Het huis KhunChang (JaaoKun / Shutterstock.com)

Thailand’s meest beroemde epos gaat over de tragische liefdesdriehoek tussen Khun Chang, Khun Phaen en de schone Wanthong. Het verhaal dateert waarschijnlijk uit de 17de eeuw en was van origine een mondelinge vertelling vol drama, tragiek, seks, avontuur en het supernatuurlijke. In de loop ter tijd is het constant aangepast en uitgebreid, en bleef zo een populair en vermakkelijk epos dat door rondreizende vertellers en troubadours werd uitgedragen. Het was aan het Siamese hof, eind negentiende eeuw, dat het verhaal voor het eerst werd vastgelegd op schrift. Zo onstond er een gestandaardiseerde, gekuiste versie, van dit beroemde verhaal. Chris Baker en Pashuk Phongpaichit vertaalde en bewerkte dit verhaal voor een Engelstalig publiek en publiceerde zo ‘The Tale of Khung Chang, Khun Phaen”.

Vandaag deel 5 en tevens het slot.

Khun Chang’s petitie aan de koning

Phrai Wai leefde content met zijn Simala en Soifa, maar er was toch nog een groot gemis, zijn moeder. “Het is een schande dat ze nog niet over haar uitval met vader is gekomen. Hij is nu van adel maar toch blijft ze bij die lelijke, slechte echtgenoot van een Chang. Ik haal haar bij hem weg en breng haar terug naar vader”. Rusteloos wachtte hij tot de juiste dag om zijn plan uit te voeren.

Toen dat moment gekomen was bracht hij de juiste offerandes en mantra’s, en begaf zich die nacht naar het huis van Khun Chang. Met zijn mantra’s opende hij de sloten en deuren en verzekerde hij zich ervan dat iedereen in diepe slaap was. Hij betrad de kamer waar Khun Chang en Wanthong sliepen en maakte zijn moeder wakker. Wanthong schrok maar hij sprak kalmerend, “Rustig maar moeder, ik ben maar”. Hij vertelde haar hoe zijn leven nu vol geluk was op een bijtende pijn na, het gemis van moeder samen met zijn vader. Wanthong was geraakt en zei, “Oh mijn lieve zoon toch, toen je vader terugkwam uit Chiang Mai diende hij geen verzoek in bij de koning om mij terug te vragen. Raadpleeg eerst je vader en leg jullie zaak voor bij de koning. Hij zal jullie vast gunstig gezind zijn. Ontvoer mij niet, dat is niet hoe ik het wil”. Phra Wai stond echter op zijn plan en benadrukte dat alles goed zou komen, om escalatie te voorkomen besloot ze haar zoon te volgen.

Die ochtend ontdekte Khun Chang dat zijn vrouw verdwenen was. Waar hij en zijn bedienden ook zochten, Wanthong was nergens de vinden. Een man arriveerde bij het huis van Khun Chang en riep, “Ik ben een dienaar van Phrai Wai. Hij stuurt zijn beste wensen. Vannacht werd hij plotseling ernstig ziek en hij wou zijn moeder hierover berichten. Zij is nu naar haar zoon om voor hem te zorgen, zodra hij weer beter is zal ze terug keren”. Khun Chang is razend, “Die verdomde vader en zoon! Ze zijn als helden onthaald en nu denken ze zeker alles te kunnen flikken?! Dan kennen ze Khun Chang nog niet!!”. Hij schreef een petitie aan de koning om de kidnapping van zijn vrouw aan te kaarten.

