De trein denderde door het donkere landschap, een eenzame stalen slang die zich een weg baande door de nacht. Nit zat in een hoek, haar rugzak tegen haar borst geklemd. Haar ademhaling was eindelijk tot rust gekomen, maar haar gedachten draaiden nog steeds in cirkels. Ze had gewonnen, dacht ze. Ze had Pattaya achter zich gelaten. Maar de wereld laat je nooit zomaar ontsnappen.
Bij het volgende station stapten er twee mannen in. Nit voelde meteen dat er iets niet klopte. Ze waren te netjes gekleed voor een nachtelijke treinreis, hun houding te zelfverzekerd. Eén van hen had een onzichtbare autoriteit over zich, terwijl de ander ongeduldig met een sigaret speelde, zelfs al was roken verboden.
Ze zagen haar meteen.
Nit voelde haar hart in haar keel. Ze draaide zich instinctief naar het raam, maar het was al te laat. De mannen liepen langzaam door de wagon, hun voetstappen klonken als donder in haar oren. Ze hield haar rugzak steviger vast en voelde het koude staal van het mes dat ze erin had verborgen.
Toen ze vlak voor haar stoel stonden, sprak de eerste man. Zijn stem was kalm, bijna vriendelijk. “Nit, we willen alleen het geld. Geef het ons, en we laten je gaan.”
Haar handen trilden, maar ze liet het niet merken. “Ik weet niet waar je het over hebt.”
De man glimlachte dun. “Lieverd, we doen dit niet voor het eerst. We weten dat je het hebt. Maak het jezelf niet moeilijk.”
Nit’s ademhaling versnelde. Haar hoofd draaide overuren. Ze kon het hen geven, deze nachtmerrie beëindigen. Maar ze wist dat het niet zo simpel was. Als ze het geld afgaf, zouden ze haar misschien niet laten gaan. Niet als ze wist wie ze waren.
“Ik heb niets”, herhaalde ze, haar stem steviger dan ze zich voelde.
De man knikte naar zijn partner. Die greep haar pols met brute kracht, zo hard dat ze bijna het mes liet vallen dat ze inmiddels uit de rugzak had gehaald. Ze reageerde instinctief. Het mes flitste in het zwakke licht van de trein en raakte vlees. De man schreeuwde, een rauwe, dierlijke kreet die de hele wagon vulde.
Het was alsof de wereld even stil stond.
De man deinsde achteruit, bloed gutste uit zijn arm. Nit stond op, haar hele lichaam trillend van adrenaline. De andere man keek haar aan, zijn glimlach verdwenen. Hij haalde een pistool tevoorschijn.
“Nit”, zei hij, zijn stem nu ijskoud. “Je hebt jezelf zojuist de dood ingejaagd.”
De trein begon te vertragen. Het volgende station was in zicht. Nit wist dat dit haar enige kans was. Ze keek de man recht in de ogen en zonder een woord te zeggen gooide ze zichzelf naar de dichtstbijzijnde deur. Ze rukte hem open en sprong.
De wereld draaide om haar heen terwijl ze door de koude lucht viel. Ze landde met een harde klap in de modderige berm naast de sporen. Alles deed pijn. Haar rug, haar benen, haar hoofd, maar ze leefde. Ze hoorde de mannen schreeuwen in de trein die langzaam tot stilstand kwam.
Met alle kracht die ze nog had, stond ze op. Haar enkel voelde alsof hij gebroken was, maar ze liep. Strompelde. Weg van de trein, weg van de mannen, weg van alles.
De ochtend brak aan toen ze eindelijk stil stond. Ze was in het midden van nergens, omringd door uitgestrekte rijstvelden. Haar rugzak hing scheef aan één schouder, zwaar van het geld dat haar bijna haar leven had gekost. Ze zakte neer op haar knieën, het mes nog steeds in haar hand. Haar hele lichaam was een bonkend, trillend wrak.
En toen gebeurde het.
Een auto verscheen in de verte. Eerst een stipje, toen groter. Een zwarte SUV, glimmend in het vroege licht. Nit’s adem stokte. Ze wist wie het waren. Ze wist dat dit het einde was.
De auto stopte vlak voor haar. De deur ging open en de man met het pistool stapte uit. Zijn ogen waren koud, berekenend. Hij liep langzaam naar haar toe.
