Waar laat jij je ABP-pensioen belasten?
Eigenlijk is dat een domme vraag. Je hebt immers geen keus. Waar jouw ABP-pensioen belast is, is geregeld in het door Nederland met Thailand gesloten Verdrag ter vermijding van dubbele belasting (hierna: Verdrag). En toch blijkt mij elke keer weer dat deze vraag echt niet zo dom is. Anders kan ik niet verklaren waarom ik bij nieuwe klanten regelmatig fiscaal juristen en fiscaal adviesbureaus tegenkom die, als het gaat om het bepalen van waar een ABP-pensioen belast is, gruwelijk de fout ingaan. Met het grootste gemak wordt door hen een niet in Nederland te belasten ABP-pensioen aangemerkt als wel te zijn belast in Nederland. Bij een redelijk ABP-pensioen kan zo’n foutieve beoordeling je al gauw zo’n 5 à 6 duizend euro’s per jaar aan onverschuldigde inkomstenbelasting kosten.
Als je daar vervolgens de mogelijk wel verschuldigde Personal Income Tax op in mindering brengt blijft er onder de streep al gauw een verlies van zo’n 3,5 à 4,5 duizend euro’s per jaar over. En dat was nu net niet de bedoeling toen je voor veel geld een specialist meende in te huren, die vervolgens geen specialist maar een duur betaalde kwakzalver blijkt te zijn!
Ik schrijf dit artikel overigens niet als aanklacht tegen de betreffende collega’s. Zij moeten immers zelf maar weten hoe zij willen werken en zijn daar dan ook zelf verantwoordelijk voor. Ik noem dan ook heel bewust geen namen en daarbij behorende concrete gevallen van op dit punt slecht presterende adviseurs. Ik raad hen wel aan, mochten zij toevallig Thailandblog lezen, om in het vervolg ‘ABP’ niet te vereenzelvigen met ‘overheid’.
Dit artikel is louter bedoeld als waarschuwing voor diegenen die hetzelfde kan overkomen, nl. de genieters van een niet-overheidspensioen van het ABP. Voor degenen die in handen vallen en de dupe worden van zulke adviseurs vind ik het een sneue zaak, terwijl zij doorgaans wel voor het verrichten van hun diensten de hoofdprijs moeten betalen. Eenieder die van een ABP-pensioen geniet roep ik dan ook op: wees op je hoede en neem dit artikel goed in je op, want niemand, behalve de Nederlandse Staat, is gebaat bij het onnodig betalen van duizenden euro’s per jaar aan belasting in Nederland!
Het wettelijk kader
Ik schets eerst het wettelijk kader zoals verwoord in de artikelen 18 en 19 van het Verdrag en voor zover van belang. Dan zijn we daar maar van verlost en kunnen we overgaan tot een meer inhoudelijke behandeling van dit vraagstuk en dan in min of meer gewone mensen praat.
“Artikel 18. Pensioenen en lijfrenten
- 1 Onder voorbehoud van de bepalingen van het tweede lid van dit artikel en het eerste lid van artikel 19, zijn pensioenen en andere soortgelijke beloningen ter zake van een vroegere dienstbetrekking betaald aan een inwoner van een van de Staten, alsmede aan een zodanige inwoner betaalde lijfrenten slechts in die Staat belastbaar.
Artikel 19. Overheidsfuncties
- 1 Beloningen, daaronder begrepen pensioenen, betaald door of uit fondsen in het leven geroepen door een van de Staten of een staatkundig onderdeel of een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam daarvan aan een natuurlijke persoon ter zake van diensten bewezen aan die Staat of aan dat onderdeel of dat plaatselijke publiekrechtelijke lichaam daarvan in de uitoefening van overheidsfuncties, mogen in die Staat worden belast.
- 2 De bepalingen van de artikelen 15, 16 of 18 zijn evenwel van toepassing op beloningen of pensioenen ter zake van diensten, bewezen in het kader van een op winst gericht bedrijf uitgeoefend door een van de Staten of een staatkundig onderdeel of een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam daarvan.”
Kort samengevat betekent dit dat een uit Nederland verkregen pensioen in principe belast is in Thailand (artikel 18, lid 1, van het Verdrag).
Dat is anders wanneer dit pensioen wordt verkregen vanuit een in het verleden uitgeoefende overheidsdienstbetrekking. In dat geval mag Nederland heffen (artikel 19, lid 1). In het eerste geval spreken we van een privaatrechtelijk pensioen. In het tweede geval spreken we van een publiekrechtelijk pensioen.
Gaat het echter om een op winst gericht overheidsbedrijf dan is de pensioenuitkering, als een privaatrechtelijk pensioen, weer belast in Thailand (artikel 19, lid 2, juncto artikel 18, lid 1, van het Verdrag).
Eigenlijk niet zo moeilijk zou je zeggen, maar dat schijnt in de praktijk nog wel eens geheel anders uit te pakken en dan niet zelden met desastreuze gevolgen!
Het ABP en zijn deelnemers
- Het ABP is van oorsprong het pensioenfonds voor overheid en onderwijs.
- Alle onderwijsinstellingen zijn verplicht aangesloten bij het ABP.
