of niet naar school zouden kunnen.
Het is zoals het is. Toch kunnen mensen vragen waarom ik geen ander vak kies. Dan zou ik antwoorden: kan ik eigenlijk wel iets anders? Ik heb ooit beeldende kunst gestudeerd; ik kan een beetje tekenen en misschien een prent verkopen. Maar voor een echt kunstwerk ben ik niet goed genoeg. Kijk: wat ik kan dat kan ik niet goed. Daarom verkoop je je eigen ziel ook al wil je dat eigenlijk niet.
En als ik nu eens het noodlot tart en verkoopster word? Als ik daaraan denk dan moet ik zeggen … ja, op een zekere dag … dan wel! Wacht tot ik wat eigen geld heb. Dan begin ik zo’n klein tentje dat curry met rijst verkoopt en dan word ik een echte verkoopster. Verkoopster van curry met rijst is zeker een beter beroep dan verkoopster van letters of van pseudo-kunst.
Ik hoop dat jij, als die dag ooit komt, dan geen hekel aan mij krijgt, aan mij, je moeder, die verkoopster van curry met rijst geworden is. Het publiek zal me dan zeker niet zo bekritiseren als een verkoopster van lettertjes. Weet je, het loon van een schrijfster is in Thailand lager dan van een meisje in een nachtclub. Misschien zegt men nu dat ik de zaak bespot. Maakt me niet uit!
Voor een kort verhaal van iemand die al een beetje bekend is krijg je maar 200 baht. Dan hebben wij ons uit de naad gewerkt het verhaal te bedenken. Komt nog bij dat wij twee tot drie dagen zitten te werken tot het klaar is. Als het echt om het geld gaat was ik beter af als hoer, als ik nog geen kinderen had en jong was, niet oud zoals nu.
Vraag je naar mijn loon als ambtenaar? Dat is per maand 1.200 baht. Daarvan moet ik 150 baht pacht betalen voor de grond; gelukkig hoeven wij geen huur te dokken. Onze hulp kost 200 baht en stroom en water kosten 100 baht. Dat is samen al 450 baht. De rijst, iedere maand 2,5 emmer, kost bij de prijs van vandaag 135 baht. Nu zitten we al bijna op 600 baht.
Dan komen houtskool, olie, waspoeder, zeep, tandpasta, medicijnen, ook een 100 baht. Dat zijn er al 700. Dan blijft er 500 baht over voor eten, school- en zakgeld voor de kinderen, kleren en de rest. Je ziet, daar kan geen mens van rondkomen ook al komt een engel uit de hemel om mij dat duidelijk te maken. Daarnaast speelt mijn rol in de maatschappij me parten. Hoe de wereld naar mij kijkt als alleenstaande vrouw met 4 kinderen is moeilijk te verdragen.
Ik moet dus wel ‘prostitutie’-schrijver/dichter blijven en als schilder clichéwerk verkopen hoewel het loon daarvoor veel lager is dan voor een echte hoer.
Kan ik iemand verwijten dat het auteursrecht in Thailand zo slecht is? Als je naar de prijs van een boek vraagt veroordeel je dan de uitgever? Nee, je moet iedereen, van schrijver tot lezer, beschuldigen. Thaise mensen hebben een afwijking: ze kopen niet graag een boek. Ze lenen dat liever van iemand. Daarom is het aantal verkochte boeken zo laag. En dat betekent weer een laag honorarium voor de auteur. En wat de schrijver betreft: schrijf je goed dan wordt jouw werk gekocht. Dus, schrijf je slecht, dan kun je toch niet verwachten dat ik geld voor je uitgeef?
Ik ben wel eens droef dat ik zoveel kinderen heb. Want wat ik ook aanpak, ik zie steeds hindernissen omdat ik bang ben dat mijn kinderen verhongeren. Gelukkig heb ik goeie kinderen die niet om beter eten en een beter leven vragen. Jullie kunnen alles eten en zijn niet kieskeurig of veeleisend. Zijn jullie gewend iedere dag naar een chic restaurant te gaan? Nee. Jullie hebben ook nooit gezeurd om duur speelgoed omdat ik niet in staat ben zoiets voor jullie te kopen. Daar dank ik jullie voor.
Jullie hebben niet veel van mij geëist maar daarentegen mij zielsgelukkig gemaakt. Jullie zijn mijn vrienden geweest en, als ik verdriet had, mijn praatmaatjes die, hoewel jullie nog niet volwassen waren, mij konden amuseren en opbeuren zodat ik vergat wat ik wilde vergeten.
Voor ik deze brief afrond wil ik iets over mijn vermogen zeggen. Ik heb al gezegd dat je het huis mag verkopen als je in geldnood komt. Je hebt een oudere en twee jongere zussen. Als je het moet verkopen en het geld gaat verdelen moet je nadenken hoeveel ieder krijgt. Neem niet meer en niet minder dan een ander. Je bent een man en mag vrouwen niet afzetten. Dat geldt niet alleen voor jouw zusjes maar voor alle vrouwen die je in de toekomst zult kennen.
Je weet best wat ik bedoel. Wij hebben elkaar altijd goed begrepen. Daarover hoef ik niet meer te schrijven.
Je moeder
1967
Bron: Kurzgeschichten aus Thailand. Vertaling en bewerking Erik Kuijpers.
Schrijfster Suwanni Sukhontha (สุวรรณี สุคนธา, 1932-1984), was auteur en oprichtster in 1972 van het damesblad Lalana (‘Girls’). Zij is vermoord.
‘Het testament’ is een onderdeel van de bundel verschenen in 1974 ter nagedachtenis aan haar aan drugs overleden zoon Namp(h)oe. Het geeft een beeld van het leven van een Thaise vrouw in de jaren 70. De tekst is ingekort.
Over deze blogger
- Bouwjaar 1946. Kreeg de bijnaam 'Lopende belastingalmanak' en heeft 36 jaar in dat vak gewerkt. Op zijn 55e naar Thailand verhuisd. Invaliditeit dwong hem van zijn gezin in Nongkhai naar huisje met thuiszorg en scootmobiel in Súdwest-Fryslân.
Lees hier de laatste artikelen
- Belasting Thailand19 december 2024Belastingen: Regionale kantoren Thailand
- Thailand algemeen17 december 2024Belastingen: Hulp bij aanvraag reductie
- Belasting Nederland15 december 2024Belastingen: wanneer is jouw geld belast in Thailand?
- Belasting Thailand15 november 2024Belasting: Navordering in Thailand
Wat ben ik blij dat ik de tijd nam om dit te lezen.
Zeer ontroerend.
Een verhaal waarbij het hart van een worstelende moeder spreekt.
indrukwekkend
Inderdaad.
Indrukwekkend