Isaan economie
Poa Deing zit in de problemen. De scholen zijn heropend en hij is, samen met zijn vrouw, verantwoordelijk voor drie kleinkinderen. Hun zoon en zijn echtgenote werken namelijk in Bangkok. Maar het gaat economisch minder goed dan de kranten laten uitschijnen, en er is te weinig geld opgestuurd.
De oudste van de drie kleinkinderen is twaalf en moet van school veranderen. Een veel duurder geval dan het vroegere dorpsschooltje. Inschrijvingsgeld, uniformen en andere kosten moeten betaald worden, totaal bijna tienduizend Baht. Hij heeft slechts zesduizend ter beschikking. Moet hij de resterende vierduizend vinden.
Eerst rekent hij uit hoe snel hij dat geld kan terugbetalen. Hij is een lokale dagloner, buiten het bewerken van zijn eigen rijstvelden. Verdient hij gemiddeld drie- tot vierhonderd Baht per dag mee. Hij besluit dat hij tweehonderd Baht per dag kan sparen en schat optimistisch in dat hij dus op twintig dagen het geld zal hebben.
Na dat lange verhaal, waar eega vaak moet tussenkomen om het over te brengen aan De Inquisiteur komt de vraag: kan hij dat geld lenen?
De Inquisiteur is daar niet happig op, als hij daar mee begint weet hij dat het halve dorp zal afkomen. Vrouwtje-lief gaat er wel op in, wil dat bedrag voor een maand voorschieten. Aan drie Baht per honderd. Drie procent dus. Honderdtwintig Baht rente op het volle bedrag en de zaak is geklonken.
Waar mevrouw die drie procent-regel vandaan haalt weet De Inquisiteur ook al. Want er worden regelmatig ‘dorpsleningen’ afgesloten.
Het dorp, in een soort juridische vereniging, leent geld bij een bank. Meestal rond de vijftigduizend baht. Op drie maanden aan drie procent. Vervolgens lenen de dorpelingen die geld nodig hebben voor bijvoorbeeld mest, een verantwoorde aankoop, bij de dorpsvereniging. Aan drie procent. Op twee weken.
Doch dikwijls loopt het mis, dorpelingen staan achter in afbetaling. En kan de vereniging de lening bij de bank niet afbetalen. Gaat men kapitaalkrachtigen zoeken. Die op hun beurt weer aan de dorpsvereniging lenen. Aan drie procent. Op een maand.
Met dat geld betaalt de dorpsvereniging de bank af en sluit weer een nieuwe lening.
De Inquisiteur weet dit, ze zijn ook al bij hem komen aankloppen – die dorpsgemeenschap, vereniging, het zal wel een naam hebben maar is hij allang vergeten. Eenmaal heeft hij daar in toegestemd en werd keurig op tijd, met rente, terugbetaald. Maar De Inquisiteur had zich aan het rekenen gezet.
Dit moet fout aflopen op lange termijn, en hoe gaan ze dat oplossen ? En meldde de gade dat hij daar niet meer mee aan zou doen, het zat niet goed in het hoofd, <mai sabaai> etcetera en dat snapte mevrouw wel die het overbracht bij een volgende vraag. Er zijn nog mensen in het dorp die dat aankunnen, bovendien, vroeger was De Inquisiteur hier niet en het systeem loopt al jaren, ze hebben hem helemaal niet nodig om het in stand te houden.
De Inquisiteur begint aan zijn vierde jaar Isaan en heeft zodoende al meer financiële eigenaardigheden opgemerkt. Zo zijn er periodes dat er meer dan voldoende cash geld genereert in het dorp, het leven is goed dan. Dat is altijd rond vaste periodes: Songkran is het hoogtepunt, maar ook bij het aflopen van de “Buddhist Lent”, zowat einde september, en -vreemd eigenlijk- rond het westerse Nieuwjaar.
Want keren de uitwerkende familieleden terug. Met hun zakken vol geld.
