‘Country’
‘Niemand is gelukkig.
Wees niemand, en ga op reis’.
Indachtig deze schone frase trok ik ooit spoorslags de stoute schoenen aan en ging op reis.
Naar het verre, exotische maar vooral zeer onbekende Thailand.
Dat je tijdens dat reizen naar en in dit mooie land vele nieuwe ervaringen kunt opdoen, zolang je er maar voor openstaat, bleek al meteen bij het eerste bezoek aan mijn aanstaande schoonmoeder.
Het mensje, intussen al aardig op jaren, toonde me eens dat waterbesparing in de Isaan iets anders betekent dan hier in Nederland.
Want wekenlang verblijvend in haar stulpje op het platteland, viel het me op dat de kraan in haar wrakke badkamer altijd en eeuwig drupte. Waarop ik, inwendig mopperend op verspilling van water door mensen die het toch al niet breed hadden, meteen diezelfde kraan dichtdraaide. Menend hiermee de goede daad van die vakantiedag weer gedaan te hebben, trots op mijn Hollandse krenterigheid die hier in dat spilzieke Siam toch maar mooi zijn vruchten afwierp.
Tot Oy me vroeg of ik soms die sukkel was die iedere keer de badkamerkraan dichtdraaide, en of ik daar meteen mee op wilde houden, omdat het geld schoonma niet op de rug groeide.
Verbijsterd vroeg ik wat dat nu weer voor onzin was. Druppende kranen kostten geld, niet andersom.
Waarop les één een aanvang nam, en deze pientere padvinder te horen kreeg dat die kraan de hele dag op ‘druppelstand’ stond omdat de watermeter zulke kleine hoeveelheden niet registreerde. Wat uiteindelijk resulteerde in een fris gevulde waterbak voor schoonma, tegen een zeer gereduceerd tarief.
Normaal gesproken grijp ik nooit naar de drank voor zeven uur ’s avonds, maar die dag was een uitzondering.
Op zuinigheidsgebied verslagen zijnde door iemand die de Thaise lagere school niet eens had afgemaakt.
Daarbij de ganse dag bloedrood betelnootsap om zich heen ketsend, alsof het plaatselijk abattoir haar had verzocht een passende tint voor hun interieur te ontwerpen en vooral niet op te geven.
Oy, een goede dochter van haar moeder zijnde, heeft deze zuinigheid overgenomen, en laat dit op de meest ongelegen momenten tot uiting komen.
Zoals op een zeer druk Schiphol, net voor het meest vervelende onderdeel van de lange reis, te weten de ‘security-control’.
Net als ik me geestelijk schrap zet om deze vervelende horde te nemen, alvast driedubbel checkend of ik geen contrabande in mijn sokken heb zitten, of een vergeten knikker uit mijn jeugd in de linker neusholte, vlijt vrouw Oy zich neder op een plastic stoel in de hal en trekt van leer.
Door vele van huis meegebrachte Tupperwarebakjes met Thai food op de zetel naast zich te deponeren, en deze ter plekke te consumeren. Het zou tenslotte zonde zijn zoveel lekkers weg te moeten gooien, zeg nou zelf.
Terwijl zij haar luchthaven-picknick houdt, en mijn bloeddruk intussen de hoogte van menig passerend vliegtuig overstijgt, worden we ingehaald door minimaal driehonderd andere passagiers, voorzien van rol en andere koffers.
Gelukkig blijkt dat ik me niet ongerust had hoeven maken, want we vinden ze even later allemaal weer terug. Nu een ellenlange rij vóór ons vormend en zodoende de security-check tot een zeer memorabel en uiterst tijdvretend onderdeel van de reis makend.
Eenmaal in Thailand en ons hotel aangeland, houdt het echter niet op.
Want fervent koffiedrinker zijnde, kom ik ook op vakantie pas tot volle wasdom na een ochtendlijk infuus met zwart extract.
Al naar de telefoon op het nachtkastje reikend om roomservice kond te doen van mijn aanstaande bestelling tot opwekking des levensgeestes, krijg ik meteen een verbale oorvijg van vrouwlief.
Want meende ik soms de hotelrekening te moeten spekken door overprijsde koffie aan de deur te laten bezorgen, en dan ook nog eens een tip te moeten geven aan de roomservice-boy?
Dat kon beter.
