‘Het laatste stukje’
Het zal u waarschijnlijk niet ontgaan zijn dat mijn persoontje zo af en toe, en met wisselend succes, wat schrijfsels achterlaat op dit mooie Thailandblog.
Dit werd door mij beslist met veel plezier gedaan, maar het gaat hierbij blijven.
Want door omstandigheden moet ik er nu waarschijnlijk een schrijverspunt achter zetten.
Grotendeels zijn die omstandigheden terug te voeren op vrouw Oy.
De lieve Thaise dame waar ik al jaren lief en leed mee deel, zowel hier als in het Beloofde Thailand.
Oy, die kans zag bij haar eerste bezoek aan Nederland op totaal versleten slippers aan te komen.
Dezelfde slippers die ze enkele uren voor het afreizen nog vrolijk bij de Isaanse dorpswinkel annex hoefsmid liet repareren, vanwege een afvallig bandje.
Mijn eigen strakke plan, om bij diezelfde winkel gewoon een paar nieuwe te kopen, werd afgedaan als onnodige geldsmijterij.
Want waarom moeilijk doen als een Isaanse spijker ook uitkomst kon brengen? (Waarop ze nog korting wilde bedingen, vanwege de zelf meegebrachte spijker.)
De gedachte van haar reisgenoot, namelijk dat er in haar rugzakje nog wel enkele gympies zouden rondslingeren, was een verkeerde.
Want deze gele plastic misbaksels bleken, eenmaal aangekomen op een ijskoud en winderig Schiphol, het enige wat ze had meegesjouwd aan voetbedekking.
Hiermee duidelijk makend dat het tonen van fotomapjes vol Hollandse ijspret bij haar niet het gewenste effect hadden gesorteerd, en ons aldus deed overgaan tot de noodzakelijke aanschaf van een paar echt lederen veterschoentjes op ’s lands luchthaven.
Zijzelf vervolgens licht wankelend bij de kassa van de trendy schoenwinkel, want voor dat geld had ze héél veel Thaise slippers kunnen kopen.
Tijdens al genoemde vlucht werd ik ook nog iets anders gewaar.
Namelijk dat ze categorisch weigert uit het vliegtuig-raam te kijken, bij bepaalde manoeuvres. Zoals start en landing. Haar gezicht daartoe smorend in een KLM-kussentje, onder het motto: ‘als ik niks zie, kan er ook niks gebeuren.’
Struisvogels komen in Thailand niet voor, maar ik ben zelf al jaren getrouwd met een leuk alternatief.
De tweede maal dat ze naar ons bedijkte moeras kwam, ditmaal om er te blijven, had ze al haar zuinig opgespaarde Thaise muntjes vergaard en omgezet in een polsontwrichtende gouden armband.
De Pattayaanse goudshop-eigenaar, een Chinees op jaren, had haar in tranen uitgeleide gedaan. Stil gaan leven was namelijk altijd al een wens van hem geweest.
Waarop mijn nietsvermoedende afhaal-persoontje haar, op verzoek van een verdacht vriendelijke douanier, mocht ophalen bij de ‘niets aan te geven’ sectie op Schiphol. Dit omdat ze haar halve ton aan edelmetaal vol trots aan den volke had getoond, bij het passeren van diezelfde douane.
Na het secuur wegen van het kostbare kleinood, en pinnen van een blaartrekkende hoeveelheid aan invoerrechten mocht ik haar alsnog naar buiten begeleiden.
Het gespreksonderwerp in de auto op weg naar huis bleek, heel eigenaardig, nu eens niet de gezondheid van schoonmoeder te zijn, of de huidige malaise in de Thaise vastgoed-sector.
Nooit te beroerd me bij te staan in mijn verkenning van onbekende Thaise etenswaren, bracht ze ook liefdevol een tupperware-bakje vol ‘plaa-raa’ mee. De rottevis-smurrie die bij vele van haar landgenoten voor delicatesse moet doorgaan.
Mijn zoektocht naar een vermoed rioleringslek in huis, na het thuiskomen van een vermoeiende werkdag, vond tenslotte een meurend einde in het groentevak van de koelkast. Waarna het drie volle dagen nam om de geur weg te krijgen, en nog eens drie voor de nauwelijks te wissen herinnering eraan.
Smaken verschillen nu eenmaal, maar er zijn momenten dat ze me sprakeloos maakt.
Ooit wist ik, zielsgelukkig, de hand te leggen op een kleine hoeveelheid peperdure Blue Mountain-koffiebonen, en brouwde daar een bijna perfecte koffie van.
Haar eerste handeling, na het proeven, was er twee scheppen poeder en enkele klonten tandbederf in te mikken, want anders smaakte het niet naar haar eigen instant-Nescafé.
