Isaans één-tweetje
Samen met vrouw Oy vele weken op bezoek bij schoonma in de Isaan. Zoals zovaak een warme en gezellige familiereünie.
Maar afgezien van de ganse dag navelstaren, onverstaanbare Thaise soaps loeren, of jezelf een lichte leverkwaal drinken aan lokaal bier, was er bar weinig te doen. Waarop ik besloot om dit ongewenste vakantie-scenario enig tegenwicht te bieden.
En zou de volgende morgen beginnen met het, al joggend, verkennen van de dorpsomgeving. Zo liet ik weten aan een ietwat bedenkelijk kijkende Oy.
Dat laatste waarschijnlijk ingegeven door weinig vertrouwen in mijn conditie in het algemeen, en geheel afwezige doorzettingsvermogen in het bijzonder.
Dit sportieve gebeuren had plaats in de vroege ochtend. Gezien, zoals u allen weet, de latere temperaturen meestal die van de Space-Shuttle bij terugkeer in de dampkring evenaren.
Het gejog door het struweel en over zanderige kronkelpaadjes beviel in het begin prima.
Op de omliggende velden vol suikerriet en cassave was nog geen mens te bekennen, zo net na zonsopgang, en ik genoot van het lopen.
Maar ik merkte wel dat, zodra werd gestopt voor een slok van schoonma’s regenwater, ik niet alleen was.
Achter mij fietste iemand mee op.
Te ver weg om herkenbaar te zijn, en ik schonk er eerst weinig aandacht aan. Het enige wat me op die rustmomenten interesseerde was de ademhaling onder niveau blaasbalg te krijgen, en mijn overdrukventiel weer dicht.
Doch dit veranderde toen ik besefte dat deze pedaalridder gelijke tred hield.
Om de dag rende ik zo mijn rondjes, en iedere keer was daar die schaduwfietser
Licht ongerust meldde ik dit vreemde gebeuren aan Oy, maar die wuifde mijn bezorgdheid weg. Waarschijnlijk een dorpsjongen die toevallig dezelfde kant op ging, daar moest ik niets achter zoeken.
Doch twijfel knaagde.
Want de kans op dauwtrappende dorpsjeugd kwam me net zo waarschijnlijk voor als een nachtelijke zonnesteek, of een bultrund met hypotheekzorgen.
Meisjes lastigvallen, brommerslopen, en comazuipen, daar waren de meeste pubers hier ten dorpe in afgestudeerd. Maar fietsen in alle vroegte?
Na enkele rondjes begon ik nog meer nattigheid te voelen. En niet alleen op mijn rug.
Want bij elke terugkomst op het schoonouderlijk erf, trof ik daar ook zwager Oeth. Uitgeteld en roodhoofdig in schoonma’s hangmat liggend, pal naast zijn wrakke Chinese fietsje.
Tijd voor opheldering.
Niet bij zwager echter, want diens Engels is zo mogelijk nog beroerder dan mijn Thais, en dat wil wat zeggen.
Bij eega dus.
En zie, na enig aandringen kwam het hoge woord eruit.
Zij vond mijn ochtendlijke geren over die afgelegen paadjes maar niets, en vreesde voor mijn welzijn.
Er konden daar vele gevaren op de loer liggen, zeker voor farangs op afgetrapte gympies. Van nietsontziende struikrovers tot serieuze slangen. Die laatste categorie vaak niet te beroerd, in ruil voor een sappige beet in mijn blanke kuiten, wat bloedverdunner van eigen merk af te staan.
Dus had ze broertje Oeth zover gekregen, tegen een kleine vergoeding weliswaar, mij te volgen op zijn oude pedaalemmer.
Zodoende farang-rugdekking gevend en voor lijfwacht spelend. Zij had het overigens niet nodig gevonden mij van dit Isaanse één-tweetje in kennis te stellen. Het zou de harmonieuze Thaise samenwerking maar verstoren.
Ik keek er niet van op.
En wuifde haar ongerustheid vervolgens net zo vlotjes weg als zij daarvoor de mijne. Want er viel bij deze joggende jongen niets te halen, behalve opgedroogd zweet, wat pelpinda’s en lauw geworden hemelwater. Na goed overleg kreeg ik dan ook de belofte dat Oeth me niet meer zou achtervolgen op zijn fietsje, hoe goedbedoeld ook.
