Thaise taal
In een eerder vertelseltje schreef ik over mijn eerste vlucht naar Thailand nu exact 25 jaar geleden. De reacties lezend deed het deugd dat ik blijkbaar niet de enige ben die nostalgische gevoelens koester. Het lintje bij ontvangst is minder belangrijk maar het zou mij bijzonder tegenvallen als ik niet met trompetgeschal en uiteraard met de nodige egards zal worden ontvangen. We zien het wel. Maar na de eerste vluchten nu iets heel anders.
Destijds had ik een een collega die in Maleisië de scepter zwaaide voor de multinational waarvoor ook ik werkzaam was in Nederland. Na zijn pensionering vestigde hij zich in Thailand en mijn belofte om hem daar te komen opzoeken was het begin van vele reizen naar dit land. Helaas overleed mijn vrouw tijdens de tweede reis op het eiland Koh Lanta aan een acute hartstilstand. Mijn reizen naar Thailand werden frequenter en steeds was ik een meer dan welkome gast in Chiangdao bij mijn oud-collega.
Samen hebben we per auto heel wat reizen door het hele land gemaakt.
Thais leren
Uiteraard sprak ik geen woord Thais tot het moment dat de hond van mijn gastheer om de hoek kwam kijken. Het beste beest was zeer op mij gesteld en de reden laat zich raden. Regelmatig stopte ik Rambo iets lekkers toe en dan ontstaat echte hondenvriendschap. Het beest week niet meer van mijn zijde tot het moment waarop zijn baas met forse stem en een breed armgebaar uithaalde met de woorden “Rambo pai.” Inmiddels had ik al vaker de vraag gekregen: “Pai ti nai?” en vanaf dat moment kwam ik – met dank aan Rambo – de betekenis van die drie woordjes aan de weet. De vrouw van mijn gastheer was Thaise en had in Amerika gestudeerd, dus kende onze conversatie geen problemen. Haar vraag of ik het leuk zou vinden als ze mij ietwat van de Thaise taal zou bijbrengen was het begin. Uiteraard wilde Joseph dat en het begon allemaal heel simpel met cijfers en getallen leren. Goed luisteren en fonetisch alles opschrijven. Vrij snel had ik het nung, song saam, roi, pan et cetera redelijk onder de knie, beter gezegd in mijn hoofd. Ze was een goede docente en leerde mij woordjes op een speciale manier.
Water
Het begon met alle woorden waar water aan te pas komt.
Naam plau, hong naam, fon tok, naam tok, ab naam en ga zo maar door. Als de dag van gisteren herinner ik me een vergissing die ik in dat prille begin maakte. In een restaurant trachtte ik mijn verworven kennis in de praktijk te brengen en vroeg aan een van de serveersters waar het toilet was. In plaats van ‘hong naam’ bezigde ik het woord ‘ab naam’ oftewel de douche.
Mijn vergissing was van het gezicht van de betreffende dame onmiddellijk af te lezen.
Eten en drinken
Ook eten en drinken was een dankbaar onderwerp waarover Amporn mij heel wat Thaise woorden bijbracht. Zal betreffende dat onderwerp een ander voorval evenmin snel vergeten. Bij de bekende grotten van Chiangdao wandelend kwam ik in gesprek met een aantal mannen die daar aan het werk waren.
Of ik de tam (grot) al had gezien zo begon het gesprek en al vrij snel kwam het onderwerp eten en drinken ter sprake. Op een bepaald moment noemde ik het woord ‘Rapetaan’ dat ik had geleerd als betekenis voor eten. De mannen kregen meteen de slappe lach en hadden het over ‘kin kauw’, een woord dat nog niet tot mijn vocabulaire behoorde. Het door mij gebezigde woord ‘rapetaan’ is zo vernam ik later heel wat voornamer en deftiger klinkend dan ‘kin kauw’.
Uitnodiging
En dan die keer dat ik evenals mijn gastheer en gastvrouw was uitgenodigd voor een groots bruiloftsfeest. Mijn taalvaardigheid was al iets meer uitgebreid en hele simpele zinnetjes rolden al rap uit mijn mond.
De vader van de bruid vroeg op een bepaald moment of ik het naar de zin had. Mijn antwoord luidde: “Soenak mak mak” oftewel er zijn hier veel honden. Mijn docente corrigeerde mij snel en ‘sanoek’ kwam er rap voor in de plaats.
Weer thuis in Nederland kocht ik een boek om mijn kennis van de taal te gaan verbeteren. Maar eerlijk gezegd is daar weinig van terecht gekomen en dat lag beslist niet aan het boek. Wonend in Nederland ontbreekt dan het heilige moeten. Toch heb ik heel wat plezier en ook menigmaal voordeel gehad van de geringe kennis van de Thaise taal die ik zoveel jaar geleden heb opgedaan. Met gemak kon ik bijvoorbeeld al te opdringerige lieden die allerhande meer of minder (on)eerbare voorstellen deden gemakkelijk van het lijf houden. Vlekkeloos kregen ze te horen dat ik geen toerist was maar een echte inwoner van Bangkok. En niet te vergeten bij een prijsonderhandeling. Per slot van rekening waren het getallen die mijn docente mij als eerste bijbracht.
