Eigen vervoer versus ingehuurde krachten
Transportopties genoeg in Thailand, maar zijn ze ook prettig en betrouwbaar genoeg voor de thuis immers verwende toerist of expat? Dit schrijfsel pretendeert niet de universele alomvattende analyse van het totale aanbod van reismogelijkheden in Thailand te zijn. Het is een luchtige vertelling, met als enige doel de lezer te amuseren, bij hem of haar eigen herinneringen op te roepen en deze dan eventueel ook hier te gaan delen met anderen, of ze gewoon in zichzelf grinnikend nog eens de interne revue te laten passeren. Dus niet ter lering, maar ter vermaak.
Laat ik dan ook één ding voorop stellen: niks is zwart/wit (behalve misschien de politiek in de USA, maar dat is een heel ander thema). In de samenhang van dit ‘artikel’ houdt dat in dat sommige dingen beter zijn of beter geregeld zijn of beter te betalen zijn in Thailand dan in Nederland/België of andersom. Met deze opmerking hoop ik de standaard critici en de muggenzifters een stap voor te zijn, al is dat waarschijnlijk ijdele hoop, want wie echt zoekt naar een stok om deze creatieve hond te slaan, zal hem ook ongetwijfeld vinden, ergens diep verstopt in de krochten van onderstaande volledig onschuldige uitlatingen. Dus, succes met die zoektocht! (Het is niet nodig om mij te laten delen in dat succes)
This car black
Onze carport in Thailand (hier garage genoemd) wordt bevolkt door een kleine zwarte Honda City die altijd trouw in de schaduw en onder een laken onze volgende vakantie vanuit Nederland afwacht. In de tussentijd zorgt schoonmoeder bijzonder goed voor onze vierwieler die we enkele jaren geleden gebruikt aanschaften voor relatief veel geld, afgezet tegen wat zo’n karretje thuis in Nederland zou moeten opleveren. En dat is al een duur autoland.
Het wagentje wordt regelmatig gepoetst (wat ze gemakshalve uitbesteedt aan een poetsbedrijf) en ook technisch uitstekend onderhouden door een autobedrijf een paar straten verderop. Fijne, deskundige en pragmatische luitjes vind ik dat, waarbij ik niet het gevoel krijg dat ze je een poot willen uitdraaien, zoals ik dat wel soms krijg in Nederland (het is MIJN gevoel, iedereen mag er een ander gevoel op na houden).
Schoonmoeder heeft ook een rijbewijs (ligt altijd pontificaal op het dashboard) en rijdt onze Honda derhalve wel eens rond in de buurt, naar de tempel, de markt of naar haar zus, een paar dorpen verderop. Altijd goed als zo’n motortje af en toe bewogen wordt, al is ze ondanks jarenlange ervaring niet zo heel erg bedreven en trefzeker meer in het verkeer. Er zijn boze tongen die beweren dat de rijopleidingen in het mooie Thailand niet zo heel veel voorstellen, dus volgens die sceptici zal dat 40 jaar geleden niet veel beter geweest zijn. Uiteraard deel ik die mening niet volmondig, maar zie wel op het van wat verkeerslichten en -borden voorziene CBR-pleintje in ons dorp op gezette tijden stuntelig rijgedrag beloond worden met het begeerde pasje (rijbewijs), waarna de kandidaten losgelaten worden op het echte verkeer. Maar afkloppen op teakhout: behalve wat onbeduidende beschadigingen zijn er nog geen grote calamiteiten door schoonmoeder veroorzaakt.
Gezien het geringe aantal kilometers dat ze jaarlijks maakt ook statistisch gezien verklaarbaar. Al houd ik mijn hart toch wel soms vast als ik de vertaling hoor van (vermeende) storingen, krasjes, bijna ongelukjes of verdwalingen na een dagje weg. Onlangs moest mijn vrouw haar met een ‘redding voertuig’ gaan opsporen op het platteland. We zaten gezellig aan de TV toen ze een telefoontje kreeg vanaf een onbekend nummer op de telefoon van haar moeder en dat was dus haar moeder, die (zoals -bijna-altijd) haar telefoon op de kast had laten liggen en eenmaal verdwaald in paniek ergens heeft moeten aanbellen om er te mogen telefoneren. Niet naar het nummer van mijn vrouw, maar naar haar eigen nummer, want dat kent ze van buiten. Gelukkig waren we thuis, anders had ze daar nu nog gestaan.
