Het Thaise kind. Beter of slechter dan dat van de farang (in zijn vaderland)? Trek zelf uw conclusies na het lezen van dit (volledig waargebeurde) verhaal. Wie alleen de eindconclusie wil lezen kan ook meteen naar beneden ‘scrollen’. Daar staat de executive summary.
De Thaise mensen zijn allemaal dol op kinderen (hun eigen of die van anderen, maakt helemaal niks uit). Dat is een waarheid als een koe, of zelfs als een waterbuffel waar ze ook zonder uitzondering van houden. Daarnaast zijn er nog een paar andere zaken waar ze veel genegenheid voor tonen, maar laten wij ons voor het ogenblik beperken tot de liefde voor (hun) kinderen.
Ik ben zelf vader en ook grootvader, mijn vrouw ‘slechts’ moeder (en natuurlijk ook stief-oma, wat toch weer een ander soort band is) maar ook zij draagt jong volk doorgaans een warm hart toe. Eerstehands ervaring met Thaise kinderliefde heb ik ook: mijn zoontje, uit mijn eerste Thaise verbintenis ontstaan, was in zijn prille jeugd een soort halfgod en ondanks zijn exotische voorkomen werd hij steevast door Jan (Chom) en alleman Farang Noi genoemd. Zelf was hij niet zo verguld met die belangstelling, maar als ouders vind je zoiets natuurlijk hartstikke leuk, die bevestiging dat je iets moois in de wereld hebt gezet.
De 100% Thaise kindertjes kunnen overigens ook vaak superaandoenlijk zijn. Je hebt van die slim kijkende dunne en van die snoezige dikzakjes, die door hun ouders overdadig gevoed worden om aan een bepaald schoonheidsideaal te voldoen dat zij projecteren op hun nageslacht. Hopelijk komen die ‘opvoeders’ op tijd tot inzicht, want ik zie ook veel dikke tieners, die er al een stuk minder schattig uitzien en van afstand weliswaar lijken te worden geaccepteerd door hun kliekje, maar die toch een stukje ongezonde eenzaamheid uitstralen. Vaak zie je ze dan als jonge volwassenen met overhangende billen eindigen op een Grab motor. Vriendelijk en ook zeer relevant, maar duidelijk getekend en benadeeld door een te voedselrijke jeugd. Met dank een de vertroetelpraktijken van pa/maen andere goedbedoelende voeders.
Los daarvan zijn Thaise kinderen echter meestal bijzonder beleefd en soms ook wat bedeesd, zeker tegenoverstaand van een uit de kluiten gewassen Farang als ik, die alleen maar vreemde klanken (Engels) tegen ze uitkraamt. Vaak moeten ze dan ook van hun ouders een wai uitbrengen naar die rare meneer. Doen ze ook doorgaans gehoorzaam en als farang moet je dan (van je vrouw) de groet beantwoorden. Altijd leuk, die interactie met jongelui. We weten allemaal dat kinderen ook bijzonder irritant kunnen zijn. Je eigen, maar ook en vooral die van anderen, omdat je die immers niet zelf hebt opgevoed en je eigen morele waarden en andere niet erfelijke kwaliteiten hebt bijgebracht.
Een specimen van een enorm onbeleefd en zelfs gewelddadig kind kwam deze week op mijn pad bij het wekelijkse bezoek aan onze dorpsmarkt, hier nabij Udon Thani waar ik altijd lekkernijen vandaan haal om ’thuis’ aan de tv op te peuzelen. Denk aan die grappige papieren piramides waar Pad Thai in zit, kip in alle mogelijke staten van bereiding, stokjes met sticky rice erbij, die typische lompe Thaise loempia’s die ze per schaar op maat knippen, maar ook en vooral nagemaakte Little-C soesjes, met allerhande soorten crème vulling die funest zijn voor mijn lijn, maar die ik toch niet kan overslaan. Ook al omdat ik mij heb aangevriend met de verkoper. Ja, er is zelfs een ware bromance gaande, waardoor ik meer en meer uitdij en de 100 kilo nu als een schier onbereikbaar streef- of zelfs droomgewicht zie. Ik zeg hem wel eens (via mijn vrouw) dat hij beter een salade-koopman had kunnen zijn dan een koekenbakker, maar eerlijk is eerlijk, er is geen salade die kan opboksen tegen zijn zoete, calorierijke baksels. Geweldige vent, maar kinderloos, dus hij past eigenlijk niet in dit verhaal. Sorry, Toto (zijn nickname), ik kom nog wel een keer op je terug, maar ga nu dus even verder met dat akelige kind.