Veel onderlinge schuld wordt afbetaald, je ziet voortdurend geld schuiven van de ene naar de andere.
En moeten ze kunnen showen. Grootouders en andere thuisblijvers krijgen een groot deel van het opgespaarde loon, maar de rest gaat eraan in drinkgelagen, feesten en andere. Dikwijls zetten de zorgdragende grootouders thuis ook nog eens een <tambun> op om geluk af te dwingen, er is nu geld voor. Dus een of twee dagen gratis eten en drinken. Er wordt getrouwd ook, soms heeft een uitwerkende vrouw een partner gevonden, er moet gehuwd in het dorp van de dame. Feest weerom.
En de dappere arbeiders die maandenlang iedere dag zo’n twaalfuur-shiften hebben gepresteerd, willen genieten van hun vakantie, hun status ook. En zetten zich dagelijks aan het feesten, vrolijk delen met de armere broeders die thuisbleven. Het is iedere keer een leuke tijd, de zorgen zijn vergeten.
Doch eens deze noeste werkers het dorp weer uit, keert het omdraaien van ieder muntje terug.
Slechte tijden zijn het begin van het rijstseizoen, dat ook nog eens samen valt met het begin van een nieuw schooljaar. Voor de rijst moet het land eerst bewerkt worden. De buffels zijn er nog slechts enkel voor de kweek, men heeft machines. Niet iedereen echter, dus moet er iemand die het wel heeft ingehuurd worden. Dagloon en brandstof te betalen.
Na enkele weken zal dit zich herhalen, de mest moet op het land. Kan machinaal, maar gaat nog vaak met de hand. Hier doen ze dat in een soort gemeenschapswerk, men gaat om beurt op ieders land werken. Maar mest is zeer duur, de velden zijn groot in oppervlakte. En moet er eten en drinken voorzien worden door de bezitter van het land dat aan de beurt is.
Idem dito voor het inzaaien, inplanten, en het verplanten van de jonge rijst. Hier volledig met de hand in gemeenschapswerk, maar weer moet eten en drinken voorzien worden. Tel daarbovenop de schoolkosten nog eens bij, en tsja, ze kunnen niet anders dan schulden maken.
Dikwijls grote schulden zelfs want school, brandstof en vooral mest kosten veel.
Begint de leeneconomie helemaal op toeren te komen.
Bovendien, er kan iemand ziek worden, hospitaal soms. Een auto of bromfiets die stuk gaat. Een dak weggewaaid of een waterpomp de vernieling in. De buffel die gereed voor verkoop was sterft onverwacht, na enkele dierenarts-ingrepen. Hopen dat er geen insectenplaag of virus in de rijstgewassen komt want dan moet er weer dure chemie gebruikt worden. Het is een vicieuze cirkel waar weinigen uitraken.
De daglonerij blijft te goedkoop, de opdrachtgevers zijn te slim. Bosbouw wordt aan banden gelegd, jagen is eigenlijk illegaal. Er wordt regelmatig wel een nieuw huis gebouwd of verbouwd, maar dat is niet voldoende om genoeg jobs te verschaffen.
En het is begrijpelijk dat niet iedereen mentaal geschikt is om maandenlang ver van huis te gaan werken, bovendien, als eerder geschreven, gaat de economie over gans Thailand eigenlijk niet zo goed als voorheen. Zo komen er meer en meer buitenlanders die hun job innemen wegens goedkoper.
Birmezen, Cambodjanen, Laotianen, … . Asean weet je wel. Waar kennen we dat verhaal van?
Ook de horecasector en de daar aan verwante “nevendingen” gaan achteruit. Minder westerse toeristen. En ook daar weer buitenlanders aan de slag ondervond De Inquisiteur laatst in Bangkok – in vele gerenommeerde restaurants, bars, … zijn Filipino’s gegeerde krachten.