- Daarnaast zijn veel geprivatiseerde of verzelfstandigde oorspronkelijke overheidsinstellingen aangesloten bij het ABP.
- Dat geldt tevens voor veel private instellingen, welke als de vroegere zgn. B-3 instellingen nauw verwant zijn aan de overheid.
Vanaf 2010 kunnen ook private werkgevers zich onder bepaalde voorwaarden voor de pensioenvoorziening van hun medewerkers vrijwillig aansluiten bij het ABP. Organisaties die van deze mogelijkheid gebruik hebben gemaakt zijn o.a.: Nuon, Essent, Connexxion, Ziggo en Veolia.
Het ABP herbergt dan ook een grote verscheidenheid aan organisaties welke vallen onder de sectoren overheid (na emigratie naar Thailand belast in Nederland) en niet-overheid (na emigratie naar Thailand niet belast in Nederland).
Openbaar en bijzonder onderwijs
We kennen allemaal het onderscheid in openbare en bijzondere scholen. Een openbare basisschool bijvoorbeeld valt onder het gezag van het gemeentebestuur (is overheid) terwijl een bijzondere basisschool, als vereniging of stichting, een eigen bestuur heeft en gaat meestal uit van een bepaalde geloofsovertuiging (is privaat)
Daarbij is een leerkracht van een openbare basisschool in dienst van een ‘plaatselijk publiekrechtelijk lichaam’ (gemeente). Zijn aanvankelijke eenzijdige aanstelling door het gemeentebestuur is weliswaar met de inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren onderwijs per 1 januari 2020 omgezet in een privaatrechtelijk arbeidscontract, maar dat neemt niet weg dat hij nog steeds de status van ambtenaar geniet. Als gevolg daarvan bouwt deze leerkracht een overheidspensioen op bij het ABP, wat na emigratie naar Thailand belast blijft in Nederland.
Dit geldt echter niet voor een leerkracht van het bijzonder basisonderwijs. Deze leerkracht heeft een door de (private) vereniging of stichting met de werknemer af te sluiten arbeidscontract en geniet daarmee niet de status van ambtenaar. Alsdan bouwt hij geen overheidspensioen op en is dit pensioen bij emigratie niet belast in Nederland.
Dit werkt door van basisscholen tot en met universiteiten. Denk bijvoorbeeld aan de Rijks Universiteit Groningen (is overheid) en de Vrije Universiteit Amsterdam (is privaat).
Daarnaast kun je binnen het onderwijs nog te maken hebben met een zgn. hybride pensioen, nl. deels opgebouwd binnen de sector overheid en na privatisering niet meer vallend binnen deze sector. Alsdan moet je het ABP-pensioen opdelen naar rato van het aantal dienstjaren.
Overheidsbedrijven
Een bijzondere groep vormen de op het behalen van winst gerichte overheidsbedrijven. Of er ook werkelijk winst wordt behaald of misschien in enig jaar wel een verlies, doet niet ter zake.
We kennen allemaal vast nog wel de vroegere provinciale elektriciteitsbedrijven, zoals bijvoorbeeld het PEB destijds in Friesland. Zij voerden geen wettelijk aan de overheid opgedragen taak uit en zijn daardoor gelijk te stellen met een ‘gewone’ onderneming, dus privaatrechtelijk.
In het verre verleden had vrijwel elke gemeente z’n eigen ‘gasfabriek/gasbedrijf’. Op het kantoor van de gasfabriek kocht je dan muntjes en je had vervolgens weer de beschikking over gas.
Als bekende voorbeelden uit de huidige tijd vallen onder deze categorie de vervoersbedrijven van de gemeenten Amsterdam en Rotterdam. Medewerkers van deze gemeentelijke bedrijven voeren ook geen wettelijk aan de overheid opgedragen taak uit en zouden om die reden al niet vallen onder de werking van artikel 19, lid 1, van het Verdrag, dus verkregen vanuit een overheidsdienstbetrekking. Toch heeft men ervoor gekozen om dit ook nog eens duidelijk te verwoorden in artikel 19, lid 2, van het Verdrag, waardoor voor hen artikel 18, lid 1, van het Verdrag van toepassing is en zij dus na emigratie genieten van een in Thailand te belasten pensioen van het ABP.
Organisatievormen zoals takken van dienst, welke veelvuldig bij provincies en gemeenten voorkomen en gemeenschappelijke regelingen, welke je veel aantreft tussen gemeenten, laat ik, gelet op hun grote diversiteit en mindere belangrijkheid, buiten beschouwing.
Semi-overheidsinstellingen
Daarnaast genieten tal van oud-medewerkers van semi-overheidsinstellingen een niet als overheidspensioen te kwalificeren pensioen van het ABP. Na emigratie is hun pensioen dan ook niet belast in Nederland.
