Een overlijden in Isaan – dag 2
Wanneer De Inquisiteur en gade woensdagavond thuiskomen rond ‘si toem’, negen uur, gaat eega’s telefoon. Aan haar gelaatsuitdrukking te zien is het verbazend nieuws. Ongelooflijk, een tweede overlijden. Verre familie, de vader van een oom.
Haar tante vraagt of we willen komen morgenochtend, de man is drie dagen geleden overleden en donderdag is er de crematie. Ja, zo gaat dat in Isaan, niets wordt meer dan een dag vooraf gepland, geen bericht bij het overlijden zelf, beetje te verre familie maar toch wil liefje-lief gaan. Zo verandert de planning weeral eens snel, De Inquisiteur heeft zich daar allang bij neergelegd.
Donderdagochtend gaat de shop slechts even open, om half negen weer gesloten. Want er is afgesproken dat eega’s tante ons rond half tien uur oppikt thuis, we moeten naar een dorpje zo’n dikke dertig kilometer verder. Liefje-lief heeft dat van de farang overgenomen. Op tijd klaar zijn, op afspraak. Maar we gaan weer eens de mist in. Om half elf zitten we nog steeds te wachten, een belletje, het zal nog een poosje duren want er gaan verscheidene mensen mee met tante’s auto en die zijn er nog niet allemaal. Besluiten we om maar zelfstandig door te rijden, beiden hebben we honger want nog niet ontbeten.
Wonder boven wonder vinden we de locatie zonder problemen, het is een piepklein gehuchtje, er staan veel auto’s en bromfietsen, onder de tenten zit reeds veel volk. Vervolgens de rituelen, het lichaam gaan groeten, bijdrage inleveren en etenstijd. Zelfde gerechten als altijd, lekker en veel. En De Inquisiteur die weer vreesde om het middelpunt van de belangstelling te zijn is tevreden want helemaal niet zo. In deze familie zijn er drie farangs, maar die zijn momenteel aan het werk in hun thuisland. Dus geen overdreven bekijks, geen gedoe met nieuwsgierige mensen.
Rond drie uur in de namiddag heeft De Inquisiteur weer zijn ‘dorpskloffie’ aan kunnen trekken om richting poa Deing te gaan. Je hoeft als bekende helemaal niet opgekleed te zijn voor zo’n dingen hier in het dorp, eigenlijk is dat zelfs af te raden. Op het platteland gebeurt altijd wel iets wat je kledij vuil maakt. Een hond die tegen je opspringt. Een vuile stoel die je vergat te controleren. Je gaat mee op de grond zitten bij je kameraden, vergetende dat je een licht gekleurde broek draagt. Je eet met de handen, De Inquisiteur veegt die telkens, ongewild, af aan zijn broek.
Het is een komen en gaan van mensen, bovendien zit de meerderheid van de dorpelingen hier gewoon ’te zijn’. De Inquisiteur wordt bij een tafel geroepen, vol met oudere mannen. Die ziet De Inquisiteur niet zo vaak, de zeventigplussers zitten meestal thuis op hun erf. Nu zijn ze bezig met belangrijk te zijn, respect voor ouderlingen is hier nog stevig ingebakken. Ze vragen De Inquisiteur uit, over België, over het lief, hoe De Inquisiteur aan zijn geld geraakte. Alles op een olijke wijze, onderling zijn antwoorden becommentariërend. Ha ! Jullie hebben de Euro. Het sneeuwt in België nietwaar? Is het daar altijd koud? Iemand blijkt zelfs Hazard, een bekende voetballer, te kennen. En deze maal is het De Inquisiteur die de glazen telkens moet bijvullen, hij is de jongste aan tafel.
