De kerk van Saint Anna Nong Saeng in Nakhon Phanom

In de jaren 1940 tot 1944 werd de katholieke gemeenschap in Thailand vervolgd omdat ze gezien werden als een ‘vijfde colonne’ in het conflict met Frans Indochina.

De verloren gebieden van Siam/Thailand

In 1893 voer een Franse oorlogsbodem de Chao Phraya rivier op en richtte zijn kanonnen op het Siamese Koninklijk Paleis. Daar vonden onderhandelingen plaats over de eis van de Fransen om heerschappij te verkrijgen over gebieden die Siam beschouwde als de hare, een provincie ten westen van de Mekong ongeveer ter hoogte van Luang Prabang, en een aantal provincies in het noorden van Cambodja. Mede op advies van buitenlandse adviseurs ging koning Chulalongkorn overstag. Deze gebeurtenis liet een blijvend trauma achter in de Thaise belevenis van de geschiedenis maar tegelijkertijd werd koning Chulalongkorn geprezen omdat hij de vrede had bewaard en verdere kolonisatie van Siam had voorkomen.

De oorlog van 1940-1941 om de verloren gebieden terug te veroveren

Het trauma van de ‘verloren’ gebieden etterde door in het Thaise bewustzijn en stak in grotere mate de kop op tijdens het premierschap van de nationalistische veldmaarschalk Plaek Phibunsongkhraam (Phibun Songkhraam, 1938-1944).  Hij bewonderde het fascistische Italië en Japan.

In 1940 leed Frankrijk een gevoelige nederlaag tegen Duitsland. De Japanners profiteerden daarvan, eisten en verkregen militaire basis in Frans Indochina.  In Bangkok vonden nationalistische en anti-Franse demonstraties plaats terwijl ook de regering de retoriek nog wat opschroefde.

Vanaf oktober 1940 voerde Thailand luchtaanvallen uit op Laos en Cambodja. Vientiane, Phnom Penh, Sisophon en Battambang werden gebombardeerd.  Ook de Fransen vielen Thaise doelen aan, in Nakhorn Phanom en Khorat. Op 5 januari 1941 begon de Thaise landmacht met een aanval op Laos waar de Fransen snel werden verdreven, en op Cambodja waar ze meer weerstand boden. Twee weken daarna leed de Thaise marine een smadelijke nederlaag bij een zeeslag in de buurt van Koh Chang.

Mede door bemiddeling van de Japanners werd er op 31 januari 1941 op een Japans oorlogsschip een wapenstilstand getekend terwijl in mei van dat jaar Vichy Frankrijk in een verdrag de omstreden gebieden aan Thailand afstond, echter slechts een deel van wat Thailand had veroverd. Dat was in Thailand aanleiding tot grote feestvreugde waar de Japanners en Duitsers aan meededen, en was de aanleiding voor het bouwen van het ‘Victory Monument’.

In 1947 moest Thailand deze veroverde gebieden onder internationale druk, en om deel uit te kunnen maken van de internationale gemeenschap, weer teruggeven aan Frankrijk.

Bischop Joseph Prathan Sridarunsil bij inauguratie plechtigheid op 10 november 2018 in Hua Hin

De vervolging van de katholieke gemeenschap

De gouverneur van Nakhorn Phanom schreef op 31 juli 1942 een brief aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken:

‘De provincie werkt nauw samen met de bevolking om hen (de katholieken) te onderwijzen en te trainen hoe ze als vaderlandslievende burgers tot inkeer kunnen komen om verder te gaan als goede, aalmoes gevende Boeddhisten. Wij volgens steeds het beleid om het katholicisme te verwijderen uit Thailand.  Zij die terugkeren naar het Boeddhisme volgen niet meer de katholieke gewoonten. Zij willen strikt leven volgens de geldende wetten.’

De invloed van de Christelijke gemeenschap in Siam/Thailand ging bijna steeds gepaard met een zeker wantrouwen van de kant van de autoriteiten. Christenen weigerden vaak corveediensten te verrichten, belasting te betalen en maakten zich los van de schuldslavernij daarbij gesteund door buitenlandse consulaten (met name Engeland en Frankrijk) die extraterritoriale rechten hadden.  Soms leidde dat tot geweld zoals de executie van twee bekeerlingen in 1869 op bevel van de koning van Lanna (Chiang Mai). In 1885 bestormde een groep katholieken de Wat Kaeng Mueang in Nakorn Phanom en vernietigden boeddha beelden en relikwieën. Na een heftige reactie van de Siamese autoriteiten leverde overleg tussen de partijen een oplossing op.

Bij het begin van de schermutselingen in november 1940 om de ‘verloren gebieden’ op de Franse koloniale macht terug te veroveren, kondigde de regering de staat van beleg af en moesten alle Fransen het land verlaten. Verder stelde de Phibun regering een nieuw beleid op. Het katholicisme werd een vreemde ideologie genoemd die de traditionele Thaise waarden dreigde te vernietigen en het was een bondgenoot van het Franse imperialisme.  Het moest worden geëlimineerd. Gouverneurs van de provincies grenzend aan Frans Laos en Cambodja moesten kerken en scholen gaan sluiten en diensten verbieden. Dat gebeurde op grote schaal in Sakon Nakhorn, Nong Khai en Nakhon Phanom.

