Haar naam is Anong, maar in Nederland noemen ze haar An of Annie. Een Nederlandse bijnaam, alsof het haar makkelijker moet maken om hier te passen, denkt ze. Ze voelt zich een vreemde in een dorp waar alles traag beweegt, behalve de wind. Het is koud. Niet de frisse bries die ze kent van thuis, maar een rauwe kou die zich onder haar huid nestelt. De kou zit in de muren, in de grond en lijkt zelfs in de mensen te zitten, stug en gesloten.
Elke ochtend verlaat haar vriend het huis. Hij zegt het met dezelfde kalme stem: “Ik ben rond zes uur weer thuis, An.” Dan gaat de deur dicht, en de stilte valt als een zware deken om haar heen. De leegte van het huis slokt haar op. Ze probeert het op te vullen, het gevoel te verdrijven. Maar wat moet je met een groot, stil huis als je geen idee hebt wat je ermee moet vullen?
Ze probeert zichzelf op te peppen. De cursus Nederlands, waarvoor ze haar ogen uit haar hoofd heeft gestudeerd. “Woonkamer,” mompelt ze, “bank, raam, kast.” Ze herhaalt het woord voor alles wat ze ziet, alsof dat de afstand tussen haar en deze wereld kleiner maakt. Maar de woorden blijven vreemd, net als de kou.
’s Middags trekt ze haar jas aan en wandelt door het dorp. Kinderen met rode wangen fietsen in felgekleurde jassen voorbij, en oudere dames trekken boodschappenkarretjes over de hobbelige trottoirs. Ze voelen haar ogen op hen branden, maar kijken niet terug. Ze is hier de vreemde, dat voelt ze elke dag. In het park ziet ze een hond kwispelen, vol leven. Ze glimlacht, even, een flinterdunne seconde.
Thuis is het anders. De wind waait altijd door de palmbladeren, het eten ruikt kruidig en rijk, en mensen lachen hardop. Hier gaat alles stil, alsof elke beweging overlegd moet worden. Ze mist haar familie zo hevig dat het voelt alsof er een gat in haar borstkas zit. Elke hap van het brood dat haar vriend ’s ochtends voor haar klaarmaakt, smaakt naar karton.
En dan is er de tijd, al die eindeloze uren. Ze heeft zich zelden eerder verveeld, in haar hele leven niet. In Thailand was er altijd iets te doen, iemand om mee te praten, een markt om te bezoeken, een tempel om voor te bidden. Hier lijkt de klok te treiteren, elke minuut wordt een uur. Ze probeert tv te kijken, probeert te lezen, zelfs de Nederlandse soapseries waar ze geen woord van begrijpt, maar het voelt allemaal hol.
Ze wil hem vertellen hoe diep haar verdriet gaat, hoe het knaagt aan haar ziel. Maar hoe kan ze hem dat uitleggen? Hoe kan ze zeggen dat zijn droom, zijn ideale leven hier in dit stille, besneeuwde dorp, haar langzaam doodt? Hij heeft zoveel gedaan voor haar, zoveel betaald ook. De inburgeringscursus, de vergunningen, de vliegtickets. Zijn liefde heeft haar hier gebracht, maar ze weet niet meer of het genoeg is. Soms, als de avonden donker worden en de stilte oorverdovend is, overweegt ze het. Teruggaan. Of gewoon… verdwijnen. Ze heeft niemand om dit mee te delen. Zelfs woorden voelen zinloos.
Ze denkt aan hun zes jaar samen. Ze wil hem niet teleurstellen. Hij kijkt haar soms met die liefdevolle blik aan, alsof hij niet ziet dat ze al kilometers ver van hem afdrijft. Als hij thuiskomt, kijkt hij naar haar zoals hij altijd doet, blij en misschien een beetje moe van de dag. Ze lacht terug, automatisch, en serveert hem het avondeten dat ze zelf nauwelijks kan doorstaan.
Op een dag, als de regen onophoudelijk tegen de ramen slaat, valt het haar te zwaar. Het voelt als een vlaag, de gedachte om het allemaal op te geven. “Misschien,” zegt ze tegen zichzelf, “misschien is er geen uitweg.” Ze zit aan de keukentafel, haar handen in haar schoot gevouwen, en denkt aan haar moeder, haar zusje, de markten vol geur en leven. Ze wil terug, en toch… het betekent het einde van alles wat zij en hij samen hebben opgebouwd.
Die avond komt hij eerder thuis. Hij ziet haar ogen en weet dat iets niet klopt. “Wat is er, An?” vraagt hij, met die zachte stem die haar zo vertrouwd is en die nu pijn doet.
En daar, in dat moment, kan ze niet anders. De woorden komen eruit, als een waterval. De heimwee, de eenzaamheid, de eindeloze kou die niet alleen haar lichaam, maar haar hele bestaan doordringt. Hij luistert, zwijgend, maar zijn ogen verharden.
“Waarom heb je niets gezegd?” vraagt hij uiteindelijk. Zijn stem breekt een beetje, en ze voelt zich schuldig, alsof zij degene is die alles heeft verpest. Maar diep vanbinnen weet ze: ze moest het hem vertellen, anders zou ze zichzelf verliezen.
De symboliek van hun relatie wordt haar ineens pijnlijk duidelijk. Ze is een tropische vogel in een koud nest en hoe diep zijn liefde ook gaat, hij kan haar niet geven wat ze mist…
Over deze blogger
-
Mijn leeftijd valt officieel onder de categorie ‘bejaard’. Ik woon al 28 jaar in Thailand – probeer dat maar eens na te doen. Nederland was ooit het paradijs, maar het raakte in verval. Dus ging ik op zoek naar een nieuw paradijs en vond Siam. Of was het andersom en vond Siam mij? Hoe dan ook, we waren elkaar goed gezind.
De ICT zorgde voor een regelmatig inkomen, iets wat jullie ‘werk’ noemen, maar voor mij was het vooral een tijdverdrijf. Schrijven, dat is de echte hobby. Voor Thailandblog pak ik die oude liefde weer op, want na 15 jaar zwoegen verdienen jullie wel wat leesvoer.
Ik begon op Phuket, verhuisde naar Ubon Ratchathani, en na een tussenstop in Pattaya woon ik nu ergens in het noorden, midden in de natuur. Rust roest niet, zeg ik altijd, en dat blijkt te kloppen. Hier, omgeven door het groen, lijkt de tijd stil te staan, maar dat doet het leven gelukkig niet.
Eten, vooral veel – dat is mijn passie. En wat maakt een avond compleet? Een goed glas whisky en een sigaar. Dan heb je het wel zo’n beetje, vind ik. Proost!
Foto’s, daar doe ik niet aan. Ik sta er altijd lelijk op, terwijl ik toch weet dat Brad Pitt erbij verbleekt. Het zal wel aan de fotograaf liggen, denk ik dan maar.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur8 november 2024‘Verloren in het koude Nederland: een Thaise vrouw in een stille strijd’
- Reisverhalen7 november 2024‘Chiang Mai en haar verhaal van strijd en trots’
- Column6 november 2024‘Jesse raakt verstrikt in een wanhopig spel van vrijheid en overleving’
- Cultuur5 november 2024‘Een Vlaming op zoek naar een tweede leven vol eenvoud en mooie momenten’