Phim en Phlai Kaeo in katoenvelden (JaaoKun / Shutterstock.com)

Midden in de nacht ontwaakte Khun Phaen, hij kon alleen maar aan zijn Wanthong denken. Daarop begaf hij zich naar het huis waar zijn zoon en vrouw verbleven. Hij zag Wanthong slapen en hij sprak zachtjes, “Wordt wakker mijn lief”. Wanthong was wakker maar liet dat nog niet merken, haar hart was verstikt met zowel verstikkende liefde als woede. Phun Phean sprak, “Ben je boos dat ik je verlaten heb? Mijn liefde voor je is er nooit minder om geworden. Ik ben fout geweest. Elke dag heb ik aan je gedacht. Schat, ik smeek je om vergiffenis”. Hij streelde haar teder, Wanthong opende haar ogen en zei, “Ik wil je liefde niet teleurstellen. Als ik je al buiten mijn hart gesloten had dan was ik nooit naar hier meegekomen. Je bent en blijft nog steeds mijn echtgenoot. Maar ik vrees voor de dag dat ik sterf en mij moet verantwoorden voor mijn zonden, één vrouw met twee echtgenoten!”

Die ochtend ontving de koning Khun Chang en zijn petitie. Zodra hij de inhoud vernam verloor hij zijn geduld, “Waarom deze haast?! Weten de mensen dan niet dat Wanthong niet de enige vrouw op aarde is?! De laatste keer gaf ik haar aan Khun Phaen en nu dit! Waarom is ze bij Khun Chang gaan wonen? Laat Wanthong, Khun Phaen en Phrai Wai onmiddellijk hier komen!”.

Bij hun aankomst verbeterde de gemoedstoestand van de koning iets, “Kijk, Wanthong, ik heb je opgedragen bij Khun Phaen te wonen. Waarom ben je daar niet gebleven en ben je weer bij die Khun Chang gaan wonen? En nu wil je weer terug naar Khun Phaen?? Je lijkt wel schipperen tussen twee echtgenoten, heen en terug”.

Wanthong maakte een buiging en hief haar handen samen boven haar hoofd, “Majesteit, toen Khun Phaen opgesloten zat was ik hoogzwanger. Khun Chang kwam en zei dat Zijne Majesteit mij aan hem had gegeven. Ik wou niet mee maar hij dwong mij, verzet was zinloos”. De koning spuugde vuur, “Khun Chang, jij lelijke obscene aap! Een beetje een vrouw heen en weer trekken. Denk je soms dat ik een heerser ben zonder enig gezag?! Je verdient stokslagen tot op het bot!”

De koning vroeg aan Wanthong, “Hoe ben je nu terug bij Khun Phaen gekomen? Ben je weggerend of kwam iemand je halen?”. Deze vraag maakte Wanthong nerveus, “Majesteit, ik keerde terug omdat Phra Wai mij kwam halen.” “Phra Wai vertoont arrogant gedrag, alsof dit land geen heerser heeft. Niemand hier respecteert de wet, iedereen doet maar wat hij wil. Ik heb Wanthong aan Khun Phaen gegeven, maar Khun Chang heeft haar meegenomen en valselijk mijn naam genoemd. Hij verdient hier ter plekke geheel bewusteloos geslagen te worden en een rijpe kokosnoot in zijn mond gepropt te krijgen! En jij, Phrai Wai, jij hebt een ernstige misdaad begaan. Waarom heb je Wanthong niet overdag opgehaald? Khun Chang beticht je van ontvoering, dat is een ernstig feit. Als je je moeder zo miste, had dan de juiste rechterlijke procedures gevolgd. Je verdient zweepslagen”.

Rechtszaak met koning (JaaoKun / Shutterstock.com)

De koning keerde zich tot Wanthong, “Deze hele affaire door toedoen van een vrouw, het heeft jaloezie en rivaliteit opgewekt. Wie Wanthong als partner heeft moet vandaag voor eens en altijd vastgesteld worden. Zucht. Wanthong, maak een finale beslissing, hier en nu. Jij en het hebben van twee mannen maakt mij kwaad. Hou je van de tweede echtgenoot, ga dan naar Khun Chang. Hou je van je oorspronkelijke partner, ga dan naar Khun Phaen. Draai niet zo rond en rond, dat kweekt afkeer!”.

