Boonpong Sirivejjabhandu, beter bekend onder zijn roepnaam Boon Pong, heeft samen met zijn vrouw Boopa en dochter Panee een belangrijke rol gespeeld bij de hulpverlening aan de krijgsgevangen dwangarbeiders bij de dodenspoorlijn van Birma naar Thailand.

Hij werd geboren op 21 april 1906 in Kanchanaburi en baatte daar een winkel (genaamd ‘Boonpong&Brothers’) in voedingsmiddelen uit aan de Pak Prak Weg waar in de oorlog ook een Japans hoofdkwartier, hotel en ziekenhuis was gevestigd.

Hij voer met een bootje over de Kwai Noi rivier om waren te verkopen, ook aan de Japanners in de werkkampen. Daar leerde hij Edward ‘Weary’ Dunlop en de gruwelijke toestanden in de kampen kennen.

De (latere Sir) Edward ‘Weary’ Dunlop was een chirurg in het Australische leger. Begin 1942 werd hij overgeplaatst naar Java waar hij in februari door de Japanners krijgsgevangen werd gemaakt. Later plaatsten de Japanners hem, samen met een 1000 man grote groep Australiërs, over naar Singapore om vervolgens dwangarbeid te gaan verrichten aan de dodenspoorlijn. ‘Weary’ had een groot aandeel in de organisatie van die groep Australiërs. Hij deed goed medisch werk zoals vele noodzakelijke beenamputaties. Daar begon ook zijn samenwerking met Boon Pong wat hij in een toespraak in 1981 op de begraafplaats in Kanchanaburi uitvoerig uit de doeken deed.

De dwangarbeiders aan de dodenspoorlijn waren verdeeld in twee groepen. Een goede schatting geeft aan dat er 90.000 westerse krijgsgevangen werkten.  Het aantal Aziatische dwangarbeiders (‘romusha’ genoemd, ‘arbeider’ in het Japans) staat veel minder vast maar de meeste schattingen gaan uit van 200.000 tot 250.000 mensen. Beide groepen leden onder ziekten en ondervoeding. De sterfte was hoog, en meer onder de romushas. Er zijn individuele berichten dat Thaise inwoners op kleine schaal de romushas hielpen maar veel is daar niet over bekend. Zo gaat het verhaal dat de dwangarbeiders mochten baden in de Kwae Yai rivier waar de inwoners fruit en hardgekookte eieren op de oevers achterlieten. Anders is dat met de steun aan de krijgsgevangenen.

De rol van Boon Pong

Boon Pong begon al vrij snel met hulpverlening aan de kampbewoners. Hij smokkelde etenswaren en medicijnen het kamp binnen. Hij leverde onderdelen voor de illegale radio van ‘Weary’ en bracht zaklantarens. Kampbewoners gaven hem briefjes die hij probeerde door te sturen. Hij gaf ook inlichtingen door aan de geallieerden wat volgens berichten hielp bij het bombardement op de brug over de Kwae rivier.  De kampbewoners vertrouwden hem kostbare zaken toe als horloges en juwelen waarvoor hij betaalde en die hij bewaarde. Na de oorlog gaf hij ze terug.

Boon Pong kocht Japanse militaire apothekers om voor het verkrijgen van meer geneesmiddelen. Hij stond in contact met een verzetsorganisatie in Bangkok, V Organisation genaamd (mogelijk expats uit neutrale landen), die geld aan hem gaven om voedsel en andere zaken te kopen voor de kampbewoners. Al deze activiteiten brachten grote risico’s met zich mee. Hij zette zijn eigen leven op het spel om vele honderden levens te redden.

Ook in Ubon Rachathani was er een Thaise verzet/hulporganisatie geleid door Lai Sirirohtor, bijgenaamd ‘Little Mother’.  De dorpelingen hielpen geallieerde krijgsgevangenen aldaar, en na het einde van de oorlog ook Japanse krijgsgevangenen.

Na de oorlog

In 1945-46 vervulde Boon Pong een sleutelrol bij de overdracht door de Thaise overheid van de gronden voor het aanleggen van de twee grote militaire begraafplaatsen in Kanchanaburi en Songkhla. Deze gronden werden ‘voor eeuwig’ overgedragen aan de Commonwealth War Graves Commission (CWGC). Bij de aanleg van de GWCC-site in Kanchanaburi was het intergeallieerde begraaf- en identificatieteam – waarvan ook Nederlanders deel uitmaakten – geruime tijd gehuisvest in een pand dat eigendom was van Boonpongs familie. Vanuit dit pand werden de ontgravingen geleid in het gebied tussen Nong Pladuk en de Drie Pagodenpas op de Thai-Birmese grens.

Tijdens een schietpartij door de politie in 1947 werd Boon Pong ernstig gewond. De toedracht is onduidelijk. Hij kwam daarna financieel geheel aan de grond. Het was ‘Weary’ die een inzamelingsactie hield onder vroegere Australische krijgsgevangenen en Boon Pong verblijdde met 30.000 pond wat hem in de gelegenheid stelde een busonderneming te starten.

Boon Pong ontving twee geallieerde onderscheidingen: een lintje van Ridder in de Orde van Oranje Nassau (NL) en de Britse George Medal, een behoorlijk zeldzame, op één na hoogste Britse burgerlijke onderscheiding voor bijzondere moed.

In de jaren vlak na de oorlog was Boon Pong geen sant in eigen land. Hij was eigenlijk alleen bekend en geliefd in Kanchanaburi. Dat veranderde later. Hij kreeg een Thaise koninklijke onderscheiding.