Meestal loop ik door hitte en drukte licht lichamelijk, maar ook mentaal verdoofd en willoos achter mijn vrouw aan over de weekmarkt, af en toe de beurs trekkend of een snelle blik werpend op een komisch T-shirt, dat er toch meestal niet in mijn maat is en anders tegen meerprijs, wat ik dan weer als discriminerend ervaar en mij gepikeerd de neus laat ophalen voor deze voor Thailand zo typische dual-prizing. Naast dat soort overpeinzingen moet ik dan ook nog continu op mijn hoede zijn dat ik mij met mijn toch bescheiden 187 cm lengte niet aan de ogen opspies aan de laaghangende, uitstekende stalen staven die de dekzeilen van de vele kraampjes gewillig dragen. Meestal roestig en altijd puntig zijn deze speerpunten slecht gezelschap voor de weke delen en zelfs de schedel.
Opeens viel mijn blik echter op een schattig dun manneke die ik amper 2 of 3 jaar oud schatte en die geflankeerd werd door zijn iets oudere en dubbel zo zware zus of nicht. Er lopen wel vaker farangs rond op mijn marktje en soms knikken we ook naar elkaar, dus ik was dan ook wat verbaasd toen het sjofel geklede ventje tamelijk opzichtig naar mij omhoog tuurde. Ik waardeer die belangstelling doorgaans en begin dan grappige blikken te werpen naar zo’n staarder om het ijs te breken. Deze kleine makker bleef echter stoïcijns en wat emotieloos omhoog staren en leek niet ontvankelijk voor mijn wat onhandige pogingen tot het normaliseren van onze betrekking. Opeens ging zijn blik naar beneden, richting mijn kuit, waar ik de dag ervoor een tattoo op had laten aanbrengen die niet over het hoofd was te zien wegens korte broek, lage sokken en het formaat ervan. Leuk, dacht ik: een kunstliefhebber. Maar nog terwijl ik dat dacht, schopte de minuscule onverlaat tegen het kunstwerk. Letterlijk dus. Als een jonge klimaatactivist in het Louvre of het dolfinarium dat ook meer en meer onder vuur ligt want die dieren horen vrij te zijn. Ik was uiteraard voor even verbouwereerd en vloekte binnensmonds in mijn dialect (een deel van de vloek kan ook via mijn strot in een reflex naar buiten zijn getreden), maar het mannetje staarde mij intussen weer uitdagend aan, met een blik van: ‘en nu dan farang?’
De grote zus nam mij niet in bescherming en ook mijn vrouw niet, want die was inmiddels al verder geslenterd naar de volgende vis- of groentekraam. Het was niet eens een doodschop; op Mallorca of in Muay Thai kringen wordt wezenlijk harder geschopt en vaak met zwaarder schoeisel dan de afgetrapte slippertjes van mijn nieuwe antagonist. Maar op zo’n verse tattoo….. Ik voelde mij letterlijk op mijn ziel getrapt, diep gekwetst, meer nog dan de pijn, ook al omdat ik weet dat in het omgekeerde geval de rapen rijp waren geweest in ons favoriete vakantieland. Het internet en Thaise nieuws staan er dagelijks bol van. Ik slikte mijn frustratie voor het moment, maar gewoon in en legde het gebeurde vervolgens voor aan mijn ega. Ze voelde met mij mee. De week erna heb ik de markt, maar overgeslagen wat ik normaal alleen maar in geval van overmacht doe. Mijn liefde voor dit hoogtepunt van de week en meer specifiek voor het Thaise kind was door die laffe, onverwachte trap naar mijn kuit danig getemperd en ik zal wat tijd nodig hebben om weer op het oude peil van waardering en vertrouwen in de jeugdige medemens terug te keren. Voorlopig in Nederland.
