Je maakt van alles mee in Thailand (236)
In de serie verhaaltjes, die wij plaatsen over iets bijzonders, grappigs, merkwaardigs, ontroerends, vreemds of gewoons, dat lezers in Thailand hebben meegemaakt, vandaag: bijgeloof
Bijgeloof
Tijdens het logeren bij schoonmoeder in de Isan kruiste het regelmatig mijn pad.
Toen we hier aankwamen vanuit Bangkok was het meteen al raak. Vanaf het busstation opgehaald door schoonzus in haar pick-up, reden we daarin richting schoonmoeder’s dorpje. Lachend en bijpratend.
Een kleine kilometer voor onze bestemming slaakt schoonzus een kreet en geeft een slinger aan het stuur. In de veronderstelling dat ze net een place-mat gemaakt heeft van een overstekende slang. Achterom kijkend zie ik echter dat het serpent ongeschonden en zonder Michelin-print op de rug zijn weg vervolgt.
Onze chauffeuse zendt meteen een stroom Thaise weesgegroetjes richting het Boeddha-amulet aan de spiegel. En zou zo te zien het liefst ook nog achter het stuur op de knieën gaan. Aan wie ze excuses aanbiedt weet ik niet. Zou zomaar de slang zelf kunnen zijn.
Als ik haar zeg dat de buikschuiver ongedeerd is, kalmeert ze wat. Maar stuurt voor de zekerheid toch nog wat extra schietgebedjes richting voorruit.
Even later kwebbelt ze weer honderduit over koetjes en kalfjes. Waarna ik mezelf in stilte afvraag hoe een moderne jonge vrouw zo snel kan veranderen in een bijgelovige malloot.
Alsof diezelfde slang haar niet zou trakteren op een fikse scheut bloedverdunner van eigen merk, mocht ze een dag later per ongeluk met de fiets over hem heen karren.
Mijn idee is dat bijgeloof alleen maar heel erg vermoeiend is. Zowel voor de gelovige als de ongelovige.
Maar ze is niet de enige die er vreemde ideeën op na houdt.
Een dag later lig ik ’s avonds zwetend op bed met vrouwlief Oy. Druk bezig met die zaken tussen man en vrouw die het huwelijk leuk houden.
Zij met het verpulveren van haar record Candy Crush op de Ipad, en ik met het uitlezen van een oude beduimelde misdaad-roman.
Bij het slaapkamerraam hoor ik plots een afgrijselijke, door merg en been gaande kreet. Van schrik schiet ik rechtop in bed. Zo moet een Pterodactylus klinken die erachter komt dat zijn soort op uitsterven staat. Of het monster uit de film Alien die een zekere Ripley bij haar kroost ontdekt met een ontstoken vlammenwerper.
Met kippenvel op de armen vraag ik eega wat dit voor geluid is, want het klinkt bepaald verontrustend.
Maar ze legt zwijgend een vinger op de lippen. En gebaart dat ik er niet naar moet vragen.
Nieuwsgierig als ik ben, krijg ik na enig aandringen toch van haar te horen dat het een uil was. En aangezien men er hier ter dorpe van uitgaat dat een uil nabij je huis groot onheil betekent, praat men daar niet over. Om zo het Boze Oog op een dwaalspoor te brengen.
Mijn suggestie dat de uil slechts langskwam voor een een sappige muis uit de tuin, word dan ook niet serieus genomen. Alleen een farang kan er zulke simpele verklaringen op na houden.
Al jaren wordt er hier bijgeloof in praktijk gebracht. Veel buren in de straat hadden ooit stro-poppen opgehangen bij de toegang tot hun erf. Dat bleek ter afschrikking te zijn. De vogelverschrikkers, gekleed in broek, overhemd en soms getooid met pet, moesten een kwade geest buiten houden. Want een vrouw in het dorp had een miskraam gehad. En dat gebeurde natuurlijk niet zomaar.