Laat ik ook de “Weary Dunlop-Boon Pong Exchange Fellowship’ vermelden. Geldelijk gesteund door de Australische regering geeft zij beurzen aan Thaise artsen om hun studie aldaar voort te zetten. 

‘The Quiet Lions’ is een documentaire uit 2006 die de vriendschap tussen ‘Weary’ en Boon Pong beschrijft. In 2013 zond de tv-zender ThaiTBS een documentaire uit ‘A War Hero named Boon Pong’. En in 2017 traden artiesten op in een aan Boon Pong gewijde musical in Kanchanaburi.

Boon Pong overleed op 29 januari 1982. ‘Weary’ overleed in 1993. Tienduizend mensen sloegen de begrafenisstoet in Melbourne gade.

Met veel dank aan Lung Jan voor nuttige aanvullingen.

De ThaiPBS documentaire film over Boon Pong, helaas alleen in het Thais maar geeft een goed beeld van die tijd.

Een korte inleiding van de film The Quiet Lions, over de vriendschap tussen ‘Weary’ en Boon Pong.

Over deze blogger

Tino Kuis
Tino Kuis
Geboren in 1944 in Delfzijl als zoon van een eenvoudige winkelier. Gestudeerd in Groningen en Curaçao. Drie jaar als arts gewerkt in Tanzania, daarna als huisarts in Vlaardingen. Een paar jaar vóór mijn pensioen getrouwd met een Thaise dame, we kregen een zoon die drie talen goed spreekt.
Bijna 20 jaar in Thailand gewoond, eerst in Chiang Kham (provincie Phayao) daarna in Chiang Mai waar ik graag allerhande Thai lastigviel met allerlei vragen. Volgde het Thaise buitenschoolse onderwijs waarna een diploma lagere school en drie jaar middelbare school. Deed veel vrijwilligerswerk. Geïnteresseerd in de Thaise taal, geschiedenis en cultuur. Woon nu alweer 5 jaar in Nederland samen met mijn zoon en vaak met zijn Thaise vriendin.

6 reacties op “Boon Pong, de Thaise held die hulp verleende aan de krijgsgevangenen bij de dodenspoorlijn”

  1. Rob V. zegt op

    Mooi dat mensen zich zo in kunnen zetten voor anderen, al helemaal als het makkelijk wegkijken is (want toch maar buitenlanders) en de straffen hoog. Dat mensen elkaar als mens zien en elkaar helpen ongeacht wat. Mooi ook die foto waar de twee heren ontspannen en zeer vriendschappelijk een glaasje fris drinken.
    En ja, Thai PBS is een mooie zeker met regelmatig leuke docu’s. Ik versta er helaas nog te weinig van.

  2. Peter Schoonooghe zegt op

    Interessante info, waarvoor dank.

  3. keespattaya zegt op

    Heel interessant om te lezen. Voor mij was indertijd de beruchte spoorlijn een van de belangrijkste redenen om Thailand te bezoeken. De 2 oorlogskerkhoven in Thailand die ik vaak bezocht heb waren heel indrukwekkend. Ook het JEATH museum maakte veel indruk. Interessant om te lezen over de mensen die zoveel levens hebben gered.

  4. Tino Kuis zegt op

    Een aanvulling op mijn eerder verhaal. Dit staat op de website voor Amerikaanse krijgsgevangenen in Japans gebied, januari 2019. Nog extra informatie. Ik laat het staan in de wereldtaal.

    It is the 37th anniversary (1982, at the age of 76) of the passing of Boonpong Sirivejjabhandu, or simply Boon Pong – a Thai merchant and member of the underground resistance known as V Organization during the Japanese occupation of Thailand.

    He owned a Thai traditional medicine business and a general store in Kanchanaburi province, which had been passed to him by his father Mor Khein, a Thai traditional doctor. He was also a mayor of Kanchanaburi from 1942-45 during World War II. His public responsibilities brought him into contact with the Japanese troops in charge of building the Thai-Burma Death Railway. Boonpong got a contract from the Japanese to manage the canteen for POWs in the camp nearby, which allowed him to enter the camp with few restrictions.

    His regular visits allowed him to see the appalling conditions experienced by the sick and wounded, as well as dead prisoners of war of many nationalities including American, Australian, British, Dutch, Australian and others. The horror of the inhumane treatment he witnessed gave rise to compassion and drove Boonpong to create a personal mission to help these unfortunate soldiers. He managed to smuggle in critical medicines, food, money, and messages. The camp POW doctors and POW commanders credit him with saving hundreds of lives.

    http://pows.jiaponline.org/2019/01/honoring-thai-hero.html?m=1

  5. Hans van Mourik zegt op

    Enkele jaren geleden hier in Changmai gekocht.
    De DVD Bridge over de river kwai, Thaise versie.
    Dan heeft men enige indrukken wat de Thai gedaan heeft, met hun pijl en boog en zelf gemaakte speren.
    Ook de Amerikaanse parachutisten geholpen, met het onder duiken.
    Ze waren echt tegen de Jappanners.
    Heb de DVD helaas in Nederland.
    Hans van Mourik .

  6. Tino Kuis zegt op

    Die documentaire film van ThaiPBS is zeer de moeite waard. Een Japanse officier is zeer gecharmeerd van de puber dochter van Boon Phong, Panee, die ook meedoet aan de smokkel van medicijnen. Panee kent en zingt een Japans liedje over ‘bloemen die bloeien’. De Japanse officier staat dan de smokkel oogluikend toe. Goed en kwaad zijn zelden absoluut.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website