Mijn vrouw dus ook in paniek omdat haar moeder voor het moment verloren was gegaan. Het was kennelijk nog een hele kunst om uit te vissen waar ze gestrand was; uiteindelijk werd ze nog maar 5 kilometer verderop opgespoord en waren ze binnen een uur gelukkig weer samen thuis. Na gezamenlijk overleg werd besloten dat het besje zulke trucs beter niet meer kon uithalen en nu gaat ze niet meer op avontuur na zonsondergang. Tenminste, voor zover we dat in de gaten kunnen houden vanuit Nederland. Ik wacht zelf geduldig de dag af waarop ze haar rijbewijs terugstuurt naar het Thaise CBR, waarna ik eindelijk kan upgraden naar een grotere wagen waaraan ik mij niet de kop stoot of de nek verrek bij het in- en uitstappen. Maar zolang ze zelf nog wenst te blijven rijden, moet ik nog maar in en uit de kleine Honda blijven kruipen (als passagier, want mijn vrouw is mijn privéchauffeur, waarover graag geen commentaar). Na afloop een nekmassage in de stad doet dan wonderen voor mijn verdraaide nek. Schoonmoeder is overigens trots als een pauw op ‘haar’ auto en maant ons regelmatig tot voorzichtig gebruik ervan. Zo mag hij alleen geparkeerd worden met de wielen rechtdoor. Als dat niet het geval is zal mijn vrouw toch echt even de zaak recht moeten trekken. En als we het ding na een dagje weg stoffig ‘in de garage’ zetten crost ze de dag erna eromheen met een emmertje sop om het ergste vuil eigenhandig te verwijderen. Ook liggen er bij onze eerste aankomst steeds verse papieren ‘matjes’ op de vloer die de echte vloerbedekking moeten beschermen tegen vuil onder de schoenen.
De eerste week blijf ik mij aan die dingen ergeren en dan smijt ik ze naar achteren, waar ze dan ook de rest van ons verblijf blijven liggen. Soms laat schoonmoeder mij een stukje grijs plastic uit het interieur zien dat ergens vanaf gevallen is en dat ik dan terug moet monteren terwijl ik geen idee heb waar het vandaan is gekomen. Misschien wel van een andere auto? Zij kan het me ook niet vertellen, dus ik plaats dergelijke onderdelen dan maar zolang in het handschoenvakje, met de belofte later te kijken.
Terug naar Nederland (te beginnen met de rit naar het vliegveld van Udon Thani)
Als dan weer veel te vroeg die vermaledijde dag is aangebroken om huiswaarts te keren maakten wij tot voor kort gebruik van de diensten en Izusu pick-up van moeders kennis, een lieftallige kleine man (televisie-monteur van beroep) van rond de 65 jaar met een auto die afkomstig lijkt uit het geboortejaar van zijn bezitter. En de feitelijke bezitter is hij dan ook inmiddels na vermoedelijk decennia lang op het ding afgelost te hebben. Helaas heeft dat zo lang geduurd dat zijn grote trots inmiddels rijp voor de sloop lijkt. Volgens hem is dat nog lang niet aan de orde, al klinkt dat voor mij als een typisch, maar begrijpelijk geval van de wens die de vader is van de gedachte. Het is zeker niet zo dat ik hem zijn trots misgun, maar een beetje realiteitszin zou niet misstaan. Dus worden zijn spaarzame centen aangewend om het wrak zo goed en kwaad als het kan op de weg te houden. Soms steunen wij hem daar een beetje in en wisselen wat bahtjes van eigenaar om een hoognodige reparatie te laten verrichten zoals onlangs een nieuwe voorruit omdat de vorige er elk moment in stukken uit kon vallen.
Nu is de goede man daarnaast nogal een pechvogel in het verkeer en heeft alleen al in het afgelopen jaar twee keer schuldloos forse parkeerplaats schade opgelopen (halve bumper eraf liggen, spatbord flink in de deuk na winkelbezoek) en is er recent ook nog een keer een gehaaste, overmoedige bromfietsrijder voor zijn wielen gekomen, waardoor de net gefikste bumper er weer vanaf lag. Gelukkig hoefde hij niet te betalen voor het ziekenhuis van de bijrijder van de motor, anders waren de rapen helemaal rijp geweest. Maar door een oprecht Mea culpa van de brombestuurder liep dat verhaal wettelijk gezien met een sisser af, al bleef onze man (weer) zelf met de schade zitten. Kennelijk geen WA-verzekering op de haastige motorfiets en ook geen allrisk verzekering op zijn ouwe karretje. En al is hij nog zo’n voorzichtige chauffeur (soms zou ik willen dat hij een tikje meer opschiet, maar dan moet de auto natuurlijk ook meewerken), onlangs hebben wij toch besloten om geen gebruik meer te maken van zijn taxidiensten naar het vliegveld. De veiligheidsgordel linksvoor werkt namelijk niet meer. En wordt ook niet gerepareerd. Wie zoals ik al decennia vastgesnoerd zit in het Nederlandse verkeer, voelt zich zonder riem niet bevrijd, maar eerder naakt en onveilig. Zeker in het Thaise verkeer in een aftandse pick-up met een chauffeur die het ongeluk lijkt aan te trekken, ondanks de al wat vervaagde wijze teksten op het plafond en een kleine boeddha die de veiligheid aan de voorkant probeert te waarborgen.