Als voorbeelden noem ik het vroegere Bouwfonds Nederlandse Gemeenten (tegenwoordig ‘Bouwfonds’ en al lang niet meer in handen van gemeenten), Bank (voor) Nederlandse Gemeenten (BNG) en de Nederlandse Waterschapsbank (NWB), tot voor kort het UWV en de organisaties waaruit het UWV is ontstaan en het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI), wat in 2009 is gefuseerd met het UWV en de SVB
Ingaande 1 januari 2020 genieten de medewerkers van o.a. het UWV en de SVB op grond van de nieuwe Ambtenarenwet wél de status van ambtenaar en bouwen vanaf deze datum een overheidspensioen op. Bij pensionering krijgen zij vervolgens te maken met een hybride pensioen (deels privaat en deels overheid).
Een belangrijk hulpmiddel in het bepalen of er sprake is van een publiekrechtelijk pensioen
Naast de gebruikelijke binnen het Rijk, provincies, gemeenten of waterschappen uitgeoefende overheidstaken geeft het navolgend te downloaden overzicht van bij of krachtens wet ingestelde publiekrechtelijk zelfstandige bestuursorganen met eigen rechtspersoonlijkheid (in totaal 57) en het overzicht van publiekrechtelijk zelfstandige bestuursorganen als onderdeel van de Staat der Nederlanden (in totaal 20), nog eens veel aanknopingspunten om te beoordelen of er sprake is van een overheidsdienstbetrekking en dus van een publiekrechtelijk pensioen van het ABP.
Zelfstandige bestuursorganen hebben een beperkte taak op het gebied van uitvoering, advisering of controle. Ze staan niet onder het ambtelijk-hiërarchisch gezag van een minister.
Als voorbeelden van een publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan met eigen rechtspersoonlijkheid noem ik:
- Autoriteit persoonsgegevens;
- Centraal Administratiekantoor (CAK);
- Centraal Bureau Rijvaardigheid (CBR);
- Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS);
- Sociale Verzekeringsbank (SVB);
- Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV).
Zie voor het volledige overzicht van deze publiekrechtelijk zelfstandige bestuursorganen: https://www.inspectie-oe.nl/toezichtvelden/overheidsinformatie/geinspecteerde-instellingen/publiekrechtelijke-zelfstandige-bestuursorganen
Als gevolg van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) vallen medewerkers van o.a. de SVB en het UWV per 1 januari 2020 onder de reikwijdte van de nieuwe Ambtenarenwet. Zoals reeds gesteld genieten zij vanaf deze datum van een publiekrechtelijk pensioen en hebben na pensionering te maken met een hybridepensioen.
Het belang van het diensttijdoverzicht van het ABP
Als ik voor een klant aangifte moet doen voor de inkomstenbelasting, waarbij ik zie dat deze klant (ook) een pensioenuitkering geniet van het ABP, dan is het eerste wat ik doe is het opvragen van het diensttijdoverzicht van het ABP. Daaruit kun je al snel afleiden of iemand al dan niet een overheidsdienstbetrekking heeft vervuld. Daarbij komt mijn kennis van het bestuursrecht, ook wel administratief recht genoemd en regelend de relatie tussen overheid en burger, mij goed van pas.
Dat niet elke adviseur dit doet c.q. over deze kennis beschikt bleek mij recentelijk nog maar weer eens. In korte tijd passeerden via een door mij geplaatst artikel en via lezersvragen en antwoorden in Thailandblog een aantal zaken de revue, waaruit bleek dat de betreffende belastingadviseurs ten onrechte een ABP-pensioen hadden gekwalificeerd als overheidspensioen en dus ook na emigratie belast in Nederland. Overigens is dit een jaarlijks terugkerend verschijnsel. Meestal gaat het daarbij om:
- voormalige leerkrachten van het bijzonder onderwijs;
- ABP-deelnemers, die gewerkt hebben bij een op het behalen van winst gericht overheidsbedrijf (artikel 19, lid 2, van het Verdrag);
- ABP-deelnemers, die gewerkt hebben voor een semi-overheidsorganisatie.
Of dit nu een kwestie is van gemakzucht of onwetendheid van deze adviseurs kan ik natuurlijk moeilijk beoordelen. Overigens liggen gemakzucht en onwetendheid in dit geval wel erg dicht bij elkaar. Gemakzucht leidt immers nogal gauw tot onwetendheid.
Tot slot
Geniet jij (ook) een pensioenuitkering van het ABP en twijfel je eraan of dit pensioen wel op de juiste wijze wordt belast, neem dan gerust contact met me op via: [email protected]. Wellicht kan ook jij duizenden euro’s per jaar besparen, zoals ik dikwijls bij klanten tegenkom. En als het dan om meerdere jaren gaat dan kun je vanaf 2016 nog een verzoek indienen bij de inspecteur om ambtshalve herziening van de over die jaren ontvangen definitieve aanslagen. Bij een van m’n klanten ging het enkele jaren geleden daarbij al om een terug te ontvangen bedrag aan onverschuldigd betaalde inkomstenbelasting van rond de € 30.000. En ook nu weer doet zich hetzelfde feit voor. Als je zo’n bedrag vervolgens als spaargeld inbrengt in Thailand en daarvan het hele jaar kunt leven dan hoef je verder geen Personal Income Tax meer te betalen omdat het inbrengen van spaargeld zich dan van jaar tot jaar herhaalt.
Lammert de Haan, fiscalist (gespecialiseerd in internationaal belastingrecht en sociale verzekeringen).
