Thailand, vrij land, het land van de vele genderlabels. Voor wie denkt dat wij West-Europeanen alles al hebben gezien met onze regenboogparades en feministische protestborden, nodig ik uit om het kleurrijke sociale experiment genaamd Thailand te ervaren.
Hier, waar de rijstvelden afgewisseld worden met neonlichten en de tempelrituelen met cabaretspektakels, is vrijheid het soort vrijheid dat gepaard gaat met een ironische knipoog. Wil je hier zijn wie je écht wilt zijn? Kom dan maar op, maar houd je hart vast voor het script van dit tropische theaterstuk.
Laten we beginnen bij de ladyboy. De kathoey, die zich met elegante doch onmiskenbare flair tussen man en vrouw positioneert. Het is een wonderlijke verschijning niet alleen in de toeristische hotspots waar de blonde mannen met ontzag (en een tikje zenuwachtigheid) naar kijken, maar ook in de lokale markten waar menige kathoey je een bord noedels serveert met een glimlach die het schaamrood op je westerse kaken tovert. Ladyboys zijn Thaise folklore, het levende bewijs dat de gendernormen hier flexibel zijn, althans zolang men zich houdt aan de regels van het spektakel. Vrijheid, ja, maar dan wel met een contract vol kleine lettertjes.
Tomboys zijn de mannen zonder adamsappels, de vrouwen zonder franjes. Een tomboy heeft zich gespecialiseerd in korte kapsels en baseballcaps en hoewel de Westerse wereld ze wellicht gewoon als “stoer” zou omschrijven, zijn ze hier een volwaardige seksuele identiteit. Stoer? Jazeker. Aanvaard? Tot op zekere hoogte. Tomboys moeten altijd binnen de lijntjes kleuren en vooral niet te mannelijk worden, want zodra je de delicate grens van het stereotiepe overschrijdt, verandert je vrijheid als bij toverslag in sociale afkeuring.
En dan is er de dee, die zich aan de tomboy vastklampt zoals een roos aan zijn doorn. De dee is het type vrouw dat geen genoeg krijgt van vrouwen met een “bad boy” uitstraling en dan met name van vrouwen die de grenzen van hun eigen gender net voldoende uitdagen om spannend te zijn, maar niet zo ver dat het ongemakkelijk wordt. De dee kan zich weliswaar helemaal verliezen in haar rol, maar de maatschappij kijkt toe, wachtend op het moment waarop de vrijheid te wild wordt en moet worden ingeperkt.
Maar het zou geen echte Thaise “menu-kaart” zijn zonder een verfrissende dosis bi en gay. Biseksuelen zijn hier zoals overal: gelukkige romantici die geen nee kunnen zeggen tegen een beetje van alles. En dan hebben we de “gay king” en “gay queen”, termen die zoveel lading dragen dat je de indruk krijgt dat je midden in een Shakespeareaanse tragedie bent beland. De “gay king” mag dan de troon bezitten, maar het is de “gay queen” die de show steelt. Toch blijft het bij schijnvrijheid, want binnen de rigide grenzen van wat men acceptabel acht, wordt ook van de gay gemeenschap een aangepast theaterstuk verwacht.
Ah, lesbians, waar de tom en dee dynamiek opnieuw opduikt in een wanhopige poging om te doen alsof je uniek bent, terwijl de maatschappij alles keurig labelt en categoriseert. Je mag je als lesbienne hier alles noemen, van een tom tot een dee, zolang het maar klinkt alsof je op zoek bent naar een man met een ander kapsel. Vrijheid? Misschien, maar dan wel onder voorwaarde dat jij je in het hokje laat passen.
Vergeet ook de transgenders niet, die hier een prominente plek hebben gekregen in het dagelijks leven. Natuurlijk, de samenleving lijkt deze mensen te omarmen, maar wees gerust: het is een omarming met één arm. De andere houdt een waarschuwende vinger omhoog, want hoewel transgenders in Thailand als kleurrijk en entertainend worden beschouwd, is het sociale script ook voor hen beperkt. Ligt je rol te ver buiten het strikte scenario dan voel je de ironische kilte van de maatschappij.