Ontbreken hem de middelen voor een reparatie of vervanging van het weigerachtige onderdeel? Of geeft de goede man op die manier aan dat hij zijn rol als privétaxi een beetje beu is na jaren van trouwe dienst? Mijn door mijn vrouw overgebrachte aanbod om ook voor deze reparatie (deels) de kosten te dragen heeft in elk geval tot nu toe geen effect gehad op de staat van dit toch essentiële onderdeel, wat wellicht een indicatie is van zijn zelfgekozen taxi-pensioen. Dit zal het moment zijn waarop de gebruikelijke criticasters van mijn ‘posts’ (en ook die van anderen) zich gaan roeren. Waar ik de arrogantie vandaan haal om een minder bemiddelde autochtone Thai te verwijten dat hij zijn zuur verdiende pick-up niet laat repareren om mij jaar in jaar uit met mijn luie gepensioneerde reet (2 keer per jaar) naar het vliegveld te brengen? Geen paniek mannen. Wij geven telkens een faire vergoeding (een taxi is goedkoper) voor zo’n ritje ter compensatie van tijd en diesel en helpen waar gewenst ook zoals boven al vermeld bij reparaties of schade. En alhoewel dat misschien geen argument is, we zijn ook nog eens een soort van familie voor hem geworden.
Eén keer hebben we ons zelf in de eigen Honda naar het vliegveld vervoerd, maar de terugreis in haar uppie was voor schoonmoeder na het afscheid te emotioneel en ook verwarrend want twee uur na ons afgezet te hebben zwierf ze nog steeds in haar/ons autootje over het Thaise platteland. Dus die tactiek was geen optie meer voor vervolgritjes.
Nissan is Nissan, of toch niet?
Voor ons gelukkig geen man over boord sinds de intrede van Grab, dat niet alleen eten tot aan de voordeur brengt, maar ook Uber-achtige taxidiensten aanbiedt. Daarnaast kennen wij ook nog een lokale taxi man uit het grijze circuit die in zijn mooie ruime Nissan sedan transportklussen voor personen aanneemt. Handig omdat de Grab chauffeurs soms geen zin hebben om ons op te komen pikken op bijna 20 km van het centrum, waar wij veel begrip voor kunnen opbrengen. Zo ook dus afgelopen april na ons 4-weeks verblijf onder schoonmoeders dak. Op precies het afgesproken tijdstip stond niet de chauffeur voor de deur, maar belde zijn echtgenote om te vragen waar we nu precies wonen. Na nog 3 belletjes en inmiddels met een kwartier vertraging stopte opeens een miniautootje voor de poort, formaat Nissan Micra. Mevrouw stapte zich verontschuldigend en kortademig van de stress uit, omdat haar man bezig was met wat anders (waarmee liet ze in het midden; wellicht had hij al rijkelijk aan Bacchus geofferd, want het was in de vroege avonduren). Nissan is Nissan dachten wij, maar met twee grote en twee kleine koffers, plus ons twee en haar (van de chauffeur) circa 10-jarige dochter brak mij toch ook voor even het zweet uit. Inmiddels begrijp ik dat paniek, teleurstelling of zelfs kwaadheid het best intern geuit kan worden, om de gevoelige Thaise mens niet van zijn stuk te brengen. Na wat overleg en pas- en meetwerk en strategisch persen slaagden wij bovendien erin alle spullen en mensen netjes in het onder bemeten karretje te krijgen. En konden enigszins geplet en gevouwen op weg naar het vliegveld waar we overigens nog volledig heelhuids aan zijn gekomen, voor het allereerste deel van wat weer een lange thuisreis zou worden.
Ik verwacht overigens wel dat voor onze volgende aankomst weer schoonmoeder en vriend in de oude Isuzu voor de deur van de airport zullen staan. Toch altijd een warmer welkom dan door een anonieme taxi opgepikt te worden na een 24-uurs reis. De angst voor de ontbrekende veiligheidsvoorzieningen aan boord van het roestige blik op wielen zal echter nooit wennen.
Over deze blogger
- Khun Rick dateert van 1959 (momenteel 65 jaar), opgegroeid en nog steeds woonachtig in Zuid-Limburg. Na 40 jaar ambtenarij nu al bijna 5 jaar met vervroegd pensioen. Komt sinds 2001 regelmatig als toerist in Thailand, maar leerde zijn vrouw in Nederland kennen en is met haar vaak te vinden bij schoonmoeder in Udon Thani. Samen reizen is zijn passie, eten (helaas) ook en sporten een noodzaak. En natuurlijk schrijven: vroeger serieus en nu luchtiger.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur15 december 2024Bejaard, bebaard, maar toch nog de moeite waard?