ฉันไม่สามารถทำให้สวยงามขึ้น
Over deze blogger
Lees hier de laatste artikelen
- Belasting Nederland4 juni 2023De grootste miskleun in de naoorlogse fiscale wetgeving
- Belasting Nederland18 februari 2023Vragen m.b.t. het nieuwe belastingverdrag Nederland – Thailand
- Belasting Nederland21 januari 2023Donkere wolken aan de horizon voor veel in Thailand wonende Nederlanders
- Belasting Nederland31 december 2022In Thailand wonende Nederlanders houden van het betalen van belasting
Dank voor deze bijdrage die veel mensen van dienst kan zijn. Niemand betaalt graag belasting maar tevéél betalen is echt een brug te ver!
Bedankt voor je uitleg…. 🙂
beste Lammert,
Dank je voor de heldere uiteenzetting.
Door alle bomen het bos niet zien vwb de belastingen en het ABP.
ik heb nu eindelijk begrepen dat er voor mij niets in zit. Ik ben altijd een rijksambtenaar bij de diverse departementen geweest. ik begreep nooit waarom de een wel en de ander niet het ABP pensioen in Nederland werd belast. En door alle berichten ontstond er altijd twijfel. ik zal de berichten over het ABP pensioen en de Nederlandse belastingen op dit blog verder met mindere interesse lezen of links laten liggen.
janderk
Graag gedaan, Janderk.
Jij begrijpt nu dat er voor jou niets in zit, nu er bij jou sprake is van een overheidspensioen. Maar eigenlijk begrijp ik het nog steeds niet. Maar dat ligt op een ander vlak.
Ik begrijp nl. niet waarom je het particuliere pensioen van een oud-medewerker van Philips, die zich z’n gehele werkzame leven heeft ingezet voor het grootkapitaal, nl. de aandeelhouders van Philips, anders zou moeten behandelen dan het overheidspensioen van een oud-ambtenaar Bouw- en Woningtoezicht van een gemeente, die zich z’n gehele werkzame leven heeft ingezet voor de gemeenschap door ervoor te zorgen dat jij er zeker van kon zijn dat de door jou te bouwen woning aan alle eisen van veiligheid voldeed.
Een deugdelijk beoordeeld bouwplan lijkt me meer waard dan een scheerapparaat van Philips.
Ergo: waarom zou je het ABP-pensioen van een oud-leraar van het openbaar onderwijs in Nederland moeten belasten, terwijl het ABP-pensioen van een oud-leraar van het bijzonder onderwijs na emigratie belast is in Thailand? Beide vormen van onderwijs worden uiteindelijk bekostigd door het Rijk.
Ik beschouw deze opdeling dan ook met stip als de grootste blunder in de Nederlandse fiscale wetgeving/verdragsrecht!.
En als je dan in Thailand woont dan ‘mag’ je over je overheidspensioen aanmerkelijk meer inkomstenbelasting betalen dan het geval zou zijn, mocht je nog in Nederland wonen. Thailand heeft dan geen heffingsrechten. Je kunt dus geen gebruikmaken van de Thaise fiscale faciliteiten, zoals de diverse vrijstellingen, verminderingen en de belastingvrije som.
Terwijl uitsluitend Nederland het heffingsrecht bij jou heeft, val je ook buiten de boot voor wat betreft de Nederlandse fiscale faciliteiten, zoals heffingskortingen en aftrekposten.
Je bent simpelweg het melkkoetje van de Staat der Nederlanden. Terwijl jij hoog en droog ergens in Thailand woont, draagt je in verhouding meer bij aan de kosten van verzwaring van de zeedijken dan iemand die in Nederland woont. Voor hem of haar zijn deze werkzaamheden van het grootste belang om er min of meer verzekerd van te zijn van het houden van droge voeten.
Thailand kent ook wel z’n waterproblemen. Maar omdat jij al ruimschoots bijdraagt aan die van Nederland hoef je daarvoor in Thailand niet ook nog eens een bijdrage te leveren. Daar draait Thailand zelf voor op.
En zo heeft Nederland de zaakjes ‘netjes’ verdeeld: wel de lusten maar niet de lasten! Of is dit toch niet zo netjes te noemen?
Goede morgen Lambert,
Ik ben het volledig met je eens. Ook ik snap dat verschil niet. Onderscheid maken HOEZO!!!!! hahahaha. Het zelfde geld ook voor je AOW. Daarvoor betaal je ook loonbelasting in nederland. De gepensioneerden worden toch al hard gepakt. Waarom niet dat beetje voordeel gunnen in de laatste deel van hun leven.
Groetjes
Fred Ayutthaya
Mischien komt het door het feit dat het grootste gedeelte van het ABP pensioen (2/3) bij overheids betrekkingen uit de staatskas en dus belastings geld van burgers betaald is wat bij andere werkgevers niet het geval is.
namelijk de overheids werkgever 17,97% en u 7,93%.
Dag khun Moo.
Dat verklaart niet het verschil in behandeling van een ABP-pensioen van een oud-leerkracht van het openbaar en een oud-leerkracht van het bijzonder onderwijs. Beide vormen van onderwijs worden door het Rijk bekostigd uit de algemene middelen/belastingen.
