Een Isaan leven (deel 3)
De Inquisiteur heeft nu een unieke kans om een modaal leven van een kleine Isaan-familie te volgen. De broer van liefje-lief. Een typisch Isaan leven, de ups en downs, waarschijnlijk met als hoofdzaak : hoe in deze kansarme streek een leven op te bouwen? Tijd voor een vervolgverhaal, De Inquisiteur neemt U mee naar het verleden, in een moderne tijd, in een wat zichzelf een modern land noemt.
Een Isaan leven
Taai zit in die typische hurkzit met de hand rijst te reinigen. Op de grond staat een grote platte bamboeschaal waar ze regelmatig enkele handvollen rijst op uitkapt vanuit een oude plastic verfemmer, die op zijn beurt weer wordt aangevuld vanuit een grote plastic zak. Daar zat de rijst in die door Poa Mu geleverd is, hij beheert de rijstvoorraden van het dorp, hij weet wie hoeveel kilogram mag hebben. En deze keer heeft Taai enkele zakken rijst ontvangen van een zeldzame machinale oogst. Die rijst zit vol kleine, donkere steentjes. Niemand hier heeft dat graag, ze verkiezen de manueel geoogste rijst die meteen bruikbaar is.
Taai en Piak hebben zorgen. Kleine Pi Pi is ziek. Al een week of twee. Hij loopt nog wel rond, gaat zelfs af en toe nog wel naar school maar dikwijls heeft hij geen fut, is hij te snel buiten adem. En veel hoesten, lopend neusje. Ze zijn er mee naar de lokale kliniek gegaan, daar kregen ze medicijnen voor een week, alles voor dertig baht. Maar het werkt niet. En ze zouden er eigenlijk beter mee naar een privé hospitaal gaan, doch daar is geen geld voor.
Pi Pi heeft wat op zijn longen gekregen na een simpele verkoudheid. Niet goed verzorgd in het begin, maar ook de woonomstandigheden en klimaat zijn er verantwoordelijk voor. Als Pi Pi nog maar water ruikt, gaat hij er naar toe om te spelen. Maar ’s ochtends en ’s avonds is het nog steeds fris. Daalt het met regelmaat onder de twintig graden. Niet bevorderlijk om dan uitgebreid met water te gaan hannesen. En hun huis zit vol spleten en tochtgaten, ’s nachts kan het behoorlijk koud zijn zelfs maar veel extra dekens zijn er niet. En ook het dagdagelijks douchen, koud water want een boiler hebben ze niet. Dat Pi Pi gedurende de meest koude week bij De Inquisiteur met lekker warm water kon douchen heeft niet veel geholpen.
Dit zit ook in Piak’s hoofd, want de leuke centjes verdiend aan de houtskool zijn allang op. Zonder dat het gezinnetje zich uitspattingen veroorlooft, maar af en toe moet het dagelijks menu toch wel eens aangevuld worden met wat voedzaams. Varkensvlees, kip, vis. Rundvlees kopen ze niet, vierhonderd baht per kilogram, dat is te duur voor hen. Een kip van de buurman kost tussen de tachtig en honderd baht, afhankelijk van het gewicht van het beest. Dus heel af en toe kip, goed voor Pi Pi ook want die is er verzot op. En heel af en toe vis, honderd baht per kilogram op de markt, maar Taai kent haar collega’s erg goed en vaak is het ruilhandel : vis voor kippenbillen.
Dus komt De Inquisiteur’s eega haar goed hart boven. En pakt ze ventje-lief handig aan. Die stelt regelmatig voor om <mu-ka-taa> te gaan eten in het gekende restaurant in het stadje. Maar je kan net zo goed afhalen. Varkensvlees, veel groenten, schelpdieren, kortom, lekkere en voedzame ingrediënten. Laat De Inquisiteur zich overhalen om, na een telefoontje van het lief om te bestellen, de spullen te gaan afhalen. Wanneer hij de zakken overhandigt krijgt verbaast hij zich over de hoeveelheid, de prijs daar heeft hij geen erg in als rijke westerling – althans in de ogen van zijn mededorpelingen. Eten wij echt zo veel met z’n drie?