Enkel de grote hotelketens en reisbureaus hebben nog voldoende omzet, maar hun klanten zijn nu Chinezen, Indiërs, … en die hebben een gans ander vakantiepatroon dan de westerlingen van voorheen.
Meer georganiseerd, minder lokaal verteer.
De rijstoogst brengt weer herhaling van de problemen – alles handmatig in gemeenschapswerk maar men moet wel een speciale wagen inhuren om de rijstkorrels van de halmen te scheiden. Gemiddeld honderdvijftig baht per rit.
Pas nadien is er even een adempauze want ze kunnen verkopen, na afname voor een jaar eigen verbruik. Maar tevens een periode van zorgen, de opkopers zijn haaien. Ook Isaaners lezen kranten, hebben internet en zijn zodoende op de hoogte van de prijzen. Ook omdat zowat iedere regering daar publiciteit rond maakt, er zijn altijd wel een soort subsidies, goed voor stemmenwinst.
Maar de grote opkopers storen zich niet aan regeringsmaatregelen en marktprijzen. Zij gaan voor een absolute minimum prijs, vaak onvoldoende om de geïnvesteerde kosten te vergoeden, laat staan de verrichte arbeid. Ze spelen het spel hard met een onderhandelings-mentaliteit van ’te nemen of te laten’, men rekende op de onwetendheid van de Isaaners.
Stilaan wordt men hier wel slimmer en sturen ze de ronddolende opkopers weg. Organiseren zelf transport naar de grote inkoopcentra. Een hele gebeurtenis, grote stoet, veel begeleiders.
Maar vorig jaar lukte het hun om een betere prijs te verkrijgen.
En zodoende komt De Inquisiteur tot inzicht dat zijn oude stelling fout zat. Hij verdacht zijn dorpsgenoten van een soort luiheid, waarom geen twee rijstoogsten per jaar?
Ten eerste heeft niet iedereen hier de mogelijkheid tot irrigatie, de helft van de velden is niet bereikbaar, enkel te bevloeien via de regens. Dus wat met de mensen die uit de boot zouden vallen?
Dat zou het gemeenschapswerk en vooral het gevoel van samenhorigheid doen wegvallen.
Daar bovenop zou het weer zwaar investeren worden in mest, machines en arbeid – in casu meer schulden.
Als laatste argument: hoe meer rijst op de markt, hoe goedkoper, dus slecht voor de boer.
Er is ook een tendens naar andere toepassingen van de velden. Vooral de laatste twee jaar merkt De Inquisiteur. Groenten zijn populair geworden want snelle inkomsten, men gaat die gewoonweg op de markt verkopen. Een project gesteund door de Europese Gemeenschap is hier echter in het honderd gelopen – tomatenkweek. Die bazige Europeanen eisten immers dat alles onder kassen geproduceerd moest worden, had iets te maken met ziektes, virussen en hygiëne … . Waar zouden de mensen hier dat geld vandaan halen om die kassen te maken? En zetten ze de tomaten in een soort goedkope serre van blauwe stof gebonden aan bamboe palen. Mooie tomaten waren het, maar eens er een inspectie vanuit Europa kwam was de droom uit. Afgekeurd. Wekenlang hebben we hier goedkope tomaten gegeten.
Er zijn ook andere investeringen die de traditionele rijstvelden beginnen weg te duwen. Rubberbomen. Die worden erg populair alhoewel dit gewas niet eigen aan de streek is, bovendien is dat zeer veel werk. Iedere vroege ochtend en late namiddag moet je de schaaltjes leeghalen, reinigen en de boom insnijden. Alle dagen, zeven op zeven, iedere week, iedere maand, het hele jaar door. Dat moet je maar doen wetende dat het pas economisch interessant wordt bij minimum duizend bomen.
Een gewas waar De Inquisiteur de correcte naam niet van weet, de manshoge struik produceert een soort knol die op een grote aardappel lijkt en quasi dezelfde smaak heeft. Erg populair want makkelijk en goedkoop te verbouwen.