Daarnaast bestaat er voor de overheid geen Sinterklaas. Om bij mijn eerder gegeven voorbeelden te blijven verkoopt een gemeente bouwvergunningen en Philips scheerapparaten.
De consument betaalt de prijs voor het afnemen van een scheerapparaat van Philips. Daarnaast betaalt dezelfde consument de prijs voor het afnemen van collectieve goederen en diensten van de overheid in de vorm van belastingen en voor het afnemen van individuele goederen en diensten in de vorm van retributies.
De ‘consument’ is steeds het eindpunt.
Aangezien een leerkracht van het bijzonder onderwijs geen arbeidscontract met de overheid heeft zou ik niet weten waarom deze als een ABP overheids functionaris fiscaal behandeld zou moeten worden.
Voor velen is een pensioen zo wie zo onbetaalbaar geworden.
Uit een onderzoek van vermogensbeheerder BlackRock blijkt dat 52% van de Nederlanders geen aanvullend pensioen opbouwt naast de AOW.
veel te lezen maar daardoor geweldig duidelijk voor ieder denk ik. Pluim !!
Ha Lammert,
helemaal mee eens.
En, gelet op de door mij gewonnen procedure met betrekking hoe de woonplaats wordt bepaald,- en dat is aan de hand van de Thaise wetgeving en niet door wat de Nederlandse inspecteur eist en ervan maakt,-
dan zijn weer veel mensen extra gelukkig.
Ik zie ook dat het vaak mis gaat met conserverende aanslagen vanuit de Nederlandse fiscus met betrekking tot bijvoorbeeld lijfrente uitkeringen vanuit Nederland.
Dat is ook zo’n aandachtspunt.
Beste Lammert.
Ik heb al ABP pensioen (voor een deel van de overheid) sinds 2015 maar ben niet bij de Thaise belastingdienst ingeschreven. Kan ik dan toch die ambtshalve herziening aanvragen?
Dag Frits,
Ik begrijp dat jij een hybride pensioen geniet van het ABP: deel overheid en deels niet-overheid. Het overheidsdeel blijft na emigratie belast in Nederland. Over het niet-overheidsdeel mag Thailand heffen voor zover jij dat deel ook daadwerkelijk hebt ingebracht in Thailand in het jaar van genieten daarvan.
Aan de hand van het diensttijdoverzicht van het ABP (te downloaden via ‘Mijn ABP’) moet je vervolgens een verdeling maken in ‘overheidsdeel’ en van het ‘particulierdeel’.
Je kunt nog aangifte voor de inkomstenbelasting doen c.q. een verzoek om ambtshalve vermindering van de reeds vastgestelde definitieve aanslagen indienen vanaf 2016. Heb je nooit aangifte hoeven te doen of zijn er jaren bij met een voorlopige aanslag, dan doe je gewoon aangifte en anders moet je een verzoek indienen om ambtshalve vermindering van de reeds vastgestelde definitieve aanslagen.
Je schrijft dat je niet ingeschreven bent bij de Thaise Belastingdienst. M.a.w.: in Thailand doe je geen aangifte. Of dit wel had moeten gebeuren kan ik zo niet beoordelen. Dit feit brengt echter niet met zich mee dat het heffingsrecht over jouw particulier ABP-pensioen weer terugkeert naar Nederland. .
Beste Lammert.
Ik heb echter het idee dat ik nu te laat ben. Ik kan immers over de afgelopen 5 jaar geen “Verklaring belastingplicht woonland” overleggen….?
Dat speel geen rol, Frits. Bij het doen van aangifte of het indienen van een verzoek om ambtshalve herziening van reeds opgelegde definitieve aanslagen hoef je geen ‘Verklaring belastingplicht woonland’ te overleggen.
MIjn prive-pensioen en mijn ABP pensioen zijn in Nederland niet belast.
Ik werk sinds 2006 in Thailand en betaal mijn loonbelasting en heb dus ook een Thais belastingnummer.
Heb voor mijn pensioen vrijstelling van heffingen gevraagd en gekregen.
Chris,
dat klopt voor zover je bedoelt dat Nederland niets mag inhouden op die pensioenen, dat de uitkeringsinstantie niets meer mag inhouden in Nederland en dat ze in Thailand aangegeven dienen te worden.
Je lijkt de uiteenzetting van Lammert niet gelezen te hebben…….
Beste Cornelis,
Ik vertel mijn verhaal, hoe ik mijn vroegpensioen geregeld heb. Mijn vrouw heeft accounting gedoceerd voor bijna 40 jaar. Zij kent de thaise belastingswet en het wel en wee omtrent het betalen van belasting doorr de thai. Doe er je voordeel mee. In nederland is heel veel te controleren. Hier kunnen ze niet zoveel controleren. Bijna alles wat overheid is, is chaos. Kijk maar naar het beleid omtrent Covid.Wat betreft AOW, is slechts informatie die ik nu heb. Ik Ben pas aan de beurt over 5 jaar. We zien wel wat het dan is.
