(foto: Wikipedia)

Enige momenten uit het leven en het werk van sociale activist Sulak Sivaraksa.

Sulak Sivaraksa (spreek uit sòelák sìwárák), 82 jaar oud, is een Thaise intellectueel met een onafhankelijke geest die zich niet in een hokje laat plaatsen. Misschien dat hij daarom door alle kanten van het politieke en intellectuele spectrum in Thailand met enige argwaan wordt bekeken.

Hij is een royalist die de monarchie niet met draconische wetgeving beschermd wil zien.

Als dat moet neemt hij afstand van opvattingen en mensen in de gele of rode beweging. Hij steunt de idealen van de roodhemden, maar veroordeelt Thaksin om zijn arrogant, kapitalistisch en autoritair optreden.

Hij is een felle criticaster van het Boeddhistische establishment. Hij wil een Boeddhisme met een kleine b, zonder rituelen en mythen en vooral los van de staat.

Hij is misschien meer geëerd in het buitenland dan in zijn geboorteland waar hij als een zeer controversiële en tegendraadse sociale activist bekend staat. Hij wordt altijd aangesproken met Achaan (leraar) Sulak, soms wat ironisch want hij is vaak een eigenwijze doordrammer.

In 1996 ontving hij de ‘Right Livihood Reward’ ook wel de ‘Alternatieve Nobelprijs’ genoemd.

Een onafhankelijke geest

Vraag aan Sulak in welk land hij is geboren en hij zegt: Siam. Voor hem betekent ‘Thailand’ een kunstmatige gelijkvormige constructie opgelegd door de elite in Bangkok aan het hele land, terwijl ‘Siam’ de diversiteit van taal, religie en gewoonten omarmt.

Hij schrijft zijn opstelling toe aan zijn vader (overleden 1946) die hem leerde ‘onafhankelijk te zijn en niet toe te geven aan autoriteit of traditie als dat niet behulpzaam of nuttig is’.

Korte schets van zijn leven

Hij werd geboren op 23 maart 1933 in het toenmalige Siam. ‘Ik moet verwekt zijn tijdens de Revolutie van juni 1932’, grapt hij vaak. Zijn mannelijke voorouders zijn allen van Chinese afkomst, de vrouwelijke kant is Thais, zoals vaak in die tijd. De familie was rijk (hoewel veel zaken in de daarop volgende jaren failliet gingen) en woonde met zo’n honderd mensen samen in één ‘dorp’: (groot)ouders, neven, nichten, (half)broers en zusters, ooms en tantes, wat hij later als geweldig mooi omschrijft.

Hij volgde onderwijs als noviet op een tempelschool, later op het christelijke Assumption College in Bangkok en op de Lampeter Universiteit in Wales. Hij keek met groot genoegen terug op zijn achttien maanden als noviet in een tempel. ‘Daar werd ik als volwassene behandeld’, herinnert hij zich, ’ik werd niet geslagen en hoefde niet alles uit het hoofd te leren’. In de tempel was hij al niet bang voor onruststoker te worden uitgemaakt. Toen een monnik zijn plichten verzaakte, hing hij overal notities op die zijn fouten beschreven. Hij wilde in de tempel blijven, maar zijn vader haalde hem eruit: ‘Wat ga je doen als je straks verliefd wordt?’ Op het Assumption College deed hij mee aan een clandestiene schoolkrant, vol seks en schuine grappen, schrijft hij vergenoegd.

Tomeloze energie

Tussen 1956 en 1961 verdeelt hij zijn tijd tussen Engeland en Thailand, in beide landen werkt hij voor de BBC en vergezelt enige tijd het Thaise koningspaar op hun reis door Europa.

In 1961 keert hij terug naar Thailand waar hij de Social Science Review magazine opricht die in de jaren daarna hét intellectuele forum in Thailand zou worden.

Ook in alle jaren daarna geeft Sulak blijkt van een tomeloze energie. Hij schrijft boeken, bezoekt conferenties in binnen-en buitenland en probeert verschillende godsdienstige groepen bij elkaar te krijgen. Het is teveel om op te noemen en daarom licht ik er drie belangrijke gebeurtenissen uit, namelijk: Pridi en Sulak, Sulak en majesteitsschennis en Sulak en het boeddhisme.

