Je maakt van alles mee in Thailand (185)
Alhoewel de Thai niet echt veel verschilt van de gemiddelde Belg of Nederlander maak je in Thailand toch soms iets mee wat je in Belgie of Nederland niet zo gauw zal meemaken. Daar gaat deze reeks verhalen over. Vandaag een eerder geplaatst verhaal van Bram Siam.
Aan de rand van het ravijn groeien de mooiste bloemen!’
Als je geen volgeling bent van De Profeet of tenminste een profeet, dan weet je dat het leven slechts een illusie is. Door het te structureren en in te bedden in culturele kaders menen wij er enige realiteit in te kunnen brengen, maar wat die realiteit behelst blijkt bij nadere inspectie toch niet erg helder.
Uiteindelijk liften we allemaal een poosje mee op een achtbaan door de tijd waarbij de illusie zich voltrekt tussen begin en einde. De twee zekerheden waar we het mee moeten doen.
In het mijn directe omgeving ken ik weinig volgelingen van enige profeet. Dat geeft de vrijheid een eigen weg te kiezen of tenminste de illusie te hebben dat ik dat doe. Omdat mijn weg soms afwijkt van de gangbare paden is het wellicht aardig als ik je een stukje kan meenemen op die weg.
Een veel gehoorde mening is dat mannen simpele wezens zijn, die maar één ding willen en ik kan bevestigen dat dit bij mij het geval is. Het is alleen lastig om dat ene ding te definiëren. In mijn geval leidt de zoektocht ernaar doorgaans naar Thailand. Vraag me niet waarom, maar het is empirisch bewezen. De afgelopen twee jaar is hij uitgekomen bij een bevallige jonge dame wie het op gezette tijden lukt om me te overtuigen dat ik het ‘ene’ ding gevonden heb. Halleluja, en ze leefden nog lang en gelukkig zou je zeggen. Ja ja, maar zo eenvoudig gaat dat niet.
Eén van de vele obstakels op de weg naar ultiem geluk zijn potentiële schoonouders. Gelukkig heb ik daar inmiddels enige ervaring mee. Ook nu weer heb ik besloten dat het tijd werd die te ontmoeten, omdat zo’n ontmoeting altijd leidt tot dieper inzicht in de achtergrond van je geliefde. Ik heb derhalve vliegtickets geboekt naar Udon in N.O.-Thailand, de Isan, en daar op de luchthaven een auto gehuurd en me met de huidige vrouw van mijn dromen begeven naar haar geboortedorp Sawaang Daen Din, de oorsprong van al mijn geluk. Vanaf dat moment begint het avontuur.
Je komt nog aan op een redelijk moderne luchthaven en krijgt een eigentijdse Japanse wagen mee, eko-drive, wat wil je nog meer. Je voelt eigenlijk pas dat je wegrijdt uit de beschaving als je op de eerste provinciale weg belandt, waar het rijgedrag niet helemaal is wat je gewend was en de voertuigen ook steeds primitiever worden. Dan kom je op een gegeven moment in het suffige dorpje waarvan je dacht dat het de eindbestemming was, maar dan ben je er nog niet. Vandaar begint een tocht over steeds kleinere en steeds minder geasfalteerde weggetjes, uitmondend in een hobbelig paadje tussen rijstvelden, waarvoor de eko-drive niet is ontworpen, maar dat hij toch trotseert.
Uiteindelijk sta je voor een primitieve bouwval, van het soort waar boeren bij ons hun landbouwgereedschappen in opslaan. Dit is pas de eindbestemming. Je geliefde blijkt hier opgegroeid te zijn, in een hutje waar geen bedden te bekennen zijn en eveneens geen toilet. Er is wel elektra en dientengevolge een TV. Zelfs een koelkast ontbreekt, maar er is stromend water en wat er verder is, zijn de schoonouders in spe.
De kennismaking is een boeiend ritueel. Als Westerse man ben je per definitie een interessante verovering door de dochter, maar uitgestoken handen of hartelijke omhelzingen zitten hier niet in het arsenaal. De begroeting en het gesprek richten zich eerst op dochterlief. Dan wordt langzaam de aandacht verlegd naar de “alien” die ze bij zich heeft. Die moet natuurlijk ergens zitten en hij moet water hebben. Aarzelend worden dan wat woorden tot hem gericht en als blijkt dat hij wat terugzegt raakt het ijs enigszins gebroken. Na een kwartiertje ontspint zich iets wat op een gesprek lijkt. Het gaat dan een beetje over het dorpsleven en over de reis met het vliegtuig en een passend onderkomen, want heel veel van het in de Isan gebezigde Thais blijkt hij nu ook weer niet te kennen.
