Vandaag, terwijl een kundige dame op leeftijd mijn voeten masseerde, begon ik plots te mijmeren over wat een mens zoal meemaakt hier in Thailand. Beslist niks spectaculairs, dus wie avonturen verwacht als neergepend door de meer gelouterde auteurs van deze blog moet ik wat dat betreft al op voorhand licht teleurstellen.
Enfin, gedurende onze vakanties hier wonen mijn Thaise echtgenote en ik in een klein huisje zo’n 150 meter van de autoweg tussen Udon Thani en Khon Kaen. Dat is doorgaans twee of drie keer per jaar een weekje of vier. De rest van het jaar is schoonmoeder de trotse bewoonster en natuurlijk ook in de periode dat wij er verblijven. Haar vorige huisje was weliswaar ook al van baksteen en stond op dezelfde locatie, maar het was niet geschikt als vakantieverblijf voor ons en dus moesten we aanvankelijk ons heil zoeken in hotels in de stad. Uiteraard bestaat in gemengde huwelijken doorgaans het verlangen naar de bouw van een ‘luxe villa’ voor de ouders, in dit geval weduwe schoonmoeder. Dat was bij ons ook niet anders, al is mijn vrouw door langjarig verblijf in Nederland al vrij redelijk en minder traditioneel in dat opzicht. Geen probleem voor mij want het was ook altijd al mijn wens om een klein ‘eigen’ stekje in Thailand te hebben. Het compromis was om het bestaande bouwsel uit te breiden naar onze wensen.
Nu is het dorpsperceeltje niet supergroot en moest ik bij het ontwerp sterk rekening houden met de beperkte oppervlakte van de bouwgrond. Maar mijn tekeningetje zag er toch leuk en praktisch uit. Er was helaas weinig plek meer voor groen, maar een carport voor de auto die we niet hadden kon nog wel verwezenlijkt worden. Al gauw kwam de bouwer er achter dat het bestaande gebouwtje toch te krakkemikkig was om erop aan te bouwen en moest de constructie geheel tegen de vlakte. Uiteraard tegen meerprijs; sloopkosten en grotere nieuwbouw. Om mij te troosten kon de nieuwbouw die het gesloopte deel moest vervangen wel op het bestaande fundament. Dat was een meevaller, die echter maar van korte duur was, want het fundament was wederom bij nader inzicht toch niet meer van deze tijd en moest er ook uit. Extra kosten voor verwijderen en opnieuw storten. Gelukkig waren de tarieven voor de extras niet van dien aard dat het project gevaar liep.
Spijtiger was dat mijn ontwerp volledig was afgestemd op een uitbreiding van de bestaande bouw, met alle beperkingen (vooral qua indeling) van dien.
Maar omdat wij vanuit Nederland de bouw moesten ‘aansturen’, wat ik overigens niemand aanbevelen kan, werd besloten om de initiële bouwtekening, maar aan te houden. Zoals gezegd ook geen ramp, want het was op zich een mooi idee. Hoewel ik soms denk dat het allemaal wat spectaculairder geweest zou zijn had ik carte blanche gehad bij mijn ontwerpje. Uiteindelijk viel het allemaal wat duurder uit, maar niet rampzalig veel duurder. Ook dreigde de bouwer tussendoor nog een keer om met een knokploeg de hele tent weer te komen slopen wegens een onenigheidje over de laatste betalingstermijn, maar dat gevaar week gelukkig snel na prompte betaling onzerzijds; we wilden uiteraard niet dat schoonmoeder fysiek gevaar liep, waar ze toch al mentaal zo te lijden had onder de bouwactiviteiten. Ze moest immers al maanden geleden haar intrek nemen in een vrij ellendig huurappartementje verderop in de straat, op nog geen 100 meter van de bouwplaats waar tot voor kort nog haar bouwvallige paleisje had gestaan.