Pridi Banomyong, Sulak Sivaraksa en Sulak’s veranderde visie op de Thaise samenleving

In het begin van de tachtiger jaren van de vorige eeuw vindt er een totale en dramatische omslag plaats in Sulak’s denken over Thailand, zijn geschiedenis, zijn samenleving en zijn politiek. Die intellectuele aardverschuiving plaatst Sulak in zijn boek ‘Powers That Be’ vooral rond zijn herwaardering van de rol en de gedachtewereld van Pridi Banomyong, de leider van de burgerlijke fractie van de ‘Volkspartij’ die in de revolutie van juni 1932 de absolute monarchie omzette in een constitutionele.

Sulak omschrijft met niets ontziende eerlijkheid zijn gedachtewereld vóór 1980 toen hij een zeer conservatieve royalist was. Hij deelde de opvatting van de elite dat ‘het volk onwetend en gevaarlijk is en dat zij verdrinken in de ongelukkige gevolgen van hun armoede omdat zij lui en verkwistend zijn’. ‘Armoede’, dacht hij in die tijd, ‘is het gevolg van persoonlijke gebreken en niet van structurele onvolkomenheden’. Tijdens zijn studie in Engeland was hij het eens met zijn vrienden dat ‘de aristocratie of de heersende elite gemakkelijk boven hun eigen klasse belangen kunnen uitstijgen om het algemeen belang te dienen’. Sulak zag Pridi in die tijd als een communist en aanstichter van de ‘moord’ op koning Ananda, Rama VIII. Pridi liet zich niet onbetuigd en noemde Sulak ‘een gehaat overblijfsel van een corrupte aristocratie, een sociale parasiet en een zelfzuchtige aaseter’.

Ondanks bovengenoemde denkbeelden stak Sulak zijn kritiek op enige dictatoren, zoals Sarit Thanarat (regeerde 1957-1963) en Thanom Kittikachorn (regeerde 1963-1973) niet onder stoelen of banken. Dat leidde er toe dat hij na de massaslachting op de Thammasaat Universiteit op 6 oktober 1976 als staatsgevaarlijk werd gezien. Duizenden mensen werden toen gearresteerd en ook Sulak ontkwam niet aan een arrestatiebevel. Hij verbleef in 1976 in het buitenland en maakte toen 2 jaar lang een reis langs Amerikaanse universiteiten. Hij keerde pas in 1978 terug naar Thailand waar hij werd genegeerd. Hij ging zich verdiepen in het werk, de geschriften en het leven van Pridi.

Democratie is samenwerking en mededogen

Dat leidde er toe dat zijn vroegere denkbeelden op hun kop worden gezet. Hij verloochent zijn eerdere opvattingen en slaat een geheel nieuw pad in. Hij noemt het zelf ‘een radicale en fundamentele verschuiving van mijn houding …ten opzichte van ‘Thainess…’. De conservatieve ideeën waarmee hij opgroeide in Thailand en Engeland liepen stuk op de Thaise werkelijkheid.

Hij verwerpt dan het idee dat Pridi de ‘moord’ op koning Ananda heeft aangesticht en dat hij een communist zou zijn geweest. Hij prijst Pridi’s geloof in het volk en in een democratie die samenwerking en mededogen als basis hebben. Hij ziet nu dat Pridi, net als hijzelf, maar in veel grotere mate, slachtoffer was geweest van de ‘sadistische brutaliteit van de heersende klasse’. Hij schrijft: ‘Vermomd als de armen en benen van de koning hebben de conservatieven, metaforisch gesproken, nectar gedronken uit de schedels van de onderdrukten’. Hij voegt er nog aan toe dat hij gelooft dat ‘democratie niet kan worden onderwezen of van bovenaf opgelegd’. Voor Sulak is er nu geen weg terug meer.