Waarop zij de gang opschiet en even later terugkeert met een vanwege kamermeisje verstrekte mini-waterkoker, twee emaille mokken en een varia aan sachets oploskoffie. Voor noppes te gebruiken zolang de vakantie duurt.
Zo slurpte ik even later de goedkoopste koffie van Thailand, wat ook eega’s bedoeling was.
Voordeel: Ik werd er beslist wakker van.
Nadeel: Dit spul werd waarschijnlijk al tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten van stadswallen gegooid om de belegeraars een zwarte dag te bezorgen.
Dat vrouw Oy diezelfde ochtend een ‘Thambun-rondje’ deed, en biljetten van vijftig of honderd baht uitdeelde aan iedere straatveger die ze maar tegenkwam, stuitte gek genoeg alleen op bezwaren van een zekere farang, die zojuist Thais slootwater gedronken had om bahtjes te besparen.
Geld weggeven aan de minderbedeelden is natuurlijk een loffelijk Boeddhistisch streven, maar resulteert echter niet altijd in het gewenste resultaat, zo merkte ik eens.
Omtrent het middernachtelijk uur barhangend in het schone Pattaya, en alreeds geheel content zijnde met zowel mijn alcohol-inname alsook het afwimpelen van menig bardame die mij als haar toekomstig flappentap probeerde in te lijven, werd ik benaderd door een Cambodjaanse schoenpoetser.
Hoewel al redelijk boven mijn theewater, wist ik toch de tegenwoordigheid van geest op te brengen mijn suède schoenen te behoeden voor totale ondergang in een bad vol schoensmeer, en overhandigde ik de goede man een royale tip om maar van hem af te zijn.
Goedgemutst door vakantie, vrouwelijk schoon en nog vele vrije dagen in het verschiet.
Om daarmee exact het tegenovergestelde effect te bereiken, aangezien hij daarna nog zeker vijf minuten om me heen bleef draaien.
Ietwat ongerust het bankbiljet tussen de vingers verfrommelend en weigerend te geloven dat er zoiets bestond als gratis geld.
Dat niet iedere vakantieganger zo met zijn poen omgaat, merkte ik enkele dagen daarna.
Aan diezelfde bar hangend, nu eens in de verpletterende middaghitte, zag ik hoe een taxi stopte naast een mobiele fruitverkoper.
Het achterportier werd vervolgens bruusk geopend door de farang-passagier, daarmee kans ziend een glasplaat van het fruitkarretje te mollen.
Taxichauffeur, farang en glassplinters nu gezamenlijk op straat, waarop de eerstgenoemde na betaling van ritprijs zijn stalen ros weer de sporen geeft.
Zijn probleem niet.
De farang, bepakt en bekofferd, en zo te zien vers van de luchthaven, kijkt eens naar de scherven, dan naar het gebutste karretje, graait in zijn broekzak en overhandigt de fruitverkoper een muntje.
Om dan al Samsonite sleurend op weg te gaan. Ongetwijfeld richting hotel, happy hour, en vele handtastelijke hoela-hoela-meisjes.
Daarbij dagelijks waarschijnlijk genoeg geld verdampend om wel tweehonderd ruitjes te kunnen vergoeden.
De fruitboy kijkt ietwat beduusd naar het armzalige muntje in zijn hand, in geen jaren genoeg voor een nieuwe ruit. En denkt er het zijne van.
Vanaf mijn zitplaats wens ik de Thaise groenteboer dan ook alle goeds van de wereld.
De vers ingevlogen rotte appel wens ik heel wat anders.
Over de jaren werd ik zo langzaam maar zeker ietsje wijzer, ook op andere punten.
Bijvoorbeeld dat het niet noodzakelijk is om, eenmaal in den vreemde aangeland, stapels reisgidsen te doorploegen of een talenknobbel ter grootte van een grapefruit te bezitten om gelijkgestemde zielen te vinden.
Dit werd ik eens gewaar tijdens een autorit met zwager Oth.
Onderweg van Korat naar schoonma’s optrekje in zijn pick-up, zwenkte hij de zwarte bolide even naar de kant van de weg, maakte een wijds gebaar richting gifgroen platteland en sprak vervolgens met trots en vol overtuiging het legendarische woord “Country!”.
Waarop zijn Engelse vocabulaire zo goed als uitgeput bleek, ik instemmend knikte, en wij na het zojuist bereiken van de ultieme Thaise harmonie tevreden onze weg vervolgden.
