Je maakt van alles mee in Thailand (107)
Als je mooie foto’s wilt maken van een huis, vergezicht of iets dergelijks moet je wel ook een mooie positie innemen. Wat die positie betreft kijk je om je heen wat mogelijk is, maar soms is dat niet voldoende. Eric bedacht, dat hij de beste foto’s kon maken vanaf het dak van een nabije tempel. Hij zette een verhaal over hoe hem dat verging op de Facebookpagina van Thailand Community en wij nemen het met toestemming op in onze serie.
Hoogtevrees
De grote mooie tempel, die naast ons huis staat, is in fases gebouwd en recent was men begonnen met het plaatsen van daklatten om daarna de dakplaten te gaan plaatsen waarna dan het dak van de tempel klaar was. Het leek me een goed idee om daarvoor nog ‘even’ op het dak van de tempel te klimmen om mooie foto’s te maken van het huis, het dorp en de omgeving, aangezien dit de laatste kans was voor het dak geplaatst zou worden.
Ik liep het tempelterrein op en vroeg aan de aanwezige monnik of ik op de tempel mocht klimmen om foto’s te maken van het huis. Hij zei dat dat mocht, als ik maar wel veilig en voorzichtig was en niet zou vallen. Ik had steeds werkers gezien bij de tempel, maar nu was er niemand. Ik zocht naar een plek om omhoog te gaan en ik begon de eerste trap te beklimmen. Dat ging vrij makkelijk, ik stond nu al vrij hoog, maar het dak was nog veel hoger. Ik zocht naar een manier om op het dak te komen, maar er was alleen een rechtopstaande ijzeren ladder, die ongeveer 1 meter te kort. Het had slecht gelaste treden en bovendien zaten de treden zo’n 60 cm uit elkaar. Ik ging ervan uit dat de bouwvakkers hier ook mee omhoog gingen, dus ik klom zo’n 3,5 meter recht omhoog en kon vervolgens net met mijn handen bij de rand. Ik trok mezelf op en met zeer veel moeite en een paar angstige momenten wist ik mijn been over de rand te krijgen, erop te klimmen en mezelf half uitgeput op het dak te rollen.
Ik realiseerde me, dat ik last had van een lichte vorm van hoogtevrees, aangezien ik bijna niet durfde op te staan en op de ladder ook al echte hoogtevrees voelde. Maar het panoramisch uitzicht vanaf het dak was werkelijk prachtig, de bergkammen in de verte, de natuur in alle kleuren groen, de omliggende suikerrietvelden en het dorp heb ik zelfs met alle huizen gezien van bovenaf. Ons huis was perfect te zien en ik maakte een paar mooie foto’s van het huis en de omgeving. Ik voelde me best ontspannen op het dak en ging even lekker zitten om van het uitzicht te genieten.
Na enige tijd begon ik me af te vragen hoe ik eigenlijk weer naar beneden zou gaan, aangezien omhoogkomen al zo moeilijk geweest was. Ik liep naar het punt waar ik omhoog was gekomen en probeerde liggend op mijn buik naar achter te glijden en zo de eerste trede te vinden. Dit lukte niet en na een volgende poging, waarbij ik het voorwaarts probeerde speelde mijn hoogtevrees ook weer op. Ik probeerde het zittend en liggend, en met één been over de rand, maar het lukte me niet.
Een buurvrouw liep kennelijk langs en riep of alles goed ging. Ik zei; Ja tuurlijk! , terwijl ik me afvroeg hoe ik naar beneden kon komen. Na veel te veel pogingen begon ik het zat te worden en het werd ook al schemerig. Ik besloot op mijn buik, met mijn voeten richting de trap, naar de rand te glijden en niet te stoppen totdat ik de trap voelde. Toen ik ter hoogte van mijn middel was kon ik mijn benen naar beneden doen en toen voelde ik dat ik begon te glijden. maar ik had met mijn handen geen grip op het gladde beton. Ik gleed een stukje en kreeg met mijn voet contact met de trap en kon vervolgens met moeite op de trap komen. Ik kuste letterlijk de grond en bleef even zitten. Ik voelde me enorm opgelucht en merkte, dat ik echt bang was geweest.
Ik ging naar huis voor wat medeleven en troost, maar kreeg te horen; ‘Ja idioot! Ik had toch gezegd dat je dat niet moest doen!!’. Een kwartiertje later kwam ze aanlopen met een kopje thee, mijn lievelingsmaak en ze zei, dat ik wel mooie foto’s gemaakt had en vertelde, dat er net voordat ik terug was gekomen nog een bezorgde buur was langsgekomen om te melden dat het leek of de farang (ik dus) niet van het dak van de tempel naar beneden kon komen.
