Geloof me, er is niets leukers dan Thais leren
Tino Kuis berijdt weer zijn stokpaardje: de Thaise taal. En hij doet dat met verve. Eigenlijk is het Thais een dialect van het Isaans, onthult hij. Maar mondje dicht, want anders worden sommige mensen erg boos!
Boon Pong, de Thaise held die hulp verleende aan de krijgsgevangenen bij de dodenspoorlijn
Boonpong Sirivejjabhandu, beter bekend onder zijn roepnaam Boon Pong, heeft samen met zijn vrouw Boopa en dochter Panee een belangrijke rol gespeeld bij de hulpverlening aan de krijgsgevangen dwangarbeiders bij de dodenspoorlijn van Birma naar Thailand.
Puey Ungpakorn, een bewonderingswaardige Siamees
Het is goed om deze man, Puey Ungpakorn, eens in de schijnwerpers te zetten. Hij was een onvermoeibare man, eerlijk en onkreukbaar en deed veel voor de economische ontwikkeling van Thailand. Tino beschrijft enige momenten uit zijn leven.
De Kalama Sutta, een boeddhistische oproep tot zelfstandig denken
‘Het is goed, Kalamas, dat jullie onzeker zijn en twijfelen‘, zo begint de Kalama Sutta, een van de bekendste toespraken van de Boeddha. Tino Kuis vertaalde de tekst.
De voorvaderen van radicale en revolutionaire Thaise denkers
We kennen de progressieve denkers en de opstanden in Thailand gedurende de laatste 50-60 jaar redelijk goed maar hoe was het daarvóór? Wat was nu de bron van al die nieuwe ideeën? Inheems of uitheems? Hierbij een korte en onvolledige gids waarbij vooral Tienwan in het zonnetje wordt gezet.
‘Chinese toeristen overspoelen Thailand’, lees je af en toe in de pers. Maar dat is niets nieuws, dat gebeurt al twee eeuwen. Dat de Chinezen in de ontwikkeling van Thailand op vele gebieden een grote rol hebben gespeeld mag als bekend worden verondersteld. Deze gemeenschap is onverbrekelijk verbonden met de modernisering en ontwikkeling van Thailand maar dat ging niet zonder slag of stoot.
Hoe leefde de gewone man en vrouw toen Thailand nog Siam heette? In 1930 deed Carle Zimmerman met medewerking van de Siamese autoriteiten een uitgebreid onderzoek naar de leefomstandigheden van de plattelandsbevolking in Siam. De steden liet hij links liggen.
Voor het eerst uitgegeven in 1887 ontwikkelde het zich tot een dagblad in 1900. Het bestond uit een 6 pagina’s, voor driekwart gevuld met advertenties.
De Thaise dorpseconomie in vroegere tijden
De Thaise geschiedschrijving gaat bijna uitsluitend over de staat, de heersers, de koningen, hun paleizen en tempels, en de oorlogen die ze voerden. De ‘gewone man en vrouw’, de dorpelingen, komen er maar bekaaid van af. Een uitzondering daarop is een invloedrijk boekje uit 1984, welke de geschiedenis van de Thaise dorpseconomie in beeld brengt. In zo’n 80 bladzijde en zonder hoogdravend academisch jargon neemt professor Chatthip Nartsupha ons mee terug in de tijd.
Lung Jan heeft al een aantal mooie beschrijvingen gegeven van Europese reizigers naar Zuidoost-Azië. Maar hoe zat dat met de reizen van Siamezen naar Europa? De eerste maal dat Siamese ambassadeurs naar Europa kwamen was voor een bezoek aan Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden in 1608.
Spreekwoorden zijn een plezier om te lezen en te gebruiken. De gedachtengang er achter lijkt vaak sprekend op onze eigen manier van denken en oordelen. Er zijn vast wel een paar die je kunt leren, onthouden en gebruiken!
Een 22-jarige Thaise student in Japan wordt hartstochtelijk verliefd op een getrouwde 35-jarige aristocratische Thaise vrouw. Zijn liefde verflauwt maar haar liefde voor hem blijft, onderdrukt maar ongeschonden, tot haar dood.
Mechai, zoals ik hem hierna zal noemen, is een beroemd persoon in Thailand, en terecht. Hij heeft heel veel gedaan voor de ontwikkeling van het land en op een bijzondere wijze. Hij werkte vooral van onderaf met vrijwilligers in de dorpen en steden, in de zeventiger en tachtiger jaren om geboortebeperking mogelijk te maken, en daarna voor de bestrijding van HIV/AIDS.
Ieder literair werk kan op vele manieren worden gelezen. Dat geldt evenzeer voor het meest bekende en bewonderde epos in de Thaise literaire traditie: Khun Chang Khun Phaen (hierna KCKP).
De Siamese smeltkroes in de 19e eeuw
Het koninkrijk Siam, en in nog grotere mate de hoofdstad Bangkok, vertoonden in de 19e eeuw een verbluffende verscheidenheid van etnische groepen. In Bangkok waren de oorspronkelijke Thais bijna steeds een grote minderheid. Pas in de loop van de 20e eeuw kwam er een integratie op gang die uiteindelijk vrijwel iedereen een Thaise identiteit verleende.
Mag dat wel? Monniken die grappen maken? En nog wel óók over politieke toestanden?
Dokter Saeng, een kort verhaal van Kukrit Pramoj
Kukrit Pramoj (1911-1995) was een schrijver, staatsman, journalist, acteur en danser. Tino vertaalde één van zijn verhalen uit de bundel ‘Een aantal levens’.
Waar komen de Thais vandaan?
Wie zijn dat eigenlijk, de Thais? Of de Tai? Waar komen ze vandaan, en waar gingen ze naar toe? Wanneer en waarom? Moeilijke vragen die maar gedeeltelijk beantwoord kunnen worden. Ik doe daartoe een poging.
Santi-Vina, een Thaise film uit 1954
Santi-Vina is een pas herstelde film uit 1954. Een liefdesdrama tussen drie personen. Het was de eerste Thaise kleurenfilm met geluid die heel wat prijzen won op een Zuidoost Aziatisch Filmfestival in Tokyo in 1954.
‘Mai pen rai’ betekent niet wat u denkt
‘Mai pen rai’, hoe vaak hoor je dat niet Thailand? Die uitdrukking wordt te pas en te onpas gebruikt wanneer er zich problemen voordoen. Maar het is beslist geen uiting van onverschilligheid. Integendeel.
De tien laatste geboortes van Siddharta Gautama vóórdat hij verlicht en een Boeddha werd
Eén van de mooiste boeken die ik de afgelopen weken las was het hieronder genoemde boek ‘The Ten Great Birth Stories of the Buddha’. Het is een voortreffelijke vertaling uit het Pali van de laatste tien geboortes van de Boeddha zoals hij ze zelf vertelde aan zijn leerlingen. Een eigenschap van een bijna-boeddha, een Bodhisatta, en een Boeddha is dat zij zich al hun vorige levens kunnen herinneren. Die verhalen worden jataka genoemd, een woord verwant aan het Thaise woord châat ‘geboorte’.
Narin Phasit, de man die tegen de hele wereld vocht
Narin Phasit (1874-1950) vocht tegen de hele wereld. Tino Kuis zou hem graag eens ontmoet hebben. Wat maakt deze man zo bijzonder?