‘Een glimlach als echo van een verloren droom in Isaan’
De zon zakt traag achter de horizon, doordrenkt de lucht met vurige tinten die de hemel in vlam zetten. De stoffige grond onder de voeten van de farang voelt warm aan, nog nagloeiend van de hitte van de dag. Hij is ver van de toeristische routes en de glinsterende stranden waar zijn lotgenoten zich verdringen. In Isaan lijkt de tijd zichzelf te verliezen, op te lossen in een landschap waar eindeloze akkers van rijst en suikerriet elkaar afwisselen als een eeuwenoude wisseldans. Hier bestaan geen toeristen. Alleen reizigers, mensen die verdwalen zonder doel, op zoek naar een soort waarheid die zich misschien nooit zal laten vinden.
Hij ziet haar voor de eerste keer op een markt die uit het niets lijkt op te doemen langs een onverharde weg. Ze zit statig bij een mand vol verse mango’s, die ze verkoopt. Haar vingers glijden langzaam over het groene oppervlak van het fruit. Hij ziet haar niet meteen, maar ruikt eerst de zoete geur van rijpe vruchten. Wanneer hij opkijkt, vangt zijn blik die van haar. Hij lijkt even van slag door de betoverende schoonheid van de Isaanse. De warme glimlach die zijn richting op danst, voelt alsof er een sluier tussen hen wordt opgelicht. Haar ogen, diep en donker als een vollemaan-nacht, lijken hem te doorgronden, alsof ze hem al eerder heeft gezien. Niet hier, maar in een ander leven, in een ander verhaal. Een herinnering is geboren.
Ze spreken nauwelijks. Haar stem is zacht, haast fluisterend, wanneer ze hem iets aanbiedt dat hij niet begrijpt. Hij glimlacht terug, probeert een paar klanken van haar taal uit te spreken, maar ze klinken vreemd en hoekig in zijn mond. Toch is er iets in haar blik dat hem uitnodigt, een soort nieuwsgierigheid vermengd met medeleven, of misschien iets diepers, iets ongrijpbaars. Terwijl de avond valt en zij haar mango’s heeft ingepakt, lopen ze samen over de markt, alsof ze al jaren elkaars gezelschap zijn gewend. Er is geen haast, geen vragen die om antwoord schreeuwen. Er is alleen het moment, breekbaar en kostbaar dat als een flikkerend kaarslicht danst in de warme lucht.
Ze wisselen telefoonnummers uit, maar in de diepte van zijn hart weet de farang dat het iets vluchtigs is wat hij in handen heeft. De Isaan is geen plek waar dingen beginnen; het is een plek waar ze voorbijgaan, waar herinneringen oplossen in de hitte en verhalen slechts echo’s zijn van wat eens was. Toch, wanneer hij later op een gammele houten bank bij een eenvoudig eethuisje zit en een koud biertje drinkt, voelt hij de drang om haar opnieuw te zien. Hij leest haar korte berichten, eenvoudige zinnen zonder poëzie, maar met een eerlijkheid die hem raakt. Ze vraagt hoe hij de dag heeft doorgebracht. Hij antwoordt dat hij naar oude tempels heeft gezworven en geesten heeft geroken die rond de eeuwenoude ruïnes dwalen.
Hun ontmoetingen zijn schaars, steeds in het schemergebied tussen de dag en de nacht. Hij ontdekt dat ze niet alleen mango verkoopt, maar ook werkt in een kleine winkel waar traditionele zijden stoffen worden verkocht, geweven door de zachte handen van vrouwen zoals zij, die eeuwenoude technieken met zorg in stand houden. Ze spreekt wat meer Engels dan hij dacht, of misschien heeft ze gewoon geduld met zijn gestuntel. Ze wandelen langs stille rijstvelden, waar het water in de velden het laatste licht van de dag reflecteert. Soms zitten ze in bij een verlaten tempel, hun stemmen verstillen terwijl de avond zich rond hen sluit. Hij raakt haar hand aan, een vluchtige aanraking die hem meer doet beven dan hij wil toegeven. Hij weet dat hij zich niet kan verliezen in dit moment, maar het verlangen om dat toch te doen, om de tijd te bevriezen en alles om hen heen te laten oplossen in niets, is onweerstaanbaar.