Dit bevel maakte Wanthong uitermate nerveus. Als ze zou antwoorden vreesde ze het gezag van de koning. Khun Chang rees zijn wenkbrauwen, Phrai Wai tuitte zijn lippen richting zijn vader. Wanthong’s hoofd tolde rond in verwarring. Onzeker over wat te doen, bleef ze stil.

De koning vroeg, “Hou je soms van geen van beide? Zeg het dan. Als je bij je zoon wilt zijn is dat geen bezwaar. Wat je wenst zal ik bevelen en dat zal het laatste woord zijn”. Wanthong raakte al haar gedachten kwijt, “Hoe kan ik zeggen dat ik Khun Chang liefheb, terwijl ik werkelijk ook maar niet een beetje van hem hou? Ik hou van Khun Phaen en van mijn zoon. Als ik verkeerd reageer zal de koning in razernij ontsteken en geen genade kennen. Wees neutraal, laat de koning zijn beslissing maken” Ze boog haar hoofd en sprak, “Mijn liefde voor Khun Phaen is een grootse liefde omdat we lief en leed gedeeld hebben in het oerwoud. We hadden niets anders dan elkaar. Al de tijd dat ik bij Khun Chang was heeft hij nooit een slecht woord gesproken en me overladen met bergen geld. Zijn bedienden waren mijn bedienden. Phra Wai is mijn vlees en bloed. Ik heb hem opgebracht en hou net zoveel van hem als mijn echtgenoot.” Terwijl ze daar zo sprak begon haar lichaam te beven en trillen van angst, uit vrees voor het gezag van de koning.

De koning ontstak in woede zoals buskruit nabij vlam, “Oh Wanthong, hoe kun je toch zo zijn? Je kunt niet eens zeggen van wie je houdt! Je hart wenst beide mannen en dus pendel je heen en weer. Je hart is dieper dan de diepste krochten van de oceaan. Zo diep dat het opvullen er van met stenen, rotsen, vlotten, scheepsmasten of hele boten geen verschil zou maken. Je bent zonder eer en geweten, kwaadaardig. Een zwart hart, als een parel van stront. Je hebt een prachtig uiterlijk en een mooie naam, maar je hart kent geen enkele loyaliteit. Zelfs dieren weten wat ze willen en paren alleen in het seizoen. Je bent totaal oneervol, een hoer, vol onverzadigbare lust. Alles wat nieuw is pak je gretig aan. Je kent geen enkele voldoening. Zelfs de vrouwen in een harem hebben maar één enkele minnaar tegelijkertijd. Aan niemand snuffelen zovelen als jij! Waarom zou ik jou als last in mijn koninkrijk dulden? Phra Wai, zie haar niet als je moeder! Khun Chang en Khun Phaen, ik zal nieuwe echtgenotes voor jullie beiden vinden. Er zijn genoeg geschikte, mooie vrouwen. Dit tuig, deze slet, is ongepast om lief te hebben. Snij haar uit jullie harten! Zucht. Executeer haar, nu onmiddellijk! Rijt haar lichaam open zonder genade en laat geen enkele druppel bloed mijn land bevuilen. Leg bananenbladeren neer en voer het aan de honden. Als het de grond raakt blijft het kwaad dolen. Executeer haar, voor alles en iedereen om te aanschouwen!”