Natuurlijk niet. Liefje-lief heeft voor vijf personen besteld. En laat De Inquisiteur ook nog eens een kilogram <nua>, biefstuk, ophalen – want dat maakt de <mu-ka-taa> toch nog veel lekkerder? Deze simpele maaltijd is een feest voor iedereen. Alles inbegrepen komt het neer op tweehonderd baht per persoon, voor Piak en Taai onbetaalbaar, voor ons iets gewoons voor een lekkere maaltijd. De jongelui eten zich te pletter, niet uit gulzigheid, gewoon omdat het zo goed smaakt, en ook omdat het voedzaam is. En Pi Pi ? Die at als een grote, vooral biefstuk droeg zijn voorkeur.
De volgende dagen kan Piak weer wat centen verdienen. In een volgend dorp is er een soort kapbedrijfje. Legaal, want ze kopen eucalyptus bossen op. Ze doen een bod, en indien de eigenaar akkoord gaat krijgt die direct geld. Vervolgens kappen ze de bomen, verzagen ze naar mooie gladde stammen en verkopen die hun beurt weer. Ze zijn slim, want ze kopen pas een bos op wanneer ze zelf al opdracht hebben, dus kennen ze hun winst vooraf. Nu was er een erg grote bestelling met tijdsdruk, dus trommelen ze dagloners op.
De koeien moeten door Taai weggebracht worden want ze vertrekken al voor zonsopgang. Richting Nong Khai, een honderd kilometer verder. Daar blijven ze zelfs slapen tot het ganse bos gerooid is, twee nachten. Piak moet geld mee want zelf voor eten zorgen is de boodschap, in tegenstelling wanneer je als dagloner op de rijstvelden gaat werken, dan zorgt de opdrachtgever voor voedsel. Dus weer even lenen bij de zus, driehonderd baht. Hoe Piak daar van kan eten en drinken was eerst een raadsel voor De Inquisiteur, erg weinig toch, honderd baht per dag. Nadien beseft hij dat ze hun meeste voedsel zelf vergaren in de bossen. Maar hierdoor verdienen ze ook meer, Piak krijgt vierhonderd baht per werkdag.
Taai heeft het nu erg druk. De koeien, haar zoontje, voor eten zorgen, haar groentetuin onderhouden. Bovendien is het net grote marktdag in het stadje, die wordt om de veertien dagen gehouden, en kan ze met haar familie erg goed verdienen met de kippenkraam. Pi Pi moet dan maar mee. Een ganse dag. Het kraam is open, geen dakzeil tegen de zon, enkel een afgeleefde parasol. Pi Pi zit onder de tafel, tussen de gasflessen moet hij zich bezig houden, wat hem na een paar uur uiteraard gaat vervelen. Op dat moment komt De Inquisiteur aan, hij dwaalt graag over deze markt, een grote variatie in aanbod, veel volk op de been, erg gezellig.
Taai durft niks te vragen maar haar ogen spreken boekdelen. Pi Pi voelt zich erg oncomfortabel en dat is het slechtste wat je kan overkomen in Isaan. OK dan maar, De Inquisiteur opent zijn hart en neemt Pi Pi mee op dool. Wat hij zich even later al beklaagt want Pi Pi is veel te levendig, vaak verdwijnt hij uit het zicht, verstopt zich tussen de kraampjes, zeurt voor een ijsje, wat later voor voor een hapje, nog wat later wil hij cola. Vervolgens is hij moe en wil hij gedragen worden. Verdorie toch. Dan maar naar de auto en huiswaarts waar hij Pi Pi aan de zorgen van liefje-lief laat.
Isaan, dat is zorg voor elkaar dragen. En niet zeuren.
Wordt vervolgd
Over deze blogger
Lees hier de laatste artikelen
- Leven in Thailand24 december 2019Winter in Isaan: Kerstmis
- Leven in Thailand22 november 2019Winter in Isaan (8)
- Leven in Thailand16 november 2019Winter in Isaan (7)
- Leven in Thailand12 november 2019Winter in Isaan (6)
Iedereen die afgeeft op het eigen land moet dit waarheidsgetrouwe verhaal maar eens goed tot zich laten doordringen. Dan beseffen we wellicht dat we uit een van de meest welvarende landen ter wereld stammen en dankzij dat kunnen we in een land als Thailand en veel andere landen, ons heel wat permitteren. Verplaats je maar eens in de hoofdpersonen uit de verhalen van de Inquisiteur over gewone mensen in de Isan. Ontevreden; wie van ons durft dat nog hardop te zeggen?