Groetjes
Fred
Dit is ook van toepassing wanneer je een privaat pensioen naar het ABP hebt overgebracht en daarna als rijksambtenaar werkzaam bent geweest.
Voor mij 12 jaar opbouw PGGM pensioen ingebracht in ABP, ABP opbouw 24 jaar.
Van pensioen uitkering 2/3 deel belast in Nederland en 1/3 deel belast in Thailand.
Albert, Ik heb 13 jaar PGGM naar het ABP overgebracht. Tot nog toe nooit die verdeelsleutel toegepast om te laten belasten tussen Thailand-Nederland of nu Frankrijk-Nederland. Hoeveel voordeel heb je er ongeveer van?
Doordat in Nederland het inkomen niet in de hoogste belastingschijf meer zit en je in Thailand gebruik kan maken van de nodige vrijstellingen bespaar ik ca 5000 euro per jaar.
Zoek op internet naar “ECLI:NL:RBBRE:2011:BP7009” voor de uitspraak van de rechtbank.
Hallo,
Ik denk wel meer. 400000 bath is met de huidige koers al 10000 euro. en je betaalt ook nog 3 of 4 procrent minder loonbelasting.
Groetjes Fred
Ayutthaya
In thailand is het wel de moeite waard. De loonbelasting is 3 of 4% lager en iedere thai(en dus ook jij) hoeft over de eerste 400.000 bath geen belasting te betalen. Vanaf je pensioen is dat nog meer.Hoeveel weet ik nu niet.. Dat is makkelijk verdiend. Je moet er alleen wat moeite voor doen.
Mijn vroegpensioen heb ik nu bruto/netto voor 4 jaar. Mijn pensioen duurt nog dik vijfjaar
Groetjes Fred
Ayutthaya
Als gepensioneerd ambtenaar van de Belastingdienst. Buitenland te Heerlen een Dikke Pluim voor de duidelijke en juiste uitleg m.b.t. tot de ABP pensioenen. Zelfs medewerkers van deze dienst weten niet hoe het in elkaar zit en verstrekken onjuiste inlichtingen!!!
W.H.M.J., dat verbaast me niets.
Ik herinner me nog heel goed dat ‘Heerlen Buitenland’ de remittance base (art 27 verdrag) wilde invoeren en emigranten verplichtte om de pensioenen uit NL rechtstreeks naar Thailand over te laten maken en dat terwijl de Hoge Raad hier duidelijk over was. Ik heb mijn nek uitgestoken naar een ambtenaar van die dienst, noem geen namen maar het was een mevrouw, die niet wist hoe snel ze haar ‘keutel’ moest intrekken en haar ongelijk toegeven.
Een excuus? Nou, dat zat er niet aan. Een brief aan alle betrokkenen? Daar wachten ze nog steeds op. De remittance base is van de baan, gelukkig.
Ik begrijp dat er een reorganisatie gaande is bij de fiscus en dat er te weinig echte kennis overblijft. Dat is jammer voor de burger. We herinneren ons de toeslagaffaire die een vlek op die dienst legt. Ik ben 50 jaar belastingadviseur geweest en heb mogen werken met die ambtenaren maar heb helaas ook moeten zien dat de feitenkennis bij hen ernstig achteruit ging. Maar de houding ‘wij weten het allemaal, aanvaard het nu maar’ is helaas gebleven.
dat klopt. remittance is niet van toepassing op voor de heffing alleen aan Thailand toegewezen niet overheidspensioenen.
Dag W.H.M.J.,
Dank voor jouw compliment.
Jouw mening over de deskundigheid op dit punt van de medewerkers van de Belastingdienst/kantoor Buitenland deel ik. Zelfs als ze de beschikking hebben over het diensttijdoverzicht van het ABP lukt het vaak nog niet om een goede weging te maken van de verdeling in publiek- en privaatrechtelijk pensioen, wanneer daarbij verschillende deeltijdfactoren en meetelwaarden een rol spelen.
Ook de ‘doe-het-zelvers’ wil ik wijzen op dit laatste.
Heb je bijvoorbeeld 20 jaar gewerkt binnen het openbaar onderwijs met als deeltijdfactor 0,7303 (geen volledige dienstbetrekking), dan telt dit voor 14,6 jaren.
Heb je vervolgens 20 jaar gewerkt binnen het bijzonder onderwijs met als deeltijdfactor 1 (een volledige dienstbetrekking) dan heb je uiteindelijk 34,6 volle dienstjaren en moet je het ABP-pensioen opdelen in 14,6/34,6 overheidspensioen en 20/34,6 particulier pensioen.
Nog lastiger wordt het als je ook nog een aantal keren een uitkering hebt genoten van het UWV met verschillende deeltijdfactoren en een meetelwaarde van 50%..Dan ben je gedwongen om e.e.a. uit te werken in een rekenprogramma, zoals Excel.
Bedankt Lammert. Het ziet er heel professioneel en betrouwbaar uit.
Ik heb 24 jaar bij een onderwijsverzorgingsinstelling gewerkt. De eerste (ongeveer) vier jaar als overheidsinstelling, daarna werd het een stichting, dus je zou zeggen: vier jaar publiek en twintig jaar privaat. Dus een hybride ABP-pensioen, met het accent op privaat.