Dit zijn natuurlijk kleine cultuurverschillen, maar ook die worden door haar naadloos gladgestreken.
Want getrouwd zijn met zo’n botte farang die niets begrijpt van Thaise omgangsvormen is natuurlijk vragen om moeilijkheden voor de goedwillende Thaise echtgenote, zéker bij familiebezoek.
Op vakantie moest ze me dan ook regelmatig bijscholen.
Een zojuist bij de Isaanse dorpswinkel aangeschafte halve liter bier, door mij neergezet op schoonma’s veranda, bleek enkele minuten later spoorloos verdwenen.
Tot ik oompje Mamuang, een bezoekend familielid dat net als presentje een forse kam bananen uit de achterbak van zijn pick-up had gesleurd, er zijn keel mee zag spoelen.
Op mijn verbijsterde vraag aan Oy waarom oom, sowieso al een begenadigde expert in het ontkurken van geestverruimend vocht, mijn aankoop aan het wegklokken was, kreeg ik te horen dat het toch echt mijn eigen schuld was.
Had ik het blik Chang, maar niet in het zicht moeten zetten.
Want nu zag oompje het staan, en móést ze het hem wel aanbieden.
Op mijn vraag of ik nog wel de autosleutels ergens kon laten slingeren, of dat oompje dan ook aanspraak kon maken op onze tweedehands Toyota, kreeg ik ‘de blik’.
Wat zowel war als leeghoofd kan betekenen, maar die stof hebben we nog niet behandeld.
Maar de hoofdreden van dit kleine epistel is familie-gerelateerd.
Als je Thaise schoonzus op bezoek is geweest, zeg dan niet in je farang-onnozelheid dat ze een prima Pad Thai op tafel weet te zetten.
Want op de vriendelijke vraag van eega ‘beter dan de mijne’? besef je weer eens blindelings het mijnenveld ingestruikeld te zijn, en geen enkel idee hoe er weer uit te geraken.
De twee seconden bedenktijd die je jezelf meent te kunnen veroorloven zijn er namelijk niet.
Resultaat: dook ik hiervoor onbekommerd in mijn prakje, nu kijk ik eerst of mijn vork na de eerste hap geen Uri Geller-symptomen vertoont en vraag me tevens af hoe we, zonder tuin, aan bonnetjes van onkruidverdelger komen.
Daarom beste lezers, zou dit zomaar mijn laatste stukje kunnen zijn.
Over deze blogger
-
Lieven Kattestaart (1963) woont samen met vrouw Oy op het mooie Goeree-Overflakkee.
Is werkzaam als havenmeester en bezoekt sinds 1993 het verre Thailand, waar hij in 98' Oy leerde kennen en haar overhaalde de zon vaarwel te zeggen en zich in dit kille moeras achter de dijken te vestigen.
Tegenwoordig de vakantieweken meestal doorbrengend in het Isaanse optrekje van schoonmoeder, afgewisseld met wat strandhangen in Pattaya, of klem zitten in bus of trein om andere en onbekende Thaise streken te bezoeken.
Zich voornemend na pensionering samen met Oy in Thailand te gaan wonen, en beiden kunnen nauwelijks wachten tot het zover is.
Hobby's: zodra er zich een inspiratie-vonkje aandient, doch meestal gekweld door schrijversblok, het toetsenbord beroeren teneinde het mooie Thailandblog van een nieuw stukje te voorzien, het beoefenen van lichamelijke bezigheid door middel van joggen (uiteraard met mate) online schaken, en het af en toe drinken van een prima Single Malt en daarbij wegdampen van een sigaar van Cubaanse origine.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur10 december 2024Rooksignalen van oompje Mango
- Cultuur22 november 2024Tropenkolder
- Cultuur14 november 2024‘Drie dagen van bezoeking’
- Cultuur1 november 2024‘Kansloos koloniaal in Pattaya’
BRILJANT!!!
Ik zal je bijdrage missen . je hebt echt veel talent om de lezer te amuzeren, met gelijkwaardige ervaringen als jij.
gr Maarten
Beste Maarten,
dank voor het compliment, en voor alle duidelijkheid, ( en alle reageerders die het iets te serieus namen, ) dit stukje is natuurlijk met een dikke knipoog geschreven.
Ik heb het ook bij Oy gecheckt en volgens haar zijn we nog steeds heel gelukkig samen. En wie ben ik om haar tegen te spreken 🙂
Mijn eigen ervaringen zullen vaak vergelijkbaar zijn met andere lezers van dit blog, dat kan bijna niet anders. Of het nu om meurende ‘plaa-raa’ gaat, getrouwd zijn met een Thaise, of bijvoorbeeld bezoeken van de schoonfamilie, de raakvlakken zijn veelal hetzelfde.