“Je hebt een goede poging gedaan”, zei hij, bijna bewonderend. “Maar dit is voorbij.”
Nit keek naar het mes in haar hand. Ze had geen kans. Ze wist dat ze zou verliezen. Maar op de een of andere manier voelde ze geen angst meer. Alleen woede. Woede op Pieter, op deze mannen, op het leven dat haar nooit een uitweg had geboden.
Ze stond op, het mes in haar hand. “Kom het halen dan”, siste ze.
De man glimlachte weer, alsof hij haar moed respecteerde. Hij hief het pistool.
Een schot klonk door de velden. Vogels vlogen op. En daarna… stilte.
Toen de mannen vertrokken, lieten ze haar lichaam achter in de modder, de rugzak leeg. Maar in die laatste seconden had Nit iets teruggevonden wat ze jaren geleden verloren had: controle. Zelfs in het aangezicht van de dood had ze geweigerd te buigen.
De rijstvelden fluisterden zacht in de wind, alsof ze haar verhaal zouden bewaren. Nit was misschien verdwenen, maar haar gevecht, haar verzet, zou niet vergeten worden…
Over deze blogger
-
Mijn leeftijd valt officieel onder de categorie ‘bejaard’. Ik woon al 28 jaar in Thailand – probeer dat maar eens na te doen. Nederland was ooit het paradijs, maar het raakte in verval. Dus ging ik op zoek naar een nieuw paradijs en vond Siam. Of was het andersom en vond Siam mij? Hoe dan ook, we waren elkaar goed gezind.
De ICT zorgde voor een regelmatig inkomen, iets wat jullie ‘werk’ noemen, maar voor mij was het vooral een tijdverdrijf. Schrijven, dat is de echte hobby. Voor Thailandblog pak ik die oude liefde weer op, want na 15 jaar zwoegen verdienen jullie wel wat leesvoer.
Ik begon op Phuket, verhuisde naar Ubon Ratchathani, en na een tussenstop in Pattaya woon ik nu ergens in het noorden, midden in de natuur. Rust roest niet, zeg ik altijd, en dat blijkt te kloppen. Hier, omgeven door het groen, lijkt de tijd stil te staan, maar dat doet het leven gelukkig niet.
Eten, vooral veel – dat is mijn passie. En wat maakt een avond compleet? Een goed glas whisky en een sigaar. Dan heb je het wel zo’n beetje, vind ik. Proost!
Foto’s, daar doe ik niet aan. Ik sta er altijd lelijk op, terwijl ik toch weet dat Brad Pitt erbij verbleekt. Het zal wel aan de fotograaf liggen, denk ik dan maar.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur20 november 2024‘In de schaduw van Pattaya speelt Nit een gevaarlijk spel’ (deel 1/4)
- Cultuur20 november 2024‘In de schaduw van Pattaya speelt Nit een gevaarlijk spel’ (deel 2/4)
- Cultuur20 november 2024‘In de schaduw van Pattaya speelt Nit een gevaarlijk spel’ (deel 3/4)
- Cultuur20 november 2024‘In de schaduw van Pattaya speelt Nit een gevaarlijk spel’ (deel 4 en slot)
Prachtig realistisch geschreven verhaal waarmee honderdduizenden te maken hebben in een andere context, maar het ware leven achter de glimlach waar de toerist en 95% van de mensen geen weet van heeft.
Zelf 2x gevlucht in een aantal jaren. Voorbeeld nooit met trein vluchten, maar met auto van vrienden en elke stad overstappen in bus en taxi en weer bussen. Zorgen dat je minimaal 8 steden langsgaat om uiteindelijk op een schuiladres te komen.
Nooit naar instanties of de politie gaan.
Nooit bellen met mobiele telefoon en geen contact nemen met families, vrienden of kennissen en na 2 jaar kun je proberen terug te gaan.
Helaas moesten wij weer vluchten en heeft alles bij elkaar 6 jaar gekost om vrij te komen van deze mensen.
Ja Piet,
Nu zul je zeker nog lang en gelukkig leven.
Maar jouw reaktie is uit jouw leven gegrepen en je zou daar ‘n mooi- en realistisch verhaal over kunnen schrijven.