Wat is het toch weer een mooi verhaal !!! Het is maar goed dat deze farang (ik) niet mag, niet kan, niet wil en niet hoeft te werken. Men verdient 400 Bht en geeft 100 Bht voor eten uit… Ik zou bijna 400 Bth uit geven voor mijn eten & drinken en dan heb ik het maar niet over waar te slapen. Dus volledig met Joseph eens wij mogen zeker niet klagen !!! Ik wacht weer (on)geduldig op het vervolg…
Inquisiteur,
Prachtig verhaal!
Joseph,
Wat wil je hiermee zeggen? Dat wantoestanden in Thailand een vaststaand gegeven zijn, waar de Thai zelf niets aan kunnen veranderen?
Dat Nederlanders nergens meer over mogen klagen, omdat het elders nog erger is? (Bijvoorbeeld: “In Groningen moeten ze niet klagen over de aardbevingen, want in Italië zijn er doden gevallen en zijn de huizen compleet ingestort “)
Ik heb in Bangladesh gewerkt en heb daar echt kinderarbeid (al vanaf 3 jaar), uitbuiting en echte armoede gezien. Thailand is daarmee vergeleken een paradijs. Mogen de Thai dan nu hierdoor niet meer klagen? Natuurlijk wel !
Je gebruikt nog al gemakkelijk de woorden “afgeeft”, “permitteren” en “durft”.
Ik heb deze reactie geschreven, omdat naar mijn mening een soort *Gedachten Politie” momenteel sommige lezers te vaak en onterecht als klagers wegzet, dus ontmoedigd, om op dit voortreffelijk blog, vrijelijk hun mening te kunnen geven.
Reageer bijna niet meer, maar lees jou stukken nog altijd met veel plezier door herkenning. Echt een lekkere schrijfstijl en kan me gemakkelijk inleven.
Mvg, Hendrik S.
Idd veel herkenning in de door Inquisiteur geschreven stukken … 1 toevoeging, zonder te willen beschuldigd worden van haarklieverij: de zgn “zwarte steentjes” die manueel uit de rauwe rijst (zowel de kleef- als de gewone rijst) gepulkt worden, zijn volgens mijn madam zaadjes van gras. Als ze mee gekookt of gestoomd worden zou je er – nog steeds volgens madam – je tanden niet op breken, maar het oogt natuurlijk niet, die zwarte bollekes tussen de witte korrels … .
Ja inderdaad heel goedkoop hier, 80 tot 100 bath in het restaurant voor 2 pers, incl flesje water. kantharalak.gegroet.
H
In de Isaan wordt men zich in ieder geval bewust van een andere realiteit. Die van armoe en onzekerheid. Geen AOW of waaardevast pensioen voor die lui daar. Leven van dag tot dag. Alles is relatief. Vraag is welke lering men eruit trekt. Men kan zich terugtrekken in superioriteitswaan: “Die lui weten niet hoe met geld om te gaan, niet hoe ze moeten investeren. Gat in de hand” Op die manier houdt men een schoon geweten. Eigen schuld dikke bult. Dat is het makkelijkste. Want wil men echt helpen dan kost dat geld. Veel geld………. Wie van ons betaalt? ha ha. Conflict geweten-portemonnee.
Dag Beste landgenoot (B)
ik lees steeds met genoegen je bijdragen hier op het blog, en ik moet eerlijk zeggen wat je hier neerpent van jou Isaan wereld herken ik ook bij mij tussen Chanthaburi en de Cambodjaanse grens . Ik als toerist want ben veel te jong om naar Thailand te kunnen emigreren dat zal na mijn pensioen zijn (ben maar 52) toch na die pro en contra vraagstelling over genoeg van Thailand of niet, waar ik zeker niet wou tussenkomen maar mijn mening is dan ook mijn mening : al 17 jaar getrouwd met Thaïse en al 19jaar er naar toe reis voor jaarlijks verlof heb ik nog geen seconde van gedacht veranderd ooit ons leven daar te beëindigen ,lap daar gaat mijn roze bril gevoel 555
Laat ons nog lang verder genieten van jou ervaringen en chockdee maak met jou magazijntje 😉 al af?
Dit is het 3e stukje van heer Rudi over het werkelijke leven in de Isaan en weer prachtig geschreven.
Ik volg deze familie op de voet en kan me bijzonder goed inleven in het wel en wee van deze familie.
