Column – Hoe vervelen tot kunst is gemaakt
Nou, daar zit je dan. Op een terrasje aan de boulevard van Hua Hin, met een glas lauw bier in je hand en een vergeelde Bangkok Post voor je neus. De zon brandt op je kale schedel en de zweetdruppels banen zich een weg langs je inmiddels wat uitgezakte kaaklijn.
Je kijkt om je heen en ziet precies wat je verwachtte: rijen grijze koppies onder hetzelfde soort strohoedje, allemaal netjes op een rijtje als een stel geroosterde kippen op een draaiend spit. Dit is dan het leven waar je al die jaren voor hebt gewerkt, het grote avontuur waar je je pensioen aan hebt opgeofferd. Je hebt de regen van Nederland ingewisseld voor een eeuwige zon, en je hebt het nu al helemaal gehad.
Maar kom op, je moet positief blijven. Iedereen thuis denkt tenslotte dat je hier een wereldtijd hebt. De foto’s op Facebook liegen er niet om: jij met een cocktail in je hand bij zonsondergang, jij op een scootertje richting een tempel die je eigenlijk na vijf minuten alweer gezien hebt en jij met een groepje blije Nederlanders bij de ‘Hollandse avond’ waar de bitterballen ongetwijfeld net zo zompig zijn als de conversaties. Ja hoor, het is fantastisch hier. Elke dag een feest. Het ultieme vrijheidsgevoel. Toch?
En dan de gesprekken. Man, man, wat een diepzinnigheid. Je merkt dat het meestal over dezelfde dingen gaat: de prijs van een kop koffie, het verschil tussen al die ‘Happy Hour’-aanbiedingen en natuurlijk hoe ‘fantastisch goedkoop’ alles hier is. Je kent de verhalen inmiddels zo goed dat je ze woord voor woord mee kunt playbacken. Iedereen houdt de façade op. Want ja, teruggaan naar Nederland, dat is geen optie. Dat zou toch voelen als falen? Zeg je tegen de kinderen dat je het tropisch paradijs hebt ingeruild voor regen en kou omdat je, godbetert, een beetje verveeld raakte? Nee, dat kan niet. Dus blijf je braaf op het strand zitten, wachtend op iets spannends wat nooit komt.
Het is eigenlijk één groot toneelstuk. Iedereen speelt zijn rol. Je hebt de ‘avonturier’ die je wijsmaakt dat hij elke week een nieuwe plek ontdekt, terwijl hij gewoon elke keer weer dezelfde rotmarkt bezoekt, omdat daar zijn favoriete Pad Thai-kraam staat. Dan is er de ‘fitte senior’ die elke dag sportief op zijn fietsje stapt, maar eigenlijk gewoon naar de sportschool gaat voor een praatje bij de koffieautomaat. En laten we de ‘culturele fijnproever’ niet vergeten, die ‘helemaal opgaat in de lokale cultuur’. Vertaling: hij kent de naam van het meisje bij de massage nog voordat ze de menukaart opnoemt. Het is een potje doen alsof en dat doen we verdraaid goed.
En iedereen maar opscheppen over hoe weinig het kost. Want als je jezelf dan al in het zweet werkt om de hele dag niets te doen, kun je tenminste trots zijn op hoeveel geld je daarmee bespaart. Het bier is hier bijna gratis! De taxiritjes kosten niks! De dames? Nou ja, daar heb je eigenlijk geen last van, tenzij je je ‘stoer’ voordoet en een beetje mee wil doen met de jongens. Nee hoor, het leven is goedkoop. En dus is het allemaal ‘fantastisch’. Want het is een universele waarheid: als iets weinig kost, dan móet het wel leuk zijn. Toch?
Maar onder dat dunne laagje tropische vernis zit de echte waarheid: het is hier ook maar gewoon. Het is net als in Nederland, maar dan warmer en met meer palmbomen. We zijn niet ineens interessanter geworden omdat we hier zitten. De dagelijkse sleur heeft zich gewoon aangepast aan de zon en de zee. In plaats van naar de Jumbo gaan we hier naar de lokale markt of de Lotus’s. In plaats van klagen over de belastingdienst, mopperen we nu over het gebrek aan fatsoenlijk brood. En die ‘nieuwe vriendenkring’ hier? Ach, het is gewoon een kopie van de borrelclub thuis, maar dan zonder sokken in sandalen.
Dus zitten we daar, met onze cocktail in de ene hand en onze nostalgie in de andere. We geven niet toe dat we soms heimwee hebben naar dat Hollandse rotweer, gewoon omdat je dan tenminste nog een excuus hebt om je even terug te trekken en niets te doen. Nee, we houden vol. We houden de schijn op. Want zo gaat dat in Hua Hin. Je komt hier om jezelf te vinden en uiteindelijk blijf je vooral bezig jezelf voor de gek te houden.
