Isaanse belevenissen (9)
Het is ’s ochtends vroeg en er heerst een verfrissende geur, de lucht lijkt gezuiverd van alle stof. Op het gras, de struiken en de bomen hangen kleine schitterende sterretjes, waterdruppels die een beeld van overvloed en vruchtbaarheid oproepen. De verharde straat blinkt, alle zand is weggespoeld. De stoflaag die het gemotoriseerde verkeer veroorzaakt blijft weg, de rode aarde is donkerbruin. De regens beginnen nu eindelijk in deze streek te vallen. De hitte die van zonsopgang tot zonsondergang heerste is ook verdwenen, een aangename temperatuur maakt de mensen actief. Na een nacht vol onweders is het terug droog doch er hangt een belofte van meer.
Dat kan de dorpelingen niet deren, vanaf er daglicht is begint er leven te komen. Kwaai’s en koeien stappen vol energie in kleine kudde’s naar grasplekken, vergezeld van honden die er vrolijk blaffend met meelopen, er rond draaien, uitdagend maar toch voorzichtig genoeg om uit de buurt van de stevige poten te blijven. Landbouwverkeer bromt voorbij huis en shop, kleine en grote tractoren worden naar de te bewerken velden gereden. In de shop is er ook weer de ochtenddrukte. Energiedrankjes, drinkwater, emmers ijs en de onvermijdelijke lao kao moeten mee naar de arbeidsplaats.
Iets later komen de dames inkopen. Eitjes, kant-en-klare soepjes waar enkel warm water overheen moet, <khanom> voor de kleinsten. Een gekwetter van jewelste, iedereen wil zijn dagactiviteiten aan de anderen laten weten alhoewel de meesten hun partners zullen vervoegen op de rijstvelden. Tussen de drukte door ziet het lief nog kans om een paar vissen op het houtskoolvuur te leggen, dit is een ontbijt naar de tand van de farang des huizes: verse vis op de barbecue want net uit onze vijver gehaald, opgevuld met diverse groenten en vergezeld van kleefrijst. Enkel het vreemd ruikende en sterk smakend sausje laat hij links liggen.
De Inquisiteur, ondertussen voorzien van een veel betere fiets dan voorheen, trapt zich na het ontbijt doorheen het Isaanse platteland. Even overweegt hij nog om de hondenreu mee te nemen maar laat het dan maar, die staat te bronstig en zou wel eens voor problemen kunnen zorgen. Nog geen vijfhonderd meter verder stuit hij al op Samak, die is de eigen velden aan het bewerken voor hij zijn tractordiensten elders gaat aanbieden. Samak vraagt om <burri, LM deing> te gaan halen, hij is een harde werker en wil zijn ploegen niet onderbreken. Geen nood, De Inquisiteur doet het graag voor hem, zoals iedere avond zal Samak wel langs gaan om te betalen.
De rit wordt verder gezet, het is aangenaam fietsen. De Inquisiteur neemt de verbindingsweg die hij altijd mijdt wanneer hij met de auto is. Een wegdek uit betonplaten die zwaar versleten en weggezakt zijn, vol diepe kuilen en barsten. Met de fiets is het makkelijk om daar rond te laveren en nu kan hij weer eens poolshoogte nemen op plaatsen waar hij nauwelijks passeert. En zie, het loont de moeite. Op een afgelegen boerderij staat nogal veel volk verzameld, druk gebarend naar een man bij een koe. De koe is aan het bevallen maar het kalf zit vast. Zetten ze zich er met een man of vijf aan. Drie stevige kerels omarmen de koe, de andere twee gaan trekken aan de poten van het kalf die er al uit hangen. De Inquisiteur die niets van het boerenleven kent vreest voor het leven van zowel koe als kalf doch stilaan werpt hun werk vruchten af. Het kalf plopt er plotseling uit, iemand veegt met een prop gras het slijm van de neus en enkele minuten later probeert het beestje recht te komen. Moederkoe werpt er bezorgd enkele blikken op maar ook naar de mensen die te dichtbij staan, ze wil haar nakomeling beschermen denkt De Inquisiteur die voorzichtig op afstand blijft. De eigenaar is blij dat er weer een kalf bij is, de helpers nog blijer want er moet op gedronken worden natuurlijk.
