Lezersvraag: Waarom noemen wij inwoners van Thailand ‘Thai’?
28 september 2015
Beste lezers,
Waarom noemen wij inwoners van Thailand ‘Thai’?
Nederland – Nederlanders
Frankrijk – Fransen
Duitsland – Duitsers
China – Chinezen
Altijd gebruiken we een meervoud om inwoners van het land aan te duiden.
Maar:
Thailand – Thai
Voor mensen die de Thaise nationaliteit hebben, geldt dat blijkbaar niet. Die noemen wij Thai. Niet: Thailanders, Thais, Thaien, Thaiers o.i.d.
Iemand (een taalliefhebber bijvoorbeeld) die hier een verklaring voor heeft?
Met vriendelijke groet,
Rene
Over deze blogger
Lees hier de laatste artikelen
- Lezersinzending1 november 2024Te koop van een lezer: Unieke kans! Hoekhuis in hartje Soi Khao Talo, Pattaya
- Immigratie infobrief1 november 2024TB Immigration Infobrief Nr 053/24: Visa exemption – vragen van de immigratie Bangkok airport
- Visumvraag1 november 2024Thailand Visa vraag Nr 197/24: Afwijkende datumstempel in paspoort
- Lezersvraag1 november 2024Kun je bij aankomst op Don Muang zonder reservering een wagen met chauffeur naar Hua Hin boeken?
Dat is een vrij lang verhaal om precies uit te leggen, maar op wiki staat een redelijk duidelijke uitleg daarover.
Zie: https://nl.m.wikipedia.org/wiki/Inwonersnaam
En: https://nl.m.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_inwonersnamen
P.s. in het Engels is de uitleg op wiki nog een stuk uitgebreider.
Zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Thai_(taal): Het woord Thai wordt niet alleen gebruikt voor de Thaise taal maar ook voor een persoon met de Thaise nationaliteit.[1] Aan het lidwoord is te zien of de taal (het Thai) of een persoon (de, een Thai) bedoeld wordt. Meerdere Thaise personen of het Thaise volk kunnen worden aangeduid met het woord Thai of Thailanders.[2] De woordvorm Thais (met een -s) mag volgens sommigen uitsluitend als bijvoeglijk naamwoord met de betekenis van, uit, betreffende, als in Thailand gebruikt worden. Het woord Thais kan in dat geval als synoniem van het woord Thailands worden beschouwd. Er bestaat hierover echter geen consensus, en Thais wordt ook wel als zelfstandig naamwoord gebruikt naar analogie van bijvoorbeeld Iers en Fins in de betekenis van Ierse respectievelijk Finse taal.
Beste René,
het antwoord lijkt me eenvoudig. In de Thaise taal kennen we geen enkel- en meervoud. Dus staat Thai (ไทย) voor één en alle Thais.
Martin.
Een verklaring lijkt me niet nodig want we noemen de bewoners van Thailand in het Nederlands gewoon Thailanders of in een verkorte vorm, waarschijnlijk in navolging van het Engels, ook wel Thais, maar nog altijd met een ‘s’ aan het eind. Ook noemen we de taal gewoon Thais. Dat sommige mensen daar van afwijken moeten ze zelf weten. Waarschijnlijk weten deze mensen het Nederlands en het Engels niet zo goed uit elkaar te houden als het om de taal gaat..
niet helemaal akkoord:
één Nederlander – twee Nederlanders
één fransman – twee fransen
één duitser – twee duitsers
één chinees – twee chinesen
één thai – twee thais
wel is het zo dat in een volzin die meervoud-s niet zo nadrukkelijk uitgesproken wordt en dus minder hoorbaar is;
bovendien wordt in Thailand veel Engels gesproken (ook door ons, Nederlandstaligen) en in het Engels is het:
one thai – two thai
hoewel het in correct Engels zou moeten zijn:
one thai man (or thai woman) – two thai men (or thai women, or thai people) maar in het dagelijks woordgebruik wordt de “man/woman” en “men/women/people) dikwijls weg gelaten
Ik zeg nooit 2 Thais maar altijd als het er meer Zijn zeg ik 2 Thaien.
Thailand vroeger siam ( is dus de eigenlijke naam) de inwoners nieuwe machthebberes hadden al de naam thai en thailand is dus genoemd naard de thai ….thailand….land van de thai ….terwijl bijv wij nederlanders ons noemen naar het land wij zijn mensen uit nederland terwijl dus thailand genoemd is naar de inwoners land van de thai
vr gr hr
Volgens mij is het één Thai maar twee Thais mét s.