De volgende dag ging ik even langs bij de tempel om te kijken hoe die bouwvakkers eigenlijk omhoogklommen. Het bleek dat ze, door een touw vast te knopen, heel makkelijk de trap op en af konden. Dit touw had ik niet gezien en even later kwam dezelfde monnik aanlopen en ik zag, dat hij het al wist, net als de rest van het dorp. Hij probeerde zijn lach te verbergen, maar kreeg steeds tranen in zijn ogen van het lachen en iedere keer wanneer hij iets probeerde te zeggen kreeg hij de slappe lach.
De bouwvakkers kwamen er ook bij staan en ook deze mannen vielen bijna op de grond van het lachen, maar probeerden dat (naar goed Thais gebruik, want iemand uitlachen is niet netjes) te verbergen. Ze waren vooral zeer verbaasd dat ik zonder touw omhoog én weer naar beneden was gekomen. Ze vroegen of ik het nog een keer wilde voordoen, zodat ze het met eigen ogen konden zien. Ik zei dat ik de komende 100 jaar nergens meer op ging klimmen en liet ze ook nog even de foto’s zien, die ik vanaf het dak gemaakt had.
Eén van de jongere bouwvakkers liep naar de trap en ging zonder touw omhoog onder luid gejoel van de rest. Hij stond zo hoog mogelijk op de trap, maar kon niet met zijn hand bij de rand het dak. De bouwvakkers klopten op mijn schouder en riepen naar hem, dat hij verslagen was door een farang. De jonge bouwvakker stond ruim 3 meter hoog op de trap. Hij richtte zich op en met beide handen los maakt hij een sprongetje omhoog en kreeg grip op het gladde beton van het dak, hij trok zich moeiteloos op en gooide zijn been over de rand en klom het dak op. We gaven hem applaus en hij was zichtbaar trots en opgelucht dat hij niet van me verloren had. We zaten nog even na met een bakje thee en we praatten nog wat over de bouwtechnieken en over onze levens.
Even later stond ik op om te gaan en ik zei tegen de hele groep, dat we naast de tempel wonen en dat ze bij ons thuis altijd welkom zijn voor een hapje en een drankje. Ik werd uitbundig bedankt en liep richting huis over het grote tempelterrein. Bij de poort zat een stokoude monnik met kleine pretoogjes en een enorme glimlach van oor tot oor. Hij keek mij recht aan en wees naar het dak. Ik groette hem beleefd, door mijn twee handpalmen voor mijn gezicht tegen elkaar te leggen en ik boog een stukje naar voren. En terwijl ik langs hem liep, vertelde ik hem, dat ik terug was om de bouwvakkers te vragen of ze nog mensen nodig hadden om met hen op het dak te werken …
De monnik keek me alleen maar aan. Ik dacht, dat ik het mogelijk niet goed gezegd had en dat hij waarschijnlijk mijn Thai (met een Nederlands accent en de tonen niet genoeg gebruiken) niet verstaan had. Toen ik een paar meter verder was bleek hij de grap toch te snappen, want hij begon heel hard te lachen.
Over deze blogger
-
Bekend als Khun Peter (62), woont afwisselend in Apeldoorn en Pattaya. Al 14 jaar een relatie met Kanchana. Nog niet gepensioneerd, heb een eigen bedrijf, iets met verzekeringen. Gek op dieren, vooral honden en muziek.
Genoeg hobby's, maar helaas weinig tijd: schrijven voor Thailandblog, fitness, gezondheid en voeding, schietsport, ouwehoeren met vrienden en nog wat eigenaardigheden.
Lees hier de laatste artikelen
- Nieuws uit Thailand23 december 2024De redactie wenst alle lezers fijne feestdagen!
- Nieuws uit Thailand23 december 2024Illegale handel in medicijnen bedreigt volksgezondheid
- Nieuws uit Thailand23 december 2024Thaise regering komt met steun en voordelen voor een zorgeloze nieuwjaarsvakantie in 2025
- Achtergrond23 december 2024De kerstboom: van heidense symbolen tot feestelijke traditie
Dank je wel voor je grappige verhaal.
Ik heb er echt van genoten.
Groetjes Karma sonam
Bedankt Eric, mooi verhaal. Ik kan smakelijk er om lachen.
Prachtig verhaal, en zeer mooi geschreven.
Veel sootgelijkige gevaarlijke situaties zelf meegemaakt of gezien, wie zegt dat een Thai niet creatief kan zijn…