Doch De Inquisiteur zet zijn tochtje verder. Florerend groen, struiken vol vruchten, bomen vol fruit, parasiet planten die hun gastheren proberen te overweldigen. Poelen met lotusbloemen, levendige grachten waarin het water afgevoerd wordt. Na vier kilometer weet hij een smal aardeweggetje dat terug naar het dorp gaat maar hij moet goed uitzien waar hij moet afslaan. Het is natuurlijk onmogelijk, maar het lijkt alsof dat de regens van afgelopen nacht alles een snelle groeischeut gaf. Dit wegeltje wordt niet veel gebruikt en is bijna dichtgegroeid. Een jungle van overhangend groen, slingerplanten en vervelende spinnenwebben. Gebukt trappelt De inquisiteur zich er doorheen, onderwijl goed uitkijkend naar eventuele minder vriendelijke reptielen en insecten. Maar hij merkt niets op, alleen wat hagedissen en kikkers. En een verdwaalde hond die besluit om De Inquisiteur gezelschap te houden: hij loopt mee richting dorp. Tot het kleine reutje een geur oppikt. Een teef? Een prooi? Eetbaar afval? In ieder geval, hij schiet er als een pijl van een boog van door.
In het dorp is alles zoals het hoort. Mensen-geluiden die iemand geruststellen: een vrolijke lach, een pot die klaterend op de grond valt, iemand die op een kind roept. Rokende kookvuurtjes waarop gerechten staan te pruttelen die een heerlijke geur loslaten. De echtgenote van Poa Wat is thuis en biedt De Inquisiteur een kop koffie aan. Die had beter moeten weten: het ruikt wel naar koffie maar smaakt naar modder, suiker en melk heeft ze niet in huis. Maar het is het gebaar dat telt, deze dame is ook een ijverig iemand, na haar voormiddag taken thuis zal ze straks naar het restaurant in het stadje gaan, haar zoon baat dat uit en zij kookt daar. Met een scheel oog loert De Inquisiteur even naar het dorpswinkeltje dat schuin tegenover ligt, kijken of daar veel klandizie zit. Het is lelijk, maar altijd een leuk om te ontdekken dat er niemand aanwezig is. Dat eeuwige concurrentie-gevoel, dat zal wel nooit uit zijn leven verdwijnen.
Langzaam fietst De Inquisiteur verder, op de kleinste versnelling, jawel, deze fiets heeft achttien versnellingen waarvan De Inquisiteur er slechts vier gebruikt. Nummertje een tot vier, de hogere nummers trappen te zwaar voor hem. In het straatje waar zijn volgende doel woont, Saai, is iemand de was omhoog aan het hangen. Een man, heel uitzonderlijk want Isaanse mannen doen nauwelijks vrouwenwerk. En hij heeft problemen wanneer hij wat lakens moet hangen, problemen veroorzaakt door een kleine hondenpup. Die vindt het heerlijk om telkens aan het pas opgehangen laken te trekken en de man heeft dat in eerste instantie niet door, tot driemaal toe verhangt hij mompelend de slippen tot hij de oorzaak ontdekt. De Inquisiteur heeft al buikpijn van het lachen en dat is tevens de redding van de pup. Want een Isaaner draagt wel zorg voor zijn beesten, maar veel genade kent hij niet, een stok is snel genomen voor een straf. Maar nu doet de man het niet, integendeel, hij wordt aangestoken door het gelach van De Inquisiteur en we eindigen beiden in een slappe lach.
Saai is niet thuis, mooi want dat betekent dat hij ergens aan de slag is. Jongman als hij is, is hij makkelijk te verleiden tot luiheid en drankpartijen. Maar hij is een dusdanig sympathiek man dat hij een vriend geworden is, dus De Inquisiteur krijgt een goed gevoel dat Saai tegenwoordig meer aan de slag gaat. De buurman van Saai is wel thuis. De Inquisiteur vergeet altijd zijn naam en noemt hem mister <ma pao>. Dat komt omdat hij veel kokosbomen heeft staan en regelmatig een vrucht meebrengt wanneer hij naar onze shop komt. Hij weet dat de farang dat graag lust.