In 1980 schrijft Sulak een brief aan Pridi met zijn ‘mea culpa’, een brief die hij een tijdje geleden nog eens op Facebook publiceerde. Hij schrijft: ‘Ik vraag u om vergiffenis voor de manier waarop ik uw reputatie heb aangetast…..Als het mogelijk is en als de tijd het toelaat, zou ik u graag persoonlijk mijn welgemeende verontschuldigingen willen aanbieden en eer bewijzen aan uw persoon…’

Een paar weken later schrijft Pridi terug. Hij accepteert Sulak’s berouw en prijst hem daarvoor. Pridi erkent dat hij zelf ook op een foute manier Sulak heeft aangevallen en vraagt daarvoor om vergeving.

In 1982 zal Sulak Pridi voor het eerst en het laatst ontmoeten in Parijs. In 1983 overlijdt Pridi, 36 jaar na zijn verbanning uit Thailand waar hij ondanks zijn vele smeekbeden niet terug mocht keren.

De koning moet een dhamaraja zijn

Hoewel Sulak een royalist is, vindt hij toch dat de Thaise samenleving anders moet omgaan met de monarchie en vrij moet zijn in haar gesprek daarover. Hij schrijft het volgende:

Net als Pridi ben ik van mening dat de monarchie een constitutionele moet zijn. De koning moet, in boeddhistische termen, een ‘dhammaraja’ zijn, een rechtvaardige heerser, en niet een ‘devaraja’, een god-koning.

Hoewel ons koningschap niet absoluut is doen de militairen en het volk alsof dat wel zo is: ze gaan door het stof, kruipen en vereren hem. Dit is verkeerd. Ik vind dat de koning en zijn familie zich los moet maken van de militairen en van hun economische basis als de kroondomeinen.

Om de monarchie te behouden moet de koning apart staan en onberispelijk zijn.

Ik dacht dat het mijn rol was deze opbouwende kritiek te geven. Ongelukkig genoeg was ik te luidruchtig en zei ik het te vaak. ( Loyalty, pag. 167)

Hij verwijst ook naar de periode tussen 1900 en 1957 in de Thaise geschiedenis toen kritiek op (leden van) het koningshuis heel wel mogelijk was, redelijk vaak voorkwam en in de pers verscheen. Ik heb spotprenten gezien uit die tijd die er niet om liegen. Sulak vindt dat artikel 112 van de Strafwet (het majesteitsschennisartikel) moet worden afgeschaft want zij wordt te vaak om politieke redenen toegepast en verhindert rationele discussie.

Sulak heeft daar ook persoonlijk onder geleden. Hij werd vijf keer aangeklaagd wegens majesteitsschending. Laat ik er drie wat uitvoeriger beschrijven.

In 1984 schreef hij een artikel dat enige milde kritiek bevatte op koning Rama VI. (Die kritiek kan ik hier niet herhalen….). Hij werd opgepakt, bracht een dag door in een cel, maar de aanklacht werd later ingetrokken na internationale protesten en ingrijpen van het paleis.

In 1991 leverde hij in een toespraak op de Thammasaat Universiteit felle kritiek op generaal Suchinda Kraprayoon en zijn onderdrukking van de democratie na diens coup op 23 februari in dat jaar. Hij werd aangeklaagd wegens majesteitsschennis omdat de koning het regime van Suchinda had goedgekeurd. Hij vluchtte, net als in 1976, naar het buitenland. Na zijn terugkeer in 1992 volgde een rechtsgang die Sulak uiteindelijk won (1995), een zeldzaamheid bij artikel 112 aanklachten die in bijna 100 procent op een veroordeling uitlopen.

Hij werd opnieuw aangeklaagd in 2006 en 2008.

In 2014 volgde de laatste aanklacht. Sulak claimde in een toespraak dat het beroemde gevecht op olifanten tussen de Thaise koning Naresuan en de Birmaanse koning Minchit Sra (1592) slechts een legende was. Deze zaak loopt volgens mij nog.