Over deze blogger
- De Expat (66) woont al 17 jaar in Pattaya en geniet van elke dag in het land van melk en honing! Vroeger werkzaam in de wegen en waterbouw, maar het grillige weer in Nederland ontvlucht. Woont hier met zijn Thaise vriendin en twee honden net buiten Pattaya, op 3 minuten loopafstand van het strand. Hobby's: genieten, uitgaan, sporten en met vrienden filosoferen over voetbal, Formule 1 en politiek.
Lees hier de laatste artikelen
- Column28 december 2024Een column over een column: Waarheid in de jungle van Thailandblog
- Column27 december 2024Column – De stroopwafel droom van naïeve Nederlanders
- Column25 december 2024Column – Het land waar niemand faalt, niemand bekritiseert en iedereen glimlacht
- Column23 december 2024Column – Kerst in Thailand: Boeddha op een slee
Wel, een beetje negatief voorgesteld, denk ik. Hoewel voor sommigen misschien. Ook ken ik Hua Hin niet. Ik woon wel aan hetzelfde water, maar er tegenover.
Lekker positief allemaal 🙂 Meen Simon Carmiggelt te proeven. Maar 1 ding heb je gelijk, m’n kaaklijn is een beetje uitgezakt. Maar dat kan ik verdoezelen, want ik lach altijd heel veel.
Paul
Ha ha humor van de bovenste plank.
Ja, als pensionado val je in Nederland meestal na een tijdje in een zwart gat als je niet meer lekker interessant kan doen tegen de collega’s en ineens een gewone burger bent en je plekje in de apenboom aan een ander toebehoord.
Hobby’s had je in je werkzame leven al geen tijd voor en als gepensioneerde in Thailand denken vele dat het 24/7 vakantie is.
Thailand kan je dat nog lekker lang volhouden, de wereldburger, tenslotte moeten vele, maar aannemen dat je geschiedenis in het vooral succesvolle leven, echt zo was.
Tegen de Thai zeker makkelijk, maar de vele buitenlanders knikken meestal ook maar van ‘Goh, echt waar, heb je dat echt allemaal gedaan en meegemaakt.’
En ja, waar kan je dat beter kwijt als langs de boulevard, nou ja, misschien kan je ook nog wel een boek schrijven natuurlijk.
Meer van dit, Expat, real live.
Oh nee, helemaal niet, ik weet over wie je het hebt, ik heb ze ook gezien zittend achter de “hunkerbunker” maar mij niet gezien want jouw verhaal gaat niet over mij.
Ik woon inmiddels zo’n jaar of tien in het spreekwoordelijke “hutje op de hei”.
Eigenlijk is het gewoon een bungalow op een royaal stukje grond in de Isaan, omringd door rijstvelden en helaas inmiddels met ook wat buren wel op dik honderd meter afstand maar toch…
Toen we hier neerstreken zei ik weleens tegen mijn vrouw: we hoeven niet naar de stad; de stad komt vanzelf naar ons toe, gelukkig is het nog niet zover maar het rustieke zandpad via welke we ons huis bereikte is inmiddels een betonnen weggetje en waar we eens per maand werden opgeschrikt door een voorbijrijdende brommer rijdt nu dagelijks wel een keer of 5 een auto voorbij en wel 10 keer een scooter, ‘tis gewoon een gekkenhuis hier geworden.
Nee, de taal spreek ik niet, geen behoefte aan en ik wil er ook geen moeite voor doen ondanks dat ik vrij makkelijk een taal leer, de diepgang van de conversaties hier gaat niet verder dan: waar kom je vandaan, waar ga je naar toe, heb je al gegeten en wat verdien je? Ik heb sowieso niet zo’n behoefte aan mensen, daar kom ik hier niet voor. Ik heb in mijn werkzaam leven altijd met groepen mensen gewerkt, veel mensen geadviseerd en een druk sociaal leven gehad. En ik ben wel een beetje klaar met al die mensen om me heen.
Onlangs nog sprak iemand me aan bij de Makro, hij hoorde dat ik Nederlands sprak en knoopte een praatje aan. Ik zei nog tegen mijn vrouw: I hear Dutch, let’s go, move, maar het was dus al te laat. Ik wilde niet onaardig zijn dus ik reageerde vriendelijk maar hield het gesprekje zo kort mogelijk. Eenmaal buiten met de boodschappen op weg naar de auto werd ik opnieuw aangesproken en de man vroeg of ik het leuk zou vinden om contact te houden. Ik zei dat ik daar niet zo’n behoefte aan had en hij keek me enigszins verbouwereerd aan. Ik zei vriendelijk gedag en ging snel naar de auto.
Dus je bent veel alleen, verveel je je dan niet? Wat doe je dan de hele dag?