Wat het schrijven erover een leuke bezigheid maakt.
Wilde alleen even een korte schrijfpauze inlassen, vanwege weinig inspiratie, maar zodra er weer wat opborrelt meld ik mij terstond weer aan de Thailandblog-poort.
Dank voor je reactie, ( en alle andere reageerders )
Vriendelijke groet,
Lieven.
Prachtig weer je verhaal. Zo herkenbaar. Soms zo de dames zo ongelooflijk bot en vaag dat ik eigenlijk alleen maar om kan rollen van het lachen. Ik noem mijn vrouw(eveneens Oy !) regelmatig liefkozend mijn aardappel. Zelfde romantische instelling zeg maar. Wat is er mis met een tl lamp zo savonds op de patio toch? En maar vegen. Alleen een flesje bevroren water en veel butterbread. Maar oh wat laat ze me smelten als ze zo vals als een kraai een liedje voor me zingt. Ijsblokjes voor me haalt,me vertroeteld al ware ik een koning. Voor geen goud kan ik mijn aardappeltje meer missen. Ze wordt heus nog wel een frietje !
Kijk maar uit Lieven.
Er zijn vele die voor minder zelfmoord gepleegd hebben met een mes in hun rug omdat ze niet meer tegen het gezeur van hun eeuwige liefde kunnen
En zo zijn er nog vele andere methode in Thailand, uiteraard gaan wij de argeloze toerist niet bang maken natuurlijk.
Heb in mijn eerste jaren in Thailand ook wel een gouden ankerketting gehad van mijn vrouw die ik na drie keer dragen, nekhernia, maar in het archief opgeborgen heb en na drie jaar weer ingewisseld heb bij dezelfde verkoper/inkoper.
Dom dom, dom spul is nu paar keer over de kop gegaan.
Nou succes er mee zou jammer zijn als je besluit om zelfmoord te plegen.
genoten!
Wat een trieste aanleiding, edoch vermakelijk stukje tekst. Dank.
Veel sterkte en liefde voor jullie.
Groet, Claudine
Heerlijk om te lezen. Het plaa-raa meenemen deed me meteen denken aan de vrouw van mijn , inmiddels overleden , vriend. Die nam dat spul ook altijd mee terug naar Nederland. Lachend zei hij dan altijd dat hij hoopte dat hij gecontroleerd zou worden op Schiphol en zijn tas open moest maken met dat stinkspul erin.
Wat is het heerlijk om in de ochtend met zo’n tekst te beginnen.
De dag kan niet meer stuk!
Ik hoop dat Oy zich inhoudt met haar ‘levenselixer’ en we nog lang van je mogen genieten.
Met een groet uit Haren (Gn, NL),
Peter
Beste Lieven, wat een fantastisch schrijfsel weer en ik was in diepe rouw het laatste stukje van je te lezen. Aan het einde raakte ik in twijfel. Het is nog niet afgelopen met je en als vrouw Oy haar snode plannen niet doorzet en jou blijft inspireren, dan valt er voor ons nog veel te genieten. Dank
Heerlijk! Ook voorgelezen aan mijn Thaise vriendin die er hartelijk om moest lachen.
En daarom voelde het verblijf in Thailand resp. de omgang met Thais voor mij het lopen op windeieren ( = eieren zonder kalkschaal, dus enkel dat vliesje).
Gelukkig hebben de nodige dames uit mijn kennissenkring e.e.a. van de Europese gedragingen geleerd, en zien ze een handkus of zelfs een drie-voudige kus op de wang niet meer als een onverhoedse aanranding maar meer als een blijk van genegenheid en blijdschap .
Ik hoop dat je op je besluit terugkomt, altijd heel leuk om te lezen
Of Lieven wel of niet vergiftigd gaat worden is denk niet aan hem, tenzij hij nog eens extra olie op Thaise vuur gooit… 😉
Prachtig stukje!!
Nu maar hopen op vergiffenis, en bevend bidden dat het prakje van zuivere aard blijft.
Je zal herinnerd worden.
Doet me denken aan onze landgenoot, vroeger ooit een succesvolle Rabobankier, die na 10 of 12 jaar gelukkig huwelijk met bakstenen op zijn hoofd van het leven was beroofd. Wel nadat hij enige tijd daarvoor een levensverzekering had afgesloten, welke vrouwlief, grote stappen nemend naar de bank, ging opeisen…
Of die hoteldirecteur, die na een zakenreis -en een huwelijk van 10 jaar- terugkwam en waar an de auto was verdwenen, en de bankrekening leegeplunderd…
Enfin. Pom rak khun teesoot