Laatstgenoemde vond er toch al weinig aan, want het was zwaar fietsen in dat mulle zand, en verder was vroeg opstaan geheel tegen zijn principes.
Beetje trots op mezelf dat ik nu eens voet bij stuk had gehouden, en zodoende een kleine overwinning behaalde op het slagveld der Thaise dreven, trok ik later die week opnieuw en welgemoed van leer.
Oy bleek een vrouw van haar woord.
Want terwijl ik al zandhappend en cassave-snuivend de Isaanse slingerpaden afrende was er geen fietser te bekennen.
Wel hoorde ik tijdens mijn drinkpauzes telkens hoe er ergens verderop een brommertje werd stilgezet.
Over deze blogger
-
Lieven Kattestaart (1963) woont samen met vrouw Oy op het mooie Goeree-Overflakkee.
Is werkzaam als havenmeester en bezoekt sinds 1993 het verre Thailand, waar hij in 98' Oy leerde kennen en haar overhaalde de zon vaarwel te zeggen en zich in dit kille moeras achter de dijken te vestigen.
Tegenwoordig de vakantieweken meestal doorbrengend in het Isaanse optrekje van schoonmoeder, afgewisseld met wat strandhangen in Pattaya, of klem zitten in bus of trein om andere en onbekende Thaise streken te bezoeken.
Zich voornemend na pensionering samen met Oy in Thailand te gaan wonen, en beiden kunnen nauwelijks wachten tot het zover is.
Hobby's: zodra er zich een inspiratie-vonkje aandient, doch meestal gekweld door schrijversblok, het toetsenbord beroeren teneinde het mooie Thailandblog van een nieuw stukje te voorzien, het beoefenen van lichamelijke bezigheid door middel van joggen (uiteraard met mate) online schaken, en het af en toe drinken van een prima Single Malt en daarbij wegdampen van een sigaar van Cubaanse origine.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur10 december 2024Rooksignalen van oompje Mango
- Cultuur22 november 2024Tropenkolder
- Cultuur14 november 2024‘Drie dagen van bezoeking’
- Cultuur1 november 2024‘Kansloos koloniaal in Pattaya’
Wat een heerlijk verhaal! Dank voor deze pennevrucht.
Nooit ambities gehad om schrijver te worden Isaanfietser? Een leuk verhaal welke zeer tot de verbeelding spreekt en voor vele farang herkenbaar zullen zijn. ‘WAT ZOAL TE DOEN MET DE TIJD IN HET STILLE ONBEKENDE’ ? Dank and keep up to nice writing. Groet Huub
555,Prachtig verteld Lieven.
Overal waar je heengaat wordt je in de gaten gehouden,in zo’n dorp is er een organisatie die gelijk staat aan de Mosad en de CIA.
Prachtig verhaal, heel herkenbaar en mooi verwoord!
Wederom genoten van een prachtig verhaal van Lieven. Als ik in de Isaan vertoefde maakte ik soortgelijke loop tochten. Gelukkig zonder achtervolging. Ik werd echter telkens lastig gevallen door blaffende straat honden. Lieven, had jij daar geen last van?
Isaan groet van Ryszard.
Beste Ryszard,
die blaffende honden, erf en zwerf, waren er zeker wel. Maar gelukkig woont schoonmoeder aan de rand van het dorp zodat er slechts enkele huizen gepasseerd hoeven te worden voor je in het open veld bent.
Die waakhonden sloegen vaak toch al aan, zonder dat ik voorbij kwam rennen. Want een farang, daar hebben ze het meestal niet op.
Vriendelijke groet,
Lieven.
Echt leuk geschreven met de nodige humor en zelfspot. Voor een ieder met een thaise sociale leefervaring spreekt jouw verhaal zeker aan. Dank! Cees
Beste Lieven,
Prachtig geschreven verhaal, maar helaas ook waar.
Voor Corona kon ik ongestoord wandelen in het dorp en tussen de velden rond het dorp.
