‘Mijlenver verwijderd van bitterballen en Hollandse praatjes’
Ergens in het noorden van Thailand, waar de lucht zo vochtig is dat je spontaan begint te condenseren, woon ik samen met mijn Thaise vrouw Sue. Een eenvoudig maar degelijk huis, midden in de natuur. Hier ben ik thuis. Geen Nederlanders, geen borrels, geen gedoe. Alleen de natuur en ik. Dat is genoeg.
Ik ben geen man van grote woorden of pretenties. Al dat gepraat over “jezelf vinden” en “groeien als persoon” laat me koud. Ik ben hier niet om mezelf opnieuw uit te vinden, noch om met anderen te praten over de vraag of je kroketten in Thailand kunt laten bezorgen.
De expatcommunity die zich verzamelt rond bitterballen en Hollandse gezelligheid voelt voor mij als een deel van een leven dat ik bewust achter me heb gelaten. Nee, ik ben hier om te verdwijnen, of beter gezegd, om mezelf een beetje kwijt te raken. Want is dat niet veel interessanter? Om niet constant te zoeken, maar gewoon even niets te hoeven zijn? Hier, tussen de bomen en het gezang van de vogels, mag ik verdwijnen in de eenvoud van het bestaan. Zonder opsmuk, zonder druk, zonder verwachting.
Ik heb helemaal geen zin in sociale contacten. Nederlanders zijn net magneten; waar er één is, volgen er al snel meer. Voor je het weet, zit je samen te praten over de prijs van kaas in Nederland en de bureaucratie van de Belastingdienst. Daar zit ik niet op te wachten. Ik hoef geen gedoe van mijn oude leven in deze groene oase. Hier bepaalt de natuur mijn agenda.
De zon wekt me als een te enthousiaste buurman die niet begrijpt dat je uitslapen ook een optie is, terwijl de vogels een ochtendorkest beginnen dat nooit synchroon loopt. Wat zou een gesprek met een medelander daar nog aan kunnen toevoegen? Een paar retorische vragen, dat wel. Maar ik heb mezelf al geleerd die te beantwoorden.
De natuur leert me meer dan mensen ooit hebben gedaan. Neem de mangoboom voor mijn huis. Elk jaar groeit er één tak bij, langzaam, alsof hij eerst een comité van bladeren raadpleegt. Geen haast, geen stress, alleen pure toewijding. Het dwingt me om na te denken over mijn eigen drang om dingen “af te maken.” Waarom toch altijd dat gejaagde gevoel, alsof er iets te verliezen valt? De boom weet beter. Alles op z’n tijd.
Of kijk naar de gekko’s op mijn plafond. Altijd aanwezig, altijd alert, maar nooit gestrest. Als een vlieg ontsnapt, halen ze hun schouders op – figuurlijk dan – en wachten op de volgende. Ze hebben waarschijnlijk een cursus zen gevolgd die ik gemist heb. Ik zou me ook wat vaker moeten neerleggen bij wat niet lukt.
Soms denk ik na over mensen. Niet uit verlangen, maar meer uit nieuwsgierigheid. Zijn we echt zo sociaal als we altijd beweren? Of zoeken we elkaar op uit gewoonte? Uit angst voor stilte? Uit angst voor onszelf? Hier, in de stilte, valt op hoeveel er van binnen gebeurt als je niets hoeft te delen. Het is alsof de stilte de ruis uit mijn gedachten haalt. En toch, heel soms, mis ik een lach die niet van mij is. Of een woord dat niet uit mijn eigen mond komt. Het is een klein gemis, nauwelijks voelbaar, maar het is er.
Misschien, ooit
Misschien dat ik ooit weer contact zoek. Maar dan alleen als ik daar zelf behoefte aan heb, niet omdat het van me verwacht wordt. Voorlopig zijn Sue, de vogels, de bomen en die gekko op het plafond genoeg. Ze vragen niets van me en vullen mijn dagen met onverwachte schoonheid. Dat is meer dan ik ooit van mensen heb gekregen.
En mocht het ooit zover komen dat ik tóch een bitterbal mis, dan weet ik de Nederlanders vast wel te vinden. Maar tot die tijd blijf ik hier. Gewoon een beetje verdwalen in de stilte. Want soms is verdwalen precies wat je nodig hebt om jezelf te vinden, al moet ik zeggen dat een kompas in de jungle ook best handig zou zijn…
Over deze blogger
-
Mijn leeftijd valt officieel onder de categorie ‘bejaard’. Ik woon al 28 jaar in Thailand – probeer dat maar eens na te doen. Nederland was ooit het paradijs, maar het raakte in verval. Dus ging ik op zoek naar een nieuw paradijs en vond Siam. Of was het andersom en vond Siam mij? Hoe dan ook, we waren elkaar goed gezind.
De ICT zorgde voor een regelmatig inkomen, iets wat jullie ‘werk’ noemen, maar voor mij was het vooral een tijdverdrijf. Schrijven, dat is de echte hobby. Voor Thailandblog pak ik die oude liefde weer op, want na 15 jaar zwoegen verdienen jullie wel wat leesvoer.
Ik begon op Phuket, verhuisde naar Ubon Ratchathani, en na een tussenstop in Pattaya woon ik nu ergens in het noorden, midden in de natuur. Rust roest niet, zeg ik altijd, en dat blijkt te kloppen. Hier, omgeven door het groen, lijkt de tijd stil te staan, maar dat doet het leven gelukkig niet.
Eten, vooral veel – dat is mijn passie. En wat maakt een avond compleet? Een goed glas whisky en een sigaar. Dan heb je het wel zo’n beetje, vind ik. Proost!
Foto’s, daar doe ik niet aan. Ik sta er altijd lelijk op, terwijl ik toch weet dat Brad Pitt erbij verbleekt. Het zal wel aan de fotograaf liggen, denk ik dan maar.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur19 januari 2025‘Mijlenver verwijderd van bitterballen en Hollandse praatjes’
- Leven in Thailand17 januari 2025‘Georganiseerde chaos: een ode aan de Thaise wirwar’
- Cultuur15 januari 2025‘De mystiek van Thaise vrouwen’
- Cultuur13 januari 2025‘Het verkeer in Bangkok is dansen met chaos’
Heel mooi. Zo voel ik mij ook. Hier in België. Weliswaar en helaas zonder gekko’s. Mijn Thaise vriend en ikzelf hebben hier ook geen zin in vrijwillige sociale contacten, noch met Thai of Belgen. En fritten (patat?) met mosselen halen we gewoon aan de frituur hier ‘een scheet’ verder. Rijst in de buurtwinkel. ‘Home is where the heart is’ en voor mijn vriend: Home is where I lay my hat. Geniet ervan!