- Korte verhalen12 december 2024De vervulling van een allerlaatste wens
- Cultuur8 december 2024De lange weg naar een nieuwe identiteit
- Cultuur2 december 2024Een postume ode aan de man die ik zelf nooit heb gekend
Zeer mooi en amusant verwoord.
Ik kan je goed volgen in hoe het voelt als je je in het verkeer voegt als passagier of soms als chauffeur.
S”lands wijs, s”lands eer zullen we maar zeggen.
Bedankt voor de vriendelijke reactie, Frank.
In Thailand moet ik de stoute (chauffeurs-) schoenen nog aantrekken. Ik zit er nog steeds consequent aan de linker kant in de auto, maar omdat daar nooit een stuur aan te treffen is, ben ik altijd passagier van iemand. Alleen niet van schoonmoeder; we hebben met zijn drieën besloten dat zij de rol van chauffeur beter kan overlaten aan mijn vrouw, die dat overigens voortreffelijk doet. Heeft natuurlijk ook al 20+ jaar een Nederlands rijbewijs en had in haar jeugd op haar motortje al ervaring opgedaan met links rijden. Ik leg in het Thaise verkeer mijn leven dan ook liever in haar handen dan in mijn eigen 😉
Mocht ik ooit mijn pick-up krijgen, ga ik wellicht mijn standpunt heroverwegen.
Iet wat meer doelen, maar heerlijke schrijfstijl en daardoor leuk om te lezen!
Kap!
Bedankt voor de sympathieke reactie.
Geweldig verhaal Rick.
En zo herkenbaar
Ook voor jouw vrouw, met zoveel Nederlandse rijervaring, zal het niet makkelijk geweest zijn om zich over te geven aan de rijstijl en ongetwijfeld lage tempo van de vriend met zijn Isuzu.
Dank voor de reactie, Frans.
Eigenlijk rijdt vrouwlief liever in Thailand rond dan in Nederland waar ik de laatste jaren het roer heb overgenomen.
Inderdaad, zo herkenbaar, mooi verhaal Rick.
Ook voor ons, het is veel fijner om als je een warm onthaal krijgt op de luchthaven (in ons geval dat van Ubon Ratchathani) dan een anonieme taxi. Na de respectvolle wai van ons naar pho en mae (พ่อและแม่) volgt dan de zedige omhelzing, maar met een gemeend knijpje in mijn arm. Het volgende wat schoonvader dan doet is de autosleutels van de Hilux in mijn handen stoppen. Voor de terugweg naar huis en zolang we daar blijven krijg ik dan de taak van chauffeur toegewezen. Heb geen problemen met het links rijden, natuurlijk is het altijd even een aanpassing, ook wat betreft de rijstijl en de gedragingen in het verkeer. Een leuke anekdote ; de allereerste keer dat ik op bezoek bij mijn schoonouders was gingen we naar de wekelijkse zondag markt in Hua Na, ik moet rijden. Op de grote baan (weg 2050) er naar toe versnelde ik tot een 100km/u.. Natuurlijk was ‘iedereen’ mee, binnenin zat het volgepropt en de laadbak zat ook vol.. Vanop de achterbank hoorde ik schoonmoeder hjut hjut hjut หยุด zeggen, zo onwetend als ik toen was dacht ik dat ze sneller zei, hjut treks een beetje op ju, waarmee je een paard (waterbuffel) aanspoort. Dus een streep gas erbij tot 120km/uur. Het werd heel stil in de auto, mijn vrouw keek verwonderd naar me, toen snapte ze het. ze maande me vriendelijk maar toch kordaat aan om stiller te rijden. hjut was dus stoppen / stiller, niet zoals ik veronderstelde harder..555
Daar word nu nog steeds om gelachen, die gekke farang toch. Trouwens later begreep ik ook de schrik, mijn schoonvader had die Hilux op dat moment al een 8 tal jaar en nog nooit hadden ze harder dan 80 gereden. Dus mijn eerste rit met de familie was er eentje die we niet vergeten.
Bedankt voor je reactie Ronny en ook voor je leuke anekdote.
Over aanpassen gesproken: een tijdje geleden had ik een kennis op bezoek in NL die normaal in Thailand woont. Na het afscheid reed hij met zijn dakje omlaag en een dikke sigaar in de mond lustig zwaaiend weg. Heel cool! Alleen bleef hij maar links rijden, tot een tegenligger hem terecht wees en hij gauw naar rechts afdroop. Gelukkig ging het verder allemaal goed.