Gelukkig kon ik nog teren op een veel positievere ervaring met Thaise jongeren van enkele maanden vóór deze nare confrontatie. Maar die bewaar ik voor een eventuele volgende keer, omdat ik voor nu de aandachtsboog van eventuele lezers niet te zeer op spanning wil houden, om rek te vermijden. We zijn niet meer gewend om lange epistels tot ons te nemen, maar verkiezen korte en pakkende schriftelijke uitingen. Ik had ook kunnen schrijven: ‘Kind uit Udon schopt farang zonder aanleiding tegen tattoo’.
Zelfde informatieve waarde, maar nauwelijks boeiend leesvoer. Kop zonder lijf. Ik koos voor de gulden tussenweg, met wat achtergrond-ruis. Bij deze dus.
Ingezonden door Rick
Over deze blogger
- Khun Rick dateert van 1959 (momenteel 65 jaar), opgegroeid en nog steeds woonachtig in Zuid-Limburg. Na 40 jaar ambtenarij nu al bijna 5 jaar met vervroegd pensioen. Komt sinds 2001 regelmatig als toerist in Thailand, maar leerde zijn vrouw in Nederland kennen en is met haar vaak te vinden bij schoonmoeder in Udon Thani. Samen reizen is zijn passie, eten (helaas) ook en sporten een noodzaak. En natuurlijk schrijven: vroeger serieus en nu luchtiger.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur25 december 2024Een leven met cannabis: Een waarachtig opgetekend verhaal over pijn en hoop
- Cultuur22 december 2024Hoe een nalatend geheugen grondig je dag kan verpesten
- Cultuur19 december 2024Een onvergetelijke tocht door de Jungle
- Cultuur15 december 2024Bejaard, bebaard, maar toch nog de moeite waard?
Rick, met alle respect, maar de tekst boven jouw artikel dekt de lading van jouw verhaal niet. ‘Waar is een kind beter af…?’ omdat een ettertje van drie tegen jouw verse tattoo schopt? Ettertjes van koters heb je overal en ach, die komt zichzelf nog wel eens tegen als ie de verkeerde tegen zijn tattoo schopt. Wees maar blij dat ie laag zat…
Jaloezie kan een oorzaak zijn maar dat moet hem zijn aangepraat door zijn ouwelui die vermoedelijk minder te makken hebben dan jij en zeker geen deftige tattoo kunnen ophoesten. ‘Verrek een farang’ hoorde ik ook wel eens als ik een bus nam, vermoedelijk uit angst dat ik me naast die Thai in een veel te krap busbankje zou pogen te persen want ook voor mij is, na twintig jaar afvallen, de honderd kilo een plan uit Verweggistan….
Tenslotte, waar is een kind beter af? Hangt helemaal van de portemonnee van de ouwelui af. De kinderen van de elite worden echt wel anders opgevoed; die schoppen jou heus niet tegen je tattoo maar rijden je plat onder een vette Porsche…
Bedankt voor je reactie Erik,
De (ludiek bedoelde) anekdote gaat er inderdaad niet over waar kinderen beter af zijn.
Wordt ook niet in de titel gesuggereerd overigens. Gewoon een persoonlijke ervaring die voor de lezer een glimlach moet opwekken maar die zeker niet (echt) generaliserend wil zijn.
Heel even was ik ook in de war en dacht dat schrijver de vraag stelde of een farang kind er beter van af zou zijn elders dan een kind in Thailand, hetgeen uiteraard met ja beantwoord zou moeten worden want een Thai kind heeft veel minder kansen en leeft met minder mogelijkheden.