Maar nu meende ik ergens gehoord te hebben, dat als een ABP-loopbaan publiek begon, het niet meer privaat kan worden. Dus voor mij 24 jaar publiek ABP-pensioen, dus volledig belastbaar in Nederland. Maar klopt dit volgens jou? Het speelt nu nog niet, maar komt er wel aan.
Wat jij gehoord hebt, Eric, daar moet je snel afscheid van nemen want niets is minder waar.
Met name binnen het onderwijs voltrok zich in de jaren 80 van de vorige eeuw een ware privatiseringsgolf. Alle projecten waren daarbij niet even succesvol. Niet zelden is zij gepaard gegaan met een vermindering van de kwaliteit van het onderwijs.
Maar hoe het ook zij, na privatisering heb je te maken met een hybride pensioen: na emigratie deels belast in Nederland en deels belast in Thailand. Aan de hand van het diensttijdoverzicht van het ABP (te downloaden via ‘Mijn ABP’) kun je snel achterhalen hoe je de opdeling moet maken. Hou daarbij wel rekening met een mogelijk afwijkende deeltijdfactor (minder dan 100%).
Dat van die privatiseringsgolf in het onderwijs klopt. Bizar genoeg waren het juist PvdA’ers die deze privatiseringsgolf aanjoegen. Ik herinner me Ritzen, Wallage en uiteindelijk ook Kok. Het was Wim Kok die zich eens liet ontvallen dat hij de hele onderwijsverzorging niet zag zitten en haar liever kwijt wilde. Inclusief massaontslagen natuurlijk. Die gedeeltelijke massaontslagen kwamen er, dankzij de privatisering, toch wel. Ik heb deze periode nipt overleefd.
Maar jouw prachtige artikel is een waardevol document, een pronkstuk hier op het blog. Ik heb het gekopieerd en geplakt en als document op mijn harde schijf gezet, inclusief het betekenisvolle compliment van W.H.M.J.
Mocht ik er t.z.t. niet uitkomen, dan weet ik je te vinden en kun je mij als klant noteren. Nogmaals dank!
Hallo Lammert,
Zeer bedankt voor deze uiteenzetting.
Ik ben daardoor eens mijn dienstbetrekking bij het onderwijs nagegaan.
van 1 febr 1978 tot en met 31 juli 1994 werkte ik op een technische school (was een stichting) = privaat
van 1 juli 1995 t/m 31 juli 2017 was het een gemeente school (na fusie) = openbaar.
Ik woon sinds juli j.l. in Thailand en heb voldoende saldo op een Thaise bank om te voldoen aan de inkomen/saldo eis van immigratie en hoef geen maandelijks bedragen over te maken.
Ik leef nu de komende jaren van de winst van mijn verkochte huis in NL en laat mijn pensioen in NL op mijn lopende rekening storten.
Na een jaar kan ik daar een bedrag van overmaken naar Thailand, en dan is het volgens mij spaargeld. Over spaargeld wordt in Thailand geen belasting geheven.
Ik betaal dan alleen belasting in NL over mijn pensioen.. Heb ik dat goed ? Ik heb zoiets eens op het blog gelezen.
groet
Ferdinand PI
Dat is helemaal correct, Ferdinand, maar speelt zeer waarschijnlijk pas ingaande het belastingjaar 2022. Ik ga er nl. vanuit dat jij voor 2021 niet aan de dageneis zult voldoen. Dat betekent dat, mocht je toch dit jaar nog inkomen naar Thailand overboekt, dat inkomen niet belast is in Thailand.
Lees maar eens wat het Thai Revenue Department daarover op haar website te zeggen heeft:
“Taxpayers are classified into “resident” and “non-resident”. “Resident” means any person residing in Thailand for a period or periods aggregating more than 180 days in any tax (calendar) year. A resident of Thailand is liable to pay tax on income from sources in Thailand as well as on the PORTION OF INCOME FROM FOREIGN SOURCES that is BROUGHT INTO THAILAND. A non-resident is, however, subject to tax only on income from sources in Thailand. ”
Overigens gaat het door Nederland met Thailand gesloten Verdrag ter vermijding van dubbele belasting uit van meer dan 183 dagen.
Ferdinand,
het verdrag is beslissend. Dan gaat het om verblijven. Als je meer dan 180 in Thailand verblijft is alleen de Thaise wetgeving van belang .En die geeft aan wat hier boven staat. Als bewijslast kun je de data van de in- en uitreisstempels gebruiken. Volgens door mij gewonnen procedure is dat voldoende. Wat de inspecteur verder zou eisen is irrelevant.
Bij 180 dagen ben je resident en dus wordt je aangemerkt als Thais belastingplichtige..
De Nederlandse inspecteur geeft op verzoek een vrijstelling inhouding loonbelasting af aan het pensioenfonds dat niet overheidspensioen uitkeert.
Wat betreft verzoek tot ambtshalve vermindering: als de bezwaar termijn op de betreffende definitieve aanslag inkomstenbelasting is verlopen dan rest alleen nog het verzoek om ambtshalve vermindering. De inspecteur neemt dan een beslissing om dat verzoek al dan niet in behandeling te nemen.