Nou, ik zit ‘s morgens om zes uur buiten met koffie en een dikke plak eigen gebakken cake en geniet ik van de stilte om me heen en kijk ik naar mijn rondscharrelde kippetjes die heel veel met elkaar praten maar gelukkig niet tegen mij.
Dan ga ik eens kijken of ik het gras wil gaan maaien of andere klusjes in de tuin of in huis zal gaan doen, heb ik nog genoeg brood of moet ik vandaag brood bakken en zo niet dan ga ik misschien wat amandines bakken en amandelspijs draaien of iets anders maken voor bij de koffie en zo is er genoeg te doen. Bovendien moet ik bedenken wat we vanavond zullen eten en ook daar moet ik de nodige voorbereidingen voor treffen.
Na het avondeten zit ik nog even lekker buiten en daarna kijk ik of er gisteren in Nederland iets leuks op de televisie was of ik zet een film of serie op, ik heb er genoeg op de Mediabox staan.
Goh, Dat is ook saai. Je leeft je leven eigenlijk net zoals in Nederland maar waarom ben je dan naar Thailand gekomen? Dat land met die eeuwige glimlach. Met z’n rijke cultuur en het fantastische eten? Met die vriendelijke mensen? Met z’n geweldige uitgaansleven en de mooie stranden. En die prachtige natuur waar je met rugzak om op een motor lekker doorheen kan scheuren.
Ja, Het ook saai, heerlijk saai, lekker man!
Ik ben hier alleen voor de rust, de vrijheid om te doen en te laten wat ik wil zonder gezeik van buren of overheid en voor het heerlijke weer. En ja, ook voor de goedkoopte.
Vervelen? Ja dat ken ik wel van vroeger toen ik nog in Nederland woonde, heel af en toe op zo’n dooie zondag met dat sombere regenachtige weer en dat je jas nattig aan de kapstok hing.
En nu verveel ik me geen moment, heb geen enkel verlangen om terug te gaan naar Nederland (en ook nooit gehad), ja ik ga met de Kerst op familiebezoek, en ik zie er tegenop als een huis, tegen de reis en tegen tien dagen van huis af te zijn.
Je verhaal eindigt met de zin: Je komt hier om jezelf te vinden, en uiteindelijk blijf je vooral bezig jezelf voor de gek te houden.
Ik kan alleen maar zeggen: Sinds ik mezelf hier gevonden heb hoef ik mezelf niet meer voor de gek te houden. En nou allemaal opzouten!
Prima gezegd, beste Pim. Dat heb ik ook zo! Eigenlijk heb ik het wel gehad met die triestigheid in al die verhalen. Want wat zegt nou een zin als deze: “Dus zitten we daar, met onze cocktail in de ene hand en onze nostalgie in de andere.” Wel, ik niet dus. Ik drink en rook niet, en ik sport veel. In tegenstelling tot jou ben ik wel bezig met het aanleren van de Thai taal en vind het heerlijk om woorden en zinnen die ik her en der tegen kom te ontrafelen. Ik vind het leuk om me verstaanbaar te maken, hou het Thai nieuws bij, en als men je wat beter kent, krijg je nog wat te horen ook. Ik had altijd een intense baan in NL in de gezondheidszorg. Was altijd bezig met mensen. In de ‘onderwereld’ van de NL samenleving. Zorgde voor hen, was druk met hen: gedetineerden, verslaafden, ontheemden, thuislozen en verwarden. Maar veel drukker tot irritatie toe in de ‘bovenwereld’ met vergaderen en verantwoorden naar productienormen, met zeikerds van verzekeraars, managers en ketenpartners. Er is in NL een stelsel opgebouwd ter eigen glorie en niet ten faveure van de client/patient. Ik was heel die entourage zo beu dat ik vervroegd met pensioen ging (kon toen nog) en nog steeds dank ik god tot eelt op mijn knieën dat ik er vanaf ben. Ik heb geen enkele zin meer in welke NL’er ook hier in TH. Mijn buurman is een Brit. Met hem speel ik een paar keer per maand een pot schaak. Ik doe geen tuin. Dat doet mijn vrouw. Ik bak ook geen brood noch draai ik amandelspijs. Maar ik ben maar wat blij met mijn crockpot-boerenkoolstamp, zuurkoolstoofschotel, en mijn minestronesoep. We hebben het goed. We kunnen uitstapjes naar Z-Korea en Japan. Onlangs nog naar Tokyo/Osaka/Kioto/Kobe/Nara. Omdat mijn vrouw idem de NL nationaliteit heeft, krijg je bij aankomst een plakplaatje van 90 dagen in je paspoort. Tijd genoeg om het allemaal goed te genieten. Heerlijk brood, heerlijke cakes, heerlijk eten. Behalve die geneugten: jaarlijks op bezoek bij familie in NL. Inderdaad, neem je geluk in eigen hand. Je hebt groot gelijk. Wij doen het ook. Een fijne tijd gewenst. Momento mori!
