Je maakt van alles mee in Thailand (189)
Paul Christiaans is inmiddels een regelmatige schrijver van verhalen over wat hij zoal in Thailand heeft beleefd. Zijn eerste bijdrage was aflevering 27 over zijn eerste contact met Thailand met de vrachtboot Koudekerk in 1968, gevolgd door aflevering 32 over zijn hernieuwde kennismaking met Thailand, maar toen met het vliegtuig in 1971 en afleveringen 127 en 135 op zijn vakanties naar Thailand in 1974. Paul is nog lang niet uitgepraat, in deze aflevering gaat over de grote stap die hij met zijn geliefde Thaise in 1978 nam door voorgoed naar Thailand te verhuizen.
Opnieuw naar Thailand, maar nu voorgoed
Wat gaan we doen, iets in de horeca opbouwen in Nederland? Of gaan we iets heel anders doen, gaan we naar Thailand? Aan onze vrienden en familie hoefden wij dit niet te vragen, bijna iedereen was zeer negatief over Thailand. “Je lijkt wel gek, wat moet je daar gaan doen? Hier ben je verzorgd, als jullie gaan dan zijn jullie over een paar maanden weer terug en is jullie spaargeld weg.” Hoe meer ik dit hoorde hoe meer ik wist, dat ik het wel ging doen. Mocht het niet lukken, dan ga ik daar liever tot mijn knieën in de rijstvelden staan dan met de staart tussen mijn benen terug te komen, om te horen: Ik had het je toch wel gezegd!
Maar wat willen we daar nu gaan doen? Het eerste plan was een restaurant in Phuket, waar in die tijd nog niks was. Helaas ook geen toeristen, dus durfden we dat niet aan. Gelukkig maar, want het duurde nog vele jaren voordat de toeristen Phuket ontdekten. Dat hadden we zeker niet gered.
Tijdens onze laatste twee jaren in Nederland had de zuster van mijn Thaise vrouw allerlei Thaise kunstnijverheidsartikelen per postpakket naar ons gestuurd om te verkopen, zoals tassen en portemonnees uit krokodillen- en slangenleer, ivoren sieraden (dat mocht toen nog), zilveren sieraden, houtsnijwerk, zijden kussens en shawls en nog meer. Wij verkochten dat aan vrienden en ook aan kleine winkels in Amsterdam. Al met al ging dat erg goed en we hadden zo maar een paar duizend gulden verdiend. Dus besloten wij dat we Thaise artikelen wilden exporteren naar Nederland en naar vrienden, of klanten vinden via advertenties in De Telegraaf. Het mooiste zou zijn om dat vanuit een eigen winkel in Bangkok te doen, dus aan het werk.
Ons huurhuis en banen werden opgezegd. Toen een vliegmaatschappij vinden die een enkele reis verkocht voor de halve prijs van een retour. Dat viel niet mee, uiteindelijk kwamen we bij Biman Air uit Bangladesh terecht, die ons voor een paar honderd gulden naar Bangkok bracht met drie tussenstops. Ook in Dacca waar we moesten overstappen. Toen we opstegen van Dacca zag ik naast de landingsbaan een grote rode koffer staan, die mij erg bekend voorkwam. Het was inderdaad onze rode koffer die bij aankomst op luchthaven Don Muang in Bangkok niet tevoorschijn kwam. De koffer arriveerde gelukkig wel een paar dagen later, wel helemaal kapot en allerlei dingen eruit.
Een goedkoop hotelletje, al ons spaargeld in traveller cheques in de hotelsafe en op zoek naar een goedkoop appartement en een winkel. Er waren veel shophouses rond de Sukhumvit Road, maar daar werden overal miljoenen bahtjes voor gevraagd, en dat hadden we niet. We merkten al heel snel dat ook in 1978 Bangkok veel duurder was dan wij dachten en begonnen het steeds benauwder te krijgen, hebben we wel genoeg geld om hier iets te kunnen beginnen?
We kwamen terecht op Pratunam bij het Indra Hotel, een redelijk nieuw hotel met een enorm grote winkelarcade. Dat was toen eigenlijk het grootste en bekendste winkelcentrum in Bangkok met vele mooie zijdewinkels, juweliers en kleermakers. We liepen daar wat rond en vonden een lege winkel, die te huur stond. Op naar de Chinese eigenaar, die de winkel wilde verkopen voor ongeveer de helft van ons beginkapitaal. Daar schrokken we wel van, maar we moesten toch wat en kopen was beter dan huren. Toen wij akkoord gingen met de verkoopprijs vertelde de Chinees dat we nu naar het Indra Hotel moesten om een huurcontract te maken. Zes maanden huur vooruitbetalen! Zijn verkoopprijs bleek alleen maar sleutelgeld en inboedel te zijn, we kregen het echt benauwd…..