Los van de paar mindere gebeurtenissen vond ik het toch fijn om eens een keer in het leven ‘zelf’ te bouwen en op foto’s en een tussentijds bezoek vanuit Nederland de voortgang en uiteindelijk het eindproduct te zien. Omdat de bouwkosten op voorhand waren afgesproken en het bestek daarop afgestemd viel de kwaliteit en uitstraling van materialen nogal eens tegen, al hadden we een gewillige voorman die ons goed gezind was en regelmatig per app vroeg om onze inbreng bijvoorbeeld over tegelkeuze. Als we er met onze neus op hadden gezeten had de mogelijkheid bestaan om hier en daar tegen meerprijs te upgraden, maar via de app en dan ook nog eens via mijn wederhelft verliepen lange afstandspogingen daartoe niet succesvol en legde ik mij maar neer bij de keuzes die nu eenmaal behoorden bij ons budget. Is in Nederland ook niet anders, tenzij je bijbetaalt. Enfin, ik ben niet ontevreden over het eindresultaat en beschouw het project voor 90% geslaagd met maar weinig stress, behalve dan de bedreiging met de bulldozeraanval door onze vroeger zo vriendelijke aannemer.
Inmiddels hebben wij hier en daar wat verfraaiing aangebracht zoals nieuwe tegels in de badkamer van schoonmoeders, met wat meer Isaan uitstraling dan het kille wit van de nieuwbouw. Ze is heel trots op haar nieuwe woning en laat niet na ons daarvoor regelmatig dankbaar te zijn. Ook zet ze het interieur waar ze durft naar haar hand, hetgeen zich gelukkig het meest uit in de keuken achter het huis, waar ik niet zo heel erg vaak kom. De vulling van onze royale Samsung koelkast met allerhande (cosmetische) spullen en een dozijn blauwe waterflessen (zodat ik steeds moet schuiven om mijn cola light te stallen) vind ik ook wat minder, maar het is nu eenmaal meer haar huis dan het onze qua verblijftijd over het jaar beschouwd.
Wat ik wel leuk vind, is het enthousiasme waarmee ze de voortuin groen houdt. Die aan de zijkant is een ander verhaal, maar aan de voorkant ziet het er doorgaans piekfijn uit, Thaise norm piekfijn dan. Dus geen strakke beplanting, maar gewoon lekker wild groen, van alles wat, hier en daar een paar potten, al dan niet met kleine visjes erin (die de volgende keer ook gewoon weer weg kunnen zijn. Thaise Joost mag weten waar naartoe, weggezwommen of uit de pot geklommen zullen ze niet zijn). Kortom, een kleine oase achter onze bleke tuinmuur. Wij hebben moeders stijl wat aangevuld met bamboe meubelen hier uit het dorp en zelfs onlangs met een van resthout gefabriceerde schommelbank, die wel niet supersoepel schommelt, maar goed past qua ambiance. Onlangs heb ik nog hoge ogen gegooid door voor het schoonmoedertje in haar fraaie voortuintje een heuse hangmat te installeren. Lekker onder de schaduw van een tweetal uit de kluiten gewassen struiken met stammen van zo’n 10 cm dik, krachtig genoeg om haar frêle gewicht te dragen. Ze was niet meer uit haar hoekje weg te slaan en genoot met volle teugen van deze langjarige en nu eindelijk vervulde droom. Haar geluk kon niet op. Dat ze er zelf nooit op gekomen is, dacht ik nog.
Nu was het wel zo dat het bladerendak van die groene reuzen reikte tot in de stroomkabels die in elke stad en dorp het uitzicht naar boven verpesten.
Maar geen nood; er is in het dorp een alleenstaande vader die tegen een kleine vergoeding in haar tuintje komt werken en hoewel gespeend van enige vorm van kennis en inzicht telkens wordt opgetrommeld als er zwaarder tuinwerk aan de winkel is. Zoals het aftoppen van onze hangmatboompjes. Helaas waren wij in Nederland toen hij te werk (eigenlijk ’te keer’) is gegaan in onze groene voortuin. De ochtend na onze recente late aankomst in Udon, liep ik met mijn bakje muesli in de knuisten geklemd ons terrasje in de voortuin op om op mijn gemak te gaan genieten van dit stukje culinaire genot meegebracht uit Nederland in de warmte van onze groene oase. Lekker met koude Thaise melk.