Wat een heerlijke, eerlijke reactie van Pim. Ik herken mij er helemaal in, ben precies hetzelfde. Het enige wat anders is, is dat ik een reislustige Thaise levensgezellin heb die mij meesleept naar andere gebieden en landen als de Isaan streek. Ik sputter dan wel tegen maar tja, ze krijgt toch meestal haar zin. Zodra we dan weer terug zijn voel ik mij weer thuis, buren zijn er wel in het gehucht waar ik woonachtig ben met ver van elkaar liggende woningen dus gelukkig niet op loopafstand. Ook haar ouders wonen niet meer om de hoek of naast ons, wat ergens wel jammer is > ik mis soms wel het vaak gezamenlijk nuttigen met schoonpapa van enige flessen bier of iets sterkers, dat is nu een stuk minder. Maar verder, geef mij de saaiheid, zoals sommigen het noemen, maar.
Achter “En nou allemaal opzouten” moet een smilie staan maar die kwam niet goed mee zie ik…
Is Thailand voor de in Thailand levende buitenlander anno 2024 nog echt wel goedkoop?
Ik vind van niet, het was zo, maar ervaar dat die tijd voorbij is.
Is het geluksgevoel echt groter. verblijvend in Thailand, dan in NL of BE?
Ik zeg altijd maar: .. “Waar je ook naar toe gaat, je neemt jezelf mee”…
Dit geldt zeker als het geluksgevoel betreft.
Ja, zonder twijfel Thailand is goedkoop. Maar die discussie hebben we hier al vele malen gehad.
Misschien moet je maar eens navragen bij je landgenoten hoe goedkoop het bij hen dan wel is.
En dat geluksgevoel, daar heb je volkomen gelijk. Het is niet omdat je in Thailand komt wonen dat je opeens een ander persoon wordt. Een pessimist die blijft een pessimist, welke bril je hem ook laat opzetten.
Ik heb geleerd om te relativeren. Thailand is verre van perfect, maar dat is het nergens. Het grote voordeel is de ongedwongen sfeer, het rustig leven en het niet te versmaden klimaat. Hier wil ik graag oud worden.
Even een zijdelingse vraag hoor, maar waar loopt de Boulevard van Hua Hin (uit de eerste zin) dan ? Ik ken enkel de kruip-door-sluip-door straatjes tussen de hotels en Beach resorts.. Ook Google Maps en Streetview tonen geen Boulevard. Verder mooi verhaal hoor!, voor de herkenbaarheid heb je geen Boulevard nodig..
In 1981 ging ik met vrouw en kinderen voor twee weken op verlof naar Bora Bora een paradijselijk eiland in de Stille Oceaan en we verbleven daar in het toenmalig enige 5 sterren hotel.
We waren verbaasd van het hotel personeel te horen dat ze zich vreselijk verveelden en dat ze droomden om in Parijs te wonen.
Toen heb ik geleerd dat “routine” (dagelijkse sleur) iedereen treft omdat een mens instinctief aan alles gewoon wordt.
Voor gepensioneerde farangs in Thailand is het dan ook nodig een hobbie te hebben en vooral om “bezig te zijn”
Of iemand echt gelukkig is in Thailand, zal hier en daar best toetreffend zijn, en ook erg aan de persoon liggen en waar hij /zij zich precies ophoudt in Thailand.
Velen op een dorp verweg van buitenlandse lotgenoten, als ik tenminste van mij zelf uit ga, gaat zich na hoogstens 3 maanden stierlijk vervelen.
Zelfs al spreek je een beetje Thai, en doe je geweldig je best om je proberen aan te passen, de interessen die zeker ook aan een andere scholing of background liggen, gaan vaak erg ver uit elkaar.
En aan de andere kant heb je ook mensen die zelfs dit landelijke dorpsleven zonder andere farangs geweldig vinden.
Hoewel deze laatstgenoemden best bestaan, ben ik toch altijd sceptisch of dit geluk werkelijk zo toetreffend is.
Ik denk dat er ook zijn ,die dit geluksgevoel graag verder verkondigen, omdat niemand mag twijfelen aan hun eens genomen stap om in het thuisland alles achter zich te laten.
Je zou bij een eerlijk toegeven dat het achteraf toch niet zo geweldig is, zo maar diegenen gelijk kunnen geven, die je voor deze mogelijkheid zo gewaarschuwd hebben.
Ik ben graag in Thailand, maar ben naar 3 maanden net zo blij om weer huiswaarts naar Europa te gaan.
Mijn Thaivrouw die de vele voordelen van Europa al lang begrepen heeft, kan buitenlanders die hun eigen thuisland soms afkraken en Thailand als het paradijs verkopen, helemaal niet begrijpen.