Ieder literair werk kan op vele manieren worden gelezen. Dat geldt evenzeer voor het meest bekende en bewonderde epos in de Thaise literaire traditie: Khun Chang Khun Phaen (hierna KCKP).
Het waren rondreizende vertellers en troubadours die het in dorpen voor een lachend en huilend publiek in gedeelten opvoerden. Het verhaal stamt mogelijk al uit de 17e eeuw, werd mondeling doorgegeven en steeds aangevuld met nieuwe vertellijnen. In het begin van de 19e eeuw ontfermde het koninklijk hof zich erover, paste het aan volgens de normen en waarden van die tijd en legde het in schrift vast. Rond 1900 was het prins Damrong die de meest bekende editie in druk uitgaf.
Dit artikel lag al een poosje klaar maar is nu actueel na de mooie vertaling van het epos door Rob V.
Een korte samenvatting van het verhaal:
Chang, Phaen en Wanthong groeien samen op in Suphanburi. Chang is een lelijke, kleine, kale man, grof in de mond, maar rijk en verbonden met het koningshuis. Phaen daarentegen is arm maar knap, dapper, goed in vechtsport en magie. Wanthong is het mooiste meisje in Suphanburi. Ze ontmoet Phaen, op dat moment een noviet, tijdens Songkraan en ze beginnen een hartstochtelijke verhouding. Chang probeert Wanthong te veroveren met zijn geld maar liefde overwint. Phaen treedt uit de tempel en trouwt met Wanthong.
Een paar dagen later roept de koning Phaen op om een militaire campagne te leiden tegen Chiang Mai. Chang grijpt zijn kans. Hij verspreidt een gerucht dat Phaen is gesneuveld en, met Wanthong’s moeder en zijn rijkdom als bondgenoten, slaagt hij er in de aarzelende Wanthong te veroveren. Wanthong geniet van haar comfortabele leven met haar nieuwe, attente en trouwe echtgenoot.
Dan keert Phaen terug van zijn overwinning op het slagveld met een mooie vrouw, Laothong, als buit. Hij gaat naar Suphanburi en eist zijn eerste vrouw, Wanthong, op. Na een jaloerse ruzie tussen Laothong en Wanthong, vertrekt Phaen en hij laat Wanthong bij Chang. Voor een vergrijp neemt de koning Laothong in bezit.
Phaen keert terug naar Suphanburi en ontvoert Wanthong. Ze leven enige jaren in eenzaamheid in het oerwoud. Als Wanthong zwanger wordt, besluiten ze terug te keren naar Ayutthaya waar Phaen de koning ergert door om de teruggave van Laothong te vragen. Phaen wordt gevangengezet waar Wanthong hem goed verzorgt.
Maar dan ontvoert Chang op zijn beurt Wanthong en neemt haar mee naar zijn huis waar ze bevalt van de zoon van Phaen. Hij krijgt de naam Phlai Ngam en groeit op als het evenbeeld van zijn vader. In een jaloerse bui probeert Chang hem te vermoorden door hem in het oerwoud achter te laten, wat mislukt, en Phlai Ngam trekt zich terug in een tempel.
Jaren verstrijken waarin Phlai Ngam in de voetstappen van zijn vader treedt. Hij overwint op het slagveld van de oorlog en de liefde. Chang geeft de strijd om Wanthong niet op. Hij smeekt de koning om Wanthong definitief te erkennen als zijn vrouw. De koning roept Wanthong bij zich en beveelt haar te kiezen tussen haar twee minnaars. Wanthong aarzelt, ze noemt Phaen als haar grote liefde en Chang als haar trouwe beschermer en goede verzorger, waarop de koning in woede ontsteekt en haar veroordeelt tot onthoofding.
Wanthong wordt afgevoerd naar de executieplaats. Haar zoon Phlai Ngam doet een uiterste poging het hart van de koning te verzachten, de koning verleent gratie en zet de straf om in opsluiting. Snelle ruiters, aangevoerd door Phlai Ngam, vertrekken onmiddellijk uit het paleis. Helaas te laat, want vanuit de verte zien ze hoe de beul het zwaard heft en net op het moment dat Phlai Ngam aankomt, valt het het hoofd van Wanthong.
De Thaise beschouwing van de literatuur
Aanvankelijk ging bij de bespreking van literatuur in Thailand de meeste aandacht uit naar de vorm, en dat is in de meeste schoolboekjes nu nog steeds het geval. Het ging over woordkeuze, allitteraties, rijm en ritme terwijl het niet nodig werd geacht ook de inhoud nader te bespreken of te beoordelen.