Maar nee, dat was de vraag niet, na herlezen. Schrijver stelt de vraag of een Thai kind beter of slechter IS dan een kind van een farang. Hij stelt niet een vraag naar een competentie, of naar een gedraging, of naar omstandigheden waarin een kind opgroeit, of naar de mate van opvoeding en opleiding. Nee, hij stelt de vraag naar het ZIJN van kind van Thai origine in vergelijk met die van een farang. Een dergelijke vraag kan natuurlijk helemaal niet. En dan druk ik me voorzichtigheidshalve maar uit omdat mijn reactie anders niet geplaatst gaat worden. Dat schrijver die vraag stelt, ook al poogt hij er een verhaal met beoogde hilariteit omheen te bouwen, zegt hoe hij ondanks dat afzwakken kijkt naar Thai mensen, hoe hij vindt dat zij met elkaar en hun kroost omgaan, en last but not least hoe ver weg hij wel niet van hen af staat. Dus sjokt hij wat mee achter zijn vrouw aan tijdens een verplichte wekelijkse marktgang, spreekt geen woord Thai maar meent dat Thai mensen zijn Engels als uitkramen van vreemde klanken beschouwen, en vult zichzelf met verkeerde versnaperingen in één adem met de constatering dat de Thaise jeugd zichzelf overvoedt. Hij wel, zij niet. Het hele verhaal spruit voort uit misvatting, en er een jofele draai aangeven die verkeerde kijk rechtvaardigen. Misschien dat dat jochie van amper 2 à 3 jaar, direct betiteld als “een specimen van een enorm onbeleefd en zelfs gewelddadig kind”, in één blik door had dat die farang van 187 cm hoog en tegen de 100 kg, die lichamelijk en mentaal verdoofd en willoos wat aan lummelde eens wakker geschud moest worden, en welk middel heeft een peuter anders voorhanden dan zijn voeten? Met dat jochie vraag ik me af wat doet schrijver hier. Hem zou ik willen zeggen: Leer je eens wat actiever te gedragen, kom achter de rug van jouw vrouw vandaan, en leer in elk geval om je ietwat in het Thai te verhouden jegens iemand van wie je de door jou gewaardeerde lekkernijen betrekt, en noem hem niet koekenbakker.
Beste Wim,
Bedankt voor je al te ernstige reactie op mijn heel wat luchtiger bedoeld pennevruchtje. Jouw woke analyse van mijn bestaan op basis van een humoristische anekdote is wel wat aan de farang onvriendelijke kant en slaat de plank behoorlijk mis, maar fijn dat jij als groot mensenkenner de Thaise bevolking tegen mij in bescherming meent te moeten nemen.
Schitterend geschreven verhaal. Lekker ironisch ook. Maar pas op: kan drukken waar het pijn doet.
Ook op niet-getatoeëerde plekken van van gevoel voor humor gespeende lezers.
Bedankt voor je fijne reactie, Rudy. Het motiveert mij om het lezersvolk van deze blog soms te blijven ’trakteren’ op altijd luchtig bedoelde uitlatingen en de vaak uren die het kost om zo’n tekstje in elkaar te zetten meer dan goed te maken. En je hebt volledig gelijk betreffende de lieden bij wie er Azijn door de urinewegen vloeit. Alleen jammer dat ze hun gebrek aan begrijpend lezen direkt menen te moeten omzetten in happen onder de gordel. Ik wens je een fijne dag Rudy.
Je hebt een zeker literair talent en een scherpe opmerkingsgave. Als je daar dan wat wenst mee te doen, kost je dat inderdaad al gauw enkele uren voor je pennenvrucht precies zo rijp is om er smakelijk te kunnen van genieten. En dan ligt het in de handen van de lezer. Met zijn of haar perceptie waarbij dan vooral beoordeeld wordt of het een eigen gelijk, visie op de wereld of standpunt bevestigt) en interpretatie (waarbij begrijpend lezen en het snappen van stijlvormen zoals ironie en sarcasme kunnen helpen). En dan moet je eerst nog de eigen normen en waarden van een moderator kunnen passeren of bij auteurs woke en sensitivity readers. Ik hoop nog veel van jou te mogen lezen!