De dood van Wanthong

Wanthong werd weggeleid naar de executieplaats buiten de stadspoort. Khun Phaen, Phra Wai en Khun Chang volgenden gehaast en vol ongeloof. Bericht werd gezonden aan Laothong, Kaeo Kiriya, Soifa, en Simala, alsmede de ouders en schoonouders van Wanthong. Deze arriveerde in waren eveneens in een staat van shock en verbijstering. Aangekomen bij de executieplaats zakte Wanthong in elkaar. Ze omhelsde haar geliefde zoon, “Vandaag moet ik voor altijd afscheid van je nemen. Nog voor het vallen van de avond zal ik dood zijn. Ga alsjeblieft naar huis mijn kind, wacht niet tot het moment daar is. De aanblik van mijn lichaam zonder hoofd zal uiterst ellendig zijn. Kijk naar me nu ik nog leef, zodat dat het beeld is wat je van je moeder hebt wanneer je aan mij terugdenkt”. Phra Wai masseerde haar, “Ik heb je zo gemist moeder, daarom kwam ik je halen. Ik wist niet dat mijn daad zou leiden tot jouw dood. Dit voelt als een kind die zijn eigen moeder vermoord”. Hij draaide zich om, “Hey beul, hak mij hoofd er af en niet het hare. Laat mij sterven in plaats van mijn moeder”. Khun Phean drukte zijn gezicht in de rug van Wanthong, “Wat zonde dat we zoveel ellende hebben moeten doorstaan. Vele rivieren, bossen en ravijnen hebben we doorkruist. Een leger van duizenden heb ik verslagen om jou te beschermen. Zo triest dat dit nu moet gebeuren. Ik heb de levens van honderdduizenden mensen gered maar het leven van mijn grootste liefde kan ik nu niet redden. De koning heeft gesproken. Gaf hij je maar een pardon. Wacht hier en ik zal hem om gratieverzoeken”. “Doe dat niet, weest niet overhaast! De keer toen je dat deed voor Laothong kwam je in het gevang terecht. Deze keer zal je op zeker tot de dood veroordeeld worden. Ik vrees de akelige hel. Leef en maak verdiensten, dan kun je die mij toezenden”. Phra Wai zei, “Vader, ik zal de koning vragen haar gratie te verlenen, ongeacht wat de gevolgen ook mogen zijn”. Hij richtte zich tot de beul, “Wacht alsjeblieft met het uitvoeren van de straf, ik haast mij nu naar de koning”. “Ga, met spoed! Als je er te lang over doet vrees ik de macht van de koning te veel om de executie nog verder uit te stellen”.

Phra Wai haastte zich naar het paleis, en gebruikte mantra’s om de koning in een positieve gemoedstoestand te brengen. “Wat brengt je hier? Hebben ze je moeder al geëxecuteerd?”, vroeg de koning. “Majesteit, meest machtig heerser aller landen, mijn leven is onder de koninklijke voet. Uw goedheid kent geen grenzen. De moeder van uw nederige dienaar is een slechte vrouw, welke van het juiste pad is gedwaald door buitenzinnige gevoelens van lust. Zijne hoogheid heeft haar terecht geen medelijden getoond. Betrof het een zus, tante of oma dan zou ik haar zonder medelijden laten sterven, maar dit is mijn moeder, wie mij in haar buik gedragen heeft. Aan haar dank ik mijn leven. Uwe majesteit, ik smeek u, pardonneer haar en laat haar in plaats daarvan lijfstraffen en erbarmelijke opsluiting ondergaan die passen bij haar onjuiste gedrag”. De koning voelde compassie, “Ik heb sympathie voor je Phra Wai. Je hebt koninklijke gunsten verkregen en mijn dank nog niet geheel verbruikt. Ik zal als beloning haar straf opheffen”. Hij gaf een ambtenaar opdracht om het bevel over te brengen aan de beul, “Haast je, voordat het zwaard valt”. Phrai Wai en de ambtenaar bestegen een paard en galoppeerde er snel vandoor, met een witte vlag in de hand als tekenen van het pardon.

De beul zag hen in de verte aankomen en was verward. Door het karma van Wanthong zag hij niet goed wat er gaande was, “Phrai Wai ging te voet en nu komt er iemand te paard met een vlag in de hand. De koning zal wel ontzettend kwaad zijn geworden toen Phrai Wai zijn petitie overbracht en bericht vernam ze nog steeds niet gedood was. Ik zal de schuld krijgen. Snel, voer de executie uit!”. De beul rees zijn zwaard, het glinsterde een ogenblik in het licht, daalde neer en doorkliefde Wanthong haar nek. Zo eindigde het leven van de schone Wanthong.