Bijzonder is dat ‘mister Ma Pao’ op een vreemde wijze zijn kostje bijeen scharrelt. Hij houdt en kweekt vechthanen en neemt deel aan georganiseerde doch illegale gevechten. Naar het schijnt is hij er goed in, het is zijn enige bron van inkomsten buiten de traditionele rijstvelden voor eigen gebruik. Tot op heden houdt hij plaats en data wel geheim voor De Inquisiteur die al eens vroeg of hij mee mocht. Hij beweert dat de mensen die deelnemen er geen farang bij willen en De Inquisiteur snapt dat wel. Maar blijft hopen om eens een keertje mee te kunnen, De Inquisiteur mocht dat slechts eenmaal aanschouwen toen hij er bij toeval op stuitte tijdens een bromfietstocht op Koh Samui. Die sfeer is De Inquisiteur nooit vergeten: de opgewonden mensen, het brullen en tieren, de hanen die hun instincten botvierden, het vele cash geld dat van hand tot hand ging. Beetje gruwel maar het hoort nu eenmaal bij Zuid-oost Azië vind De Inquisiteur.
Huiswaarts nu, voorbij het leegstaande huis van liefje-lief’s moeder die in Pattaya zorgt draagt voor de kinderen van haar jongste dochter. Het lief wees daar al vaak op, als je hier voorbij komt en tijd hebt, neem dan even poolshoogte of alles in orde is. Zo gezegd, zo gedaan. Nu ja, de sleutel heeft De Inquisiteur niet dus loopt hij even rondom de woning, kijkt na of de waterpomp niet lekt en of er geen plaag is van een of ander ongedierte. Niks dus, alleen metershoog onkruid maar dat moet haar zoon maar weg doen vindt De Inquisiteur. Nog even langs Poa Soong, hun overvloedige groentetuin gaan bekijken in de hoop dat er een eetbare bloemkool kan geplukt worden en dan nog een stevige kilometer vals plat wegtrappen om thuis te geraken.
PixHound / Shutterstock.comHet fietstochtje heeft De Inquisiteur nauwelijks vermoeid en hij besluit om zijn namiddag te vullen met poetsen. De bovenverdieping: de eigen slaap- en badkamer, de zitruimte en het gesloten terras dat tot poezen paradijs is verworden. Beetje Thais-lui door meubelstukken, foto’s, kaders en ornamenten met een industrieel middeltje te reinigen. Maar Vlaams-proper door alle vloeren te schuren met water en zeep, bovendien wast hij de betegeling in de doucheruimte af. Onderwijl staat de muziek loeihard, dat zal de Isaanse buur, in casu de broer van liefje-lief, leren om altijd maar weer zijn stereo op vol volume te zetten. Jawel, de regen heeft ook de farang ijverig gemaakt. Het is zelfs zo dat hij nauwelijks in het zweet komt, zevenentwintig graden, dat is peanuts tegenover de vijfendertig plus van de afgelopen weken.
Rond vijven, na een frisse douche, nestelt De Inquisiteur zich op het terras van de shop. Alhoewel het een klein dorpje midden in het platteland is, vindt hij het aangenaam om de passage af te kijken. Als eersten verschijnen de buffels die stalwaarts gebracht worden. Vervolgens komen de schoolbussen langs – nu ja, van de scholen die geopend zijn want enkele zijn weer voor een of andere reden twee weken dicht. Joelende kinderen in de laadbak van een kleine vrachtwagen, de jongsten uitgelaten, de jonge tieners vrolijk zwaaiend naar de farang, de oudere tieners die geen bromfiets transport konden versieren staan verlegen-somber voor zich uit te kijken. Dan begint de avondspits. Hier wil dat zeggen dat er in plaats van tien auto’s per uur er nu twintig langskomen op straat. En meer brommers, al dan niet uitgerust met een zijspannetje. Leuk om af te zien, met z’n vieren op de brommer, uiteraard zonder helm. Met z’n achten op een brommertje met zijspan. Totaal overladen <saam lou’s> (driewielers), mensen uit naburige gehuchten die zich beroepsmatig bevoorraden met de meest vreemde spullen. Ouderlingen op afgeleefde fietsen: de meesten zonder remmen, velen zonder spatborden, niemand met wat voor verlichting dan ook, sommigen met twee verschillende maten van wielen. Volwassenen op kinderfietsen, kinderen op fietsen voor volwassenen. Wanneer de zon is ondergegaan zie je auto’s zonder verlichting, maar ook auto’s die op een kermisattractie lijken – blauwe, rode, groene lichtjes aan voor- en achterzijde, vaak ook over de zijkanten.