En dan komen we bij het moderne non-binary en genderqueer. Nieuwe concepten, jazeker, maar in een maatschappij waar genderflexibiliteit altijd al een poëtische vorm van normoverschrijding kende, voelen deze Westerse termen toch een tikje misplaatst aan. Voor de Thai die graag zijn culturele diversiteit tentoonstelt, is dit de westerse kers op de taart van hun eigen variëteiten.
Last but not least: de cha-cha. Jazeker, deze chaotische “genderbende” is de ultieme uitdrukking van vrijheid, want hoe kunnen we genderbepaling ooit serieus nemen als we het cha-cha noemen? Deze term is een ultiem theater, een carnavalskostuum dat zowel ruimte als beperkingen kent. In Thailand mag je cha-cha zijn, net zoals je voor één avond op een carnavalsbal mag verschijnen als wie je maar wilt totdat het masker valt en je terug in de sociale pas moet.
Dus, ja, Thailand is een land van vrijheid. Je mag alles zijn wat je wilt zolang de gemeenschap je glimlachend in het theater van het dagelijks leven kan plaatsen en de grenzen strak bewaakt blijven. Vrijheid? Zeker, maar wees voorbereid op het script dat altijd nét te strak om je schouders hangt. Want hoewel Thailand het kleurrijke paradepaardje van genderdiversiteit is, is het ook een arena waar maatschappelijke hypocrisie en individualiteit voortdurend in de clinch liggen. Geniet ervan, zolang het duurt.
Over deze blogger
- De Expat (66) woont al 17 jaar in Pattaya en geniet van elke dag in het land van melk en honing! Vroeger werkzaam in de wegen en waterbouw, maar het grillige weer in Nederland ontvlucht. Woont hier met zijn Thaise vriendin en twee honden net buiten Pattaya, op 3 minuten loopafstand van het strand. Hobby's: genieten, uitgaan, sporten en met vrienden filosoferen over voetbal, Formule 1 en politiek.
Lees hier de laatste artikelen
- Column14 november 2024Column – De valstrikken van het paradijselijke Thailand
- Column13 november 2024Column – In Thailand mag je alles zijn maar niet te ver buiten de lijntjes kleuren
- Column12 november 2024Column – Ponzidromen en lege beloftes in Thailand’s nieuwste zwendelverhaal
- Column11 november 2024Column – Massagesalons in Thailand en de kunst van nietsdoen
Ik denk dat het in principe niet veel uitmaakt wat je seksuele voorkeur is, zolang je de Thaise normen en waarden respecteert. Deze drie waarden – vrijgevigheid, morele discipline en geestelijke ontwikkeling – vormen de basis van de boeddhistische levenswijze in Thailand en ondersteunen het doel van een harmonieus en zinvol leven.
Het is toch simpel, laat iedereen gerust en doen wat hij of zij wilt, zolang ze niemand kwaad doen.
Is dit nu boeddhistisch of niet, die leer ken ik niet ..
Wat mij betreft mogen ze morgen alle kerken, synagogen en moskeeën ombouwen tot boeddhistische tempels als dit al dat “gezeik” (sorry) en “agressie” een halte toeroept aan eenieders gevoel / aardsheid.
“Leven en laten leven” is een oud en wijs gezegde.
Let wel, al dat LBGTQ gedoe / parade in onze westerse maatschappij hoeft voor mij ook niet, ik paradeer ook niet als hetero (keep it simple and quiet).
Je mag in Thailand alles zijn als je maar binnen de hokjes blijft? Het unieke in Thailand is juist dat er zoveel verschillende hokjes zijn en niet maar 2 zoals in de meeste landen en culturen.