“Wanthong, my love, how can this be, – never to see your bright beauty again?

Some karma made in time’s domain – did foreordain this unfortunate end.”

EINDE

Een persoonlijk woord tot slot

Het verhaal zoals hier door mij beschreven laat slechts de hoofdlijnen van dit epos zien. Vele details, passages en dialogen heb ik weg moeten laten. Zo staat het vol beschrijvingen van al het natuurschoon, toekomstvoorspellingen, geestvereringen en hoe hogere machten gebruikt worden ter zelfbescherming of bondgenoot in de strijd. Grappige scenes met monniken die zich niet helemaal gedragen volgens het boekje (o.a. drank) heb ik weggelaten. En zo ook diverse scenes waarin zowel vrouwen als mannen per ongeluk of expres in hun blote kont staan. Dat waren naar mijn mening grappig scenes waar simpelweg geen ruimte voor was in deze korte versie van het epos.

Als zijnde vermakelijke volksverhaal deden diverse versies en uitbreidingen de ronde. Toen begin 20ste eeuw de koninklijke versie door prins Damrong als officieel boekwerk uitgebracht werd, kwam zo een gekuiste ‘standaardversie’ tot stand. Daarin worden de vrouwen als onderdanig beschreven, die hun plek kennen onder hun echtgenoot en die zich ‘correct’ gedragen. Vrouwen dienen in deze versie meer als een soort van beloning na succesvolle strijd of verleidingskunsten van de mannen. In oude volksversies waren de vrouwen veel krachtiger en mondiger. Neem de ontmoeting van Phim (Wanthong) en novice Keao (Khun Phaen). In de volksversie neemt zij het initiatief en de leiding: ze flirt met hem terwijl hij een novice is en blokkeert zijn response door hem erop te wijzen dat het verboden is om tijdens de aalmoesronde met vrouwen te praten.

Khun Phaen in het alternatieve verhaal (JaaoKun / Shutterstock.com)

Een andere aanpassing door prins Damrong betrof het karakter van Khun Phaen, in zijn standaard editie van het verhaal kreeg Phaen meer slechte eigenschappen toebedeeld. Zo verkrijgt Khun Phaen zijn Kuman Thong niet op een begraafplaats maar door het bloederig vermoorden van één van zijn vrouwen. Hij steekt een mes in zijn slapende vrouw en snijdt de foetus uit haar buik, om vervolgens het kindje boven een vuur te grillen en tot zijn persoonlijke geest te maken.

Chris Baker en Pasuk Pongpaichit zochten hierin een middenweg. Hun samengestelde Engelstalige editie is tot een zeer geslaagd geheel gekomen. Ik kan dus zeker aanraden dit te lezen. Er is keuze uit meerdere uitgaven. Een dikke versie vol details en een ingekorte (abridged) version zonder toelichtingen. Er is ook nog een bundeling van alternatieve scenes uit het epos beschikbaar, de Companion volume.

  • The Tale of Khun Chang Khun Phaen: Siam’s Great Folk Epic of Love and War, Translated and edited by Chris Baker and Pasuk Phongpaichit, Silkworm Books, ISBN: 9786162150524.
  • The Tale of Khun Chang Khun Phaen – Abridged Version. ISBN: 9786162150845.
  • The Tale of Khun Chang Khun Phaen – Companion volume. ISBN 9786162150531

Over deze blogger

Rob V.
Rob V.
Sinds 2008 een regelmatig bezoeker aan Thailand. Werkt op de boekhoudafdeling van een Nederlandse groothandel.