Verblijvend in Thailand behoorde het door L.J.M van Gestel geschreven woordenboek Nederlands-Thai steevast tot mijn bagage. Een nieuw geleerd zinnetje kon daar in de praktijk worden getest bij de dames die in huis en tuin werkten bij mijn gastheer. Bij een juiste uitspraak ontving ik de complimenten maar menigmaal keken de dames mij onbegrijpend aan. Van Moergestel werd dan ten tonele gevoerd waarna een uitbundige lach bij de dames tevoorschijn kwam gevolgd door de juiste uitspraak.
De Thai moet naar mijn mening bijzonder intelligent zijn om een dergelijke klankentaal te leren spreken en niet te vergeten schrijven.
En wij dan mopperen dat de Thai de Engelse taal niet voldoende beheerst. Kom op, het gros van onze landgenooten kan nauwelijks fautloos zijn of haar eigen taal schreiven.
Over deze blogger
Lees hier de laatste artikelen
- Thailand tips1 november 2024Bang Krachao, de groene long van Bangkok
- Bezienswaardigheden12 oktober 2024Mijn pareltje in Bangkok
- Bangkok17 september 2024Wandelen door Chinatown
- Bezienswaardigheden28 juli 2024Wat Sothon, de marmeren tempel
Wat mij opvalt, is dat menig Thai erg slecht is in het “interpreteren” van onze Thaise uitspraak, terwijl wij heel erg veel fantasie nodig hebben om hun Thinglish of zelfs Thailish maar te begrijpen.
Dat laatste komt omdat Thai een toontaal is. Van bijna elk woord is er een equivalent met een andere toon en een totaal andere betekenis.Een verkeerde toon gebruiken leidt in veel gevallen tot een totaal ander verhaal. Zo is bijvoorbeeld _khie maa (paardrijden) echt iets anders dan \khie maa (paardenpoep). Een Thai let eerst op de toonhoogte en dan pas op de klanken.Kijk eens naar het (beroemde) zinnetje “/maj _maj \maj \maj /maj (Nieuw hout brandt niet, hè) (Toontekens volgens de genoemde Van Moergestel)
Ik heb in Antwerpen 6 jaar Thaise les gevolgd. Ik heb echter geen musical gehoor en de juiste tonen lukt mij echt niet…ook het gebrek aan een oefenpartner helpt niet echt! Oefenen, oefenen is de boodschap. Dat ik dan soms in ongemakkelijke situaties terecht kom is te verwachten
Nou spreek ik slechts Nederlands, Duits, Engels en Portugees, ben al jaren met Japans bezig (pas weer begonnen vanwege een geplande vakantie aldaar) en probeer ook al met minder succes een beetje Thais onder de knie te krijgen… het gaat erg moeizaam.
Je hoeft maar de klemtoon verkeerd te leggen en al gauw zeg je iets onbegrijpelijks… maar dat weet intussen ook al iedereen die hier langer of vaker komt.
Wat nu wel het verschil is met vroeger (dus zo’n 36 jaar geleden), is dat ook de Thais meer en meer de vreemde gebaren en klanken van ons westerse mensen begrijpen. Toen ik voor het eerst naar Thailand kwam in 1980 hoorde ik van andere reizigers zeggen dat het heel moeilijk was om in een Thais restaurant iets te bestellen, ook al lag de curry voor je neus en hoefde je maar aan te wijzen, kregen ze vaak niets. Ik kon dat niet geloven, maar ervoer hetzelfde later ook.
Dit is intussen toch veranderd.
N.a.v. de opmerking dat de Thai onze pogingen, altijd met de verkeerde toon, hun taal te spreken niet begrijpen: merkwaardig vind ik, dat Thai die in het buitenland werken er vrijwel altijd veel minder tot geen moeite mee hebben en het altijd heel leuk vinden als je wat pogingen daartoe doet. Zo herinner ik me lange gesprekken met een Thaise receptiedame in een goedkoop HongKongs hostel.
Maar alweer leuk en nostalgie ooproepend stukkie van d’n Jozëf.
Sommige Engelse heren spreken zo verfijnd Engels, dat men met deze heren een taalkamp zou moeten volgen om het gros ervan te begrijpen.
Zei een Thaise leraar Engels tegen Sombat (12 jaar), toen die in de klas vroeg waarom Bob zijn Engels in Walking Street tegen zijn moeder zo verschilde met het Engels dat hij op school kreeg.
Het Thais is inderdaad moeilijk te leren en gebruik ik vaak mijn ABC boekje waar ik veel woorden phonetish op schrijf. Maar wat te denken van de dialecten in onze Nederlandse taal. Sorrie, maar ik kan een plat sprekende Fries of Groninger, iemand uit zeeland en/of Limburg als zelf zijnde een Brabantse ook niet altijd volgen, dus, we blijven gewoon ons best doen en “spreken” met onze handen en voeten en gebarentaal komen we er wel.