Wat later verlegt De Inquisiteur zijn interesse naar de keukentent. Wat een gezellige bedoening ! Een inspecteur van de voedselveiligheid, of hoe dat ook heet in de lage landen bij zee, zou ter plekke een hartaanval krijgen. De grote lage bamboetafels liggen vol. Een mix van druipend rauw vlees tussen de vis. Her en der aangesneden groenten, of nog in de verpakking. Plastic flessen met sauzen. Zakjes met onbekende inhoud. Damestasjes, het mobieltje grijpbaar. Flessen bier en lao kao, volle glazen, lege glazen. Honden dolen onder en rond de tafels, op zoek naar vallende restjes, en dat zijn er veel want iedereen neemt af een toe een hap van iets en gooit de beentjes of wat dan ook gewoon op de grond.
Jaa en twee andere stevige venten hebben een slechte job, ze moeten met een hakmes varkensvlees fijn hakken. Dat gaat zo : de eerste man neemt een berg vlees en snijdt dat in kleine brokken, de hoop verhuist naar meneer twee die hakt tot hij pijn in de arm heeft. Jaa is de finishing touch – hij controleert en hakt de vergeten grotere brokken nog wat kleiner. Maar na zowat vijf minuten stoppen ze telkens even en nemen een slok lao kao. Dat maakt dat ze na een halfuur al erg vrolijk zijn en het eindproduct is al heel wat ruwer dan ervoor.
Uth is de man met kennis, beetje de dorpschef aangaande koken voor grote groepen. Hij zorgt ervoor dat alles in goede banen blijft gaan. Beveelt om uien te snijden wanneer nodig, hij bepaalt hoeveel zout erbij hoort. Hij beheert de grote potten op de vuren, voegt er de ingrediënten in. Maar ook hij neemt regelmatig een stevige slok uit zijn glas bier, zodanig dat hij pas tien minuten later ontdekt dat iemand vis in zijn varkensschotel gekapt heeft. Mai pen rai. Seip !
Het is een chaos voor een westerling, maar ze slagen erin om telkens weer schotels voedsel af te leveren voor de talloze bezoekers. En niemand die klaagt, het eten is lekker. De Inquisiteur heeft een zitplaats gekregen te midden van die chaos. Vinden ze leuk, want hij blijft nieuwsgierig naar hoe ze het doen, wat ze klaar maken. Hij zit aan de tafel van de vleeshakkers en krijgt dus zijn deel van de drank. Naast hem zit een dame, die is een soort visbrij aan het prepareren. Vis met nog alles eraan en erop wordt platgestampt in een stenen pot, samen met een soort fijn versnipperde groene ui. En chili’s, naam pla, peper, zout. Het ziet er niet uit maar De Inquisiteur moet van hen alles proeven – hij stelt het publiek niet teleur, trekt gekke bekken wanneer te pikant, draait met zijn ogen indien het gerecht er niet uit ziet, maar zegt altijd dat het lekker is.
Dan is er commotie. Een pick-up komt aangereden en opwinding. Poa Deing, De Inquisiteur vroeg zich al af waar die zat, is met een aantal mannen een varken gaan slachten. De rode brij ligt dampend achter in de bak, op een veelkleurig plastic zeil dat blijkbaar al eerder gebruikt is bij schilderwerken. De mooie stukken vlees gaan naar een hoopje dames die er meteen mee aan de slag gaan. Rest er nog iets wat De Inquisiteur toch maar een beetje vies vind. Alle ingewanden, inclusief de huid en de poten. Da’s mannenwerk. Ze worden er overenthousiast bij, iedereen wil meewerken. Lever, longen, nieren, darmen en hart worden manueel gereinigd, gesneden en bewerkt, en gaan vervolgens in een enorme ketel op een gasvuur. Gas volledig open en afkoken maar. Kop en poten gaan in een aparte pot, die worden geprepareerd door de chef zelf, Uth laat zelfs zijn glas bier achter. Zodoende is de bamboetafel omgetoverd in een bloederig tafereel, de dames hebben in paniek hun handtasjes moeten redden, daar hadden de mannen geen erg in.