Toch maar gedaan, we moesten wel. Daarna handel inkopen voor de winkel, maar waar kunnen we inkopen voor groothandelsprijs? Overal vragen en uiteindelijk een groot bedrijf gevonden die in teakhout deed: beelden van olifanten en prachtige diep uitgesneden meubelen. Dit bedrijf wilde onze winkel wel gedeeltelijk vol zetten op consignatie, dus pas na verkoop te betalen,
De eerste maanden waren vreselijk. We waren 7 dagen in de week van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat open. Bijna geen klanten, toeristen waren er destijds in Bangkok maar weinig, de meeste buitenlanders waren zakenmensen.
Tot op een dag een Duitse zakenman binnenliep die met een groep Duitsers in Bangkok was. Hij vond de teakhouten meubelen geweldig en vroeg of wij die konden opsturen naar Duitsland. Wij namen snel contact op met de leverancier en die vertelde dat het opsturen geen probleem was. Het ging daarbij om de omvang en niet zozeer om het gewicht. Onze klant bleef maar kopen, bronzen bestekken, beelden, koperen figuren om de gaatjes tussen de meubels vol te krijgen. Een superklant dus, die de dag daarop terugkwam met zijn collega’s die ook allemaal kwamen inkopen. Vanaf die tijd ging het goed.
We woonden in de tussentijd voor 1600 baht per maand in een eenkamerflatje achter het Indra Hotel, op de plek waar nu de hele hoge Bayoke Tower staat. Twee jaar later kochten we ons eerste huis in Bangkok, maar daarover in een volgend verhaal.
Wat een mooie schrijver is die Paul, kan niet wachten op zijn vervolg.
Beste Hans en Thea,
Leuk dat jullie ons verhaal waarderen, nu even terugzoeken opThailandblog naar de eerdere verhalen, vanaf nr 27 ik weet zeker dat jullie die ook erg leuk vinden.
Hartelijke groeten Paul
Beste Paul
Zopas jouw verhaal gelezen. Jij-jullie bewijzen dat volharding, vastberadenheid en de wil om te slagen de trigger is om te slagen. Proficiat en veel succes met de business.
Heel herkenbaar Paul, ik ben ook een van de slachtoffers van Biman Air.
In Dacca was er toentertijd geen douane maar een strak georganiseerde groep criminelen die je koffer van waardevolle items ontdeed,in plaats van door te vliegen naar Bangkok moest je 1 dag overblijven in Dacca zodat de heren ruim de tijd hadden om je te beroven, pas in Bangkok kwam je er achter.
BIMAN AIR van de heenreis weet ik niets meer Maar lange tijd later terug naar huis. De overstap in Dacca was lang en op de luchthaven mochten we niet blijven. Een busje bracht ons naar een hotel ergens in de stad. De dag nadien, een ongevraagde vlucht naar Dheli.De bus was redelijk laat om ons op te pikken.De dag voordien hadden we de paspoorten op de luchthaven moeten achterlaten. Om daar aantegerkaken leek een groot probleem, er stond voor ons een massa Indiërs te vechten om aan hun paspoorten te geraken Nadien
de passen voor bestemming Amsterdam De terugvlucht had drie dagen langer geduurd dan gepland.
Biman had de reputatie met oud en slecht materiaal te vliegen. hoe het nu is, weet ik niet.
We vlogen over Koeweit toen de oorlog met Irak bezig was en de petroleumtanks in brand stonden..
Biman heeft beter materiaal tegenwoordig, Daniel, en diefstal als GeertP vertelt komt ook niet meer voor.
Beide heren verzuimen hier het jaar van hun slechte ervaringen te vertellen en dat vind ik jammer. Jullie plakken Bangladesh een negatief stempel op. Mijn ervaring op Dhaka Airport en met Biman staan lijnrecht op jullie ervaringen.
Erik,mijn negatieve ervaring met Biman en Bangladesh stammen uit 1979.
Ik mag hopen dat het land zich in de tussentijd heeft verbeterd want het was toen een grote puinhoop.