En omdat ik in Nederland niets te klagen heb wil ik graag een bijdrage leveren om Pipi te helpen een normaal leven te genieten. Ik dacht aan een bijdrage van 2000 bath voor deze familie om Pipi een gedegen onderzoek te laten ondergaan in een goed ziekenhuis. Ik heb deze familie eigenlijk al een beetje geadopteerd (financieel gezien dan) maar ook heeft deze familie al een beetje mijn hart gestolen. Dat werkt beter als een soort fosterparents plan, waar 50% aan de strijkstok blijft hangen. Ik weet dat mijn geld 100% naar deze familie gaat en niets aan de strijkstok blijft hangen. Dus als heer Rudi zo goed is om zijn bankrekeningnummer te geven dan maak ik de 2000 bath over en dan komt het wel bij de familie in kwestie terecht. Laten we zeggen dat dit hulp op maat is als het echt nodig is.
Misschien moeten we allemaal zo’n familie in de Isaan lichtelijk ondersteunen zodat zij een iets beter leven kunnen krijgen. In plaats van te klagen over hoe slecht het in Thailand is, kun je als enkeling een belangrijke bijdrage leveren om een familie in de Isaan het leven iets makkelijker te maken. Maar wel alleen de families die het echt verdienen. En de verhalen van heer Rudi te lezen over deze familie, dan denk ik ja waarom niet deze familie ondersteunen. De verhalen grijpen mij aan, omdat het zo echt is. Aan heer Rudi. Mijn emailadres is [email protected] dan kunnen we op die manier de zaken verder afhandelen. Hans
Hallo Hans,
Jij bent echt iemand met een gouden hart, die daadwerkelijk wat wil doen voor iemand als Piak en zijn gezin, dat is mooi.
Maar het is noch mijn bedoeling, noch mijn taak om met mijn vertellingen een soort caritatieve instelling te worden.
Laten we de Isaaners in hun waarde laten, als ik het Piak zou vertellen zou hij enthousiast aanvaarden, maar een stuk van zijn eigenwaarde verliezen.
Piak en Isaan in het algemeen zijn er veel beter mee dat mensen leren hoe de zware levensomstandigheden hier zijn, dat toeristen en expats begrijpen dat het allemaal niet zo makkelijk is om hun glimlach te bewaren.
Je kan ze helpen door zoveel mogelijk mensen aan te moedigen om mijn vertellingen alsmede Thailandblog in het algemeen te lezen.
En er zodoende kennis uit kunnen halen zodat men meer begrip zal opbrengen en wat minder snel kritiek zal leveren.
Als jij werkelijk zo intiem meeleeft, wil ik op het einde van de reeks je via email wel op de hoogte blijven brengen van hun reilen en zeilen – indien je dat wenst. O ja, Pi Pi is ondertussen wel aan de beterhand. Liefje-lief is samen met zijn moeder naar een groter hospitaal geweest, daar kreeg hij de juiste medicijnen.
Vriendelijke groet, Rudi
Ja Rudi, ik leef werkelijk mee met deze familie. En dat komt ook wel een beetje door je eerlijke en emotionele schrijfstijl wat mij en waarschijnlijk vele andere Thailandblog lezers erg aangrijpt. En dan te bedenken dat je een paar dagen geleden nog iets had van waarom schrijf ik nog voor Thailandblog. Dus daarom schrijf je nog steeds voor Thailandblog om deze reden, het werkelijke leven in de Isaan. Ik ga je op de voet volgen met deze familie, omdat het mij wat doet om over het wel en wee van deze familie te lezen.
Ik ben een zeer emotioneel mannetje en jouw verhalen doen wat met mij, een beter begrip krijgen over het werkelijke leven in Thailand. En ik begrijp jouw standpunt waarom je mijn donatie niet wil. Maar als het echt nodig is dan doe ik het wel. Een man een man, een woord een woord. En ik ben heel erg blij dat je weer de inspiratie hebt gevonden om te blijven schrijven voor Thailandblog. Want ik geniet van je verhalen zoals het leven werkelijk is in Thailand. Meer wil ik er niet over zeggen. Ik zou je graag een keer persoonlijk willen ontmoeten in Thailand.omdat ik respect voor je heb zoals jij in het leven staat en de manier waarop je het leven in Thailand ervaart.