Pleidooi voor betrokken boeddhisme

Sulak heeft in zijn lange loopbaan gepleit voor een sociaal betrokken boeddhisme. ‘Religie’, schrijft hij, ‘is de kern van veranderingen op sociaal gebied, en deze veranderingen zijn de kern van een religie’. Bescherming van het milieu en een duurzame economie naast een redelijke verdeling van inkomen vindt Sulak boeddhistisch principes. Boeddhisten moeten zich niet terugtrekken uit deze wereld. Veranderingen moeten geweldloos tot stand komen, maar dat betekent niet het afzien van actie. ‘Als we een gewelddaad zien en we proberen het niet te voorkomen dan zijn we zelf gewelddadig, want we handelen niet met compassie’, schrijft hij. Sulak wenst een Boeddhisme met een kleine ‘b’, los van andere instituten als de staat en zonder rituelen en mythen.

Tot slot twee citaten:

Elke poging het boeddhisme te begrijpen los van zijn sociale dimensie is gedoemd te mislukken.

Het is beslist geen boeddhistische gedachte er van uit te gaan dat de wereld een betere plaats zou zijn als iedereen boeddhist werd. Dit soort ideeën leiden tot oorlogen en onderdrukking.

Het is jammer dat mensen als Pridi en Sulak in de huidige Thaise samenleving niet meer als voorbeeld en rolmodel naar voren kunnen komen. In de geschiedenisboekjes in schoolbibliotheken worden zij vrijwel geheel genegeerd.

Belangrijkste bronnen:

  • Sulak Sivaraksa, Loyalty Demands Dissent, Bangkok, 1998, een autobiografie
  • Sulak Sivaraksa, Powers That Be, Pridi Banomyong through the Rise and Fall of Thai Democracy, Latern Books, 2000
  • Link naar een ouder maar nog steeds actueel interview: http://www.democracynow.org/2010/9/17/large_anti_government_protests_in_thailand

Over deze blogger

Tino Kuis
Tino Kuis
Geboren in 1944 in Delfzijl als zoon van een eenvoudige winkelier. Gestudeerd in Groningen en Curaçao. Drie jaar als arts gewerkt in Tanzania, daarna als huisarts in Vlaardingen. Een paar jaar vóór mijn pensioen getrouwd met een Thaise dame, we kregen een zoon die drie talen goed spreekt.
Bijna 20 jaar in Thailand gewoond, eerst in Chiang Kham (provincie Phayao) daarna in Chiang Mai waar ik graag allerhande Thai lastigviel met allerlei vragen. Volgde het Thaise buitenschoolse onderwijs waarna een diploma lagere school en drie jaar middelbare school. Deed veel vrijwilligerswerk. Geïnteresseerd in de Thaise taal, geschiedenis en cultuur. Woon nu alweer 5 jaar in Nederland samen met mijn zoon en vaak met zijn Thaise vriendin.

17 reacties op “Sulak Sivaraksa: ‘Loyaliteit vereist tegenspraak’”

  1. Petervz zegt op

    Interessante achtergrond Timo van een bijzonder mens. Ik ken Ajarn Sulak als tientallen jaren en het altijd weer een genoegen heb te ontmoeten.

  2. Rob V. zegt op

    Tino, dank voor deze heldere uiteenzetting over Sulak. Zoals ik recentelijk schreef is mijn wijle vrouw zich gaan inlezen toen ik een stuk van jou hand over Sulak met haar besprak.

  3. theo hua hin zegt op

    Ha Tino,

    Wat een verademing, te weten dat Thailand toch weldenkende mensen heeft. Dit artikel geeft exact aan wat er mis is in Thailand en vooral ook dat dit niet snel zal veranderen zolang deze verlichte geesten, zodra zij zich uiten, gevangen worden gezet en monddood gemaakt. Arm Thailand.