Gelukkig is dat onderkomen nooit een probleem. In de eerste plaats omdat je, dankzij de losse Thaise seksuele moraal, altijd in laatste instantie terecht kunt in een “short-time” motel. Dat zijn hotelletjes bestaande uit eenvoudige kamers met carport. Je kunt er met je een auto naar binnen rijden en deze discreet achter een gordijn verbergen, om met je liefje enige uren door te brengen op een bed onder TL-verlichting. Daar is overal in de Isan behoefte aan. Wonderbaarlijk genoeg was er echter in dit geval binnen één kilometer van het ouderlijk onderkomen een prachtig resort, bestaande uit mooie uit teakhout opgetrokken luxe ingerichte huisjes, gelegen in een prachtig aangelegde tuin met vijvers en bloemperken. Naast ons waren er slechts twee andere gasten en zo’n huisje kost iets meer dan een tientje per nacht. Vraag niet hoe het kan, maar geniet ervan. Deze slogan geldt eigenlijk voor alles in Thailand.
Als dat dan geregeld is, dan kan aan de verdere invulling van de kennismaking gewerkt worden. Hierbij speelt de voor de vader meegebrachte fles whisky een belangrijke rol. Van de aanvankelijke schroom is na een paar glazen van dit geestrijk vocht weinig over en al spoedig komt ook nog eens uit het niets allerlei ander volk, bestaande uit verre neven en ooms opduiken die de fles niet mijden en ook die “farang”, wiens roem hem al vooruitgesneld is, wel eens in levende lijve willen aanschouwen. Aldra heerst er dan een uitgelaten sfeer. Helaas gaat die sfeer, zo leert de ervaring, nadat nog wat flessen lao-khao, een afgrijselijk destillaat van rijst dat sterk naar petroleum ruikt, worden aangerukt, vrijwel altijd over in totale laveloze dronkenschap. Het is toch even slikken om de vader, die door dochterlief vooraf zo opgehemeld was dat ik meende een van de meest respectabele Thais in het land te gaan ontmoeten, starnakel bezopen op een matje te zien rollen om z’n roes uit te slapen. De verschijning van de man hield het midden tussen een Apache-Indiaan en een verlopen gitarist van een hardrockband. Het enige pluspunt was dat wederom mijn vooroordeel is bevestigd, namelijk dat Thaise mannen nergens voor deugen en waar mogelijk gemeden moeten worden.
Zelden herken ik het beeld dat men zo graag neerzet over arme hardwerkende rijstboeren uit de Isan. Arm, zeker, maar hardwerkend? Ik weet dat rijst zichzelf niet oogst, maar vaak gebeurt dit door dezelfde vrouwenhand die ook het hele huishouden bestuurt en die de rijst kookt. Terecht staat de moeder centraal in de Thaise cultuur, naast de koning en de Boeddha.
Ook deze moeder was een heel ander verhaal. Een bescheiden vriendelijke vrouw, die als mia noi, ofwel bijvrouw van vader functioneerde en hem deze lieftallige dochter geschonken heeft. Daarnaast heeft hij nog een mia luang, ofwel hoofdvrouw die al wat ouder is en bij wie hij vier andere kinderen heeft verwekt. Voordat er te enthousiaste beelden ontstaan even de opmerking dat het ongebruikelijk is in Thailand dat een man openlijk twee vrouwen heeft. Hoewel huwelijkse trouw hier schaars is, gaat het toch meestal in het geheim. Dat deze twee vrouwen samen bleken te leven onder één dak in één huishouden met één man is een grote uitzondering en vanaf het eerste moment is mij duidelijk gemaakt dat zoiets voor mij niet weggelegd is.