De dagen in Isaan rijgen zich aaneen als een snoer van vergeten verhalen, een aaneenschakeling van ontmoetingen die zich telkens in het voorbijgaan voltrekken. En steeds weer keert hij terug naar haar glimlach, naar de belofte van iets wat misschien nooit zal zijn. Ze vertellen elkaar geen sprookjes; ze spreken niet van toekomst, geen plannen, geen beloften. Het is alsof ze beiden weten dat hun verhaal een einde kent, een grens die hen weer uit elkaar zal trekken, terug naar hun eigen werelden. Voor haar is het leven hier, in een eenvoudige houten woning naast haar ouders en haar jongere zusjes. Voor hem is het nergens, want hij is een reiziger, altijd onderweg, gedreven door een rusteloosheid die hem nooit een soort genoegzaamheid gunt.
Op een avond, wanneer de lucht zich vult met het geluid van krekels en de geur van houtvuur, neemt hij afscheid van haar. Hij probeert woorden te vinden, maar uiteindelijk omhelzen ze elkaar in stilte, de warmte van haar tengere lichaam tegen het zijne is een herinnering die hij met zich mee zal dragen, als een schaduw die hem volgt. Hij voelt haar tranen op zijn schouder en beseft dat hij haar hart misschien meer heeft geraakt dan hij ooit had bedoeld. Ze wuift hem na terwijl hij in een oude rammelende bus stapt die zich langzaam een weg baant door de nacht. Haar silhouet vervaagt langzaam achter een gordijn van stof.
Terwijl de bus zich sloom voortbeweegt, doemt de gedachte bij hem op dat sommige mensen in je leven komen als vluchtige verschijningen, even tastbaar als een droom, maar nooit werkelijk te bezitten. De Isaan, met haar uitgestrekte velden en eindeloze horizon, heeft hem een glimp gegeven van een ander soort leven, een leven dat misschien niet voor hem bestemd was, maar dat hem voor een moment betoverde. Haar ontwapende glimlach zal altijd blijven, als een echo van een vergeten lied, een stille herinnering die hem zal vergezellen, waar de weg hem ook naartoe leidt.
Over deze blogger
-
Mijn leeftijd valt officieel onder de categorie ‘bejaard’. Ik woon al 28 jaar in Thailand – probeer dat maar eens na te doen. Nederland was ooit het paradijs, maar het raakte in verval. Dus ging ik op zoek naar een nieuw paradijs en vond Siam. Of was het andersom en vond Siam mij? Hoe dan ook, we waren elkaar goed gezind.
De ICT zorgde voor een regelmatig inkomen, iets wat jullie ‘werk’ noemen, maar voor mij was het vooral een tijdverdrijf. Schrijven, dat is de echte hobby. Voor Thailandblog pak ik die oude liefde weer op, want na 15 jaar zwoegen verdienen jullie wel wat leesvoer.
Ik begon op Phuket, verhuisde naar Ubon Ratchathani, en na een tussenstop in Pattaya woon ik nu ergens in het noorden, midden in de natuur. Rust roest niet, zeg ik altijd, en dat blijkt te kloppen. Hier, omgeven door het groen, lijkt de tijd stil te staan, maar dat doet het leven gelukkig niet.
Eten, vooral veel – dat is mijn passie. En wat maakt een avond compleet? Een goed glas whisky en een sigaar. Dan heb je het wel zo’n beetje, vind ik. Proost!
Foto’s, daar doe ik niet aan. Ik sta er altijd lelijk op, terwijl ik toch weet dat Brad Pitt erbij verbleekt. Het zal wel aan de fotograaf liggen, denk ik dan maar.
Lees hier de laatste artikelen
- Cultuur21 december 2024‘Een liefde sterker is dan elke uitdaging’
- Cultuur19 december 2024‘Van droom naar realiteit’
- Cultuur17 december 2024‘Harde woorden over liefde, macht en geld’
- Cultuur15 december 2024‘De adem van de Chao Phraya’
Prachtig geschreven, het raakt me. U bent een woordkunstenaar en zou een boek moeten uitgeven. Ik ben de eerste die hem zal kopen.
Heel mooi verhaal en prachtig geschreven.
Ik sluit mij van harte bij de vorige spreker aan.
Heel herkenbaar….
Ben het geheel met de eerste reactie eens, want het is schitterend geschreven en de woordkeuzes zijn prachtig.
Doordat de Isaan mij ook zo bekend is, want ik woon er, is alles zo mooi beschreven en ruik ik de geuren die worden beschreven.
De sferen, de eenzaamheid, de pure schoonheid van een wereld die ik nog niet kende en de menselijke eerlijkheid die zo ontwapenend is.
Mooi geschreven hoor, niet te lang en een schitterende woordkeuze!!
Beste Kee Nok,
Dít vind ik pure poezie!!
Chapeau
Mooi verhaal
Het zou je daar zomaar kunnen overkomen als vrijgezel……