    Dank. Theo

    • Tino Kuis zegt op

      Er zijn veel Thais die ik bewonder om hun belangeloze inzet voor het welzijn van Thailand. Ik noem de volgende namen maar er zijn meer: Pridi Phanomyong, Kulap Saipradit, Narin Phasit, Boonsanong Punyodyana, MR Nimitmongkol Navarat, Intha Sribunruang, Chit Phumisak, Puey Ungpakorn, Somsak Jeamteerasakul, Junya Yimprasert, Giles Ji Ungpakorn, Sombat Boonngaamanong en Sulak Sivaraksa. Het zijn mensen van zeer diverse pluimage: schrijvers, wetenschappers, politici en sociale activisten. Maar ze hebben ook veel gemeenschappelijks. Ze zijn allen slachtoffer van de Thaise Staat: sommigen zijn vermoord, anderen verbannen of voor langere of kortere tijd gevangen gezet.

      • Gringo zegt op

        Mooi, hoor, die achtergrondverhalen, maar ik vraag mij af of jij ook Thais kent, schrijvers, wetenschappers, politici en sociale activisten, die met hun (belangeloze) inzet voor het welzijn van Thailand geen slachtoffer van de Thaise staat zijn (geweest).

        Met andere woorden, moet iemand eerst zijn vermoord, verbannen of gevangen gezet zijn om jouw bewondering te verwerven?

        • Tino Kuis zegt op

          Goeie vraag, Gringo, daar zit wat in nu ik er over nadenk. Zij hebben inderdaad mijn speciale bewondering.
          Maar zoals ik in de eerste zin al zei: er zijn er veel meer. Ik heb bv ook veel bewondering voor die honderdduizenden naamloze gezondheidsvrijwilligers die oa voorlichting geven over het voorkomen van borstkanker.
          https://www.thailandblog.nl/gezondheid-2/volksgezondheid-thailand-succesverhaal/

          De namen die ik hierboven noemde waren de leiders, de kopstukken, de mensen die boven het maaiveld uitstaken, naar voren kwamen, die hun mond opendeden en die activiteiten als stakingen en demonstraties voor het milieu organiseerden. Zij wisten dat ze met iets gevaarlijks bezig waren maar kropen niet weg en zetten door. Daar heb ik dus die extra bewondering voor. Maar je hebt gelijk, ik moet al die anderen ook niet vergeten.
          Over de boerenleider Inthra die werd vermoord schreef ik hier: https://www.thailandblog.nl/geschiedenis/boerenopstand-chiang-mai/

        • Slagerij van Kampen zegt op

          Misschien is het gewoon moeilijk om niet vermoord, verbannen of gevangen gezet te worden in Thailand als men een werkelijk onafhankelijke geest bezit? Het citaat: het is beslist geen boeddhistische gedachte er van uit te gaan enz is natuurlijk briljant en niet enkel van toepassing op het boeddhisme maar ook op allerlei ideologieën die menen de waarheid in pacht te hebben. Voortreffelijke bijdrage

          • Tino Kuis zegt op

            Moeilijk? Zeg maar bijna onmogelijk………

  4. Rob Korper zegt op

    Weer een uitermate interessant artikel van Tino, ik leer door jouw veel van de achtergronden van de
    Thaise maatschappij, bedankt.

  5. Rob V. zegt op

    Sulak was deze week nog in het nieuws:

    “Ook een koning die 400 jaar dood is, mag je in Thailand niet beledigen

    Een 85-jarige Thai moet mogelijk de cel in voor het beledigen van een koning die ruim 400 jaar geleden aan de macht was. Hij verscheen vandaag voor de militaire rechtbank in Bangkok en wordt aangeklaagd voor majesteitsschennis.

    Sulak Sivaraksa zette drie jaar geleden in een toespraak op een universiteit zijn vraagtekens bij een gebeurtenis uit 1593. Hij vroeg zich af of het verhaal wel klopt, dat de Thaise koning Naresuan destijds de Birmese kroonprins doodde in een persoonlijk duel op een olifant. Deze ‘veldslag om Nong Sarai’ wordt nog ieder jaar herdacht.