De afschuwelijke eucalyptus kweek ook, een snelgroeiende maar water verslindende boomsoort, voor de papierindustrie. En begint men terug teakwood aan te planten, vreemd eigenlijk want dit zijn lange termijn projecten, minimum vijfentwintig jaar, voor Isaan niet gebruikelijk.
Een gemiddelde Isaaner overdenkt zulke zaken niet al te veel, hij of zij legt zich meestal neer bij de gang van zaken. Probeert gelukkig te zijn met minder. Haalt zijn dagelijks kostje uit velden en bossen, een beetje aangevuld met af en toe wat goedkoops op de markt. Kookt op eigen gemaakte houtskool zodat er geen gas moet aangekocht worden.
En blijft solidair, wie wat meer heeft deelt dat met de anderen, gratis.
Laat wat minder lampjes branden, zet de ventilator minder vaak aan en probeert zodoende onder het minimum bedrag te blijven, ook al zoiets vreemds, een elektriciteitsrekening onder de tweehonderdvijftig baht moet niet betaald worden. De enkelingen die dan toch een auto- of bromfietsverzekering hadden betalen die niet meer, het zal hun worst wezen. De bank ? Die moet maar wachten indien hij/zij niet tijdig kan afbetalen, er valt toch niets te rapen wanneer zo’n instelling daartoe wil overgaan…..
En blijven lenen en voorschieten onder elkaar. En proberen op de pof te kopen in onze winkel. Mogen ze. Tot vijfhonderd Baht en maximum twee weken, dan moet er betaald worden. Slechts een enkeling blijft dan enkele weken weg uit de winkel, maar uiteindelijk betalen ze allemaal.
En mag Mei Soong die vijfduizend Baht lenen bij het vrouwtje. Heeft ze nodig want wasmachine stuk.
Die heeft ze nodig voor haar uitgebreide familie en ze verdient af en toe een centje bij om voor de plaatselijke peutertuin de was te doen. Met de hand is dat niet te doen.
En zal ze netjes terugbetalen, op tijd, inclusief de drie procent. De gemeenschap is hier te klein om problemen te veroorzaken.
De Inquisiteur en lief kijken uit naar eind september, komt er weer een financiële injectie in het dorp met betere tijden.
– Herplaatst bericht –
Over deze blogger
Lees hier de laatste artikelen
- Leven in Thailand24 december 2019Winter in Isaan: Kerstmis
- Leven in Thailand22 november 2019Winter in Isaan (8)
- Leven in Thailand16 november 2019Winter in Isaan (7)
- Leven in Thailand12 november 2019Winter in Isaan (6)
Mooi verhaal, maar je stelling dat het vroeg of laat fout moet aflopen met de uitstaande leningen en verpakken in een andere duurdere lening is toch gewoon de wereldeconomie in het klein. Daar draait deze nml helemaal op, steeds meer geld bijdrukken/lenen om te groeien.
prachtig verhaal en zo mooi om te lezen.
En voornaamste, goed om te weten, als ik er toch met vrouwtje zou gaan wonen.
Ik woon er nog niet en heb dit ook reeds meegemaakt. Mislukte oogst. Falang springt bij om mais te kopen ipv de suikerriet en bij de volgende oogst is er feest -zonder de falang, want die zit terug in België- en hoor ik niks meer van terugbetaling. Mijn vrouw verwijt mij dan dat ik de familie niet wil steunen. Het jaar erop terug een “kleine” bijdrage aan de familie omdat ze de lening van het dorp (30.000 bath) niet kunnen afbetalen.
Ik mag wel zeggen dat na de 10 jaar Thailand reizen, telkens een prachtig ontvangst en afscheidsfeestje krijg.
‘Phojing phom’ betaal dit alles zonder inzicht van de falang. We moeten ermee leren leven en toch hou ik zeer veel van het land en zijn inwoners. Ik zal mij moeten wapenen vooraleer ik er met pensioen heenga…..