Over deze blogger
-
Lieven Kattestaart (1963) woont samen met vrouw Oy op het mooie Goeree-Overflakkee.
Is werkzaam als havenmeester en bezoekt sinds 1993 het verre Thailand, waar hij in 98' Oy leerde kennen en haar overhaalde de zon vaarwel te zeggen en zich in dit kille moeras achter de dijken te vestigen.
Tegenwoordig de vakantieweken meestal doorbrengend in het Isaanse optrekje van schoonmoeder, afgewisseld met wat strandhangen in Pattaya, of klem zitten in bus of trein om andere en onbekende Thaise streken te bezoeken.
Zich voornemend na pensionering samen met Oy in Thailand te gaan wonen, en beiden kunnen nauwelijks wachten tot het zover is.
Hobby's: zodra er zich een inspiratie-vonkje aandient, doch meestal gekweld door schrijversblok, het toetsenbord beroeren teneinde het mooie Thailandblog van een nieuw stukje te voorzien, het beoefenen van lichamelijke bezigheid door middel van joggen (uiteraard met mate) online schaken, en het af en toe drinken van een prima Single Malt en daarbij wegdampen van een sigaar van Cubaanse origine.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur14 november 2024‘Drie dagen van bezoeking’
- Cultuur1 november 2024‘Kansloos koloniaal in Pattaya’
- Leven in Thailand26 oktober 2024‘Thaise verleidingen’
- Leven in Thailand17 oktober 2024‘Dromen van Lumpini’
Waanzinnig grappige anekdotes en schrijfstijl Lieven.
Op afstand veel wetenswaardigheden opgepikt uit je reisverslag. Je maakt zo nog eens wat mee in Thailand, ook als lezer, thuis op de bank.
Met veel plezier lees ik deze verhaaltjes.
Voor mij niet alleen leuk maar ook leerzaam.
Met mijn protestantse achtergrond wankel ik soms rond in het Thaise.
Niet dat ik ooit in Thailand geweest ben, ik ken wel thai.
Acher in de massagesalon mocht ik soms mee eten en maakte zo een klein beetje kennis met het Thaise.
Dit gaat nu zo,n jaar of 8 en zowaar ik meen er nog iets van te leren ook, iets heel waardevols.
Ik kan niet precies zeggen wat, maar er gaat meer schuil achter de Thaise glimlach dan je op het eerste gezicht zou denken..
Dankjewel voor de mooie verhalen die wat mij betreft dicht bij de kern komen van wat ik bedoel.
Met vriendelijke groeten,
Marinus den Uil.
Weer prachtig verteld Lieven, mijn Oy snapt ook helemaal niets van in haar ogen zinloze gradatie van koffie, alle koffie komt immers van dezelfde koffiebonen.
Als ik dan de vergelijking maar gelijk doortrek naar rijst is het hek van de dam
Dit is 3ej voorbeeld van prachtig geschreven anekdotes. Mijn complimenten.
Uiteraard een zeer kleurrijke schrijfwijze, zoals altijd.
Mijn Dank daarvoor.
Heb dat de familie ook eens uitgelegd dat men zichzelf goed in het ootje aan het nemen was.
Een meter meet zelfs die ene druppel, er zijn drie radertjes op een meter en die gelden ook voor de cijfers [meervoud] achter de komma.
Meteropnemer rond het op hele cijfers af dus zonder komma. [is voor de volgende keer, meestal dan]
En ja, de gedachte over geld en vooral de manier men het uitgeeft, sta ik zelfs na vele jaren bewoner nog regelmatig met de mond open naar te kijken, o zonder vooroordelen natuurlijk, met de Thai en de niet Thaise bewoners.
Tijd is niets meer als het moment voor veel Thailanders, zelfs ook als de dood zichtbaar op drie minuten afstand is.
Atlas van Puffelen,
De oude(?) watermeters registreren het druppelverbruik niet. Ik neem aan dat de stroming te langzaam is om het radertje te doen ronddraaien.
@Lieven: weer met veel plezier gelezen.
Als altijd weer heerlijk om te lezen, Lieven! Kijk uit naar je volgende bijdragen!
Lieven, je geeft de culture shock goed weer. Maar geloof me, alles went, ook Thailand. Blijf er van genieten!
Ik heb weer genoten van je geweldige schrijfsteil.