Liefje-lief en haar farang hebben geluk: geen drinkgelag dus geen plakkers, we kunnen sluiten om <nung toem khrung>. Het lief voert in en rond huis nog wat kleine taken uit zoals de was van de lijn halen, de honden voeren – iets wat De Inquisiteur vreemd genoeg niet mag doen want hij durft van hun voeding dat meestal bestaat uit afgekookt kippen- of varkensvlees aangevuld met die eeuwige rijst, deze rijst al eens te vervangen door brood en ‘dat is niet goed’. Ondertussen geniet De Inquisiteur, die zich op een zelfgemaakte houten bank nestelde, van een schitterende sterrenhemel in de tuin achteraan, de wolken die er de ganse dag hingen zijn ten dele opgelost.
En van de vuurvliegjes, dat vind De Inquisiteur het mooiste fenomeen van dit klimaat. Zo feeëriek, zo betoverend, verschijnend uit het niets, verdwijnend in het niets.
Het besluit om samen nog wat na te genieten van deze mooie dag -jawel, een dag zonder zon is hier vaak een mooie dag- op het open benedenterras wordt snel afgeblazen. De gemetste vijver ligt vlakbij en het krioelt van de muggen. De Inquisiteur heeft verzuimd om de kleine muggenlarven-etende guppy’s aan te vullen. De grote <plaa nin’s> doen dat niet, integendeel, die verorberen graag de kleine guppy’s. Tsja, het leven hier is wel wat genadelozer dan in het afgeborstelde westen, De Inquisiteur valt er niet over en vult de guppy’s snel aan. Die worden opgekweekt in een kleinere mooi gekleurde watertank voor dat doel, als extra is er de lotusbloem die erin staat te bloemen.
Snel een douche en heerlijk fris in bed. Geen airco nodig: ramen open met de horren ervoor, kwakende kikkers en tsjirpende krekels op de achtergrond, heerlijk.
Drie uur later krijgt een slapende Inquisiteur een stomp. De ramen moeten dicht, het is weer gaan regenen. Het gemurmelde bezwaar van “kan jij dat niet meteen?” wordt vrolijk beantwoord met “de taken zijn verdeeld, ik word er van wakker, jij voert het uit”.
Nu ja, het voordeel is dat we nu beiden wakker genoeg zijn om wat anders plezierigs te doen … .
Over deze blogger
Lees hier de laatste artikelen
- Leven in Thailand24 december 2019Winter in Isaan: Kerstmis
- Leven in Thailand22 november 2019Winter in Isaan (8)
- Leven in Thailand16 november 2019Winter in Isaan (7)
- Leven in Thailand12 november 2019Winter in Isaan (6)
Wow, wat prachtig verteld weer. Zo simpel en zo mooi. Ik zie het allemaal voor me en ik geniet mee. Zo was mijn leven vroeger ook en je verhaal roept zoveel herinneringen op. Heimwee.
Elke zondag zijn er hanengevechten in een hal aan de weg tussen uw collega Belg en ons huis in. Dus als U wilt kunt een keer komen kijken…
Trouwens weer een prachtig verhaal !!!
Sommige reageerders vinden dat je verhalen een te romantisch beeld schetsen van de Isan. Zelf vind ik ze erg waarheidsgetrouw en in ieder geval een genoegen om te lezen. Zelf beleef ik de Isan echter op een wat andere manier alhoewel ik toch ook op het platteland woon. Daar zal ik binnenkort wel wat over schrijven.
Het is goed te lezen dat de inquisiteur zijn draai gevonden heeft en dat het hem goed af gaat op het platteland. Een ieder zal dat anders zien, maar dat maakt niet uit. De eigen belevenis daar draait het primair om en ik kreeg al lezende de gedachte boven dat er wel een vergelijk gemaakt kan worden met de boeddhistische filosofie, de simpelheid van het leven in een notendop als bevrediging. Als je met weinig tevreden bent is dat dan niet mooi. Kennelijk wel als ik de verhalen van deze man zo belees.
Heel leuk verteld. Tijdens het lezen zie je het voor je.