Op een zweterig terras in Bangkok, waar de geur van knoflook en motorolie zich vermengen tot een cocktail van chaos, zitten ze. De expats. Verdeeld in twee kampen: de heilige optimisten met hun roze brillen en de verzuurde realisten met hun pikzwarte glazen.
De roze brillendrager is makkelijk te herkennen. Hij (of zij, maar meestal hij) straalt een gelukzalige euforie uit. Thailand is een paradijs, een oase van vrijheid waar de zon altijd schijnt en het leven één grote ‘sabai sabai’ is. Corruptie? Dat is hier gewoon een andere manier van zakendoen. Verkeersongevallen? Ach, dat is karma moet je maar beter opletten. Bureaucratische doolhoven? Een exotische vorm van mindfulness! En als de overheid ineens besluit dat je visumregels vandaag anders zijn dan gisteren, dan is dat geen chaos, dat is een test van je innerlijke rust.
De roze brillendrager glimlacht zen-achtig terwijl hij voor de 348e keer uitlegt dat ‘het dubbele prijzensysteem voor farang’ geen discriminatie is, maar ‘gewoon cultureel anders’. Hij wentelt zich in de illusie van eeuwige harmonie, omringd door locals die, zo denkt hij, hem als één van hen beschouwen. Zolang hij maar in zijn bubbel blijft, is Thailand perfect.
Dan heb je de zwarte brillendrager. Dit is de cynische, verbitterde expat die ooit met dezelfde dromen aankwam, maar inmiddels een ‘Masters Degree in Thai Disappointment’ heeft behaald. Voor hem is Thailand een en al corruptie, chaos en incompetentie. Service is een illusie, regels veranderen naar willekeur en achter elke glimlach schuilt een verborgen agenda. Waar de roze brillendrager een charmant detail ziet, ziet de zwarte brillendrager een structureel probleem. Een uitgelopen visumaanvraag is geen kleine tegenvaller, maar het bewijs dat dit land nooit écht modern zal worden.
De zwarte brillendrager nipt aan zijn lauwe Leo-bier als een verbitterde koloniale restjes eter. Hij kijkt om zich heen en zucht: weer een Thai die spookrijdt, weer een ‘vriendelijke’ glimlach die niet gratis is, weer een dag in het tropische gekkenhuis waar logica op sterven na dood is.
Twee totaal verschillende werelden, met slechts één zeldzame overeenkomst: ze houden van Thailand. De roze brillendrager omdat hij de realiteit negeert, de zwarte brillendrager omdat hij zich eraan ergert, maar er toch niet weg kan. Want hoe vaak de zwarte brillendrager ook zegt dat hij ‘er klaar mee is’, zijn koffers blijven onaangeroerd.
En dat is het echte mysterie van Thailand. Of je het nu idealiseert of verafschuwt, het houdt je in zijn greep. Misschien is het de warmte, de geuren, de smaken of de chaos. Misschien is het de eindeloze tegenstelling tussen frustratie en verwondering.
Misschien, en dat is de grootste grap van allemaal, zijn de roze en zwarte brillendragers uiteindelijk twee kanten van dezelfde munt. De ene drinkt Chang en noemt het paradijs, de andere drinkt Singha en noemt het een nachtmerrie, maar ze drinken allebei een biertje. Want Thailand laat je nooit echt los. Hoe hard je het ook probeert.
Over deze blogger
- De Expat (66) woont al 17 jaar in Pattaya en geniet van elke dag in het land van melk en honing! Vroeger werkzaam in de wegen en waterbouw, maar het grillige weer in Nederland ontvlucht. Woont hier met zijn Thaise vriendin en twee honden net buiten Pattaya, op 3 minuten loopafstand van het strand. Hobby's: genieten, uitgaan, sporten en met vrienden filosoferen over voetbal, Formule 1 en politiek.
Lees hier de laatste artikelen
- Column30 januari 2025Column – Thailand: paradijs of purgatorium? Roze versus zwarte brillendragers
- Column28 januari 2025Column – Opa’s tweede jeugd in Pattaya
- Column26 januari 2025Column – Boeddhisme op z’n Thais: Verlichting in een whiskyglas
- Column23 januari 2025Column – Thailand: het land van de glimlach… en moord en doodslag