Gaat in zijn vrije tijd graag fietsen, wandelen of een boek lezen. Voornamelijk non-fictie met in het bijzonder de geschiedenis, politiek, economie en maatschappij van Nederland, Thailand en landen in de regio. Luistert graag naar heavy metal en andere herrie

6 reacties op “Khun Chang Khun Phaen, Thailand’s meest bekende legende – deel 5 (slot)”

  1. Rob V. zegt op

    Een uitsnede van een schilderij met de slotscène: Phra Wai komt te paard aangegaloppeerd, met de witte vlag in zijn hand, terwijl zijn moeder enkele seconden verwijderd is van haar noodlot:
    https://board.postjung.com/940803

    In de recente dramaserie met Wanthong in als middelpunt heeft men de volgende interpretatie aan deze scène gegeven (fragment uit de laatste aflevering van วันทอง), het geeft een indruk van de rituelen rondom een executie: https://www.youtube.com/watch?v=iZZg3RRBv6E

  2. Tino Kuis zegt op

    Dank voor deze vijf afleveringen, Rob V. Het is een goede samenvatting. Er wordt wel gezegd dat als alles wat des Thais is verdwijnt behalve dit epos men in staat is de Thaise taal en de Thaise gewoonten en gebruiken bijna geheel te herstellen vanuit dit boek. Het bevat ook op iedere bladzijde mooie kleine tekeningen van voorwerpen, kleding, gewassen etc.

    • Tino Kuis zegt op

      Het boek ligt op mijn nachtkastje en ik lees er vaak enige bladzijden uit vóór het slapen.

      • TheoB zegt op

        Ik hoop dat je daarmee niet wil zeggen dat het verhaal zó slaapverwekkend is dat je na een paar blz. al in slaap valt. 🙂

        Ik ben blij dat we de in dit epos beschreven praktijken bijna helemaal achter ons gelaten hebben. Hoewel in Thailand …
        Ik vond de metaforen voor de seksscènes wel grappig en het ruime gebruik van magie lachwekkend.

        @Rob. V: bedankt voor deze samenvatting. Zal ook weer aardig wat werk geweest zijn.

  3. Rob V. zegt op

    De vrouw in de alternatieve versie is de dochter van een beruchte bandietenleider. Haar naam is Buakhli (บัวคลี่, boewa-klîe): “bloeiende lotus”. Zij wil hem met aansporing van haar vader vergiftigen, maar dat mislukt. Khun Phaen vertrouwt haar niet langer en wil haar straffen voor de poging tot moord. Wanneer zij slaapt staat hij met een mes boven haar, voor een moment is Khun Phaen met zichzelf in conflict: “Hoe kan zoiets moois zo kwaadaardig zijn?”, dan zet hij door en steekt haar in de buik en verkrijgt zo het kind dat ze samen verwekt hadden.

    In de TV serie Wanthong is dat weer wat aangepast zodat het een daad van mededogen is ipv moord.

    De diverse alternatieve segmenten in de Companion Edition zijn zeker ook het lezen waard. Zo is er een versie van het verhaal waar Phlai Ngam al in Phichit in het huwelijk treed met Simala. Nadat de moeder van Simala haar dochter verteld over de taken van een goede echtgenote, stapt Simala de kamer van Phlai Ngam binnen. Hij neemt haar meteen mee naar het bed maar zei zegt dan “Hey, Phlai! Wacht eerst tot de bedienden slapen!” en hij zegt dan “Maak je geen zorgen, we zijn hun niet tot last”.

    En elders in een alternatief verhaal slaat Khun Phaen zijn zoon Phlai Ngam op het hoofd en snauwt “je bent als een spin of hagedis die bij elk gaatje die hij ziet er meteen naar binnen wil!”. Reken maar dat die soms spannende of ondeugende woordspelingen en zinnen de mensen heel wat vertier gaf.

  4. KC zegt op

    Mooi verhaal ! Bedankt Rob !


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website