Zou die voor jou onbekende plant tabioka kunnen zijn? In het Thaise “man” genoemd
Het is de cassaveplant, en tapioca is een product dat van de knollen gemaakt kan worden. Man sappalang, is de thaise benaming.
Geweldig geschreven ! en erg leerzaam !
Leuk verhaal, alleen van rubberbomen ben je niet goed op de hoogte , het is 3 dagen “tappen ” ( s’nachts)
smorgens water bijvoegen en roeren. 1 dag stop ,na 10 dagen bakjes leegmaken .Gem . 3x p/m.
En het is hier bij ons 9 maanden p/j tappen , en 3 maanden stop , i.v.m. bladverlies.
Wat betreft die “knol ” is een mansapalang , wordt overal veel geplant, stekje in de grond , en verder maar 4 mnd wachten.
De meeste die rubber tappen, en geen eigenaar ijn krijgen 40% , die hebben over het algemeen een een redelijk inkomen.
Alleen zoals gewoonlijk bij de tai vergeten ze dat ze 3 mnd geen inkomen daaruit hebben.
Wederom een mooi verhaal geschreven . Dit overigens in tegenstelling dan ik ondervind hier in de provincie Lamphun .
Want daar is moeilijk om aan personeel te komen .
Een oudere Duitse kennis van mij , zijn Thaise ega ook voor vele Jaren in Duitsland gewoond te hebben heeft van haar familie uit 60 Rai aan loganbomen staan .
En hij vertelde mij verleden week nog , er is niet aan personeel te komen de jongeren willen niet meer .
Werken liever bij de superstores of op de Nikhom industrial estate bedrijven terrein .
Ik ondervind het zelf ook , probeer maar eens iemand te vinden die op reguliere basis de tuin en onze boomgaard bij wil houden .
Het lijkt net als in Nederland de Isaan is Groningen Drente en de omgeving van Chiangmai Lamphun is als de Randstad .
Waarom gaan die Isaaners die bij jou geen werk kunnen vinden of te weinig werk is niet naar elders waar wel werk is in Thailand vraag ik mij dan weer af .
En ook hier zijn zelfs vele Birmezen al werkzaam .
Jan Beute .
Jan Beute.
“Elders gaan werken”.
En – gaan huren, eigen huis leeg?
Kinderen, grootouders, familie, … mee of achter laten?
En dan in het vicieuze cirkeltje van geld opsturen geraken?
Wat met eventuele veestapel, huisdieren, … ?
Ergens moeten wonen in een goedkoop krot, 12 uur per dag werken aan een minimumloon. 1 dag vrij per maand.
Dat zal hun leven echt beter maken … .
Jan heeft natuurlijk wel een punt. De huidige generatie Thaise jongeren is in aantal minder dan de helft van de generatie van hun ouders. Een groot aantal van de huidige jongeren wil vanwege het armoedige en uitzichtloze leven de boerderij niet overnemen maar zoekt zijn heil elders. Dat gebeurt nu al. De trek van jongeren naar Bangkok zal afnemen naarmate er werkgelegenheid wordt gecreerd in andere steden zoals Khon Kaen, Udonthani, Ubon etc. Dat is al merkbaar.
Het is niet veel anders dan de situatie in Nederland pakweg 80 jaar geleden. Toen mijn vader en moeder in Tilbug trouwden en vervolgens naar Amsterdam verhuisden om hun leven op te bouwen (waar zij 4 kinderen kregen waarvoor zij zelf zorgden) stonden mijn opa en oma met tranen in de ogen op het station. Hoe kon dat nou toch dat hun zoon cq dochter zo ver weg gingen wonen? Was er in Tilburg dan geen werk te vinden? Ja, dat was er wel maar slechts een beetje en geen doorgroeimogelijkheden.
Beste Inquisiteur .
Een paar maand geleden hebben wij een oud studie vriend en zijn vriendin , van mijn stiefzoon op bezoek gehad en zij hebben bij ons een paar nachten gelogeerd .