Was vroeger in NL toch niet anders, mijn ouders hebben ook niet meer dan het verplichte onderwijs genoten omdat er geen geld was om verder te leren en zijn gaan werken met 14-15 jaar. Ben er van overtuigd als mijn ouders later waren geboren (na WOII) dan hadden ze zeker met succes een goede opleiding afgerond. Dit betekend echter niet dat mijn ouders minder zijn dan hun leeftijdsgenoten die wel hebben kunnen studeren. Integendeel.
Helaas zie je dit verschijnsel nog al te vaak in TH, geen geld ga maar werken.
Ik heb bij mijn eerste bezoek aan Thailand nu zowat 35 jaar geleden al meteen een klein woordenboekje Engels-Thai en Thai-Engels gekocht. Geen van die slechte toeristische rommelboekjes! Het heeft me wel enkele jaren gekost om een paar zinnen te maken maar in feite is Thais niet zo héél moeilijk als het lijkt. De grammatica is zelfs nog eenvoudiger dan Engels omdat men veel met omschrijvingen werkt en de zo beruchte “tonen” moet men ook niet overdrijven. Als men heel goed luistert hoe de Thai die uitspreken dan leert men dat ook vlug. Het is wel zo dat de Thaise taal geen enkele overeenkomst heeft met Westerse talen wat het nogal moeilijk maakt en soms zijn er moeilijke woorden bij maar dan zijn er ook weer zeer gemakkelijke woorden zoals “nam tok” = waterval of “kanom pang ping” = toast en ga zo maar door. Elke taal kan men trouwens leren alleen… men moet de moeite doen en veel geduld hebben en vooral GOED luisteren naar de Thai. Nog een opmerking: ik heb nu al meer dan 30 reizen naar Thailand erop zitten en de laatste jaren vooral 3 maanden overwinteren gecombineerd telkens met een maand verblijf op de Filipijnen zodat ik geen visum nodig heb om 3 maanden te overwinteren. Let wel, ik spreek de taal niet perfect maar voldoende om eenvoudige conversaties met de Thai aan te gaan en dat is voor mij het belangrijkste. Jan uit België
Beste,
Wij, mijn vrouwtje en ik, verstaan elkaar heel goed. In het begin was het wel een ietsie – pietsie moeilijker maar gaandeweg verbeterde het.
De vraag zal nu wel gesteld worden hoe we dàt gefikst hebben. Wel, hééél eenvoudig ; maak het niet moeilijk voor haar, maar spreek haar aan zoals zij naar jou toe spreekt.
Ik geef enkele voorbeelden:
Soms vraagt ze me ; darling when the money come on my book ? waarbij ze doeld op MIJN kbc rekening.
Een advokate/ advokaat is ; the lady with the white of the men…..
Een rechter is ; the bigg men with the white.
Zo zijn er tal van woorden die zij op haar manier dan vertaalt en ik ga er mee in.
Is soms heel leuk. Maar je moet wél opletten ? Niet in een lach te schieten, maar aantonen dat je haar begrijpt.
En zo is er een eigen ” huistaaltje ” ontstaan én het werkt prima. ; – ))
Groetjes,
Dre en Kita
Beste Dre,
ik ken in Belgenland nog zo een koppel (Belgisch-Thai) welke zo een eigen taaltje ontwikkeld hebben. Ik ben het wel eens met: taal is communicatie en het hoeft niet perfect het ene of het andere te zijn, zolang jullie elkaar berijpen. Het grote nadeel is wel dat niemand anders jullie verstaat en je, buiten elkaar, niemand anders jullie kan verstaan. Dus buiten jullie zelf ben je er niets mee.Toen ik de eerste maal dat koppel bezig hoorde vroeg ik me af: wat spreken die? Het was geen Nederlands, geen (verstaanbaar) Engels en ook geen Thais. Het was een eigen taaltje. Ik heb die taal toen een naam gegeven: PHASAA POKPOK.
Je lerares heeft je deftig, formeel taalgebruik geleerd. Onder elkaar praat men natuurlijk iets anders maar je maakt natuurlijk wel indruk dat je mooie woorden kent, of maakt je vrienden aan het lachen als je net als een schoolboek praat.
Volgens mijn leraar heb ik vast en zeker succes als ik een praatje maak met een leuke dame en dan vraag “อยากไปรับประทานอาหารด้วยกันไหม? (Jàak pai ráp-prà-taan-aahăan dôewaj-kan măi?), Zou je samen met mij een maaltijd willen gaan nuttigen?
Informeel zou ik kunnen gaan voor ไปกินข้าวด้วยกันนะ
(Pai kin khâaw dôewaj-kan ná), ‘laten we samen gaan eten’. Vast minder succesvol.
De juiste uitspraak wil vaak nog wel lukken, maar de juiste schrijfwijze leren is nog niet zo makkelijk.