Mooi gesproken, Rudy. Het zal inderdaad een kwestie van volharding zijn, wat op zich spijtig is voor een stelletje vrijwilligers die eigenlijk alleen maar elkaar een vriendelijke lol willen doen. Moderators moeten in mijn optiek niet alleen op de hoede zijn voor niet toelaatbare uitingen van auteurs, maar vooral die goedbedoelende auteurs in bescherming nemen tegen het volk dat met zijn negatieviteit ieder existerend medium wenst te reduceren tot een slagveld van onhebbelijkheden.
Aan de positieve kant: je hoop is meteen in vervulling gegaan met wederom een onvolprezen schriftelijke uiting mijnerzijds. Futiele inhoud maar fraai verwoord alweer….
Wijs en mild geantwoord Rick
Sawadee krab,
Wat voor een tattoo had je dan laten maken
Hallo Ton!
In jouw vraag zou wel eens de ontrafeling van het mysterie rond de trap kunnen liggen. Ik bedacht het werkelijk pas op het moment dat ik je vraag wilde gaan beantwoorden. De afbeelding loopt van enkele naar knie en ik liet hem plaatsen om mijn liefde en respect voor Thailand, zijn mensen en cultuur te uiten (klinkt en is wat overdreven, maar toch).
Het is een stapel stenen op het strand die balans moet symboliseren. Bovenop hoort onder de boom dan Buddha te zitten, maar door de positionering op het been koos ik met de artist voor een klein thais huisje. Ziet er schattig uit en omdat ik sowieso ongelovig ben kon ik met deze aanpassing goed leven. Ook en vooral omdat ik de Thaise bewonderaars zeker niet wil kwetsen (en omdat het voor mijn goede vriend de tattooman trouwens een groot no-no was).
Wellicht wilde de kleine schopper niet meer en niet minder dan mijn stapel stenen overhoop trappen en onbewust de afgebeelde balans verstoren? Zoals kinderen dat nu eenmaal graag doen. Bij nader inzien lijkt dit mij nu een plausibele verklaring voor zijn (wan-) gedrag. Wat denk jij?
Denk dat ik het misschien wel kan verklaren. Kinderen met adhd las ik vertonen soms ondoordacht gedrag, ook wel impulsief gedrag genoemd. En ook : kinderen met ADHD hebben soms moeite met emotieregulatie. Daar kunnen ze weinig aan doen…..
Als ze bijvoorbeeld een grote vreemdeling zien welke hen aanstaart en nog vreemde grimassen trekt, kan dit zomaar de trigger zijn want een reactie uitlokt. Of ze zijn goed opgevoed en al vroeg wijs gemaakt wat te doen met vreemd volk welke misschien verkeerde bedoelingen heeft: verdedig je met een trap tegen de schenen of been was misschien het advies van huis uit. Volgende keer wat snoep of speelgoed voor de kleine jongen op de markt meenemen wil ook wel helpen. En misschien kom je mijn zoontje van 6 op de markt tegen: wil graag met een ieder praten ( Engels, Thai en beginnend Chinees) en heeft ook een zwak voor witneuzen omdat die op zijn vader lijken.
Bedankt voor je vriendelijke reactie en het meedenken Ger.
Mijn vrouw en ik zijn altijd op zoek naar mensen, groot of klein die we met een klein gebaar een gelukkig moment kunnen geven. Laatst trokken we met zijn tweetjes naar een basisschool 100 km verderop met de wagen vol verrassingen en organiseerden er een tombola in de lunchpauze met prijsjes voor iedereen, ook voor de ‘verliezers’. Schitterende ervaring voor ons, maar vooral ook voor de kids en het onderwijzend personeel die door onze geste ook hun dagelijkse werk extra beloond zagen via de happy kids. Wat mij toen vooral opviel was dat ook de ‘verliezers’ bezonder blij waren met hun troostprijs (wat snoep en drank) en niet afgunstig keken naar de 10 winnaars van de hoofdprijzen (pennen en schrijfblokken etc.). Fijne ervaring, die je nooit meer vergeet. Kan ik iedereen aanbevelen. Ik wil hiermee niet de über sceptici aanmoedigen om mij aan te vallen op de vernietigemde sociaal pedagogische uitwerkingen die zo’n evenementen kan veroorzaken. Laten we het leven gewoon vieren zoals het nu eenmaal is.