HIj en mijn stiefzoon hebben beide gestudeerd aan de CMU universiteit in Chiangmai .
Hij komt ook uit de Isaan en werkt bij de mitropool suiker industrie in de stad Buriram .
Hij vertelde ook dat er niks voor hem is aan werk waar hij voor gestudeerd heeft .
Hij is dan ook van plan om hier in de omgeving van CM en Lamphun passend werk te gaan zoeken .
Wat hem wel zal lukken denk ik .
Waarom dan in de Isaan blijven rondhangen .
Ik begrijp heus wel uit je reaktie dat er velen zijn die geen andere keus hebben .
Maar als jongere kun je beter je koffer pakken en vertrekken naar elders waar wel werk en een betere toekomst voor je is .
Jan Beute.
Heel mooi geschreven.
Het gaat bij ons, in ons gehucht van 400 zielen, net zo. De schulden van de mensen zijn enorm. De meeste mensen kunnen hun schulden nooit meer terugbetalen. 90 procent heeft grote schulden van tussen de 50 en 100.000 baht met een inkomen maximaal 300 baht waar een heel gezin ook nog van moet leven.
Kaartspelen en loterijen zijn de dagelijkse bezigheden naast de zorg van een paar koeien of waterbuffels.
Men neemt het leven zoals het is en men lost de schulden af met grotere schulden. Toch zijn de mensen heel gastvrij en worden we altijd met een lach begroet.
Thailand is mooi !
goede groet van danny
,
Deze planten noemen maniok, worden uitgevoerd naar o.a. Australië ,in Afrika worden deze fijn geplet (gestamt)
en gegeten door de bevolking zoals wij aardappelen of rijst eten.
Een gewas waar De Inquisiteur de correcte naam niet van weet, de manshoge struik produceert een soort knol die op een grote aardappel lijkt en quasi dezelfde smaak heeft. Erg populair want makkelijk en goedkoop te verbouwen.
Dat is cassave waar ze tapioca van maken wat voornamelijk een dierenvoer is en waar de varkens en kippen in Nederland van eten. Daarom zijn de bossen in de Isaan gesloopt. Het heet in het Thais มันสำปะหลัง ofwel man sampalang (midden, stijgende, lage, stijgende toon).
Het is zonneklaar dat deze situatie van schulden op schuden op schulden niet langer kan voortduren.
Ik neem de boeren niet kwalijk dat zij de uitweg niet zien. Ik neem het wel de politieke partijen in de afgelopen decennia kwalijk dat zij nooit met en duurzame oplossing zijn gekomen, maar aleen maar met financiel regelingen om de hoogste nood te lenigen.
Deze politici weten drommels goed hoe de vlag erbij hangt en weten volgens mij ook hoe agrarische problemen (met name de armoede onder boeren en dreigende faillisementen) in andere landen succesvol worden aangepakt. De meeste van de gevolgde methoden hebben een aantal elementen:
– het direct verkopen van de produkten aan de consument
– aanpassen van de productie aan de wensen van de consument
– het delen van het ondernemersrisico met de consument met ook het delen van de macht over de bedrijfsvoering, soms overname van het agrarisch bedrijf
– meer colllectiviteit, minder kapitalistisch ondernemen
– het uitschakelen van allerlei tussenhandel die geen waarde toevoegt maar wel geld kost
– meer samenwerking tussen groepen van boeren en grotere bedrijven en instituties waarvan de medewekers de producten direct kunnen kopen
– meer verkoop online.
Het is – naar mijn mening – niet zo vreemd dat opeenvolgende regeringen daar niets aan gedaan hebben. Zij allen hebben een kapitalistische visie en netwerken die allemaal aan de agrarische produkten verdienen met uitzondering van de boer. Die kan een grijpstuiver krijgen en in de schulden blijven zitten terwijl anderen miljoenen verdienen.