Prompt raakte ik in shock en vervolgens depressie bij het zien van de chaos die moeders tuinman had aangericht in haar tuintje. Waar voorheen weelderig groeiende en bloeiende heesters in de kracht van hun leven haar innig gekoesterde hangmat hadden getorst en schaduw hadden geboden, stonden nu nog slechts enkele houten stompen van minder dan één meter hoogte, uiteraard zonder enkel blaadje of bloempje eraan. Het tafereel zag er letterlijk uit alsof er een mini-tornado door de tuin was gewerveld, die ook de fraaie en kleurrijke beplanting aan de buitenkant van de muur niet had gespaard (waarvoor willekeurige voorbijgangers haar regelmatig complimenten gaven). Waarom, vroeg ik mij af, wat moet de goede man bezield hebben om zo tekeer te gaan in schoonmoeders oase? De opdrachtgeefster waste natuurlijk zelf haar handen in onschuld: omdat ze met de buurvrouw was gaan kletsen kon ze niet zien wat er intussen in haar tuintje voorviel. Als straf is ze twee of drie dagen door ons (ja, ook mijn vrouw was gepikeerd) mentaal ‘gepijnigd’ tot we haar zielig begonnen te vinden en maar verder over het thema gezwegen hebben. Het is trouwens een schat van een vrouw, maar wie is perfect? Inmiddels beginnen de stompjes weer groene sporen van leven te vertonen, maar voordat ze weer een hangmat kunnen torsen zal schoonmoeder 80 jaar oud zijn. Franky, mijn food delivery man uit London, die mij met zijn brommertje regelmatig voorziet van door zijn ega (lokaal) bereid heerlijk Thais eten was desgevraagd minder verbaasd en zei alleen maar: ‘I know, they don’t know when to stop’.
Welnu, de voetmassage zit er voor vandaag op. De olieversie voor mijn vrouw eveneens dus ik ben er weer vandoor.
Ingezonden door Rick
Over deze blogger
- Khun Rick dateert van 1959 (momenteel 65 jaar), opgegroeid en nog steeds woonachtig in Zuid-Limburg. Na 40 jaar ambtenarij nu al bijna 5 jaar met vervroegd pensioen. Komt sinds 2001 regelmatig als toerist in Thailand, maar leerde zijn vrouw in Nederland kennen en is met haar vaak te vinden bij schoonmoeder in Udon Thani. Samen reizen is zijn passie, eten (helaas) ook en sporten een noodzaak. En natuurlijk schrijven: vroeger serieus en nu luchtiger.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur30 december 2024Murphy, pech, geluk, karma? De (on-) zin van statistiek
- Cultuur25 december 2024Een leven met cannabis: Een waarachtig opgetekend verhaal over pijn en hoop
- Cultuur22 december 2024Hoe een nalatend geheugen grondig je dag kan verpesten
- Cultuur19 december 2024Een onvergetelijke tocht door de Jungle
Ik kocht 2 jaar geleden een honderdtal struiken en bloemen om mijn tuin een weelderige aanblik te geven en om niet op kale muren te moeten staren als ik door mijn woonkamerraam kijk. Bij terugkeer had de schoonmoeder alle planten vakkundig gesnoeid. Lief van haar zou je denken. Jammer genoeg heeft ze alle struiken uit de grond gehaald en in stukken van 10 centimeter gehakt. Brandhout voor haar vuurplaats buiten. Én ze was nog eens zo lief om de grond weer te beplanten : tientallen look en uienplanten heeft ze in de plaats gezet. Een paar honderd euro door de schouw. Dolletjes!
Dogmai kin meedai. Bloemen en sierstruiken kan je niet eten.
Je schoonmoeder denkt vanuit haar Thaise leefwereld logisch en met realiteitszin.
Probeer je in te leven in haar leef en denkwereld. Jouw hondertal sierstruiken en bloemen worden dan van de pot gerukte waanzin. Dolletjes maar dan anders 🙂
Voortaan maar gewoon lekker laten groeien, die kabels geven wel mee..
Maar prachtig beschreven.