Je maakt van alles mee in Thailand (191)
In deze aflevering van de serie vertelt Paul Christiaans over zijn besluit om voorgoed naar Thailand te verhuizen met zijn Thaise vrouw. Na dat verhaal over zijn eerste winkel in the Indra Shopping Arcade ging Paul op zoek naar meer informatie uit die tijd. Dat leverde eigenlijk weinig op, want er was nog geen internet. Tot zijn grote verbazing stuitte hij wel op een pagina met foto en beschrijving van een “P. Christiaans stainless nickel bronze cutlery set”. Daar gaat dit verhaal over van rasverteller Paul Christiaans.
Naar de haven met 150 bestekkisten en een pistool op schoot
De lezers onder ons die al in de jaren tachtig en negentig naar Thailand reisden, weten zich vast nog wel te herinneren, dat je toen in vele cadeauwinkels en juwelierszaken houten kisten zag staan met 6 of 8 of 12-delig bestek. Deze bestekken waren gemaakt uit nikkelbrons, een legering van koper, tin en nikkel. Met deze legering in de juiste verhouding had je een prachtig bestek dat weinig gepoetst hoefde te worden.
Na onze zeer moeilijke eerste maanden in onze winkel, totdat we de Duitse zakenmensen kregen (lees in vorige aflevering) kregen we door deze klanten financieel wat meer ruimte. We gingen opzoek om naast de teakhouten beelden, meubelen en de Thaise zijde, nieuwe artikelen voor onze cadeauwinkel te vinden.
Handel in bronzen bestekken
Wij hadden gehoord, dat rond het beroemde Oriental Hotel, dat in die tijd vele jaren uitgeroepen werd tot het beste hotel in de wereld, vele bronswinkels en groothandels waren, waar o.a. ook deze bronzen bestekken werden verkocht. Dus gingen we daar naar toe, wel met de bus voor 3 baht in die tijd. Die prijs voor die bustrip was net van 2,5 baht naar 3 baht gegaan, en dat gaf bijna een volksopstand.
Daar wat rondgelopen en uiteindelijk bij een Thai/Chinese winkel terecht gekomen gerund door Pa met drie zonen. Ze hadden naast hun winkel een eigen kleine bronsfabriek en een beetje groothandel. We kochten daar wat bronzen bestekken en verkochten die eigenlijk best heel goed.
We raakten ook erg goed bevriend met deze familie. Zij wilden eigenlijk graag uitbreiden, maar wisten niet hoe als groothandel of nog beter als exporteur te handelen. Wij maakten een deal en werden min of meer partners, waarbij onze inbreng hoofdzakelijk de groothandel en export zou zijn.
Eigen merk bronzen bestekken
In de tussentijd hadden wij veel nieuwe klanten gekregen, vooral bij expats, ambassades, UN, missionarissen, Air France, enz. De zaken gingen echt lopen, hoera!
Wij maakten nieuwe modellen en gingen de bronzen bestekken verkopen onder onze eigen naam “P. Christiaans stainless nickel bronze” en onder deze naam werd het bestek bekend als van zeer goede kwaliteit.
Export naar Canada
Door onze contacten met ambassades en UN kwamen er ook inkopers van winkels en warenhuizen naar ons toe. Eén klant was een dame, die zelf voor de UN in Bangkok werkte, maar er wat bijsnabbelde. Ze bestelde 300 kisten bestek voor Toronto in Canada. De jongste van de drie broers zou deze bestelling wel regelen, maar wat flikte hij, hij kocht een goedkope slechte kwaliteit, stuurde die op, maar wel onder onze naam en toen die bestekken groen uit gingen slaan, toen was ik deze klant kwijt.
Spaans goud
Een leuk verhaal is dat er een Nederlandse dame twee keer binnen één jaar bij ons een bestek kwam kopen. Zij woonde in Spanje, en toen haar Spaanse huishoudster dit mooie goudkleurig bestek zag, vroeg die wat is dit? Oro (goud) zei de Nederlandse baas voor de grap en de volgende dag was er geen huishoudster meer en het bestek was ook verdwenen.
Spaanse marine
Ja en toen kwam de driemaster, een opleidingsschip van de Spaanse marine, naar de haven van Bangkok voor een week. Er lopen wat bemanningsleden in onze winkel, vinden het brons prachtig, komen twee drie keer terug, en de volgende dag vragen ze of wij voor een speciale prijs binnen drie dagen 150 kisten met bestek kunnen leveren op hun boot.
Ok, fabriek gaat naar 24 uur per dag, broers, zusters, vrienden, kortom iedereen wordt opgetrommeld. Binnen drie dagen zit ik met één van de drie broers in een gehuurde pick-up en 150 bestekkisten op weg naar de haven. Het eerste wat mijn partner doet is een pistool tussen ons inleggen, ik zeg wat is dat, je weet maar nooit zegt hij.
We komen bij dit prachtige schip aan, iedereen helpt met uitladen. Ik krijg 150 briefjes van 100 dollar (the special price van 100 dollar per set).
De volgende dag komt de moneychanger in de winkel om te wisselen. In die tijd scheelde dat heel veel met de bank, soms wel bijna 1 baht op een dollar. Hij pakt het stapeltje dollars, pakt het eerste biljet en zegt die is vals. Ik wist niet wat mij gebeurde, maar het bleef – ongelooflijk eigenlijk – bij dat ene biljet. Ik had er eigenlijk wel vrede mee, maar mijn Thaise vrouw niet, die werd woedend, pakte die 100 dollar en was weg, uren later kwam ze terug, en gaf mij 100 dollar en zei die is oke.
Natuurlijk vroeg ik wat heb je gedaan? Ze is naar het schip gegaan en heeft verteld, dat ik dus daar een vals biljet van 100 dollar had gekregen, dat als daar geen ander biljet voor zou komen, zij dan zou zorgen dat het schip aan de ketting ging. Of de kapitein het geloofde weet ik niet, maar hij durfde blijkbaar toch niet het risico te nemen.
Tenslotte
Wij zijn in 1996 met de bronsfabriek gestopt, maar iemand anders heeft dus daarna blijkbaar onze naam nog lange tijd gebruikt, vandaar mijn verbijstering om bij het Googlen onze bronsbestekken onder onze naam tegen te komen.
Wat een geweldig verhaal , ja zaken doen met een Thai daar zit een risico aan !!
Dat waren volgens mij mooien tijden, maar ja handel is handel. Ik geniet hier zo van, weer een prachtig verhaal. En volgens mij is er zeker een vervolg. Tot de volgende keer.
Weer een mooi verhaal Paul? Je kan wel een boek schrijven, ik ben de eerste die er een koopt!