Gedurende mijn vierdaags verblijf zijn er nog wat uitstapjes gemaakt met de familie en zat uiteindelijk mijn plicht er weer op. Je bent als Westerling altijd een Don Quichotte-achtige verschijning in N.O.-Thailand als je door een lokale dame geïntroduceerd wordt, maar ik heb me er goed doorheengeslagen. Het is altijd zaak, zonder dit te laten blijken, de regie goed in handen te houden. Daarbij zijn drie ingrediënten cruciaal. Het tijdig inschatten hoe situaties zich kunnen ontwikkelen, het bezit van een autosleutel en voldoende Bahts op zak.
De verwondering blijft dat aan deze vreemde wereld zo’n innemende verschijning als mijn charmante Bibi kan ontspruiten. Niet alleen aan de rand van het ravijn groeien de mooiste bloemen blijkbaar, maar ook in de rijstvelden van Sawaang Daen Din, dat hoe toepasselijk ‘het licht van de dageraad dat zich uitspreidt over het land’ betekent.
Mooi en herkenbaar verhaal. Mijn schoonvader was al overleden toen ik voor het eerst in Isaan arriveerde, dus ik heb alleen de moeder ontmoet, maar die zat toen ook aan de drank.
Als farang is het goed zich te realiseren dat het tot enorm gezichtsverlies voor de uitverkorene en haar familie zou leiden als de relatie stukloopt. Het is niet te onderschatten welke schade dan toegebracht wordt aan de vrouw/ meisje en haar familie.
Dus als je niet van plan bent een duurzame relatie te hebben met een Thaise: niet doen!
Johan, daar moet ik je volledig gelijk geven.
Anderzijds is het niet altijd de schuld van de farang als een relatie niet slaagt. Hoeveel maal lezen we hier niet dat heel wat vrouwen hun man zien als een wandelende ATM en zelfs het lef hebben geld te eisen voor de ondersteuning van haar ganse familie.
Als je vooraf goede afspraken (vooral op financieel vlak) gemaakt hebt en je vrouw houdt zich daar niet aan dan is je huwelijk in veel gevallen ten dode opgeschreven. Een duurzame relatie komt van 2 kanten. En hoe armer de vrouw van afkomst des te groter het risico als het om geld gaat.
Maar zoals gezegd, ik hou er ook niet van om een Thaise dame om de tuin te leiden.
Je hebt gelijk, John, het moet van 2 kanten komen.
Ik ken Belgen en Nederlanders die hun Thaise echtgenotes/vriendinnen respectloos behandelen. En ik ken Thaise dames die steeds het onderste uit de kan willen. Er zijn er die constant op de loer liggen om een andere farang te strikken die nog rijker en/of dommer is…
Maar je kan ook gewoon geluk hebben, zoals ikzelf!
John,
Ben toch van mening dat meer dan 90% van de thaise in nederland de familie ondersteunt.
Wanneer men hier niet mee akkoord gaat, is het vlug afgelopen met de liefde, wel of geen afspraken vooraf gemaakt.
Degene die de familie niet financieel ondersteunen, zie je ook nooit meer in Thailand op vakantie gaan. Die weten dat ze niet echt welkom zijn.
Leuk en goed samengevat verhaal. Leest prettig. Ik zou wel graag meer van dit soort schrijfsels hier willen lezen. En over de inhoud heb ik geen oordeel. Iedereen in de isaan heeft zo zijn eigen belevenissen.
Mijn schoonvader is een hardwerkende brave oude man. Drinkt af en toe iets met vrienden maar nooit dronken. Mijn schoonmoeder heeft zich dood gedronken en was een regelrechte heks. Haar zuster net hetzelfde die sloeg zelfs haar man. Mannen en of vrouwen zijn hier niet beter of slechter dan waar ook.
En als de rijst wordt geoogst helpt in het dorp iedereen mee zowel vrouwen als oude mannetjes. Maar sowieso gebeurd omzeggens alles nu machinaal.
De kip met de gouden eieren , of in dit geval de haan is veelal meer dan welkom in Isaan.
De relatie is vaak gebaseert op de kans een beter bestaan voor de familie op te bouwen.
Ik heb er nooit moeilijk over gedaan om de familie te helpen.
Veel nederlanders kopen voor veel geld spullen in nederland , die je eigenlijk niet echt nodig hebt.
Speciale velgen op je wielen van je auto bijvoorbeeld.
Een duur servies van wedgewood.
Elke 4 jaar een nieuw bankstel of je prima keukenblok vervangen door een kook eiland.