Het ministerie van binnenlandse zaken wees alle priesters het land uit. Verwarring ontstond omdat er ook veel Italiaanse priesters waren terwijl Italië een bondgenoot was van Thailand.

Op een aantal plaatsen bestormde de bevolking kerken en vernielden het interieur. In Sakon Nakhorn deden ook monniken daaraan mee. Ernstiger was het doden van zeven katholieken door de politie in Nakhorn Phanom omdat zij weigerden te stoppen met preken en anderen aanspoorden hun geloof niet op te geven. Zij werden nadien beschuldigd van spionage. De paus heeft deze zeven later tot martelaren uitgeroepen.

Een schemerige beweging, ‘Thais Bloed’ genaamd verspreidde propaganda tegen de katholieken. Ze noemde het boeddhisme essentieel voor de Thaise identiteit. Katholieken konden nooit echte Thais zijn, waren vaak buitenlanders, wilden de Thais tot slaven maken en vormden een ‘vijfde colonne’.

Saint Joseph katholieke kerk aan de oevers van de Chao Phraya-rivier bij Ayutthaya

Op vele plaatsen in de Isaan maar ook in de provincie Chachoengsao organiseerden de autoriteiten bijeenkomsten waar katholieken op straffe van verlies van werk en andere dreigementen gesommeerd werd hun katholieke geloof op te geven en weer de enige ware Thais godsdienst aan te nemen. Een districtshoofd zei ‘Wie weer boeddhist wil worden mag op de stoel blijven zitten, wie katholiek wil blijven moet op de grond plaats nemen’. Op een paar na ging iedereen op de grond zitten.

Ook na de wapenstilstand eind januari 1941 gingen de vervolging en de intimidatie gewoon door.  Zij eindigde pas in 1944 toen het duidelijk werd dat Japan de oorlog ging verliezen en premier Phibun aftrad (1 augustus 1944) om de geallieerden gunstiger te stemmen.

Na de oorlog

Engeland beschouwde Thailand als een vijandige natie en eiste geld en goederen (rijst) ter compensatie. Amerika was wat milder in zijn oordeel, en verwees naar de Free Thai beweging die zich had verzet tegen de Japanners.  Frankrijk wilde per se de ‘verloren gebieden’ terug.

Thailand wilde graag toetreden tot de internationale naoorlogse gemeenschap. De invloedrijke Pridi Phanomyong pleitte voor goede betrekkingen met Amerika en de Europese mogendheden, inclusief Frankrijk hoewel hij het kolonialisme afwees en betrekkingen aanging met de Vietminh bevrijdingsbeweging.

In het Thaise parlement waren in oktober 1946 felle discussies over de Franse eis de ‘verloren gebieden’ terug te geven, wat door andere mogendheden werd gesteund. Het was een keuze tussen overgeven of vechten. Met spijt koos het parlement uiteindelijk voor teruggave en vrede. De bittere gevoelend daarover zijn tot op de dag van vandaag voelbaar zoals in de troebelen rond de Preah Vihear tempel die zowel door Thailand als door Cambodja wordt geclaimd en waar gevechten in 2011 tientallen doden opleverde.

En het was juist Phibun, hij die de ‘verloren gebieden’ had veroverd in 1941, die een staatsgreep pleegde in november 1947 en daarna officieel de ‘verloren gebieden’ teruggaf aan Frankrijk.

Veel Thais noemen het ‘Victory Monument’ dan ook een monument van ‘Vernedering en Schaamte’.

Voornaamste bron:

Shane Strate, The Lost Territories, Thailand’s History of National Humiliation, 2015 ISBN 978-0-8248-3891-1

Over deze blogger

Tino Kuis
Tino Kuis
Geboren in 1944 in Delfzijl als zoon van een eenvoudige winkelier. Gestudeerd in Groningen en Curaçao. Drie jaar als arts gewerkt in Tanzania, daarna als huisarts in Vlaardingen. Een paar jaar vóór mijn pensioen getrouwd met een Thaise dame, we kregen een zoon die drie talen goed spreekt.
Bijna 20 jaar in Thailand gewoond, eerst in Chiang Kham (provincie Phayao) daarna in Chiang Mai waar ik graag allerhande Thai lastigviel met allerlei vragen. Volgde het Thaise buitenschoolse onderwijs waarna een diploma lagere school en drie jaar middelbare school. Deed veel vrijwilligerswerk. Geïnteresseerd in de Thaise taal, geschiedenis en cultuur. Woon nu alweer 5 jaar in Nederland samen met mijn zoon en vaak met zijn Thaise vriendin.

1 reactie op “‘Verloren gebieden’ en de vervolging van katholieken in Thailand (1941 – 1944)”

  1. l.lagemaat zegt op

    Als je gebieden afstaat, kun je ” vrede” houden en wordt Chulalongkorn geprezen!
    Thailand heeft daardoor nooit kolonisatie gekend!
    Zo iets “als je je ogen dichthoudt, bestaat het niet”.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website