Ach, de Shinawatra’s. Als de Thaise politiek een soapserie was, dan waren zij de familie die zelfs de writers’ room van Dynasty zou laten blozen van jaloezie. Thaksin, de patriarch van de machtige clan, is de vleesgeworden paradox.
Ooit een held van de armen, eens een globetrotter met een landverbod die meer tijd doorbracht in Dubai dan in de modderige velden die hij zegt te vertegenwoordigen. Zijn dochter Paetongtarn, de kroonprinses van de politieke dynastie, is op haar beurt het perfecte voorbeeld van hoe je erfelijkheid kunt verwarren met bekwaamheid.
De Pheu Thai Party is hun vehikel. Of, beter gezegd, hun familiebedrijf met een politiek sausje. Ze verkopen het als een democratisch project, maar het rook vooral naar een slecht verhulde poging om papa weer veilig thuis te krijgen. Want laten we eerlijk zijn, de terugkeer van Thaksin naar Thailand, is niet omdat hij heimwee had naar mango’s en Songkran-feesten. Nee, het is omdat hij wilde ontsnappen aan die vervelende gevangenisstraf die als een zwaard van Damocles boven zijn hoofd hangt. Een miljardair in de gevangenis, dat past niet in het script. Maar ook daar had de derderangs scriptschrijver aan gedacht, er werd een toneelstukje opgevoerd compleet met nekbrace om iedereen, maar te overtuigen hoe ziek Thaksin was en een zieke oude man stop je niet in een donkere cel, dus werd het een luxe verblijf in het ziekenhuis. Alwaar een wonder geschiede een spontane genezing en gratie op de koop toe. Het zal wel te danken zijn aan de amuletten die boven zijn ziekenhuisbed hingen.
Dochterlief Paetongtarn werd eerder al gepresenteerd als de frisse wind. Een nieuwe generatie, zo beweren ze, alsof dat automatisch een upgrade betekent. Maar hoe fris is een wind die continu door dezelfde familievilla waait? Ze krijgt haar mandaat niet door een briljant politiek programma, maar door haar achternaam. Achternaampolitiek, het is net als fastfood: het vult even, maar laat je daarna met een vieze nasmaak achter.
En dan de Pheu Thai Party zelf. Het is een meesterwerk van pragmatische hypocrisie. Verkiezingsbeloften als confetti, wegwerpbaar en kleurrijk, maar nooit bedoeld om op te ruimen. Voor het volk, zeggen ze. Maar welk volk? Dat van de straatmarkten of dat van de chique clubs waar politici hun deals sluiten met een glas champagne in de hand? Misschien beide, zolang ze maar stemmen blijven kopen en verkopen alsof het loterijtickets zijn.
Het blijft fascinerend hoe de Shinawatra’s zichzelf steeds opnieuw weten te verkopen. Ze zijn als een oude boyband die maar blijft touren, zelfs als hun grootste hits al jaren niet meer op de radio te horen zijn. Maar het publiek blijft komen, want de alternatieven zijn nog erger. In een politieke arena vol oude generaals, corrupte zakenmannen en gladde technocraten, is een vleugje dynastieke drama bijna charmant.
En zo draait de Thaise democratische draaimolen verder, met de familie Shinawatra als vaste attractie. Het is een show waar iedereen van geniet, maar niemand serieus neemt. Of misschien is dat precies het probleem: dat we lachen terwijl het land huilt. Want ja, het is een klucht, maar het is ook hun realiteit. En het enige wat wij kunnen doen, is popcorn eten en hopen dat de volgende aflevering minder voorspelbaar is. Al weten we allemaal dat altijd, vroeg of laat ergens weer een Shinawatra opduikt, waarschijnlijk met een grotere knipoog dan ooit.
Over deze blogger
- De Expat (66) woont al 17 jaar in Pattaya en geniet van elke dag in het land van melk en honing! Vroeger werkzaam in de wegen en waterbouw, maar het grillige weer in Nederland ontvlucht. Woont hier met zijn Thaise vriendin en twee honden net buiten Pattaya, op 3 minuten loopafstand van het strand. Hobby's: genieten, uitgaan, sporten en met vrienden filosoferen over voetbal, Formule 1 en politiek.
Lees hier de laatste artikelen
- Column24 november 2024Column – De Shinawatra clan en de politieke familie-show die nooit stopt
- Column23 november 2024Column – de Mia noi: statussymbool, luxeartikel en troostprijs in één
- Column22 november 2024Column – Hans en de Thaise liefdesdeal: romantiek per uur
- Column21 november 2024Column – Mai pen rai en de kunst van loslaten in een chaotische wereld
Maar zo werkt de macht daar toch? Tot iemand het omdraait zoals enkele legerheren hebben gedaan waarna de familie op de vlucht moest na een strafzaak. Maar Thailand vergeeft en vergeet vaak en snel; er zijn eerder al coupplegers naar een buitenland verbannen en daarna weer vrolijk binnengehaald.
Deze familie lijdt aan grootheidswaanzin. ‘Zonder ons gaat Thailand kapot.’ Begin deze eeuw zag ik verkiezingsposters met Thaksin in hermelijnen mantel! Dat is toch alleen voor koningen weggelegd? Maar er werd toen al gefluisterd dat Thaksin een Porsche geleverd heeft aan iemand in Duitsland en dat zal wel betaald zijn met hermelijn… Die armzalige Poetin moet het doen met twee bruine beren en wat mandarijn-eenden…
Net heeft het Constitutioneel Hof de familie buiten vervolging gesteld dus er heerst weer even rust. Tot het volk genoeg heeft van dat partijkleurtje ondanks de 10.000 baht fooi die zo’n beetje iedereen krijgt. Men komt daarna boos op straat en dan zien heren in uniform weer hun kans schoon. En dan begint de kermis opnieuw. Tja, dit is Thailand…
Het is te hopen Erik dat je geen gelijk gaat krijgen, weer een militaire junta daar zit niemand op te wachten, de laatste heeft aardig wat geld en stilstand gekost.
Wel goed geschreven en ik ben het er grotendeels mee eens, behalve dan dit citaat:
” En dan de Pheu Thai Party zelf. Het is een meesterwerk van pragmatische hypocrisie. Verkiezingsbeloften als confetti, wegwerpbaar en kleurrijk, maar nooit bedoeld om op te ruimen. Voor het volk, zeggen ze. Maar welk volk? Dat van de straatmarkten of dat van de chique clubs waar politici hun deals sluiten met een glas champagne in de hand? Misschien beide, zolang ze maar stemmen blijven kopen en verkopen alsof het loterijtickets zijn.”
Dat kopen van stemmen is ook weer zo’n dwaze en onjuiste stereotypering van de Thaise politiek. Lees dit al wat oude artikel in de Bangkok Post door mijn geliefde Pasuk en Baker.
https://www.bangkokpost.com/opinion/opinion/383418/vote-buying-claims-nothing-but-dangerous-nonsense
Ergens in 2005 werd ik gebeld door mijn echtgenote. Ze nodigde me uit te komen eten in een restaurant. Daar trof ik een groepje vrolijke dames aan. Ik vroeg wat er te vieren was. Ze zeiden dat ze op een verkiezingsbijeenkomst van de Democratische Partij waren geweest en allemaal 1000 baht hadden gekregen. “Gaan jullie daar ook op stemmen?” vroeg ik. “Natuurlijk niet!” riepen ze in koor. “We stemmen op Thaksin!”