Toch gooien ze er telkens nog etenswaren bij wanneer die arriveren, groenten meestal. Gesneden en op schaaltjes die regelmatig omvallen, de groenten de rode brij in maar weer geen probleem, dat gaat toch allemaal in dezelfde maag ? Het is gewoonweg ongelooflijk hoe ze eruit komen en gerechten klaar krijgen. En zonder uitzondering blijven we hapjes nemen, gebakken kippenpootjes, dan weer een stuk vis, vervolgens een pikant soepje met voor De Inquisiteur onbekende samenstelling, …. Het smaakt bij het bier dat rijkelijk vloeit. Want er is Bee, een stevige rondborstige jonge dame die heel gekend is in het dorp. Weeskind, grootgebracht door de buren. Enorm werklustig en succesvol ondernemend geworden. Ze beheert, buiten de rijst- en groentevelden die ze heeft geërfd, een kleine rubberplantage, een eucalyptus aanplant. Drie winkels in het nabije stadje: bromfietsen, muziekapparatuur en een soort administratiekantoortje – daar kan je fotokopie’s laten nemen, ze vult documenten in, kan faxen, ….
Bee is welvarend en vrijgevig, een vrolijke vrouw, vrijgezellin met talloze aanbidders waaruit ze heel af en toe eentje kiest. Altijd aanwezig op evenementen, omringd door vrienden en sympathisanten. Ze rijdt rond in zo’n ‘Tara’ -vrachtwagentje en de achterbak heeft een ingebouwde koelkist voor ijs. En een afsluitbare bak voor drank. Drank die ze altijd meebrengt. En deelt, zonder aanzien des persoons. Zij is degene die deze ceremonie van bier voorziet, want poa Deing’s financiën laten dat niet toe, hij spendeert al een fortuin in het eten en de lao kao.
En krijgt De Inquisiteur weer eens een wijziging van het programma te horen. De crematie die voorzien was voor zaterdag, gaat naar vrijdag. Simpel. Geen probleem, voor niemand. De hoofdmonnik is weggeroepen, die moet zaterdag ergens naar toe. En voor een populaire familie als die van Deing moet je de hoofdmonnik hebben, niets minder. Dat maakt dat zaterdag -normaal gesproken toch- een drukke dag gaat worden. In de ochtend de mantra’s gaan bijwonen ten huize Deing. Dan naar de crematie, in stoet. Vervolgens eten, na de monniken natuurlijk, om dan weer af te zakken naar de woning van poa Deing waar tot laat in de avond zal gegeten en gedronken worden.
De Inquisiteur besluit dan maar om de gezelligheid te verlaten, liefje-lief nog een handje toe te steken bij het afsluiten van de winkel. Om van een goede nachtrust te genieten, vrijdag moet hij fit zijn.
Over deze blogger
Lees hier de laatste artikelen
- Leven in Thailand24 december 2019Winter in Isaan: Kerstmis
- Leven in Thailand22 november 2019Winter in Isaan (8)
- Leven in Thailand16 november 2019Winter in Isaan (7)
- Leven in Thailand12 november 2019Winter in Isaan (6)
Ik ben geen taalspecialist, ik kan me vergissen natuurlijk, maar ik dacht dat negen uur sarm thum is. Mocht ik me vergissen dan hoor ik het wel. Voor de rest: men weet werkelijk overal een spektakel van te maken daar. Persoonlijk ben ik nogal calvinistisch noordelijk ingesteld. Opgevoed met sobere plechtigheden en kerken zonder beelden. Echt happy voel ik mij in dit soort toestanden dan ook nooit eigenlijk. Altijd blij als het weer voorbij is. Soberheid is de Thai vreemd
Klopt helemaal 21.00 uur is saam thum,maar doet verder geen afbreuk aan het verder goed geschreven verhaal.
Wederom een prachtig verhaal !!! We zijn weer benieuwd naar dag 3…
Lees nu al een hele tijd de verhalen van de inquisiteur, en merk dat ik vaak al naar een vervolg uitkijk.
Mooie en meeslepende verteltrant met oog voor details en analyses van de cultuur verschillen.
Chapeau inquisiteur!