Dat veranderende in de roerige zeventiger jaren van de vorige eeuw. Naast het bespreken van maatschappelijke en politieke veranderingen kwam ook een nieuwe beweging op gang die zich meer aangetrokken voelde tot de inhoud van literatuur. Ook het epos KCKP ontkwam daar niet aan. Ik vond het uitermate verrassend en informatief te lezen hoeveel soms erg verschillende interpretaties van het epos het licht deden zien. Ze staan in het hieronder genoemde boek. Ik noem ze kort en voeg er een eigen interpretatie aan toe.
De Siamese maatschappij kende (en kent) geen principes
Dat was de mening van ML Boonlua Debryasuvarn. Zij was het tweeëndertigste kind van een adellijke vader en de eerste vrouwelijke studente aan de Chulalongkorn Universiteit, mogelijk gemaakt na de revolutie van 1932. Zij studeerde literatuur, gaf later les en schreef artikelen en boeken. Haar essay over KCKP verscheen in 1974. Zij laat daarin zien hoe niemand in het epos zich iets gelegen laat liggen aan principes of regels. De autoriteiten zijn onbekwaam en overtreders worden zelden bestraft. Overigens geeft ze hetzelfde harde oordeel over de stand van zaken in haar eigen tijd.
Khun Phaen vervolgde zijn tocht, op een begraafplaats trof hij het het lichaam van een overleden zwangere vrouw. Met zijn mantra’s had hij haar geest onder controle en verwijderde de foetus uit haar buik. Hij nam het huilende kind in zijn armen en doopte deze geest tot zijn Kuman Thong
De agressie van de karakters in het epos KCKP
Cholthira Satyawadhna studeerde eveneens af op de Chulalongkorn Universiteit met een in 1970 goedgekeurd proefschrift getiteld: ‘De toepassing van westerse methoden van moderne literaire kritiek op de Thaise literatuur’. Cholthirak’s psychologische analyse baseert zich op de tegengestelde Freudiaanse begrippen ‘doodswens’ en ‘levenswens’ in met name seksuele relaties. Zij verklaart van daaruit de agressieve en sadistische houding van Khun Phaen en de masochistische aanleg van Wanthong.
“Wat ben je toch vol van jezelf Wanthong, ik had bijna Khun Chang aan stukken gehakt, maar het is JIJ die hier de boel belazerd. Sterf Wanthong!” Hij stampte met zijn voeten en trok zijn zwaard.
Het epos KCKP vertegenwoordigt het morele boeddhistische landschap
Het epos KCKP is in het begin van de 19e eeuw door het Siamese hof aangepast aan de geldende normen en waarden die het hof wilde vastleggen en propageren. Warunee Osatharom schreef eerder veel over mensenrechten, de positie van de vrouw en de relatie van staat en maatschappij. In een essay rond 2010 laat zij zien hoe het hof de morele code uit boeddhistische geschriften gebruikt om de ideologie van een boeddhistische en royalistische staat vast te leggen. Khun Phaen is een ‘goede’ man want loyaal aan de koning en Wanthong een slechte vrouw omdat zij de wensen van de koning negeert en volgens de logica van karma boet zij daarvoor met haar leven.
“Phlai Kaeo is je partner uit vorige levens. Nog geen honderdduizend andere mannen konden jouw hart winnen. Ik maak me zorgen of je wel weet hoe voor hem te zorgen. Je mag geen fouten maken die kwaadbloed kunnen zetten bij je echtgenoot. Hou het hoofd koel, ongeacht de situatie moet je hem nederigheid tonen en naar hem luisteren. Wordt niet jaloers en veroorzaak geen onrust. Als iemand fout doet praat er dan eerst samen over. Vecht en schreeuw niet. Mogen jullie gezegend zijn met constant geluk. Kom ga nu, je man wacht op je”. En met die woorden stapte Phim het bruidshuis binnen. Zoals een goede vrouw betaamde prostreerde Phim zich aan de voeten van haar heer, meester en echtgenoot.