Er was een geest in het spel die het op zwangere vrouwen voorzien had.
Afgezien van het bijgelovige aspect, ging het volgens mij in veel gevallen sowieso niet werken.
Want op sommige erven liepen dames rond die op zijn zachtst gezegd niet aan de criteria voldeden. En hun vruchtbaarheid decennia geleden al hadden ingeruild tegen opvliegers en nachtzweten.
Maar er bleek nog meer tussen hemel en aarde.
Al dagenlang hoorde ik namelijk van alle kanten muziek met een zware bass onze richting uitkomen. Alsof een plattelandsdisco haar deuren had geopend, maar de sluitingstijden daarvan nog niet afgestemd met de gemeente.
Van ingewijden hoorde ik dat er verschillende oorzaken voor dit muziekgedreun kunnen zijn. Sterfgevallen in het dorp, een huwelijksfeest, en soms ook ’thambun’ voor de tempel.
Schoonmoeder weet me wat de eerste categorie betreft te verblijden met een ander nieuwtje.
Zij was gisteren namelijk bij een crematie. En zegt dat verschillende dorpsbewoners het lijdend voorwerp daarvan alweer rond zijn huis hadden zien scharrelen. Dat schijnt hier namelijk de gewoonte te zijn als je gaat hemelen. Eerst nog even de buren de stuipen op het lijf jagen.
Oy vraagt me of ik ook bij haar kom spoken mocht mijn tijd eerder komen dan de hare. Meteen stel ik haar gerust. Eerst ga ik bij al mijn bijvrouwen langs, zeg ik. En gezien hun aantal ben ik daar wel even zoet mee. Ze kan voorlopig dus rustig slapen.
Na het schrijven van dit stukje zal ik mij naar de keuken spoeden. En daar wat zout over mijn linkerschouder gooien.
Want ik voel het Boze Oog van Oy op mij gericht.
Ingezonden door Lieven Kattestaart
Over deze blogger
Lees hier de laatste artikelen
- Lezersinzending17 december 2024Te koop van een lezer: twee unieke percelen bouwgrond (Don Sae-Phimai-)
- Golf17 december 2024Golfclub fitting (lezersinzending)
- Visumvraag17 december 2024Thailand Visa vraag Nr 225/24: TM86 formulier bij omzetten van Tourist naar Non-immigrant O
- Visumvraag17 december 2024Thailand Visa vraag Nr 224/24: Kan ik meerdere malen per jaar naar Thailand op Visa exemption?
Leuk geschreven! En inderdaad het bijgeloof neemt soms extreme vormen aan, gelukkig heeft mijn vrouw er weinig last van, een paar simpele dingetjes soms die ook nog wel enigszins logisch zijn.
Erg vermakelijk geschreven.
Over dit onderwerp kunnen we weken blijven schrijven.
Bij een slechte droom, grijpt mijn vrouw , nog steeds naar de amulet die ze van haar moeder gekregen heeft.
Op reis moet de amulet ook altijd gedragen worden.
Bij een kruispunt in Thailand, waar een beeld staat van een belangrijk persoon, laat de taxi bestuurder even zijn stuur los , om het beeld te groeten.
Bij het bouwen van een huis moet altijd een bananen boom in het midden van het huis geplaatst worden.
Het beeldje in het spirit huis moet alke dag vers water en iets te eten krijgen.
De afgehakte varkens kop bij de ingang wanneer men ergens nieuw de intrek neemt.
Het getal 13 schijnt bij de Thai geen ongeluk te brengen, vooral wanneer er 3 nullen achterstaan en het woord baht. Mocht er het woord dollar achterstaan, dan heeft men dat in het vorige leven verdient.
Ik denk ook dat het bijgeloof in sommige situaties meespeelt om te kunnen zeggen dat het niet aan hun / diegene ligt; om gezichtsverlies te vermijden; de goden zijn hier immers verantwoordelijk voor en niet het doen en laten van diegene.