Het Verdrag is inderdaad leidend. De daarin genoemde termijn bedraagt echter meer dan 183 dagen. Maar dat is maar een kleinigheid.
Met name het laatste deel van je reactie bevat te veel onjuistheden, onvolkomenheden dan wel onvolledigheden om daar zomaar aan voorbij te gaan, heer Gerritsen.
Je schrijft: “Als de bezwaartermijn is verlopen dan rest ALLEEN nog het verzoek om ambtshalve vermindering.”
Dat is niet juist. Als je niet zo’n goede schrijver bent, terwijl je je aangifte wilt aanpassen, dan kun je ook simpelweg volstaan met het inzenden van een nieuwe aangifte. Kijk hoe je dat moet doen op:
https://www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/nl/belastingaangifte/content/ik-heb-een-foutje-ontdekt
De opnieuw ingezonden aangifte wordt beschouwd als een verzoek om ambtshalve vermindering en ook als zodanig afgedaan.
Jouw opmerking: “De inspecteur neemt dan een beslissing om dat verzoek al dan niet in behandeling te nemen” suggereert een grote mate van vrijblijvendheid aan de zijde van de inspecteur. Zo van: “Het is maandagmorgen en ik heb er nog even geen zin in. Daarom zal ik dit verzoek maar niet in behandeling nemen.”
Maar zo werkt het niet De inspecteur is wel degelijk gebonden aan diverse wettelijke voorschriften, zoals voorgeschreven in de Wet inkomstenbelasting 2001, de Algemene wet inzake rijksbelasting en de Algemene wet bestuursrecht.
Lees maar eens wat de Wet inkomstenbelasting 2001 hieromtrent te melden heeft (e.e.a. voor zover van belang):
“Artikel 9.6. Bijzondere regels voor ambtshalve verminderingen
• 1 Een ambtshalve vermindering van een belastingaanslag geschiedt uitsluitend op de voet van dit artikel.
• 3 Indien de belastingplichtige een verzoek om ambtshalve vermindering heeft gedaan en dat verzoek geheel of gedeeltelijk wordt afgewezen, BESLIST de inspecteur dat bij een voor bezwaar vatbare beschikking.”
“Beslist” is dwingend en niet facultatief!
Voor de inspecteur bedraagt de beslistermijn bij een verzoek om ambtshalve vermindering acht weken. M.a.w.: hij moet wel degelijk het verzoek in behandeling nemen en daarop beslissen. Bij een (gedeeltelijke) afwijzing van het verzoek is zijn beslissing vervolgens vatbaar voor bezwaar.
Voldoet de inspecteur niet aan zijn verplichtingen dan staan voor de belastingplichtige diverse mogelijkheden open zoals o.a.:
a. het in gebreke stellen van de inspecteur, onder het stellen van een dwangsom;
b. de regels voor het instellen van bezwaar en uiteindelijk beroep wegens fictieve afwijzing van het verzoek.
Lammert, ik ben blij dat je de puntjes steeds weer op de i wilt zetten.
Al begrijp ik goed dat het vak zo ingewikkeld is geworden dat niet iedereen het begrijpt; de wet is immers pas 20 jaar jong…:)
We zijn het bijna eens.
Alleen als er een definitieve aangifte is ingediend gevolgd door een definitieve aanlag waarvan de bezwaar termijn is verlopen dan rest alleen een ambtshalve verzoek. Te laat is immers te laat.
Een nieuwe aangifte voor hetzelfde jaar wordt in dat te late geval ook ingediend buiten en na verloop van de wettelijke termijn en gezien als bezwaar wat dan te laat is. De inspecteur kan dat dan aanmerken als een verzoek om ambtshalve vermindering.
In plaats van een tijdig bezwaarschrift kan ook een tijdige nieuwe aangifte worden ingediend dat dan als tijdig bezwaar wordt behandeld.
En uiteraard moet de benadering van een ambtshalve verzoek door de inspecteur zorgvuldig gebeuren. Dat spreekt voor zich. Jouw suggestieve benadering is voor jouw rekening.
En, wat die dagen betreft.
In het verdrag staat “Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking „inwoner van een van de Staten” iedere persoon die, ingevolge de wetgeving van die Staat, aldaar aan belasting is onderworpen op grond van zijn woonplaats, verblijf, plaats van leiding of enige andere soortgelijke omstandigheid.” En in Thailand is op grond van Thaise wetgeving ontstaat de onderworpenheid bij 180 dagen!!
Het is maar een kleinigheid.
Ik was in 2021 in Thailand van 1/1/21 t/m 28/3/21 = 87 dgn
Nu ben ik tussendoor naar NL geweest en ben op 28/7/21 weer in Thailand gearriveerd
van 28/7/21 t/m 31/12/21 = 157 dgn .. In totaal levert dan 244 dgn op.. dus ben ik dit jaar meer dan 183 dagen in Thailand.
Met belangstelling het bericht en de reacties gelezen. Mijn vraag: Zou hier sprake kunnen zijn van discriminatie? De ene krijgt minder rechten dan de andere. Misschien een idee een klacht in te dienen het College Rechten van de Mens?