Stad, dorp en oerwoud zijn medebepalend voor identiteit en (vrije) wil
David Atherton schreef in 2006 de eerste buitenlandse thesis over KCKP. Hij laat daarbij zien hoe de opvattingen, het gedrag en de identiteit van personen in het epos kunnen verschillen al naar gelang hun verblijfplaats. In de stad zijn zij in grote mate gebonden aan de knevelende voorschriften die daar gelden, terwijl dat in het dorp en het huishouden veel minder het geval is. In het oerwoud waar Phaen en Wantong vele maanden doorbrengen kunnen ze eindelijk zichzelf zijn. Bijna alle liefdesscènes uit KCKP worden beschreven vanuit natuurverschijnselen: kletterende regen, woedende windvlagen, donder en bliksem, en dan serene rust en stilte.
Eenmaal diep in de jungle genoot het stel van de indrukwekkende natuur. Langzaam keerde haar liefde voor Khun Phaen terug en bedreven ze de liefde onder een grote Banyan-boom.
De opstandige Phaen en de strijd om macht
Vele overgeleverde volksverhalen uit Thailand zetten de bestaande werkelijkheid en de onderliggende opvattingen op zijn kop. De Rijstgodin is sterker dan de Boeddha, Sri Thanonchai is slimmer dan de koning en zo ook in dit epos. Een gewone man uit het volk, Khun Phaen, verzet zich in veel opzichten tegen de macht en rijkdom van de heersende klasse die zij bezitten vanuit hun formele positie. Khun Phaen zet zijn individuele macht en kennis daartegenover. Het is meesterschap die hij zichzelf heeft eigengemaakt. Chris Baker en Pasuk Pongpaichit vergelijken het met de legende van Robin Hood. Wantong krijgt de doodstraf niet omdat zij een slechte vrouw is, maar omdat zij het gezag van de koning openlijk aantast. Heel veel populaire verhalen uit die oude tijd gaan daarover. De macht van de koning en de tegenmacht van het volk. De toehoorders moeten daarvan hebben gesmuld.
Phra Wai haastte zich naar het paleis, en gebruikte mantra’s om de koning in een positieve gemoedstoestand te brengen. “Wat brengt je hier? Hebben ze je moeder al geëxecuteerd?”, vroeg de koning
Wanthong is een opstandige en zelfstandige vrouw, een vroege feministe?
Mijn bijdrage is deze. In bijna alle commentaren op het epos KCKP wordt Wantong afgeschilderd als een slechte vrouw. Ze houdt van twee mannen, is wilskrachtig, emotioneel en neemt nooit een blad voor de mond. Ze weigert zich te houden aan de heersende maatschappelijke normen voor het gedrag van vrouwen, zij maakt haar eigen keuzes en gaat haar eigen gang. Zij onderwerpt zich zelfs niet aan de koning en moet daarvoor boeten met onthoofding. Dat maakt haar in zekere opzichten tot een moderne vrouw, misschien moeten we haar een feministe noemen hoewel dat meer op activisme duidt. Mogelijk was het zo dat in al die eeuwen dat het epos in de dorpen en steden werd opgevoerd Wantong juist door velen bewonderd, stiekem en vooral door vrouwen.
Moeder ging op Wanthong af, “Als weduwe wordt je bezit van de koning. Accepteer nou toch Khun Chang zijn hand. Het enige wat er mis met hem is zijn kop, maar hij is een rijk man en kan goed voor je zorgen”. Wanthong vuurt terug, “Je ziet alleen maar zijn geld, zelfs als betrof het een hond of een varken dan zou je me nog weggeven. Ik ben pas zestien jaar oud en dan al twee mannen?!”