    Sulak, die zich vaker kritisch heeft uitgelaten over de machthebbers in Thailand, begrijpt niet waarom er nu nog een zaak wordt gemaakt van uitspraken die hij in 2014 deed. “Misschien mogen ze me niet, omdat ik nooit mijn mond houd. Ik spreek de waarheid. Ik moet kritisch zijn. Dat is mijn taak.”

    https://nos.nl/artikel/2197069-ook-een-koning-die-400-jaar-dood-is-mag-je-in-thailand-niet-beledigen.html

    En ook:
    http://www.khaosodenglish.com/news/international/2017/10/06/military-try-historian-doubting-16th-century-elephant-duel/

  6. Rob Huai Rat zegt op

    Een zeer goed artikel. Ik heb ook veel bewondering voor deze man die altijd zichzelf wecijferde voor het algemeen belang. Ik heb alleen een vraag. Wat zijn de idealen van de rode beweging, Deze opmerking kwam gisteren ook al voor. Naar mijn mening verschilt de rode beweging in geen enkel opzicht van de andere stromingen in Thailand. Ze willen alleen hun eigen belang dienen en hun zakken vullen. Het verschil is dat door Thaksins propagandamachine er een leuk verkooppraatje is toegevoegd.

  7. Tino Kuis zegt op

    ‘In 2014 volgde de laatste aanklacht. Sulak claimde in een toespraak dat het beroemde gevecht op olifanten tussen de Thaise koning Naresuan en de Birmaanse koning Minchit Sra (1592) slechts een legende was. Deze zaak loopt volgens mij nog.’

    Update

    Eergisteren meldde Sulak zich bij het militaire hof om bovenstaande aanklacht in ontvangst te nemen. Op een foto zie je een 85-jarige man leunend op een stok begeleid door militaire polite. Er staat hem eventueel 3 tot 15 jaar gevangenisstraf te wachten. Absurd.

    https://prachatai.com/english/node/7420

  8. Leo Bossink zegt op

    Een heel lezenswaardig en interessant artikel Tino. Dit geeft mij een beter inzicht in de Thaise samenleving. Ik bewonder jouw kennis in dit opzicht en zou meer van dit soort artikelen heel erg op prijs stellen.
    Dit blog heeft echt een paar briljantjes van schrijvers. Ik reken daar Tino op zeker toe, maar ook de bijdragen van De Inquisiteur, van Frans Amsterdam en van Gringo lees ik altijd met meer dan gemiddelde interesse/
    Dank.

  9. alex ouddiep zegt op

    Je uiteenzetting sluit nauw aan bij de twee boeken die je aan het eind noemt, en die ik beide heb gelezen.

    Jouw bewondering deel ik, maar ze reikt niet tot de hoogte van Pridi.
    Ze beperkt zich verder tot het tweede deel van zijn leven.

    Zijn ideeen zijn buiten de Thaise context geenszins origineel.
    Me buiten religieuze controversen houdend, sluiten ze immers nauw aan bij het actuele Europese gedachtengoed over politiek en maatschappij.

    Zoals veel martelaren wordt zijn grootheid mede bepaald door de situatie – door de laagheid en de macht van zijn tegenstanders.

    Sulak toont zich verder een revisionistische monarchist.
    Hij is bepaald geen republikein, dit ter voorkoming van misverstanden.

    Hij heeft ook iets van de hardnekkige dwarsligger die gezien wil worden.
    Een bekend Thailandkenner uit Nederland noemt hem in dit opzicht zelfs een dandy, in zijn 19e eeuwse Siamese costuums.

    Ik wens van harte dat Sulak bij het actuele proces met de mildheid wordt tegemoetgetreden waar hij recht op heeft – niemand mag immers de gevangenis ingaan voor het uiten van gerede twijfel aan de officiele lezing van een historische gebeurtenis
    Ook niet in Thailand.

    • Tino Kuis zegt op

      Volgens mij heb ik dat eerste boek ‘Loyalty…’ van jou geleend en nooit teruggegeven, Alex. Een vorm van corruptie waar ik me nauwelijks schuldig over voel 🙂

      • alex ouddiep zegt op

        Je politiseert een eenvoudige nalatigheid…
        Het boek staat trouwens in mijn kast.

  10. Song zegt op

    Zo ver ik weet zijn er twee boeken van hem in de Nederlandse taal verschenen (vertalingen): ‘Zaden van vrede’ en ‘Wijs en duurzaam’.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website