Maar tijdens Corona is er veel veranderd. Meer drankverslaving, meer druggebruik. Zo beweert mijn vrouw. Zij kijkt thuis (in België) steeds naar het Thaise nieuws op YouTube.
Vorige winter zijn we voor het eerst na een lange onderbreking terug naar Thailand geweest. Meer dan vroeger kreeg ik de waarschuwing, om op te passen voor ‘struikrovers’, dronkaards, … Vooral langs de suikerrietvelden, want daar kan plots uit het niets iemand opduiken met een wapen… Zo beweert mijn vrouw.
Daarom ging ze liefst met mij mee. Maar haar tempo is ‘iets’ lager dan het mijne. Bovendien had ze weinig tijd. We verblijven immers steeds bij haar ouders, die de kaap van de 80 reeds gepasseerd zijn… Zij hielp niet bij het huishouden (kuisen, koken en noem maar op: zij DEED het huishouden! Haar twee zussen, een tweelingzus en een jongere zus, en haar oudste broer, die allen ook in het dorp wonen, op een paar 100m daarvandaan, en de verplaatsing steeds op een brommertje of een fiets doen, komen regelmatig langs, om te zien of alles in orde is.
Haar bezorgdheid vind ik ergens wel terecht. Want ik wandel of stap niet zomaar. Ik heb steeds mijn fototoestel mee. Want ik maak graag foto’s in die prachtige natuur: vooral vlinders, bloemen, landschappen en die prachtige zonsondergangen. Ergens maakt ze mij ook een beetje bang, waardoor ik waakzamer wordt.
Lieven, wat jouw verhaal betreft: ik heb ervan genoten tijdens het lezen. Prachtige woordkeuze en zeer goede schrijfstijl. Doe zo voort!
Vriendelijke groeten,
Daniël M.
Zo zijn wij ook eens onverwachts geholpen op wat wij dachten een probleemloze wandeling zou zijn, ook in isaan oost Thailand. Samen met mijn Limburgse zwager, mijn dochter, half thai en spreekt een beetje Thai, en een neefje ik schat 6-7 jaar oud die ook mee ging wandelen, we starten ongeveer om
16.45 de zon is dan minder krachtig, en een wandeling buiten het dorpje door de rijst velden over van die tweespoor kronkel weggetjes, ik keek regelmatig achterom of ik mijn route nog een beetje in controle had, er staan in die rijstvelden vaak wel enkele grote bomen waardoor je geen totaal overzicht heb vanwaar je nou precies ben vertrokken, om ongeveer 18.10 kwamen we aan op een driesprong een soort Y vorm,van deze landwegen, ik in eerste instantie in overleg met mijn zwager, wij zouden voor de linker kiezen want in de verte zagen we toch iets van een dorp, of meerdere huizen samen ,toen we aangestalte maakten voor die richting kwam uit de gebaren van deze Thaise jongen dat dat toch niet de goede richting was en wees naar die andere weg in woord en gebaar, ik vroeg mijn dochter wat hij bedoelde en mijn dochter begreep uit zijn verhaal dat we toch echt die andere weg in moesten lopen om nog voor donker weer thuis in het dorp te komen, zo kwamen we rond 18.30 terug in het dorp en om 18.45 zou het al donker worden, en om 19.00 pik donker. Zo zijn we toch even voor tijdig gered door dat neefje van 6-7 jaar ongeveer 1 meter groot, misschien was hij ook speciaal mee gestuurd door zijn oma/schoonmoeder van ons, waar ik ze toch zeer dankbaar voor ben, op die vlakke rijstvelden kan je ook giganties verdwalen, het lijkt niet maar toch mogelijk
Mvg cor
Gewoon weer prachtig verwoord Lieve. Ook ik heb weleens wat rondjes door de Isaan gelopen, en ook gefietst op een ding wat die naam niet waard is. In de vroege ochtend een langs akkers en gehuchtje. Een stok mee voor het geval er honden iets te fantiek beginnen te blaffen. Eenmaal terug aan het ontbijt en dan wat uurtjes heerlijk ‘saai’ een boek lezen om nog te zien hoe de dag zich verder in gaat vullen.