En dat brengt mij tot een laatste observatie. Ook in het verleden gingen er vele tegengestelde opvattingen rond. Ik denk dat deze volksverhalen juist vaak de bedoeling hadden de heersende klasse en de heersende normen en waarden door middel van het gedrag van de hoofdpersonen in de verhalen in een ander daglicht te plaatsen, ongetwijfeld tot veel plezier van de toehoorders. Dat is waarom ze zo populair waren
Bronnen en meer
- Five studies on Khun Chang Khun Phaen, The Many Faces of a Thai Literary Classic, edited by Chris Baker and Pasuk Phongpaichit, Silkworm Books, 2017 – ISBN 978-616-215-131-6
- The Tale of Khun Chang Khun Phaen, Siam’s Great Folk Epic of Love and War, Silkworm Books, 2010 – ISBN 978-616-215-052-4
- De samenvatting van KCKP door Rob V:
www.thailandblog.nl/cultuur/khun-chang-khun-phaen-thailands-meest-bekende-legende-deel-1/
www.thailandblog.nl/cultuur/khun-chang-khun-phaen-thailands-meest-bekende-legende-deel-2/
www.thailandblog.nl/cultuur/khun-chang-khun-phaen-thailands-meest-bekende-legende-deel-3/
www.thailandblog.nl/cultuur/khun-chang-khun-phaen-thailands-meest-bekende-legende-deel-4/
www.thailandblog.nl/cultuur/khun-chang-khun-phaen-thailands-meest-bekende-legende-deel-5-slot/
Een eerder stuk van mij over:
- KCKP met meer informatie: www.thailandblog.nl/cultuur/khun-chang-khun-phaen-het-meest-beroemde-epos-thaise-literatuur/
- Over Sri Thanonchai die slimmer dan de koning is: www.thailandblog.nl/cultuur/sri-thanonchai-aziatische-tijl-uilenspiegel/
Over deze blogger
-
Geboren in 1944 in Delfzijl als zoon van een eenvoudige winkelier. Gestudeerd in Groningen en Curaçao. Drie jaar als arts gewerkt in Tanzania, daarna als huisarts in Vlaardingen. Een paar jaar vóór mijn pensioen getrouwd met een Thaise dame, we kregen een zoon die drie talen goed spreekt.
Bijna 20 jaar in Thailand gewoond, eerst in Chiang Kham (provincie Phayao) daarna in Chiang Mai waar ik graag allerhande Thai lastigviel met allerlei vragen. Volgde het Thaise buitenschoolse onderwijs waarna een diploma lagere school en drie jaar middelbare school. Deed veel vrijwilligerswerk. Geïnteresseerd in de Thaise taal, geschiedenis en cultuur. Woon nu alweer 5 jaar in Nederland samen met mijn zoon en vaak met zijn Thaise vriendin.
Lees hier de laatste artikelen
- Geschiedenis19 december 2024Op zijn verjaardag in 1995 gaf koning Bhumibol aan dat alle mannen een gratis sterilisatie konden ondergaan
- Geschiedenis14 december 2024Hoe een Nederlandse krant schreef over de studentenopstand van 14 oktober 1973
- Geschiedenis12 december 2024Hoe schreef de Nederlandse pers in 1960 over de geschiedenis en de huidige situatie in Thailand
- Cultuur17 november 2024Schemering op de waterweg
De regio was in vroeger tijden veelal matriarchisch, zo gingen familiebanden via de moeder en niet de vader. Dat is op een moment gekanteld naar een patriarchische maatschappij maar sporen wis je niet zo 1-2-3 uit. Geen wonder dat er nog veel van die vrouwelijke kracht en waardering is blijven hangen. Wanthong mocht dan volgens de inzichten van de hogere klasse eind 19de, begin 20ste eeuw ‘fout’ zijn door haar plek niet te kennen, ze zal zeker ook lof hebben geoogst bij andere groepen. Een prachtige vrouw, die niet op haar mondje gevallen is en zich geen knollen voor citroenen laat verkopen. Een vrouw om verliefd op te raken.
Je ziet het ook bij een groot aantal andere vrouwen uit deze saga, maar ook in oude verhalen van vroeger (meer dan een eeuw terug), dat de vrouwen van aanpakken wisten en geen preutse of onderdanige rol aannamen. Neem bijvoorbeeld de openlijk flirtende vrouwen, dat komt duidelijk uit de echte praktijk. Dus ja, ik denk ook dat ten tijden van de rondtrekkende vertellers er menig toeschouwer met instemming en vermaak naar dit epos luisterde. 🙂
Vrouwen zijn nog steeds machtiger dan de mannen in Thailand.
De mannen spelen de baas, de vrouwen zijn de baas.
Tino, dank voor deze uitleg! En met een verlaat dankwoord van mij aan Rob V voor zijn bijdrage.
Voor de liefhebber van verdere analyses, valt met wat Googlen nog het volgende online te vinden:
1. Chris Baker en Pasuk Phongpaich met:
— “The Career of Khun Chang Khun Phaen”, Journal of the Siam Society 2009 Vol. 97
(overlapt deels hun analyses in KCKP)
2. Gritiya Rattanakantadilok met haar thesis (juni 2016):
– “Translating The Tale of Khun Chang Khun Phaen: representations of culture, gender and Buddhism”
(Waarvan Hoofdstuk 2.2 over de inhoud gaat: het creëren van geesten en het het opschonen van de verhalen dmv “Siwalai” en ook mbt vrouwelijke identiteit).