De Thais zijn leuke mensen…
Er zijn maar enkele landen ter wereld waarbij de inwonersbenaming in het enkelvoud kan eindigen op een klinker. Zeg wel kàn, want er is telkens een alternatief:
Bahreini welke ook Bahreiner genoemd wordt,
Iraki of Irakees
Israëli of Israëliër
Omani of Omaniet
Pakistani of Pakistaan
Qatari of Qatarees
Saoedi of Saoediër of ook Saudi – Saudiër
Swazi of Swaziër
De enkelvoudige benamingen welke eindigen op een “i” geven het gevoelen dat deze ook als meervoudsvorm gebruikt kunnen worden. Zoals het Italiaanse scampo welke als meervoud scampi heeft.
Wellicht vandaar dat Thai – Thailander als meervoudsvorm Thai en Thailanders heeft?
Let wel, ik eindig mijn betoog ook met een vraagteken…
Zover ik weet spreekt men in de Nederlanse taal ook van een Thai,en in het meervoud zijn het Thais.
Alleen in de Thaispraak noemen we de bevolking van Thailand,,kohn Thai”waarbij je aan het woord niet kunt horen,of het om(1),of meerdere personen gaat,bovendien is het woord zowel voor man als vrouw gelijk. Zo heeft iedere spraak zijn eigen eigenschappen,en we maken het ons wel heel erg moeilijk,om van alles,het waarom te achtervragen. Toen mijn vrouw naar Europa kwam,heeft ze omdat ik in Duitsland woon de duitse taal geleerd,waarop ze mij haast gelijke vragen gesteld heeft zoals,waarom men bij Nederland praat over Niederländer,terwijl men bij Frankrijk praat over een Franzose,en niet van Fransländer,terwijl men bij England weer spreekt van Engländer. Toen ik haar vertelde dat men in de meeste Europese spraken,door een kleine verandering van het woord,ook nog horen kon of het om een man,of vrouw gaat,sloeg ze van vertwijfeling de handen boven haar hoofd.
Daarom moet je de eigenschappen van een taal aannemen zoals ze zijn,anders stoot je op moeilijkheden,die niet,of haast niet te verklaren zijn.
Geen zin in discussie.
Uit het ‘groene boekje’, de lijst der Nederlandse taal:
Thai, het
thaiboksen [thai·bok·sen], het
Thailand [Thai·land], eigennaam
Thailander [Thai·lan·der], de[m.], Thai, Thailanders [Thai·lan·ders]
Thailands [Thai·lands], bnw., Thailandse [Thai·land·se], zie ook Thais
Thais, bnw., Thaise [Thai·se], zie ook Thailands
Dus:
Thai, zelfstandig naamwoord. Zowel 1 Thai als 3 Thai – meervoud – kan dus.
Drie Thais niet, want dat is een bijvoeglijk naamwoord. Zoals een Thais restaurant.
Om te besluiten, Rene:
THAI is an sich al de meervoudsvorm.
;~)
Het is niet meer dan taalafspraken:
1 Thai – 2 Thai
1 Saudi – 2 Saudi
1 Koeweiti – 2 Koeweiti
enz., enz.
(Met alle respect voor Stan, maar Swazier(s) bestaan niet, wel Swazi)
Inwoner: Thai, Thailander • inwoonster: Thaise, Thailandse • bijvoeglijk: Thailands, Thais.
Zo moet het zijn volgens de woordenlijst van de nederlandse taal.
De thai zelf noemt zich thai en het is toch ook zeer logischh de thai is trots op zijn nationaliteit
Beste Tom,een Thai noemt zich zelf ,,kon Thai” waarbij je aan het ,,kon” ziet,of hoort, dat het om een persoon gaat,zodat het woord Thai alleen, geen enkele uikomst geeft over de nationaliteit.
Zo wordt het land pratheet Thai,of möeng Thai genoemd,waarbij pratheet of möeng voor het land staat.
En als een Thai het over de taal heeft praat hij over phassaa Thai,waarbij met phasssaa de taal bedoeld wordt,zo zie je dat het woord Thai alleen nog geen duidelijkheid geeft in de Thaispraak. Het woord Thai krijgt alleen duidelijkheid in een complete vraag zoals bijv,,Khun put Thai daai mai?,waarbij men het woord phassaa niet toevoegen hoeft,omdat men hier over duidelijk vraagt,,Of U Thai spreekt”?
En als je het over de taal hebt? “Ik spreek geen Thais.” of “Ik spreek geen Thai.”
Omdat een inwoner van Belgie ook een Belg is.
Toch niet zo moeilijk?